Dagboek over mijn genderzoektocht Plots viel alles op z'n plaats. Ik besefte dat ik geboren was in het foute lichaam. Ik was gesocialiseerd als meisje, maar eigenlijk ben ik een jongen.
De weg naar mijn zelfwording kan je lezen in deze weblog.
15-05-2009
Update
Zo, nu mijn rapporten en verslagen klaar zijn kan ik eindelijk nog eens een update geven van mijn situatie.
Op 28 april had ik een afspraak bij dr. Heylens. Ik was eigenlijk behoorlijk pist omwille van mijn dagelijks bloedverlies dat nog niet een beetje was ook. Voor Heylens was dit iets dat hij in zijn carrière nog niet meegemaakt had. Hij vond het dan ook goed dat ik een afspraak gemaakt had met de gynaecoloog van het genderteam.
Daarnaast hebben we ook de datum voor mijn eerste operatie besproken. Aangezien het in de werksituatie van mijn partner niet mogelijk is om verlof op te nemen van november tot en met februari, zou ik de eerste operatie graag in september of oktober hebben. Dat wist Heylens al langer maar nu kwam hij vertellen dat een operatie dan al niet zou gaan. Een afspraak met de chirurg Monstrey ligt vast voor begin juli. Kon dat dan niet eerder? Neen. Volgens hem kan de afspraak met Monstrey niet vastgelegd worden voor de start met de testosteron. Ik confronteerde hem met wat in de transseksualiteit-brochure staat van het UZ: de borstoperatie kan evt. bij de start met testosteron. Dat ontkende Heylens nu toch. Soit, hij belde naar de planningsdienst voor chirurgie om te horen wanneer een datum voor de eerste gecombineerde operatie zou kunnen. Niet meer voor februari, was het antwoord. En afzonderlijke operaties? Ja, dat zou wel kunnen in september/oktober want dan moeten die twee chirurgen hun agenda niet op elkaar afgestemd worden en is er dus meer mogelijk. Dat betekent wel twee keer anesthesie en wellicht een meerkost van enkele honderden euro's, wist Heylens me te zeggen. Maar om sociale redenen zou hij hiervoor wel zijn goedkeuring willen geven.
We laten het even rusten en wachten de consultaties af.
Bij de gynaecoloog van het genderteam, dr. Weyers (afspraak 12 mei) bleek dat alles in orde is met mijn binnenboel. De eierstokken zijn nu 2 cm groot (normaalgezien zijn die 2,5 cm) en de baarmoeder is ook al gekrompen. Toch is er slijmvorming zichtbaar (tja, dat wist ik wel). Verklaring: er wordt bij mij teveel testosteron omgezet in oestradiol (dat is zoiets als oestrogenen in een mannenlichaam, heel normaal - daarom hebben sommige mannen borstjes). Wel, bij mij vormt dat dus slijmvorming die er niet zou moeten zijn op dit moment.
Oplossing: Laten we proberen die bloedingen te stoppen door in plaats van 1, 2 pilletjes Orgametril (een progestageen) te nemen. Helpt dit niet, dan kom je nog maar eens terug om een andere strategie te bedenken. Als de bloedingen gestopt zijn neem je nog twee weken twee pilletjes en daarna ga je terug naar eentje per dag.
Goed nieuws: nu is het echt aan 't minderen. Ik zal blij zijn als het helemaal gestopt is.
Daarnaast wou ik ook nog iets vertellen over mijn relatie met mijn mannelijke partner. Na toch een aantal moeilijke maanden gaat het nu terug beter tussen ons. Eigenlijk zijn we het eensgeworden dat we het kerngezin, ons gezin met onze twee zoontjes, zo belangrijk vinden, dat we terug willen investeren in onszelf. Of liever, we hebben in die moeilijke periode eigenlijk de meeste investering gedaan waarvan we nu de gevolgen kennen: rust en vreugde in ons gezin. Wellicht is dit tijdelijk want alles verandert altijd maar voor nu is het goed zo, héél goed. 't Is zelfs echt fijn in ons gezin momenteel. Een thuis.
Ondanks het goede weer voel ik me uitgeput en moe. Ik kan niet anders dan het toeschrijven aan de hormonen die in mijn lijf vechten. Een hele hormoonbalans moet beginnen anders draaien, anders werken dan dan het 31 jaar gedaan heeft. Dat laat zich voelen. Vermoeidheid, da's een, maar nog veel moeilijker heb ik het met dat bloedverlies. In vergelijking met andere dagen is het vandaag weer wat minder, maar toch. Ik betrouw het zaakje zonder tampon niet. Dan loop ik nog onrustiger.
Daarnaast vind ik dat ik niet mag klagen. Ik heb nu toch wat ik wou? De start met de testosteron is nu een feit, dat wou ik toch? Waarom zou ik dan lopen klagen? Of wat had ik gedacht misschien, dat zo'n transitie een pleziertje was? Op dit moment is het dat allerminst.
Ik wil er ook niet over praten, wil er niet mee geconfronteerd want ik voel me al zo lastig en bovendien zijn er na 3 weken nog steeds geen veranderingen te merken.
O ja, mijn clitoris is al wel 6 millimeter gegroeid. Maar het 'vermuiten', het wisselen van stem -daar waar ik zo op zit te wachten omdat dat me meer passabel zal maken- blijft maar uit.
Wellicht verwacht ik teveel op korte termijn. Dat weet ik wel. Maar het maakt er mijn humeur niet beter op. Temeer dat de vermoeidheid niet verdwijnt door te zeggen dat ik het nu accepteer dat ik moe ben en voor de rest niet teveel moet willen doen.
Ik wil eigenlijk in een cocon kruipen. Letterlijk als het ware. Maar zo werkt het niet...
Soit. Heb nu toch even durven 'zagen' en ja, dat geeft me een opgeluchter gevoel. Ik wil trouwens ook een realistisch beeld geven voor mensen die in hetzelfde schuitje als ik zitten en hier meelezen. Die hormonen doen wat met een mens. Niet te onderschatten.
Ik heb gisteren trouwens een brief gekregen voor de mutualiteit mbt het terugbetalen van de Sustanon (testosteron). Daarop staan twee testosteronwaarden op. Voor de start met de Orgametril (vrouwelijk-hormoon-onderdrukkers) had ik een testowaarde van 31,5. Na de dik twee maand slechts 19,9 meer. Dat was de waarde vlak voor mijn eerste testosteroninjectie.
Geen idee wat dat allemaal betekent in concreto, maar in ieder geval zou dit kunnen helpen om zolang er een V op mijn pas staat, toch terugbetaling te krijgen van die Sustanon. Afwachten of het lukt.
En voila, zo gaat de tijd maar verder en verder en ben ik over 6 dagen alweer toe aan mijn volgende testospuit (de derde). Ik zal maar geduld hebben tov mijn veranderingen want forceren gaat sowieso niet. Geduld, geduld. Een mens moet dat toch héél veel hebben hé...
O ja, 't is vandaag trouwens precies 1 jaar geleden dat ik mijn genderdysforie durfde de erkennen. In dat jaar tijd is er dan toch veel gebeurd en daar ben ik blij om.
Zonet heb ik gebeld voor een afspraak met dr. Weyers.
"Is 't voor een gewoon controleonderzoek?" "Neen."
Ik heb dan maar de uitleg gedaan. De datum die ze voorstelden was 9 juni. Ja hallo, da's wel nog lang hé. "Kan het niet eerder?"
