Nelly Sachs ( 1891-1970)

Volkeren der aarde,
verbrijzel niet de wereld van de woorden,
snij niet aan flarden met de messen van de haat
't geluid dat samen met de adem werd geboren.
Volkeren der aarde,
dat niemand dood bedoelt en leven zegt,
en niemand bloed meent, als hij wieg uitspreekt.
©
Vert.: Piet Thomas
Tussen
je wenkbrauwen
staat jouw herkomst
een chiffre
uit vergetelheid van zand.
Het zeeteken
heb je omgebogen
ontwricht
in de bankschroef
van de hunkering
Met alle secondekorrels
zaai je jou in het
ongehoorde.
De opstandingen
van jouw onzichtbare lentes
zijn in tranen gebaad.
De hemel oefent aan jou
zijn instorten.
Aangewezen
ben je op genade.
©
Vert.: Piet Thomas
Wat deden jullie,
toen jullie handen van kleine kinderen waren?
Klemden jullie een mondharmonica vast,
grepen jullie naar de manen van een hobbelpaard
of naar de rok van moeder in het donker,
wezen jullie een woord aan in een kinderboek -
Was het God wellicht, of mens?
©Vert.:
Piet Thomas
In de vroege ochtend,
als een vogel oefent met ontwaken -
begint het hartstochtuur van alle stof
dat de dood verloor.
O uur van geboorten,
kringen in de pijn, waarin de eerste rib
gevormd wordt van een nieuwe mens.
Liefste, de hartstocht van jouw stof
trekt bruisend door mijn hart.
© Vert.: Piet Thomas
Israël,
ooit nameloos,
omsponnen nog door doodsklimop,
werkte in jou verborgen eeuwigheid,
klom je droomzwaar
naar de magische spiralen van de maantorens,
rondcirkelend in het met
dierenmaskers verhulde gesternte -
of, met de stormkracht van de ram ,
in de mirakelstomheid van de vissen -
Tot de verzegelde hemel openbrak
en jij,
de grootste waaghals van de nachtelijke zwervers,
door de wonde Gods geraakt,
in de afgrond uit het licht viel.
©
Vert.: Piet Thomas
Zo klimt de berg
mijn venster binnen.
Onmenselijk is de liefde,
verplaatst mijn hart
in de glans van jouw stof.
Weemoedig graniet wordt mijn bloed.
Onmenselijk is de liefde.
Nacht en dood bouwen hun land
naar binnen, naar buiten -
niet voor de zon.
Ster is een verzegeld avondwoord -
stukgescheurd
door het onmenselijke bergpad
van de liefde.
©Vert.: Piet Thomas
Hoe ver jouw weg van
de zegen
langs een eeuwigheid tranen
tot aan de kromming van de weg
waar jij in as gevallen,
jouw vijand met de rook
van jouw verbrande lijf
jouw doodverlatenheid
aan het voorhoofd van de hemel schreef!
Wat voor een dood!
Waar alle helpende engelen
met bloedende vleugels hingen,
verscheurd in de prikkeldraad
van de tijd.
©Vert.:Piet Thomas
Als vlammen soms
jaagt het doorheen ons lichaam -
als was het nog verweven
met de geboorte
van de sterren.
Hoe traag lichten wij op in helderheid -
©Vert.: Piet Thomas
Troostlichten
Waarom ween je, ziel, hier zo beneden?
Glimlach, want de liefde, zij is zeker -
Speel, al is een snaar gesprongen.
Wat verstomd is speelt nu in Gods vrede.
Tranen, word droog. Zie toch hoe ze fonkelen,
Jouw lichten die je wijzen waar de weg is-
Zoals zwaluwen naar heimwee geuren,
Reizen de slagen van jouw hart weg uit het duister.
©Vert.: Piet Thomas
Categorie:Work in Progress
|