De Belgische toekomst en de op til zijnde verkiezingen van 2014.
Een bestuur, leiding of regering die steunt op corruptie en machtsmisbruik biedt geen zekerheid of toekomst voor zichzelf of de onderhorige en kan slecht op wantrouwen rekenen, niet op stabiliteit of solidariteit van andere dan de eigen bestuursleden en mede verantwoordelijken.
Het volksbelang is onverbrekelijk verbonden aan het belang van een gezonde economie, wat slechts haalbaar is als men corruptie behoorlijk kan aanpakken en uitsluiten. Een maatschappij is als een bedrijf en kan niet vlot en rendabel functioneren indien er geen orde doch wanorde heerst.
Een regering die op corruptie en illegaliteit steunt staat met een been in de criminaliteit en is een constante bedreiging voor zowel de eigen bevolking als landelijke economie. Een regering die niet drastisch optreedt tegen corruptie en criminaliteit in eigen rangen ondermijnt de eigen geloofwaardigheid en de vrijheid en veiligheid van haar burgers. Zij pleegt daarmee verraad aan het volk en verdient niet meer dan door het volk afgewezen te worden.
Tijdens en na elke regeerperiode moeten getroffenen vrijuit klacht neer kunnen leggen tegen inbreuken met ernstige gevolgen door regeringsfunctionarissen, waarop het aan de parketten is om na te gaan of er al dan niet rede tot ingrijpen is, zonder dat een regering hierin tussen kan komen. Momenteel is in België de scheiding van machten een dode letter, en bij herhaling werd er in het verleden door de regering ingegrepen waar men theoretisch niet mocht of kon ingrijpen, of niet opgetreden door aanpassingen in te voeren waar het wel nodig bleek.
De regering Di Rupo was een aanfluiting van de democratie en brak alle records op het vlak van corruptie, machtsmisbruik, onbekwaamheid en graaizucht van haar leden.
De persvrijheid of vrijheid van meningsuiting is anno 2013 een aanfluiting en verre van aanvaardbaar. Deze vrijheid moet dringend hersteld en gevrijwaard worden. Opzettelijk aantijgingen en laster moeten daar en tegen strafbaar blijven.
Anno 2013 staat België voor de verkiezing van 2014 met als keuze;
1) ofwel de uittredende partijen verder gedogen, ondanks massale onbekwaamheid, volksverraad, walgelijke graaicultuur en illegaliteit, of noem het, criminaliteit binnen regeringsrangen,
2) ofwel een stem geven aan totale verandering en het zich afkeren van de klassieke doch totaal falende politieke culturen.
Elke regering die aantreedt en geen stappen onderneemt tegen regeringsfunctionarissen van een uittredende of de eigen regering die opzettelijk en bewust machtsmisbruik plegen of pleegden, zet de deur open voor voortzetting van machtsmisbruik en verraad daarmee ook het volk en het land.
Duidelijke en toepasbare wetten, en een bruikbare dienst voor recht en orde, kunnen een land en zijn economie niet schaden, integendeel.
De grootste handicap voor België op het bestuurlijk vlak is wel de straffeloosheid die een vaste en gewaarborgde factor blijkt te zijn. België wordt door elke aantredende regering sinds haar vorming als onafhankelijke staat, door eenzelfde factor politiek gericht, ongeacht welke politieke strekking aan de macht is.
Dergelijke constante wijst op een invloed van buiten de politiek met een constante betrokkenheid en doelstelling, die echter invloed kan uitoefenen op de politiek. Hier rest één mogelijke piste, namelijk geld en eigen gewin, met als mogelijke geldschieters degene die geld hebben, namelijk de adel of de aristocratie, met bovenaan het koningshuis. Buiten de adellijke kringen is er nog de industriële machthebbers, oorspronkelijk veelal ook van adellijken bloede of uit oude aristocratische milieus, doch de continuïteit wijst vooral in de richting van de monarchie.
Het omverwerpen van het systeem van straffeloosheid tijdens en na een regeerperiode, van de leden van een regeringscoalitie, vergt in België het afschaffen van de monarchie, die financieel gespijsd wordt door de industriële aandelen in de handel uit de vroegere private kolonie van de Vorst, de latere Belgische kolonie, Kongo.
Straffeloosheid is de grootste bron voor chaos, corruptie en destructie op alle terreinen, en is dan ook de voornaamste factor in de afbouw van de Belgische welvaart voor haar burgers en van haar industriële aantrekkelijkheid, net zoals het rede is voor het stijgende ongenoegen en onvrede van de bevolking dat zich vertaalt in voortdurende stakingen en sabotage van bedrijven.
Ook het stijgend politiek verzet met groeiend politiek rechts en afwijzing van Europa. Een Europese Unie die door zijn slechte opbouw en wankele onderbouw meer nadelen van voordelen aan de bevolking biedt, en hun onzekerheid versterkt is slechts olie op het vuur van ongenoegen, en terecht.
Verantwoordelijken zouden principieel zwaardere straffen moeten krijgen als hun onderhorigen voor dezelfde daden, zeker daar waar het duidelijk is dat zij bewust mee aan de basis liggen van wantoestanden of strafbare feiten en illegaliteit.
Straffeloosheid echter laat het bewust falen uit eigenbelang toe en moedigt het misbruik en de corruptie aan.
Men mag echter het falen nooit zonder duidelijke gronden als een opzet omschrijven en moet zich hoeden om het onopzettelijke niet als een opzettelijke daad aan te duiden.