Woensdag ben ik er in geslaagd mijn rijbewijs te behalen. De reden waarom ik daar niet extatischer over ben is vrij simpel : ik rij hier al de hele tijd rond met mijn auto, met mijn Belgisch rijbewijs, en bovendien is aan het slagen in de praktijktest hoegenaamd niks aan in New York State. Hoe dat dan gaat ? Ge maakt eerst een afspraak om de praktijktest te gaan doen. Ge krijgt dan op de website een plek waar ge naartoe moet - ik dacht dat dat een examencentrum oid zou zijn, gelijk dat in Deurne aan de Santvoortbeeklaan. De laatste lijn in de instructies van het "how to get there" was echter nogal merkwaardig : "opposite the park bench". En inderdaad, als ge daar arriveert staat er een soort paal met een bord "NY State driver examinations" met daaronder een mevrouwtje met een notitieblok. Die gooit uw copiloot uit de auto en stapt zelf in, en dan rijdt ge een keer rond het blok, moet ronddraaien in een smalle straat, en parkeren. Parkeren in een hoofdstuk op zich. In Belgie moet ge parkeren *tussen* twee auto's. IN NYS volstaat het om achteruit in te parkeren *achter* een auto. En dan waarschuwen ze u nog voor ge terug vertrekt dat ge zeker plaats genoeg moet laten zodat ge er niet tegen rijdt. Nu is de laatste stap in het proces om mijn rijbewijs te laten corrigeren bij de DMV, want zoals ge weet hebben ze zich vergist bij het overtikken van mijn geboortedatum - ik ben een jaar te jong.
Vrijdagavond was er een "United Nations" feestje, deze keer met extra spectaculaire multinationale gasten. We hadden onder andere drie Grieken die lang in Engeland gewoond hadden, de gebruikelijke mix van Oost-Europeanen (Polen, Czechen, Slovaken, Bulgaren, ...), een Braziliaan, en een Indier die was opgegroeid in Kenya. 't Was heel plezierig. Feestjes met Oost-Europeanen worden veelal gekenmerkt door mensen die andere mensen helpen met hun voeten vuile vegen op het plafond te maken. Er was ook goelash, en "kroketten" een soort opgerolde kruidenpannekoekjes, waar je dan borsjt bij eet, een soep op basis van rode bieten. Het ziet er ontzettend giftig uit, maar is best lekker.
Zaterdag organiseerde A.V. voor de collega's een "Robin Hood -men in tights" avond, met de gelijknamige film van Mel Brooks, diverse bieren (o.a.mijn Belgische die ik in mijn kleren had meegesmokkeld), pizza en Buffalo wings (die komen van kippen en zijn pikant gemaakt met een saus die veel azijn bevat ... apart maar lekker. De gebruikelijke mop is "For me 20 Buffalo wings ...I've got 10 Buffalos I need to learn how to fly".)
En vandaag, zondag, ben ik naar Niagara Falls, Ontario gereden om de watervallen in hun winterlandschap te bekijken. Het is vrij apart als niet enkel uw auto met een laag ijs overdekt wordt, maar ook gijzelf, terwijl ge naar die watervallen staat te kijken. De foto's zijn te vinden op http://fotos.telenet.be/8849834154 Ter herinnering : de Niagara Falls bestaan uit twee watervallen, de American Falls en de Canadian of Horseshoe Falls. Die laatste kunt ge eigenlijk alleen maar zien vanuit Canada, en dan nog, want ze werpen zoveel mist op dat er nooit meer dan 50% van de waterval tegelijkertijd zichtbaar is. 6 miljoen liter water per seconde ...en er wordt twee derde al op voorhand afgetapt voor electriciteitsproductie, en om de erosie tegen te gaan. Er zijn uiteraard ook de nodige restaurants/gift shops, en er is een lift naar beneden, want achter de watervallen hebben ze een tunnel geboord met twee tunneltjes tot onder de waterval zelf. Ge kunt dus het geweld van de waterval van dichtbij ervaren door een gat van 2 op 1,5 meter. Eerlijk, ge moet het meegemaakt hebben, maar eigenlijk is er niks aan. De ijssculpturen waar de mist tot op het land waait (het was vandaag -9ºC) zijn wel aardig, net als de laag ijs die ge op die manier zelf ontwikkelt. Ik heb me snel in de gift shop een muts gekocht, en ik had