De persoon aan de lijn riep "Rita" en toen kreeg ik een muziekje.
"Hallo mevrouw?"
"Euh... ja...?" (dwaas mens, dat ze na mijn uitleg mij aanspreekt met mevrouw. Daar zouden ze toch wel beter moeten weten... Nu stel ik me al zoiets voor dat als ik daar zal zijn ik word opgeroepen met 'mevrouw P.' ...).
Ik kreeg een datum: 12 mei om 8 uur.
Ik mailde dit vandaag naar mijn endocrinoloog en krijg al gelijk antwoord:
Beste,
toen ik op 6 april op consultatie kwam zei u dat mijn spotting met het nemen van testosteron wel helemaal zou verdwijnen. Het tegendeel is waar: het is verergerd. Ik kan de dag niet doorkomen zonder tampon, wat ik uiteraard helemaal niet fijn vind.
Ik hoopte dat het nu met mijn tweede spuit (vrijdag gekregen) zou
beteren maar ook nu lijkt het nog te verergeren (naar meer dan 1
tampon per dag).
Kan ik hiervoor al eerder op consultatie komen? Zou het dan
aangeraden zijn om de testosteron op te drijven of misschien al een vroegere baarmoederverwijdering?
Het is echt heel storend en het werkt ook op mijn psychè.
Vriendelijke groet,
Patrick P.
Antwoord van dr. T'Sjoen:
Beste mijnheer,
Ik denk dat bij deze blijvende problemen (die zeer ongewoon zijn onder deze hormonale behandeling) u op consultatie moet bij de gynaecoloog van het genderteam, Dr. S. Weyers, 09/xxxxxxxx voor afspraak.
mvg,
Guy T'Sjoen, MD, PhD
Department of Endocrinology - Andrology
Center for Sexology and Genderproblems
University Hospital Ghent
Allé, ik weet wat doen morgen: bellen!
Anderzijds moet ik toch ook erkennen dat ik me toch ook wel wat zorgen maak (omdat het zo ongewoon blijkt te zijn)...
Na het krijgen van mijn twee spuit (2 dagen te vroeg, maar maandag heb ik geen tijd en ik wil naar de donderdag komen als vaste dag, vandaar dus vandaag reeds) wil ik de veranderingen tot hiertoe op een rijtje zetten:
- de eerste twee dagen na mijn eerste spuit was ik héél erg moe. Dat moet-zijn hoeft niet noodzakelijk een verband te hebben met de spuit, maar toch voelt het voor mij aan of er een verband is.
- na bijna twee weken merk ik dat mijn clitoris gegroeid is.
- ik heb de indruk dat mijn stem heel subtiel wat verandert, maar ik ben echt de enige die dat merkt, dus hou ik dat beter voor mezelf. 't Is trouwens gewoon de resonantie in mijn hoofd bij het spreken of zingen die naar mijn hersenen anders klinkt. Kan placebo zijn, kan echt zijn.
- anderhalve week na die eerste spuit begon ik nogal emotioneel te worden: zin om te wenen, verdrietjes... precies een klein meisje. Dat emotionele gevoel verdween ongeveer 3 à 4 uur na mijn tweede spuit. Nu voel ik me weer zelfzekerder en zo. Kan ook gelul zijn, maar het psychische is belangrijk en heeft kracht, daar ben ik van overtuigd (met andere woorden: ik verlangde al hevig naar mijn tweede spuit).
- ik heb meer libido gekregen. Door de Orgametril was dat nihil geworden maar nu is het er terug. Volgens mij hangt dit ook samen met het groeien van de clitoris want dat geeft een getintel aldaar en dus denken mijn hersenen aan seks. Mij laten penetreren lukt echter niet meer, dat zie ik psychisch en dus ook lichamelijk niet meer zitten.
- ik heb meer bloedverlies gekregen, je kan het geen spotting meer noemen, hoewel ik wel toekom met 1 minitampon voor een hele dag.
- ik heb hier en daar op mijn bovenbenen een rood pukkeltje gekregen. Volgens mij gaan daar binnenkort haartjes uit groeien.
- ik heb de indruk (maar ook dat kan meer tussen mijn oren zitten dan realiteit zijn) dat mijn vetten zich minder concentreren op mijn heupen maar meer op mijn buik. Ik merk wel dat mijn broeken op mijn heupen losser zitten, dus vast wel niet helemaal placebo.
- mijn borsten voelen (nog) meer aan als bijna-lege papzakjes. Ik hoop dat alle hards er uit gaat gaan. Nu is het wel zo dat die slappe dingen echt niet om aan te zien zijn. Maar eigenlijk was dat al zo door 4 jaar borstvoeding te geven, dus geen erg (zo mogen er toch af).
Voila, ik denk dat het dat zowat is tot hiertoe.
Dus nog geen beharing op mijn gezicht (behalve dan het licht snorretje dat ik al sinds mijn tienerjaren heb).
Zo, het is zover: mijn eerste shot testosteron zit in mijn bil.
Een halve ampul Sustanon wat blijkbaar gebruikelijk en aangewezen is.
Dr. T'Sjoen schreef de voorschriften en ik vroeg of ik daar al niet direct een spuit kreeg. 'Normaal niet, tenzij je het heel graag wil', zei hij. Ja natuurlijk!
Nadat ik dan beneden gegaan was om mijn bloed te prikken mocht ik terug naar boven voor mijn eerste spuit testo.
Nu doet mijn bil wat pijn maar ja, daar valt mee te leven.
Ik ben héél blij dat het daar al gekregen heb want mijn apotheker is op verlof en nu heb ik rustig twee weekjes de tijd om alles in huis te halen. Geweldig!
Eerste effecten?
Ik voel me moe, maar ja, ik ben dan ook vroeg opgestaan vanmorgen en loop sinds de overschakeling naar het zomeruur al moe rond, dus wellicht heeft de testo er op dit moment niets mee te maken.
Afgezien van een pijnlijke bil heb ik verder niets te melden.
Of toch, maar eerder psychisch dan: ik voel een diepe vreugde.
Het is merkwaardig hoe weinig ik hier schrijf nu de start met de testosteron in aantocht is. Het is niet dat het me niet bezighoudt, zeker niet. Ik ben weldegelijk aan het aftellen en ja, soms zelfs met een bang hartje. Maar toch, al bij al voel ik vertrouwen.
Hetgene waar ik het meest angst voor heb is wat de testo met mij psychisch gaat doen. Zal ik stemmingsschommelingen hebben daardoor of niet? Wordt ik een etter met momenten of gaat het nogal meevallen? Ga ik de ene week het gevoel hebben de wereld aan te kunnen en de andere week de indruk hebben dat ik niets meer kan? Veel zaken om te bespreken met de endocrinoloog. Wat de testo lichamelijk zal doen, daar ben ik minder bang voor. Hoewel, ik moet het toegeven, hoop ik op niet nog meer puistjes, want ik heb er al genoeg (zeker als ik stress heb). Ik vraag me ook af of het krijgen van baardhaar pijn doet. Doet dat bij tienerjongens pijn?
Ik voel ook wel verdriet dat ik de puberteit waar ik nu doorheen zal gaan niet kon meemaken in mijn tienerjaren. Dan kon ik veel meer experimenteren en uitproberen dan nu, nu ik pappie ben van twee kids, getrouwd en zogezegd 'volwassen' ben.
