Soms doet een bepaalde collega op het werk wat afstandelijk. Waarschijnlijk heeft hij van iemand iets gehoord wat hem niet aanstaat, dat ik zou gezegd hebben en mij er niet durft op aanspreken kwestie van de collega die iets gezegd heeft niet in verlegenheid te brengen. Kortweg: er is roddel in het spel. Ik stel dat vast maar het interesseert me geenszins. Omdat die mensen op zich mij eigenlijk niet interesseren.
Vanavond ben ik begeleider van een workshop wat betekent dat de deelnemers werken en ik het proces in het oog houd. Altijd een leuke job, tenzij zij het proces en de begeleider bekritiseren.
We gaan een boom planten: geen spar, eik of wilg maar een 'gingko biloba', een Japanse notenboom. Een cadeau van enkele mensen. Eens iets anders dan een kist champagne.
Penelope Cruz in een film van Woody Allen. Wat anders valt er, zelfs voor een vrouw die niet eens op vrouwen valt, te doen dan eindeloos te staren naar die vrouw alsof ze het meest wonderbaarlijke schepsel van heel de wereld is??
War of moms blijkt in te zijn: de cupcake tegen de I-pad. Dat ieder zijn keuze moge maken: het ene uiterste, het andere uiterste, iets tussenin. Dat ieder met de implicaties moge leven.
Het is leuk om wat te shoppen in een provinciestadje, koffie te drinken met je moeder en een basketbalpet te kopen voor je zoon. Een stadje is iets tussen een grote stad en een dorp. Het ene is mij te groot, het andere te klein. Een provinciestadje is perfect. Toch voor een paar uur.
Ze is slim en ondernemend maar wat mannen betreft slaagt ze er altijd in om die te kiezen die minder voorstellen dan zijzelf. Bescheidenheid is niet altijd een deugd. Overmoed evenmin, zo weet ik.
Een gewoon verdriet om een bepaalde situatie of persoon is soms gekoppeld aan een dieper fundamenteel verdriet: Weltschmertz. Verdriet omwille van de onvolmaaktheid van de wereld.
Ik moet bekennen dat ik ervan hou om mensen op de proef te stellen, ze het bloed van onder hun nagels te halen en te zien hoe ze reageren. Sommigen trekken zich terug uit angst, anderen negeren mij uit boosheid. De ene doet even nijdig terug en de andere wordt droevig. Geen van deze reacties doet mij plooien. Alleen een enkeling raakt niet onder de indruk, doorziet het domme spel, erkent de onderliggende zwakheid, omarmt mij zoals een moeder een kind dat rond zich heen schopt en blijft standvastig zoals een vader met een rebellerende puber. Pas dan is er de ommekeer. Ik kan nog altijd niet mijn eigen moeder en vader zijn.
Ik had er tot nu toe geen naam voor maar hij bestaat: bore-out! Mogelijks te verwarren met maar eigenlijk het omgekeerde van burn-out. Geen stress en depressie door een teveel maar door een te weinig aan uitdaging!
Een herfstvakantie zoals een herfstvakantie: binnen blijven, naar de vlammen staren, lezen, naar de vlammen staren, gaan wandelen tussen vergeelde bladeren, naar de vlammen staren, kool en raap bereiden, naar de vlammen staren, een houtskool tekening maken, naar de vlammen staren, wijn drinken, naar de vlammen staren, niets doen, naar de vlammen staren. Naar de vlammen staren.
Sommige mensen zitten je kort op de huid, te veel van aangezicht tot aangezicht. Dat is niet leefbaar. De psychische nabijheid is alleen te verdragen door fysieke afstand.
Met sommige mensen klikt het gewoon niet. Niet dat je iets tegen elkaar hebt maar het is er altijd 'naast'. Zoals een samenspel met twee instrumenten waarbij de ene iets te vroeg, te hoog, te snel, te traag is dan de andere. Net altijd die dissonatie.