mijn motorhandschoenen bij, want zonder was het werkelijk niet te doen. Heel Niagara Falls loopt vol met Japanners, met grote, gesofisticeerde digitale camera's. Zelfs nu, bij -9ºC. Canada binnengeraken was geen kunst. "Oh, Belgian ? What's your status in the US ? How long are you planning to stay in Canada ? And how long are you staying in the US afterwards ? Taking any gifts, alcohol, cigarettes ? Thank you sir." Amerika weer binnengeraken was ook niet erg moeilijk, maar niettemin slagen ze er toch in om u een wrang gevoel te geven bij het binnenkomen. Eerst en vooral weten ze door hun gesofisticeerd SEVIS-systeem onmiddelijk nadat ze uw paspoort scannen alles over u. "You are a research scholar here at UB ? Can you give me the license plate number of the car please ?" Daarop moest ik jammer genoeg zeggen dat ik geen idee had. Ik had het gewoon nog nooit goed bekeken. Dat verveelde meneer de border-security-mens. Met duidelijke blik op computerscherm : "So what's your specialty or field of research ? ... How long have you been in Canada ?" (4 hours) ...en dan komt het natuurlijk ... : "What did you go to Canada for ?" Duh ...to see the Falls. Weer over-en-weer geblik naar het computerscherm (wordt er informatie uitgewisseld tussen de border security van de US en Canada ? Komt dat in de computer dat ik aan de Canadese grens gezegd had dat ik de Falls ging bekijken ?) En dan tot slot "Did anyone give you anything ? Any packages or luggage ?" Wel, nee, ik heb twee t-shirts gekocht, maar die moest ik wel degelijk betalen ... "Is the car yours ?" Ja hoor, dat is ie. En om een of andere reden scheen dat laatste hem dat zo op te luchten dat hij me doorwuifde. Maar goed, ik weet dus nu dat ze mij in de VS terug binnenlaten als ik het land verlaat naar Canada ... in het vervolg kan ik mijn overlevingskit dus thuislaten als ik dat nog eens doe (proper ondergoed, tandenborstel, en vooral veel telefoonnummers, van UB en van mijn baas ...). Een van de mensen die in de groep werkte, uit Oost-Europa, en bovendien met een of ander eigenaardig visum, ging voor een tijdje aan een stuk elke twee weken scuba-les volgen in Canada. En hij pakte dus elke keer voor hij vertrok heel zijn appartement in, zodat de andere groepsleden alleen maar een adreslabel op de dozen moesten kleven voor het geval ze hem niet meer zouden binnenlaten...
Maar goed, nu weet ge't ... Wat doen *jullie* zoal in het weekend ?
Jaja, van het ene uiterste in het andere. Terwijl het tot midden januari belachelijk warm bleef, hebben we nu al de hele week sneeuw, en zeer, ZEER lage temperaturen. Het is hier nu -15ºC, en de windchill factor maakt dat het aanvoelt als -35ºC. Ze hebben een aantal snelwegen afgesloten, omdat ze met zout het ijs en de sneeuw niet meer gesmolten krijgen. Vanaf morgen wordt het terug een beetje warmer ...-8ºC of zo ...
Bij ons in't labo is het heel gemakkelijk om een stop te vinden met een slijpstuk dat past op het slijpstuk in uw kolf. De reden daarvoor is dat er eigenlijk maar drie maten van stoppen courant gebruikt worden : B14, B19 en B29 als ik me goed herinner. Ge kunt in een oogopslag zien of uw slijpstuk "klein", "middel", of "groot" is. Hier vindt ge slijstukken van alle grootte, en wat erger is, ook van alle hoogten. En iedere fabrikant van glaswerk gebruikt maar wat hij toevallig het goedkoopst kan bestellen. Dat maakt het, zoals de foto aantoont, soms wel een uitdaging om een stop te vinden die op uw kolfke past. Maar hij zit er tussen...wie raadt de juiste ? Enfin, de breedte en hoogte van de stop worden wel aangegeven in mm, en niet in fracties van inches. Het is duidelijk : America becomes metric, one inch at a time ! En een tweede observatie : zelfs als ze hun dubbele systeem van maten en gewichten laten vallen, moet er duidelijk toch nog eens over standaardisatie worden nagedacht ...