Ik merk in mezelf ook verandering op seksueel gebied. Het valt me moeilijker en moeilijker om met een man het bed te delen. Toch is mijn gezin mij dierbaar. Ik wacht af en zie hoe alles verder evolueert. En ja, mijn partner is meer homo dan ik, dat merk ik nu al. Hij zal mij niet verlaten. Ik zal degene zijn die stappen moet ondernemen. Laat ik daar nu maar niet aan denken. Gezin-vormen is belangrijk. Ik heb zijn steun (nog) nodig, zelfs als er soms hevige conflicten zijn.
Dus ja, ik steven af op T-day.
Ik voel me er al bij al rustig over.
Ook al is het hele idee van een transitie vanop een afstand bekeken iets waanzinnigs. Maar dan ook weer niet want ook ik heb recht op geluk.
Gisteren was ik voor de 7e (? ik ben de tel kwijtgeraakt vrees ik) keer bij dr. Heylens van het UZ Gent genderteam.
Ik vertelde hoe mijn start met de Orgametril voorafgegaan was aan enkele daagjes krampachtig zoeken naar 'vrouw zijn' in mijn voorbije leven. Dat er rust over mij kwam toen ik effectief startte met de hormoononderdrukkers. Hoe ik jaloers ben op de snelheid van een jongen zoals ik die een alternatief circuit volgt en tegelijkertijd ook inzie dat de traagheid ook deugdelijk is. Hoe ik nu toch wat meer vooruitgang wens en graag wat meer controle heb over mijn proces (ook naar de eerste operatie toe).
Hij zei dat ik groen licht heb. Dat hij me zal voorleggen op een teamvergadering.
Dat betekent dat ik op 6 april mijn eerste shot testo zal krijgen. Het is goed zo. Heel goed.
Het is een progestageen: het heeft dezelfde werking als het natuurlijke vrouwelijke geslachtshormoon progesteron (= 'zwangerschapshormoon').
Progesteron wordt ná de eisprong (= ovulatie) halverwege de menstruatie-cyclus afgescheiden door de eierstokken. Progesteron zorgt er voor dat de baarmoederwand zó uitgroeit (= uterus-proliferatie) dat een bevruchte eicel zich erin kan nestelen (= nidatie). Vanaf de derde maand van de zwangerschap produceert de baarmoederkoek (= placenta) progesteron. Progesteron wordt daarom ook wel het 'zwangerschapshormoon' genoemd. Progesteron brengt ook de productie van moedermelk (= lactatie) na de bevalling (= post partem) op gang.
Lynestrenol is afgeleid van testosteron, maar heeft een werking die vergelijkbaar is met die van progesteron.
Het wordt gebruikt in volgende situaties:
* Amenorroe: uitblijven van de menstruatie
* bepaalde gevallen van Baarmoederkanker
* onderdrukking van Eisprong
* Endometriose
* voorkomen van Endometrium-hyperplasie
* Menorragie: hevige en langdurige menstruatie
* onderdrukken van of uitstellen van Menstruatie-cyclus
* Oligomenorroe: lange en onregelmatige tussenpozen tussen twee menstruaties
* onderdrukken van Ovulatiepijn
* Premenstrueel-syndroom
* Polymenorroe: korte en onregelmatige tussenpozen tussen twee menstruaties
* niet functionele Uterus-bloedingen
Het bloeden heeft lang, heel lang geduurd. Sinds gisteren (dus na 14 dagen) durf ik zeggen dat ik uitgebloed ben, hoewel er heel af en toe toch nog wel iets bruinigs te zien is bij het afvegen na toiletbezoek.
Mijn libido is zwaar gezakt. Ik vind dat helemaal niet erg maar mijn partner vindt dat wel wat jammer.
Gisteren kneep ik eens in mijn tepel en wonder boven wonder: er spoot een straaltje uit. Net alsof ik borstvoeding zou gaan geven. 't Was enkel bij de rechterborst, niet bij de linker. Toch vond ik dit enorm verbazend. Vandaar dat ik dus mijn opzoekingswerk gedaan heb en ja, nu begrijp ik dat dat van die Orgametril komt. Al een geluk dat ik er geen pijnlijke borsten bij krijg. Dan zou het hek al helemaal van de dam zijn. En ook gelukkig dat het enkel komt als ik het stimuleer. Dat moet ik dus maar niet doen, want borstvoeding geven, daar heb ik nu eens echt geen schijte goesting meer voor.
Voorts merk ik geen bijwerkingen.
Op hoop van zegen!
Aangezien de endocrinoloog gezegd had dat ik kan verdikken van deze pillen ben ik sinds vorige week beginnen zwemmen. Ik probeer nu minstens 2 keer per week een kwartiertje nonstop te gaan zwemmen. Baantjes trekken zouden mijn schouders kunnen verbreden en zorgen voor spierballen. Dat geeft me sowieso een mannelijker look. En bovendien is het zowel voor lichaam als geest gezond.
Vorig weekend lag ik behoorlijk in de knoei met mijn transseksualiteit. Door het opruimen voor verhuis en verbouwingen ben ik nl. een heleboel foto's van mezelf tegengekomen. Zag ik er niet best okee uit als meisje? Ik heb toch echt wel fijne momenten ook gekend? Zou mijn genderdysforie niet toch iets zijn van de laatste tijd en dus geen transseksualiteit?
Ik heb mijn foto's laten zien aan mijn psycholoog. "Zo vaak zo anders", zei hij over mij op mijn foto's. En dat foto's natuurlijk ook maar een momentopname zijn.
Ik was behoorlijk in paniek. Want net nu het ruim verspreid is dat ik aan een transitie bezig ben zou ik terugkrabbelen? Of had het meer met de angsten te maken van echt te beginnen aan mijn proces door eerstdaags te starten met Orgametril. Mijn laatste maandstonden waren op komst. Ik zag al eens een veeg bruin/rood. En nog eens. Maar dat zijn duidelijk geen maandstonden. Omdat het zo maar bleef aanmodderen en ik niet goed wist wat te doen (omdat mij gezegd was met Orgametril te beginnen op de tweede of derde dag van de maandstonden), heb ik de derde dag dat het zo iets of niets was mijn eerste pilletje Orgametril genomen. Raar maar waar: er kwam weer genderrust over mij. 't Was okee. Geen getwijfel. Gewoon doen. En zo heb ik vanmorgen dus al mijn derde pilletje genomen.
Ik vraag me wel af of het nu daardoor komt dat mijn maandstonden maar blijven aanmodderen en niet echt doorbreken. Ik had nochtans gehoopt op een laatste keer zware vloed om dan met een ritueel met een volle tampon voorgoed afscheid te nemen van dat aspect van mijn vrouwelijkheid. Maar neen, dat zit er niet in. Blijkbaar heeft mijn psychè een grotere invloed en verdwijnt het in stilte? Ik hoop maar dat het beetje bloeden dan toch rap stopt. Het mag stoppen. Het mag gedaan zijn. Voor eens en voor altijd. Ik heb er vrede mee.
