Ik heb ooit in 'het' geloofd. Ik heb ooit geloofd dat 'het' mij kon redden, helpen, mijn weg kon wijzen, mijn toekomst kon voorspellen, mijn wensen kon doen vervullen, mijn geliefde kon terug brengen, mijn mijn verleden zinvol maken, mijn fouten recht kon zetten, mijn leven juist kon maken. 'Het' was echter 'het' niet.
Voor sommige is het voldoende als ze zich voortplanten en een relatief makkelijk leven leiden. Anderen willen daarentegen iets 'realiseren' in de wereld, hun stempel drukken op de maatschappij, iets betekenen voor zichzelf en/of voor de maatschappij. Waarom? Laat mij kort door de bocht gaan: om het dier-zijn te overstijgen. Laat mij minder kort door de bocht gaan: om cultuur te laten prevaleren op natuur. Vooruitgang voor zichzelf en de mensheid! Maar zelf hou ik het liever op een gemakkelijk leven.
Mannen en koken, wat is dat toch? Eerder was koken een vrouwen-aangelegenheid maar heden blijkt het een status-activiteit te zijn geworden voor mannen. Wanneer dingen niet meer 'basic' zijn maar een 'prestatie' includeren, dan komen de mannen om de hoek kijken. Omgekeerd geldt overigens ook.
De meeste mensen stellen zich op zekere leeftijd toch wel existentiële vragen. Wat heb ik gedaan met mijn leven? Leid ik het leven dat ik wil leiden? Ben ik goed bezig? Wil ik nog andere dingen? Wat kan ik nog doen? Niemand die er een klaar en duidelijk antwoord op heeft. We zijn allemaal zoekers.
Sommige vrouwen zijn intelligent en hebben een beroep met status maar als het op relaties aankomt, laten ze zich in de luren leggen. Ik weet niet hoe dat komt. Misschien een emotionele compensatie voor hun al te rationele professionele geest.
Een midlifecrisis levert in sommige gevallen een vervelend resultaat op maar in andere gevallen leidt het mensen naar een switch in carrière. Ze ruilen hun brave baan om voor iets wat ze altijd al liever hadden gedaan. In plaats van werknemer te zijn, beginnen ze op zelfstandige basis een handeltje in mode-artikelen. Ik heb daar wel bewondering voor.
Er zijn er die geven, niets terugkrijgen en toch blijven geven. Dat mag zijn, in een context van bewust altruisme. Dat mag niet zijn, in een concrete evenwaardige relatie. Een mens gaat daar langzaam dood aan.
Ze dacht dat ze van hem hield. Hoe meer hij van haar weg wou, hoe meer ze hem terug wou. Zo gaat dat. Niet met de liefde maar met verlangen. Eindeloos onmogelijk verlangen welteverstaan.
Ik wou dat ik het enthousiasme kon opbrengen voor een grote versierde boom, een gevel vol lichtjes, flikkerende herten in de tuin maar ik hou het sober, met steeds hetzelfde, al zoveel jaren lang. Ik hou niet van het gecommercialiseer.
De feesten komen eraan. Voor sommigen een reden tot vreugde, voor anderen een reden tot depressie. Het vooruitzicht om voor de familie een doen-alsof-iedereen-gelukkig-is-opvoering te geven, gaat boven hun vermogen. Er is immers geen Maria-Jozef-kindje en zeker geen drie wijzen uit het Oosten. Hoogstens een os en en ezel en alleen daarmee gaat het niet.
De authenticiteit van een kunstwerk slaat in essentie op de athenticiteit van de kunstenaar terwijl dat laatste slechts te verifiëren valt via het kunstwerk.
Al bij al is soep een belangrijk gerecht. Soep is niet alleen lekker en gezond maar het staat voor eenvoud, grootmoeders, warmte maar voor het alles-in-één-gevoel.
Als u nog niet het boekje 'Oscar et la dame Rose' hebt gelezen van E.E. Schmitt, doe dat dan maar eens. Eigenlijk een mooi kerstverhaal. Tranen incluis.
"Een mens weet steeds minder van steeds meer tot hij uiteindelijk niets weet van alles". Waarschijnlijk ergens ooit gelezen, de auteur vergeten maar niet de quote zelf en dat zegt niets over mijn geheugen dan wel alles over de quote.
Geen meester zijn over je eigen begeerte geeft een bepaald gevoel. Meester zijn over de begeerte van een ander geeft een ander gevoel. Maar wat is het gevoel dat een ander over jou meester moet zijn omdat jij zelf geen meester over jezelf kan zijn?
Waarom is het zo belangrijk om meester over de begeerte te zijn? Als je geen meester bent over de begeerte, dan ben je onderworpen aan de begeerte en dus niet vrij. Omgekeerd, vrijheid veronderstelt dat je niet onderworpen bent.. M.a.w. je keuze moet open zijn. Open wil zeggen dat het kan maar dat ook niét gekund had.
We kunnen verstaan dat onze partner verliefd wordt maar we kunnen niet begrijpen dat hij hét gedaan heeft. Blijkbaar is de fysieke grens een grens teveel. We kunnen wel begrip opbrengen voor de begeerte maar we brengen geenszins begrip op voor het niet in toom kunnen houden van de begeerte. Het gaat hem dus in essentie om het kunnen 'begrenzen' van de begeerte en niet om de begeerte op zich. Goethe heeft dat goed gezien: "In de begrenzing toont zich de meester".
Ontrouw, het is altijd een moeilijke zaak. Zowel voor diegene die het is als diegene die het ondergaat. Ik weet niet waarom, ik kan het niet echt ten gronde verklaren maar ontrouw is een existentiële materie. Zoveel is zeker. Net als moord. Waarschijnlijk dat het daarom in de tien geboden is opgenomen.
Sommigen zeggen: ik wil liefde en aandacht en wil niet iedereen dat? Dat is zo maar er is wel een verschil tussen liefde, die evenwaardigheid en wederkerigheid veronderstelt, en aandacht, die (veelal) op éénzijdigheid en op zichzelfheid gebaseerd is. Dit geweten zijnde, welke relaties hebben dan welk overwicht? En wat wil je van wie?