Ge vraagt u dan af, "moet ge daar helemaal voor naar Amerika komen ?" Het antwoord is uiteraard nee, maar als er 5 maanden per jaar sneeuw ligt, vindt er allicht ergens een of andere kwiebus een vallei waar ge kunt skiën, en in het allerslechtste geval verschijnt er ook ergens "Alps" in de naam. In dit geval de "Holiday valley" in Ellicotville, het lokale ski resort, met het obligate wandel en mountainbike karakter als er geen sneeuw ligt. Zodus, wij met de "United Nations", of toch een select gedeelte ervan, naar Ellicotville, 45 mijl ten zuiden van Buffalo. Dan ski's huren en een liftpass kopen (47$ voor 6 uur ...dieven !), en dan best toch nog efkes aan de medeskiers vermelden dat ik dat eigenlijk nog nooit gedaan had ... Gelukkig wou M.G. graag proberen te snowboarden, dus wij met twee naar de oefenhelling. Halverwege de oefenhelling begon ik een vaag vermoeden te krijgen wat de mogelijkheden tot draaien betrof , en ik kon die dan al meteen in de praktijk brengen omdat er een boom aan breakneck-speed op me af kwam gestormd - of vice versa althans. De volgende afdaling bleken mijn vermoedens i.v.m. draaien gegrond en begon ik een ander vermoeden te krijgen over hoe ge best tot stilstand kon komen. (Ik had ook lang geleden die James Bond film gezien waarin er veel geskied wordt, ik vermoed dat dat ook geweldig heeft geholpen...) Nog twee afdalingen later had ik het werkelijk min of meer onder de knie, en wou Anna, een andere Italiaanse, ook wel eens een iets uitdagender slope proberen. Op dan moment bevond M.G. zich nog in het "veel sneeuw eten"-stadium met zijn snowboard, dus hem lieten we koud en ongelukkig achter, en wij op de "grote" lift met de anderen. Ze waarschuwden mij bovenaan dat het eerste stuk echt wel steil was, en dat ik misschien eerst een omwegske wou maken om dat op een andere manier te passeren. Uiteraard laat ik mij zoiets niet zeggen, dus toen ik wakker werd in het ziekenhuis ... (nee, zo erg was het niet). Maar het was wél f*cking steil, en er waren vooral veel bulten. Op "landen" had ik nog niet de kans gehad om te oefenen, en veel tijd om dit keer een vermoeden te krijgen hoe dat moest was er niet, voor ik het in de praktijk moest brengen - er was ten andere ook erg weinig tijd verstreken tussen het moment waarop ik me realiseerde dat dat ook een nuttige skill zou zijn om te hebben, en de uitvoering ervan. Bon, skies en stokken terug bij elkaar gezocht, en op naar het volgende stuk dan maar ... uiteraard met hetzelfde gevolg. Het derde stuk was voornamelijk ijs, wat waarschijnlijk heel plezant is als ge weet waar ge mee bezig zijt en het wereldsnelheidsrecord op skies wil breken (of een been) ... maar ik moest weer heel mijn uitrusting bijeen gaan zoeken om dan de laatste, minder steile helling aan te vatten. De volgende keer dat ik als een soort klein sneeuwmannetje op de lift kroop besloot ik dus maar om de omleiding te volgen via het iets makkelijker zij-hellinkje. Opnieuw waren ze echter vergeten om mij iets te vertellen : de slope in kwestie heeft twee bochten, en snijdt op die plekken een "double black diamond" slope - dat is equivalent met "hebt ge uw stokken bij, uw skies én uw pamper aan?" - en dan hebben we het niet over een helling voor geriatrische patienten. Vermits ik zeer slecht ben in het lezen van bordjes als ik probeer recht te blijven staan terwijl ik me aan 50 per uur van een berg afsmijt, zat er bij beide intersecties weinig anders op dan te (proberen te) stoppen. Bij de eerste kruising dacht ik efkes dat de schrik op mijn darmen ging slaan (de double black diamond heet in niet mis te verstane bewoordingen "The Wall", en de tippen van mijn ski's stonden bij wijze van spreken al over de rand ... - gelukkig lag ikzelf nog een vijftal meter eerder Leonardo-da-Vinci gewijs in de sneeuw uitgespreid. Maar allez ... mijn moment de gloire zat eraan te komen, nu ik wist waar ik welke richting in moest slaan, en de laatste afdaling zag er -vanuit mijn oogpunt althans- bijzonder professioneel uit. Nu, of ik daar nog eens 50 dollar aan wil uitgeven, dat valt nog te bezien. Maar ge moet alles ne keer proberen, nietwaar ? M.G. met zijn snowboard kon er over meespreken ... na een uur of vier had hij het voldoende onder de knie om a) de richting op te draaien die hij graag wilde opdraaien b) meestal to stilstand te komen als hij daar zin in had c) ongeveer een van de twee keer zonder te vallen te bunnyslope af te snowboarden en d) ook niet op onverwachte momenten met de voorkant van zijn snowboard in de sneeuw te blijven steken, een salto te maken en (nog) een deuk in de thermos in zijn rugzak te slaan. Dus ook wat dat betreft was het een succes ! Geen foto's uiteraard ...te veel kans op beschadigen van de camera.