Met betrekking tot het versturen van de nieuwjaarsbrief (je weet wel: in plaats van louter wensen over te brengen laat je de mensen weten wat er het voorbije jaar zowat gebeurd is in je gezin) heb ik wel wat stress gekend. Hoe zou het op mensen overkomen. Plots weet 'de hele wereld' dat ik aan een transitie bezig ben. Is het wel juist, mijn transitie? Of is het maar een leugen en moet er een erratum volgen? Ik heb er over nagedacht, over gepraat en gevoeld: mijn genderdysforie is echt. Ik wil mijn verleden niet verloochenen maar ik durf toegeven dat ik te hard geprobeerd heb iemand te zijn die ik niet ben. Ik blijf min of meer wel dezelfde (vermoed ik) doorheen mijn transitie, maar toch zal ik anders worden. Ik ben al veranderd: ik heb weer levensdrift. Ik zie mijn leven zitten als man. Ja, ik zie het zitten om oud te worden op die manier. Da's zó een wereld van verschil. Toch is het ook nu wel wat zoeken naar identiteit. Maar doorheen alle dagelijkse aangelegenheden merk ik dat ik wel identiteit heb. Het is goed. Ik mag mijn transitie aanvaarden. De hele wereld mag het weten. En over een aantal jaren doet het er niet meer toe. Ook dat is goed.
En zo ging ik dinsdag naar dr. Heylens van het genderteam. Heel rustig. Mijn brede coming-out overlopend. Dat het juist aanvoelt als mensen me aanspreken met 'meneer' en Patrick. Ook mbt de familie en schoonfamilie. Hoe ik mensen tijd geef. Hoe ik uitkijk naar echte verandering zodat het voor familie ook makkelijker wordt in mij een man te zien. Enzovoort. En zo kreeg ik mijn eerste drie voorschriften voor Orgametril, een progestageen die de vrouwelijke hormonen onderdrukt zodat er geen eisprong en dus geen maandstonden meer zullen plaatsvinden. Begin februari nog een keer en vanaf dag 1 van de bloeding start ik met de Orgametril. Dat neem ik dan door tot de operatie waar de eierstokken worden verwijderd. Het is goed. Ik zie het zitten. Het lichamelijke proces mag beginnen.
Ik las net de berichtjes, de reacties op mijn posts. Fijn, echt fijn dat er met me meegedacht wordt. Dankjewel lieve mensen daarvoor. Ik was er zondagavond al uit, uit mijn twijfels en vragen die meer te maken hebben met 'anderen' dan met mijzelf. Ik had mezelf teruggevonden en ging dan ook vertrouwvol naar dr. T'Sjoen, de endocrinoloog. Veel stelde het eigenlijk niet voor. Een verpleegster woog me, de dokter vroeg me naar ziekten en operaties, luisterde naar hart en longen (ja die laatste piepten, maar dat vermoedde ik al met zo'n hoest als ik nu weer heb), voelde eens aan mijn schildklier omdat ik verteld had dat mijn zus daar een probleem mee heeft en voila, dat was het zo wat. Hij vroeg me ook eens te dromen over wat ik zou willen. Het gaan van de volledige weg. Zo compleet als mogelijk man worden. Ja, dat is wat ik wil. 'De hele weg', zei hij. Ja, toch wel. Ik ben niet zo iemand die tussen de genders in wil leven. Bijvoorbeeld een mannelijk uiterlijk maar dan toch een vrouwelijke 'allonder' (zoals Thomas Beatie, die transman die een kind heeft gebaard in de VS). Dat past niet bij mij. Temeer ook ik het niet-hebben van een penis echt als een gemis ervaar, meer en meer. Dus ja, het hele traject. Hij zei me dat ik er al vlot mannelijk voorkom. Blinkblink En vroeg me ook naar mijn acné. Volgens mij heeft dat met stress te maken. Toch, zo wist Hans me gisterenavond te vertellen, hangt het ook samen met mijn genderdysforie-erkenning want 't is pas sinds ik mezelf zie als man gevangen in een vrouwenlichaam dat ik meer puistjes ben beginnen krijgen. Of mijn huid al vanzelf een of ander veranderproces aan 't doormaken is, louter en alleen gemotiveerd door de psychè. Zou kunnen. Jammer dat ik dat vergeten zeggen ben. Soit, ik moest dan beneden in 't UZ bloed laten trekken voor drie papieren: een hormonenonderzoek, een chromosomenonderzoek en nog eentje dat ik niet meer weet, maar ik vermoed dat dat het standaardpapier was. Eerst nog een nieuwe datum vastleggen. Blijkbaar verwachte hij me pas over 4 maand terug. Maar dan zijn we al bijna juni en dat is toch het moment dat ik zou kunnen beginnen met testosteron, dacht ik. En zo heb ik het voor elkaar gekregen dat ik op 6 april mijn volgende afspraak heb. En wie weet, zo hoop ik stiekem, krijg ik toch vanaf dan al een eerste shot testosteron??? We zullen zien... Maar voor mijn gemoedsrust ga ik toch maar uit van 'voor de grote vakantie', zo zal ik alleen maar verheugd kunnen zijn en niet teleurgesteld. O ja, de Orgametril: de onderdrukkers van de vrouwelijke hormonen, of anders gezegd: de pil. Hoewel ik er in eerste instantie niet zo voor te vinden was, vind ik het nu toch een geweldig goed idee dat ik dat zou nemen om mijn maandstonden niet langer meer te hebben. Met Heylens was er al afgesproken dat ik op mijn eerstvolgende afspraak van hem een voorschrift hiervoor meekrijg (de 20e januari dus) Ik vroeg T'Sjoen wanneer in de cyclus dat genomen moet worden: op de derde dag van de maandstonden. Laat het nu gisteren dus net de tweede dag zijn zeker! Maar neen, T'Sjoen wou me geen voorschrift meegeven. Het is Heylens die de beslissingen neemt. En ik was te laf om te vragen om Heylens even te bellen. En zo zal ik dus toch nog eens mijn maandstonden moeten krijgen. Allé vooruit: begin februari de allerlaatste maandstonden van mijn leven. Het bloed trekken ging vlot. Ongelooflijk goed kunnen ze daar prikken zeg. Nog nooit is er zo vlot bloed getrokken. Chapeau voor die 'priksters'. Ik zal de 20e bij Heylens wel horen wat mijn bloed aan interessants te zeggen heeft, veronderstel ik. Ik ben wel benieuwd!
Met andere woorden: de transitie-tocht lijkt toch wel de juiste weg voor mij te zijn. Soms overvalt de twijfel mij weer even maar na zo'n stap, zoals dit endocrinologie-bezoek, heb ik weer meer vertrouwen. Wat 'men' zegt is wel belangrijk, maar het allerbelangrijkste is wat ik zelf voel. En nu voel ik vrede. Vrede rond mijn transitie. 't Is okee.
