De Britse
vorst Utherpendragon wordt hevig verliefd op Igerna, de vrouw van zijn vijand
Gorlois van Cornwall. Door de toverkunsten van Merlijn is hij in staat de
gedaante van Gorlois aan te nemen en op die manier verleidt hij Igerna. Uit
deze verhouding wordt Arthur geboren. De jongeman wordt koning als hij vijftien
is en begint met de herovering van Brittannië op de Saksen, de Scotten en de
Picten. Als hij die overwonnen heeft, huwt hij Guinevere, die uit nobele
Romeinse familie stamt en de mooiste vrouw van het hele eiland is.
Na de verovering van Ierland en IJsland heerst
er twaalf jaar vrede. De roem van de jonge vorst verspreidt zich over de hele
wereld; zijn hof wordt voor heel Europa het voorbeeld van ridderlijkheid en
hoofsheid.
Arthurs groeiend prestige wekt echter
ongenoegen, waardoor hij gedwongen wordt opnieuw oorlog te voeren: hij verovert
Noorwegen, Denemarken en weet zelfs heel Gallië te onderwerpen. Machtiger dan
ooit houdt hij op Pinksteren een schitterend hoffeest in de Stad der Legioenen.
Wanneer de Romeinse keizer belasting komt opeisen, vertrouwt de Britse koning
zijn rijk toe aan zijn neef Mordred. Artur vertrekt met zijn leger naar Gallië
waar hij de Romeinen verplettert.
Hij maakt
zich op om Rome te veroveren, maar dan bereikt hem het bericht dat Mordred de
hem toevertrouwde kroon op zijn eigen hoofd heeft gezet en nu samenleeft met
Guinevere, die Arthur ontrouw is geworden. Terug in Brittannië verslaat Arthur
in drie veldslagen zijn verraderlijke neef. Na Mordeds eerste nederlaag vlucht
Guinevere naar een klooster, waar zij non wordt. In de laatste slag wordt
Mordred gedood, evenals veel van Arthurs ridders. Maar ook Arthur is dodelijk
gewond; hij wordt naar het eiland Avalon gebracht om er van zijn wonden te
genezen. Hij draagt zijn kroon over aan zijn neef Constatijn in het jaar 542.

|