We hebben nagenoeg de hele week gespendeerd met het terug aan de praat krijgen van de diffractometer nadat die zich verslikt had in een meting... en we hebben dan ineens maar gebruik gemaakt van de gelegenheid om alle software te updaten. Bij het bedrijf dat die dingen verkoopt kunnen ze er ook wat van, 't is bijna even erg als Microsoft. De service engineer had me vierkant uitgelachen aan de telefoon toen ik hem vertelde welke versie van hun software we runden. "Ga toch naar de website, man, en dowload de updates !" was het verdict. Dat doe ik dus - naar de website gaan althans- en dan moet ge u uiteraard registreren. Ik registreer me, maar krijg geen email met een activatielink. Ik probeer in te loggen, dat gaat niet. Ik klik op "paswoord vergeten ?", en ze mailen mij onmiddelijk, doch in het Duits, mijn vers gecreerde paswoord door. Alleen werkte het niet. Bon, het account moest dus worden geactiveerd, en dat moest in Duitsland gebeuren blijkbaar, waar het al avond was. Geen erg, dan vindt ge de activatie de volgende ochtend toch in uw mailbox zou ge denken ? Niet dus. Ik stuur een mailtje naar die service engineer dat ik dat geen werk vind. Die mens mailt uit eerlijke schaamte zijn eigen login en paswoord door. Tegelijkertijd krijg ik de bevestiging van de activatie uit Duitsland. Ik log in met mijn eigen paswoord - dat nu wel werkt - en vind tot mijn grote ergernis en frustratie nergens de link naar de files die ik moet downloaden. Ten einde raad log ik in met de login van de service engineer ...en jawel, op magische wijze verschijnen daar de links ! Dat gelooft toch niemand, zoiets ...
Maar kom, ik heb uiteraard nog een veel sterker Microsoft verhaal ... de computer runt een Windows 2000, die al in tijden niet meer geupdated was. We gaan dus naar de Windows Update site, om te zien wat er precies nodig is qua updates. De site crasht echter compleet, en er is niks nuttigs mee te doen. Na een half uur zoeken vinden we eindelijk een lijst van de individuele updates en patches voor Windows 2000. En wat staat er nu toch zeker in die lijst ? Hotfix KB-een-of-ander-nummer : Update om in Windows 2000 problemen met de toegang tot Windows Update te verhelpen...
Dat kunt ge nu toch niet bedenken, zoiets ?
Afgezien daarvan heeft vorige week mijn broodsnijmachien de geest gegeven, en is het dus weer ambachtelijk boterhammekes snijden geblazen. 't Was geen goede week voor apparatuur allerhande ...
Waar het hart van vol is, loopt de blog van over ...