Over twee daagjes heb ik mijn eerste afspraak met de endocrinoloog. Iets om me geen zorgen over te maken, zo vernam ik al op het forum van de Vlaamse Genderkring. En toch. Dit is toch een belangrijke stap in transitie. Zonder deze stap, kan er niets werkelijk veranderen. Er moet nu eenmaal een zicht komen op mijn natuurlijke hormoonwaarden voor ik hormonen kan beginnen nemen. Stelt dus niet veel voor. Maar toch voelt het aan als een stap. Een grote stap. Durf ik die stap wel zetten? Stel dat heel mijn transseksualiteit een leugen is? Of misschien heb ik wel een of andere ziekte waardoor ik toch niet in transitie mag? Wil ik wel man worden? Wat met al die mensen uit mijn verleden, uit mijn jeugd. Zien ze mij als een verrader? Ik voel me een verrader. Ik heb verdorie kinderen gebaard en de borst gegeven. Ik zou het nu, vanuit de kennis van mijn genderdysforie, niet meer kunnen. Maar toen probeerde ik nog zo goed mogelijk vrouw te zijn, en ja, dat hoorde erbij. Maar toch. Zien de mensen dat ook zo? Of denken ze dat ik nu wel op een serieus fout spoor zit? Misschien denken ze wel dat ik mezelf tekort doe door met deze transitie door te gaan. En wat als ze op lange termijn gelijk krijgen? Wat als ik op mijn sterfbed zeg dat het toch beter geweest was in een vrouwenlichaam te blijven? Wat als ik dat moet concluderen omwille van mijn kinderen? Omwille van het belang dat ik stel in een 'goede thuis' voor hen? Wat met mijn eigen seksuele verlangens? Het is vandaag één grote warboel in mijn hoofd. En daarnaast ben ik ook snipverkouden, op het randje van bronchitis af, of misschien is het dat toch wel al - opletten voor mijn gevoeligheid voor longontsteking. Maar ja, ziek dus. En maandag wellicht nog niet veel beter. En dan 's morgensvroeg moeten opstaan, de kinderen naar de voorschoolse opvang (dat zal hun allereerste keer zijn) enz... Zorgen, zorgen, zorgen. Waarom al mijn twijfels plots? Misschien komt het wel door het uitdelen van onze nieuwjaarswensen. We schreven een hele brief met enkele gebeurtenissen van het voorbije jaar per gezinslid. Daarin dus ook de ontdekking van mijn genderdysforie. En de vraag aan mensen te proberen mij Patrick te noemen. Mijn broers en zus en hun aanhang heeft de brief gekregen, gelezen en er niets over gezegd. Wél spreekt mijn moeder nu ook over mij tegen de kids met het gebruik van 'pappie' in plaats van 'mama'. Knap van mijn moeder. Echt knap. Maar dan... Zoveel mensen uit mijn geboortestreek waarbij ik een zekere drempel voel om me te uiten, of om mijn nieuwjaarsbrief te geven. Bang? Ik denk het. Bang omdat het misschien toch allemaal een leugen is... En bang omdat er dan geen weg terug is. Maar hoe dan ook, ik zie mezelf als vrouw ook niet functioneren op lange termijn. Waarom zie ik mezelf als man wel oud worden? Jeetje, 't is weer verwarrend allemaal. Dat mijn hoofdpijn en mijn angsten en mijn gesnotter en gehoest maar allemaal vlug verdwijnt!
Vandaag was ik samen met mijn partner bij dr. Heylens van het Genderteam (UZ Gent). Het was goed voor Hans dat hij even kon vertellen over zijn omgaan met mijn transitie. Niet dat ik daar iets nieuws gehoord heb: voorlopig blijven we bij elkaar. Een idee van Hans dat uitgewerkt wordt is wel om een 'nieuwjaarsbrief' te versturen naar vrienden en kennissen. Da's eens wat anders dan het gebruikelijke kaartje met wensen. We gaan daarin van elk gezinslid enkele belangrijke elementen van 2008 vermelden. En bij mij komt uiteraard mijn transitie en naamsverandering. Heylens ziet dit ook als een goede en noodzakelijke stap in mijn transitie: het bekendmaken naar de ruimere wereld. In casu gaat het dan vooral om de contacten die Hans heeft, want mijn wereld noemt me al Patrick. Behalve dan mijn familie, maar dat is een hoofdstuk apart. Nu vroeg Heylens me ook nogal omslachtig en met veel te veel woorden hoe ik aankijk tegen het protocol en de (lange) wachttijd die ik nog te gaan heb. Ik zei het zoals ik het zie: na mijn afspraak op 5 januari met de endocrinoloog start ik met Orgametril (om de vrouwelijke hormonen te onderdrukken) en dan enkele maanden later, maart of april, start ik met testosteron. Hmm... Hier was Heylens het niet zo mee eens. Vanwaar die datum? Waarom zou ik eerder kunnen dan anderen, temeer er 'vertragende aspecten' zijn (mijn kinderen bijvoorbeeld - alhoewel dat dat toch nogal meevalt, maar ja). Neen, hij wil er geen datum opplakken, maar maart/april is zeker te vroeg. Vroeger duurde de diagnostische fase zelfs 2 jaar. Nu volgens het boekske 9 maand à een jaar en ik zou op 9 maand al willen starten met testosteron. Dat pakt niet. Dus zal het ergens in juni zijn, of om het met zijn woorden te zeggen 'voor de grote vakantie', dat ik kan starten met testosteron. Pfff... Dat was een hele opdoffer. Een klap in mijn gezicht. Ik heb ook al tegen mensen gezegd dat ik rekende op maart/april en nu gaat dat dus nog enkele maanden langer wachten zijn. Moeilijk. Lastig. Vervelend. Ik HAAT wachten... Geduld geduld geduld. Dat terwijl ik van mezelf vind dat ik al zoveel geduld heb opgebracht. Maar ja... Ik blijf het UZGenderteam wel loyaal en zal dus gehoorzamen en niet clandestien beginnen met testo of andere voorschrijvers opzoeken (die zijn er naar 't schijnt dus ook in Vlaanderen - dat wist ik niet). Maar geduld, geduld, geduld... Zucht. Toch al bij al: 2009 wordt een jaar om naar uit te kijken. Vooral dan de tweede helft waarbij ik fysiek zal beginnen veranderen. Ik verlang er naar!
Het gaat hier op 't gemakske. Ik heb ook al veel te lang hier niet geschreven, merk ik. Hoewel ik toch wel vrij veel bezig geweest met genderaangelegenheden. Zoals dat ik me begin te storen aan het ge-zij en het gebruik van mijn meisjesnaam. Zoals dat ik ongeduldig begin te worden mbt hormoongebruik. Zoals dat ik gisteren mijn 5de afspraak bij Heylens had en waarbij we nu zoiets hebben van: het tempo mag verlagen. Ik zit op schema. Het is besproken dat ik de consultatie na het eerste endocrinologie-bezoek Orgametril zal beginnen nemen om de boel stil te leggen. Niet dat dat echt moet, maar ik ga dan niet meer zo onderhevig zijn aan mijn natuurlijke hormoonschommelingen en dat op zich is al veel waard. Anders zou ik toch sowieso nog een aantal maanden moeten wachten op de testo. Daar eerder aan beginnen kan sowieso niet. Ze zijn blijkbaar zelfs aan 't overwegen om de timing nog wat meer naar achter op te schuiven wat testosteron betreft. Dus ja, dan maar Orgametril. Het kan ook enige vermannelijking teweegbrengen. Dus da's dan toch wel mooi meegenomen hé. Verder heb ik het heel druk met mijn opleiding maar merk ik dat ik weinig effectief doe. De druk wordt hoger en hoger en ik weet niet wat ik er ga van maken maar soit, ik probeer toch maar (en ik weet dat ik het weer té goed wil doen). We zien dus wel. Maar toch: ik doe teveel 'op 't gemakske' en het verontrust ook mijn psycholoog. Met momenten voel ik me ook ontzettend overprikkeld dat ik begin te denken aan highsensitiveit. Het kan natuurlijk ook het eindejaarsgevoel zijn... Enfin, ik heb zin om als een eekhoorn in een holletje te kruipen en te slapen, slapen, slapen en als het weer lente wordt wil ik ontwaken met nieuwe moed en kunnen starten met belangrijke transitiestappen. Aangezien dat niet gaat, doe ik alles maar op't gemakske. Niet wetende of het eigenlijk wel goed is voor mij of niet. Maar ik doé tenminste wel iets. Op 8 december aanwervingsexamen voor stadspersoneel. Daarvoor moet ik ook wat blokken. En geen idee of ik zin heb in die job of niet. Maar dat zien we later weer wel. Zo blijf ik maar bezig. Op 't gemakske.