Enfin, ik heb nogal een drukke week achter de rug, vandaar de infrequente updates. Een beetje adempauze kan ook geen kwaad nietwaar ? Voor de niet chemisten : er is, kort samengevat niks interessants gebeurd. Het is hier f*cking koud (0ºF, of -18ºC), en het sneeuwt veel te veel, waardoor ge iedere ochtend uw dag kunt beginnen met de oprit leeg te scheppen. Meestal weet ge al hoe laat het is (ook letterlijk) als buurman een tiental minuten lang probeert met loeiende motor en gierende banden de oprit te verlaten om 7 uur ... ze zijn hiernaast niet zo religieus in het sneeuwruimen als wij hier, maar wij geraken dan ook zonder problemen op straat met onze auto's ... Verder gaan we, na het ski-avontuur, nu vrijdag "tuben". Dat is ongeveer hetzelfde concept, alleen met de variatie dat ze geen latten onder uw voeten binden, maar u met uw achterwerk in een grote rubberen donut zetten, en dàn een berg afduwen. Dat belooft weer dolle pret te worden ... En dan tenslotte nog een tidbit die ik u niet wil onthouden: nu de temperaturen ver onder nul gezakt zijn, is het blijkbaar het seizoen om handcremes te verkopen via radioreclames. Vermits Amerikanen te stom zijn om naar de eigenlijke naam van een handcreme te luisteren, de concurrentie blijkbaar moordend is, en ge om te verkopen absoluut moet vermijden dat bovenvermelde Amerikaan aan de pharmacist in de supermarkt gaat vragen naar "een tube handcreme, allez, die van in die radiospot", zijn er in elke handcreme-commercial drie onderdelen nodig. Het eerste is het stuk waarin stellig wordt beweerd dat alle andere producten niet werken, maar (hier naam vermelden) wel, in het tweede gedeelte moeten minstens de vier adjectieven "moisturizing, thick, creamy en rich" voorkomen, en het laatste en meest hallucinante stuk is dat waarin de creatief gestylde tube wordt beschreven, zodanig dat gij aan de pharmacist kunt uitleggen aan welke handcreme ge precies uw geld wil spenderen. De oogst van vanmorgen (mannekes, ik vind dit niet uit he ...echt zo op de radio ...): "Koop 'Glycil'. Vraag uw apotheker naar de felgroene tube, met de hand erop !" en nog : "Koop de 'Udderly Smooth' uierzalf. Vraag uw apotheker naar de witte tube met de zwarte koevlekken !"
Voor de chemici heb ik wel een ander verhaal: Twee weken terug krijgt prof. C. een mail van iemand aan een andere universiteit, die zich afvraagt of er op zijn structuren (hij had drie complexen van verschillende metalen met een porfyrine-achtige ring als ligand) geen ladingsdichtheidsstudie kon gebeuren, want hij dacht een interessant (zg. agostisch) effect te zien in die dingen. Prof. C. laat zich dat nooit twee keer zeggen, en vraagt mij dus of ik de structuren eens kan bekijken. Ze zien er verschrikkelijk uit : niet gemodeld wanordelijk solvent, wanorde in de structuren zelf, gruwelijke thermische ellipsoiden, ... Een van de complexen, daar hadden we de hoop nog niet volledig voor opgegeven, dus we vertellen hem dat hij het maar moet opsturen. Er arriveert een potje waar een briefje bijzit waarin staat dat de kristallen onder Argon verpakt zijn en alleen in een drybox mogen geopend worden, want ze zijn *extreem* gevoelig aan zuurstof en vocht. Instructies dus mooi opgevolgd, netjes een kristal gemonteerd, en het diffractiepatroon eens bekeken. Dat trok ook al op niks, maar met de moed der wanhoop maar voort blijven zoeken naar een beter, (als ik er in slaag om voor maart een abstract te produceren stuurt prof. C me naar de ACA meeting in Salt Lake City) en dan plotseling, op zaterdagmiddag, jackpot ! Een klein kristalletje dat merkelijk verder en intenser diffracteerde dan de vijf vorige. Ik begin dus mijn meting te doen, en het model dat we gekregen hadden, met zijn gruwelijke hoeveelheid wanordelijke pyridines, verder en verder te tweaken. Naarmate er meer en meer data binnendruppelt, wordt het duidelijk dat we die pyridines inderdaad fatsoenlijk kunnen beschrijven als we de volledige beschikbare trukendoos opentrekken. Vervolgens ben ik een tweetal uur zoet met het staren naar Fourier-verschilmappen om te zien waar de grootste verschillen tussen de echte electronendichtheid en het model nog zitten ... en dan komt het moment waarop ik alle extra partiele solventatomen heb weggewerkt, en de Fouriermap featureless is, op twee pieken na ...die eigenlijk niks anders kunnen zijn dan extra waterstofatomen op het ligand, die in het oorspronkelijke model niet inzaten. Het is natuurlijk genant als ge iemand moet laten weten nadat hij/zij een kristal heeft binnengebracht dat het niet is wat hij/zij graag had gewild. Maar ik heb het nu eerlijk gezegd nog nooit meegemaakt dat iemand die *zelf ook* een kristalstructuur had bepaald nog op de vingers moest worden getikt vanwege een incorrecte beschrijving van de structuur. Alhoewel mijn collega ook een verhaal heeft over 's wereld's eerste stabiele Fe(I) complex met "perchloraat" als tegenion. Wat was er als de bron van het ijzer gebruikt ? Fe(II)sulfaat ... Goed, ik dus maar een mailke gestuurd of ze nu nog in hun ladingsdichtheidsstudie geïnteresseerd zijn ...