Vandaag ben ik nog eens langsgeweest bij dr. Heylens. Dat was mijn 4e afspraak. Deze keer was het tijd om de vragenlijsten te overlopen om (andere) stoornissen uit te sluiten. De MINI-International Neuropsychiatric Interview: "een gestructureerd interview waarbij de behandelaar zorgvuldig door een vragenlijst geleid wordt ten behoeve van de diagnose(s). Hierbij worden alle mogelijke psychische diagnoses afgewogen." Ook nog een ander interview waarvan ik de naam vergeten vragen ben (zou SCID II kunnen zijn). In ieder geval was de conclusie dat er wel sprake is van iets op de as-II, maar dat wist ik al hé, dat was Borderline Persoonlijkheidsstructuur. Dat is naar boven gekomen omdat ik moest antwoorden op vragen die gingen over mijn globale leven. Sinds ik mijn genderdysforie erkend heb, gaat het nl. veel en veel beter met mij. In die mate zelfs dat er eigenlijk van die BPS niet veel meer sprake is.
Zo is het me dezer dagen weer enorm opgevallen hoe ik bepaalde symptomen kwijt ben. Door een gesprek met mijn psycholoog waarbij we moeilijke zaken opnemen, was ik weer terechtgekomen in een depressed state of mind. Zelfs van die aard dat ik tot vóór mijn genderdysforie-erkenning overgegaan zou zijn op automutileren en fameus suïcidale gedachten en gedrag zou hebben. Het verwonderde me dat dit achterwege bleef. Nochtans voelde ik me vandaag erg slecht. Maar blijkbaar is die genderdysforie iets dat zo zwaar op mij drukte, dat, nu daar een uitweg is, ik de rest ook wel dragen kan.
Eigenlijk is dat voor Heylens ook het belangrijkste. Dat bewijst dat we op de goede weg zitten en dat er geen 'stoornissen' mijn transitie in de weg zitten. Oef! Toch best fijn om te horen aan welke stoornissen ik allemaal niet lijd. En er zijn er heel veel de revue gepasseerd: manisch-depressief, PTSS, compulsief-obsessief, angststoornis, anti-sociale stoornis, and many many more.
Wat die BPS betreft gaf Heylens ook te kennen dat die link met genderdysforie logisch is omdat the big issue daar 'identiteit' is. En genderdysforie gaat daar ook over natuurlijk. Dus ook hier weer bevestiging: ik voel me zelf meer en meer identiteit krijgen doorheen de korte weg in transitie die ik al afgelegd heb. Ja, ik durf toch wel te zeggen dat ik nu voor 't eerst in mijn leven een stabiel zelfbeeld heb. Ik merk zelfs dat mijn identiteit niet verdwijnt zelfs al voel ik me rotslecht. Vandaar misschien mijn niet-meer automutileren en zo.
'What doesn't kill you makes you stronger'. Zo waar!
Anekdote: geen idee meer bij welke stoornis het hoort maar ik vertelde dat ik het niet kan verdragen dat anderen bv. meehelpen in de keuken. Béchamelsaus moet op mijn manier gemaakt worden en niet anders. Hans is dus uit de keuken verbannen: ofwel kook ik alleen ofwel hij, want anders draait het toch maar op ruzie uit. Heylens bevestigde dat Béchamelsaus een delicaat iets. En dat hij alleen de beste saus maakte. Leuk lachmoment. Heeft hij dus ook zo'n gestoord ticje, net als ik. Niets om ons zorgen over te maken.
Toch goed dat we ook dat weer gehad hebben. Eind november nog een afspraak, dan in december eentje samen met Hans, op 5 januari mijn afspraak met de endocrinoloog (voor de meting van de natuurlijke hormoonwaarden) en 20 januari terug met Heylens. O yeah! Dan komt het groen licht in aantocht! Super! De laatste 5 keer van mijn leven mijn maandstonden!
Ik moest denken aan de woorden van mijn
psycholoog toen ik vertelde dat ik voel alsof ik aan het verrijzen ben:
'zoals een feniks uit haar eigen as herreist?' Neen, toch niet zo. En
ergens is het toch een mooi beeld voor wat er mij gebeurt. Maar doe mij
toch maar het christelijke verrijzen, en dan wel in dit leven
uiteraard. Maar eigenlijk ben ik ja, door de dood gegaan en zie, nu
leef ik weer (meer en meer). En ook het lichaam is daarin belangrijk.
Mijn lichaam verrijst en verandert van geslacht. En het is goed zo.
Het doet me dan weer denken aan een gesprek in mijn gebedsgroep waar
we een discussie hadden over het feit dat de mensen Jezus na zijn
verrijzenis niet herkennen. Dus dan moet hij er anders uitgezien hebben
(van gelaat) dan toen hij nog leefde. Met mij zal het ook zou zijn. 't
Is nu al zo wat: wie me jaren niet heeft gezien, herkent me niet
direct.
Ik vind dat een heel mooie beeld voor wat mij nu gebeurt: ik verrijs!
Volop
aan het weglopen van het schrijven aan een rapport voor een vak dat
ik volg, schrijf ik maar hier. Het is goed om nog eens stil te staan
bij mijn genderontwikkelingen, ook al verloopt het allemaal vlotjes.
Voor
mijn opleiding zit ik in twee verschillende groepen. De ene groep
(1) is nieuw, klein en vooral bemand door vrouwen (bevrouwd dus
). De andere groep (2) is reeds een jaar bestaand, overwegend
mannelijk en 24 personen tellend. In beide groepen heb ik me
voorgesteld als Patrick. Niet dat ik me 'en groupe' voorgesteld heb,
maar wel in individuele babbeltjes in pauzes. In een gesprekje met
een medestudent van groep 1 bleek dat zij op dezelfde middelbare
school als ik had gezeten, en dat ik zelfs les gekregen had van haar
moeder. Hmm, even twijfel. Wat kan ik zeggen? O, ik heb niets te
verbergen. En dus vertelde ik hoe ik vroeger heette en vroeg haar
haar moeder mijn groeten over te brengen. Uiteraard kwam daar nog
een uitlegje bij, want hoe kan het dat ik nu Patrick noem? Zonder
blikken of blozen vertel ik hoe de vork in de steel zit. En mensen
aanvaarden het. Ze aanvaarden mij. In groep 2 echter merk ik dat ik
effectief als een man gezien word. Er heeft zich nog geen gesprek
geleend om mijn transitie ter sprake te brengen. Enerzijds vind ik
dat tof, anderzijds zou ik wat meer openheid rond mijn vrouwelijk
verleden appreciëren. Maar toch: blijkbaar hoef ik geen moeite
te doen om mijn stem zo laag mogelijk te laten klinken. Ze
aanvaarden me als Patrick. Nu was er de voorbije week echter iemand
die me aansprak: Jij hebt een blog onder een andere naam, kan
dat? Euh, ja, dat kan, euh, ik heb wel drie verschillende blogs.
Ik vermoed dat ik bloosde. Gelukkig ging ik een andere richting uit
waardoor ik wat bedenktijd had. Even later sprak ik die persoon
terug aan en vroeg haar welke blog ze dan had gezien. Hm, in cage in
Google kan je idd wel 't een en 't ander over/van mij vinden. Maar
ze had het nog niet echt bekeken, zei ze. De volgende keer dat ik
aan een computer zat heb ik gelijk een stukje geschreven op die blog
over 'to be anonymous or not to be
anonymous'. Even later poste ze een reactie op die blog. Oef. Alles
okee. Zou ze het nu over mij hebben met anderen uit de groep? Ach
wat, het maakt me niet zoveel meer uit. Ik wil mijn verleden (nog)
niet in de anonimiteit laten belanden. Ik zal mijn vrouwenleven niet
verloochenen.
Zo
was er iemand die een andere opleiding volgt aan dat CVO die ik
herkende. Ik sprak haar aan: 'Ik ken jou'. Tja, van waar. Zij kende
me niet, zei ze. Bleek dat we elkaar kennen van tijdens onze
studententijd in Leuven. Ze kent mijn partner, kent enkele van mijn
vrienden/kennissen. Verbazing dus omtrent mijn transitie. Maar ook
aanvaarding. Het zal niet makkelijk zijn voor je omgeving, zei
ze. Inderdaad, maar eigenlijk is dit wel (veel) makkelijker dan toen
ik zo suïcidaal was.
Ja,
ik ben echt blij dat ik geen suïcidale gedachten meer heb, niet
meer automutileer, niet meer identiteitsloos ben... Eigenlijk zou ik
zelfs voorzichtig durven stellen dat ik geen 'borderliner' meer ben.
Daar heb ik het met mijn psycholoog tegenwoordig over. Over mijn
ongelooflijke vooruitgang sinds ik genderdysforie als 'mijn label'
zie. Sinds dat label er is, is er toekomst: ik ga doorheen een
transitie om eindelijk te zijn wie ik innerlijk ben. En ja, ik zal
wel een beetje een verwijfde gast zijn, maar dat is dan maar zo. Ook
dat is het niet-ontkennen van mijn verleden als vrouw. Ik zie voor
mezelf in een mannelijke verpakking veel meer juiste
expressiemogelijkheden van mijn innerlijk dan wat ik ook geprobeerd
heb als vrouw tenzij misschien mijn huidige stijl, maar ja, dat
is een mannelijke stijl en daar conflicteert het weer met mijn (toch
nog steeds) te vrouwelijk looks. Soit, gisterenavond ben ik nog eens
naar Jongensdromen gegaan. 't Was tof. Y., die zo goed als
transitie-af is (juist nog de erectieprothese) vroeg me of ik al een
datum heb voor de operaties. Neen, natuurlijk niet, ik moet nog
starten met hormonen. Mijn donssnorretje-van-nature deed hem
vermoeden dat ik al testosteron nam. Verbazing alom. Je hebt maar
een paar spuiten Sustanon (testosteron) nodig om man te zijn. Ik
hoop het. Ik hoop dat mijn vermannelijking vlot zal gaan. Y. vroeg
me ook of ik aan bodybuilding doe. Blijkbaar zagen mijn schouders er
breder uit dan de vorige keren dat Y. me gezien had. Maar dat ligt
enkel aan de trui die ik aanhad waarin ik - vind het zelf ook - er
heel mannelijk uitzie. Het is eigenlijk verbazingwekkend wat je zelf
allemaal al niet kan doen qua transitie. Geweldig! Niet dat ik er
op kick of dat dit nu 'het echte leven is (altijd maar veranderen),
maar ik merk dat ik doorheen al die kleine veranderingen meer en
meer groei in 'mezelf worden en zijn'. Dat voelt echt goed: het
gevoel 'eindelijk thuiskomen'. Of ik zei het elders anders: 'ik ben
aan het verrijzen'.
De
voorbije week hadden Hans en ik een afspraak in U.Z.Gent met Heidi
Vanden Bossche, kinderpsycholoog die zich o.a. bezighoudt met
kinderen met genderdysforie. Zij heeft ook enige expertise in het
omgaan met kinderen van ouders met genderdysforie (zoals in ons
geval dus). Het was een goed gesprek waarin we enkele handvatten
aangereikt kregen om mijn genderdysforie en veranderingen te
bespreken met de kids. Ze zijn nog jong (4 en 6). Het is blijkbaar
heel belangrijk niet teveel informatie te geven maar vooral door te
vragen op wat zij eigenlijk precies willen weten. Ook ons spreken
heeft zich wat aangepast. In plaats van 'man' of 'vrouw' hebben we
het nu over 'mama wil een meneer worden' (dat ik dat eigenlijk ben
maar dat niemand dat ziet, dat aspect laten we voor de kids maar
achterwege). Ook mijn naam Patrick heeft onze jongste nu opgenomen.
Als hij zegt hoe ik heet, zegt hij eerst mijn meisjesnaam en voegt
er dan Patrick aan toe. Tof. Voor de jongste is het blijkbaar echt
okee. Onze oudste zoon zegt er eigenlijk niets over. Hij praat wel
mee, maar geeft niets te kennen van zijn gevoel erover. En hij gaat
ook vaak vlug over op een ander thema. Maar dat is wel typisch voor
hem. Toch is het belangrijk dat zijn eigen gevoel over mijn
transitie erkend wordt. De 'babbel- en speelmevrouw' (zo noemt
kinderpsychologe Heidi zichzelf naar kinderen toe) gaf aan dat het
goed zou zijn onze kids ook eens te zien. Eind januari gaan we dus
samen naar daar terug en kan zij ook wat spelen en praten met de
kids. Enerzijds
heb ik wel wat schrik. Zoiets van 'waar sleep ik mijn kinderen toch
in mee...' Maar anderzijds vind ik het o zo belangrijk om hen niet
meer psychisch te belasten dan dat ze sowieso al meegekregen hebben
in de genen (weet ik veel). Zij moeten hier ook mee leren omgaan,
met mijn transitie. Er is hulp om op dat vlak preventief te werken.
Waarom zouden we die kans dan niet grijpen hé... Ja, dit is
belangrijk.
Vandaag op school (voor de opleiding die ik volg in een CVO) zaten er deze middag twee klasgenoten te praten over hun dieren. Ze hadden het over het castreren van een bokje. Toen ik hoorde welke methode Heidi voorstelde, werd ik even misselijk: de eileiders (foutje, moet natuurlijk 'zaadleiders' zijn) werden doorgeknepen met een tang terwijl het dier lichtjes verdoofd was. O jee, zei ik. "'t Zijn d'uwe niet, 't is maar van een beest", was haar reactie. Ik moest wel even slikken maar tegelijkertijd dacht ik 'ik heb nog geen ballen' en 'geweldig, zij heeft niet door dat ik lichamelijk vrouw ben'. Een heel onbewust compliment waar ik heel gelukkig mee ben. Ik zag er vandaag dan ook heel goed uit. Toen ik bij mijn psycholoog binnenkwam zei hij het direct: 'je ziet er heel mannelijk uit'. Tof tof tof! Anderzijds zat ik zonet de foto's te bekijken die we gisteren genomen hebben op onze gezinswandeling. Ik lijk inderdaad mannelijk omwille van mijn kleren en manier van staan. Maar mijn gezicht is toch echt wel heel vrouwelijk. Ik kijk er echt naar uit, naar de geleidelijke vermannelijking van mijn gezicht! En uiteraard ook naar de verzwaring van mijn stem. Uit gemak gebruik ik aan de telefoon gewoon mijn meisjesnaam want mijn stem klinkt uiteraard nog heel feminine, hoewel ik gelukkig geen al te hoge stem heb. Toch vind ik het super dat men op school dus blijkbaar niet doorheeft dat ik nog niet heel mijn leven Patrick noem. Eerst dacht ik het toch te moeten zeggen, maar bij nader inzien voel ik me toch zoals ik ben geaccepteerd in de groep en doet mijn geslacht er ook helemaal niet meer toe. Nobody asks, so why should I bother?
Gisteren ben ik met mijn gezinnetje naar "Kronkel" (http://www.tieret.be)
gaan kijken. Ook al had ik een heel drukke dag, toch wilde ik dit persé zien. Gelukkig kon
dat dankzij de extra voorstelling die ze om 17 uur ingevoegd hebben.
Reden waarom ik er met mijn kids zo graag naartoe wou gaan: de aankondiging ging als volgt:
En
plots is ze daar, die ene vreemde gedachte. Als ik groot ben, denkt
Jongen, wil ik een meisje worden. Dan mag ik zomaar wenen of met Pop
spelen en hoef ik niet enkel te voetballen. Zus is toch ook een meisje
en Mama, op oude verkleurde fotos. Jongen ruimt zn hele hoofd op en
verzet al zn gedachten. De mooie gedachten in een aparte lade, net als
de bange en lichtblauwe. Een grote kast vol blije gedachten, net boven
de diepe gedachten, en ook eentje met de droeve. In een hoekkastje
zitten de stekelige gedachten. Die prikken zo lekker als je er met je
herinneringen voorbij glijdt. En de verboden gedachten worden veilig
achter slot en grendel opgesloten; krik krak! Maar hoe moet het nu met
die ene vreemde gedachte? Als ik later groot ben Moet ik dan nu al
stiekem oefenen om een meisje te worden of komt het plots, als een
verjaardag die je vergeten bent?
Het was mooi, echt mooi. Zelfs al bleek op het einde dat die kronkel in
Joppe's hoofd verdwenen was, en hij dus man was en getrouwd met zijn
vriendinnetje Neeltje, toch was het schitterend.
Enkele passages waaraan ik denk (of hoe ik ze me herinner):
"Dokter, ik wil een meisje worden." "Dat kan jij alleen weten."
"In
mijn klas komen geen jongens verkleed als meisje", zei de juf en ze
stuurde hem buiten. De andere kinderen uit de klas protesteerden:
"jamaar juf, da's Joppe, da's onze vriend." En ze gooiden papierproppen
naar de juf die dan verdween.
"Joppe,
jij bent mijn beste vriend", zei Neeltje. "En als ik een meisje ben?"
vraagt Joppe. "Dan wordt je toch gewoon mijn beste vriendin!"
Ik zou dit theater zeker aanraden voor transgenderouders met kinderen
(ik denk zelfs dat tieners deze voorstelling wel appreciëren, en zeker
de volwassen kinderen).
Ik plak hier even wat relevante dingen uit hun 'lesmap':
Doelgroep
voor deze voorstelling is 5+, net als in onze bekroonde voorstelling
Eefje Donkerblauw. We snijden met KRONKEL 2 moeilijke, of zo men wil
heikele themas aan. Enerzijds willen we stilstaan bij de ontwakende
seksuele identiteit bij jonge kinderen. Kinderen zijn vanaf ca. 5 jaar
erg gevoelig aan gender-gerelateerde emoties, handelingen en
reflecties. Waarom wordt het algemeen aanvaard dat meisjes sneller
huilen dan jongens? Waarom lijkt de maatschappij jongens, zelfs al op
erg jonge leeftijd, meer verantwoordelijkheid op te dringen? Zelfs in
taal en spel worden kinderen in vele kleine alledaagse situaties
geconfronteerd met een schijnbaar genetisch voorgeprogrammeerde
tweedeling op basis van gender. Anderzijds verkennen we met KRONKEL het
verbluffende vermogen van kinderen om abstracte concepten (zoals
gedachten en gevoelens) spelenderwijs te concretiseren, in te kleuren
en als het ware te beheersen door deze concepten te ver-beelden. Net
deze verbeeldingskracht maakt kinderen (en met hen volwassenen die deze
onbevangenheid blijven toelaten) buitengewoon dankbaar om
(ver-)beeldend theater voor te maken.
De dubbele thematiek, abstract denken en ontluikende seksuele
identiteit, komt in hoge mate aan bod in de leerplannen van zowel de
laatste kleuterklas als de eerste graad lager onderwijs. Het is echter
niet (nooit trouwens) onze bedoeling educatief theater te brengen.
Theater mag niet belerend of dwingend zijn, net zo min als het té
vrijblijvend mag zijn. We willen net die elementen uit deze thematiek
en muziek halen die stof vormen voor inhoudelijk sterk, bijwijlen ook
hilarisch amusant, maar vooral in al haar eenvoud erg herkenbaar en
ontwapenend waarachtig theater. Daar staan we voor, daar gaan we voor
KRONKEL enkele mogelijk invalshoeken en verwerkingsmogelijkheden nadien
*De voorstelling gaat over voor- en nadelen van jongen/meisje zijn.
Via kringgesprek kan je jongens eens laten vertellen waarom ze soms
liever een meisje zouden zijn en omgekeerd. Je kan b.v. vertrekken van
enkele stellingen: Jongens/meisjes mogen nooit , Jongens/meisjes
kunnen beter en de leerlingen laten aanvullen.
*Neeltje vertelt dat meisjes bang zijn van muizen, spinnen,
vleermuizen, draken en spoken. Maar klopt dat wel? Zijn meisjes daar
echt bang voor? En jongens dan?
En stel nu dat mijn oudste toevallig met de klas ook nog eens naar dit
theater zou gaan kijken, dan lijkt het me goed dat de meester ook mijn
trans* hier bij betrekt... tenminste als mijn zoon dat zelf ter sprake
brengt.
In ieder geval ben ik heel erg blij dat er, afgezien van de negatieve
commentaar van de juf in het stuk, niemand Joppe als 'vreemde vogel'
beschouwde toen hij een rokje aanhad. Er is ook niet gezegd dat hij
geen meisje zou kunnen worden. Het enige: dat kan hij alleen weten. Ik
ben echt dankbaar over de openheid op transseksualiteit die dit theater
biedt. Het gaat er uiteindelijk niet over, want op het laatst zie je
een volwassen man. Maar toch: het creëert ruimte om daarover met mijn
kids in gesprek te gaan. En ik merk uit hun reacties dat ze dit
appreciëren. Het enige grote verschil tussen mij en Joppe is dat ik die
'kronkel' nooit eerder in mijn leven (als kind bv.) aanvaard had en dat
deze kronkel, die er dan uiteraard weldegelijk was, mij nu aanzet om
stappen te ondernemen zodat ik man word en die kronkel kan verdwijnen.
Dat begrijpen ze. Want die kronkels, die waren echt knap in beeld gebracht en zo'n kronkels heb je echt liever niet.