Ik realiseerde me net dat ik het kredietkaartenverhaal nog niet gedaan heb hier ... dat wordt ook eens hoog tijd!
Een drietal weken geleden bel ik Katrien op, die me vertelt dat er een brief van BCC is aangekomen. Meestal is dat een rekeninguittreksel, dus ik zeg dat ze dat maar moet opendoen. Het blijkt echter een brief te zijn van BCC waarin staat dat er mogelijk fraude gepleegd kan worden met mijn kaart, en dat ik ze daarom moet blokkeren. Ze wordt gratis vervangen. Een heleboel scheldwoorden later (mijn visa-kaart is de enige manier waarop ik op een treffelijke manier geld vanuit Belgie naar de VS kan sluizen) waren we dan overeen gekomen dat Katrien op haar volgende vrije dag naar de bank zou gaan om te vragen hoe dat dan moest met een nieuwe kaart etc etc. Die vrijdag is er om 8 uur 's morgens telefoon hier bij mij thuis. Ik neem op, het is Katrien, en ze zegt : "Ik heb slecht nieuws". Wat was er gebeurd ? Toen Katrien de bank was binnengestapt en was beginnen uitleggen over de brief, etc., etc, onderbrak de vriendelijke bankbediende (van een niet nader genoemde bank, maar de foto is duidelijk, he Maarten ...) haar halverwege het verhaal met de mededeling "'t Is al in orde zie, de kaart is al geblokkeerd". Spijtig genoeg had ik op dat moment ongeveer 20$ op mijn rekening staan hier. Toen Katrien dus even lichtgroen als de visa-kaart in kwestie haar bezorgdheid en ongenoegen over de gang van zaken had uitgedrukt, wist men haar te vertellen dat de kaart nog een viertal uur zou blijven werken, voor ze daadwerkelijk zou worden geblokkeerd (handige tip voor iedereen die kredietkaartfraude wil plegen, ge hebt altijd vier uur tijd om er een Ferrari mee te kopen). Dat alles gebeurde om 12u in Belgie, en dus om 6 uur 's morgens hier. Na het telefoontje had ik dus nog twee uur de tijd om vierklauwens naar de bank te rennen, dan te wachten tot 9 uur toen die daadwerkelijk open ging, en 1500$ cash van mijn kredietkaart te halen en zo op mijn bankrekening hier te zetten. Bij de bank in Belgie hadden ze direct een nieuwe kredietkaart aangevraagd, en die zou er binnen de week zijn. Inderdaad, toen Katrien een week later terugging was de kaart aangekomen. Zij die dus braaf in een envelopje gestopt en naar mij opgestuurd. Op maandag komt die enveloppe hier aan ...ik haal de kaart eruit ...en ze blijkt, hoewel splinternieuw, hetzelfde nummer te hebben als de geblokkeerde kaart. De bank had met andere woorden een prachtig duplicaat aangevraagd van de kaart die ze net hadden laten blokkeren. Meer scheldwoorden uiteraard ... toen Katrien de vriendelijke bankbedienden ging vragen wat er nu in feite gebeurd was (en hoe ze dachten dat te zullen rechtzetten) konden ze er niet echt goed aan uit waarom er nu plotseling nog een kaart naar hen was opgestuurd door BCC. Enfin, na nog een transatlantische vlucht per enveloppe, en weer een week later, is de verse kredietkaart met het nieuwe nummer vandaag aangekomen. Vreugde alom. Nu heb ik dus drie kredietkaarten. Zoals op de foto ook te zien is, heb ik eveneens drie rijbewijzen - maar dat wisten jullie eigenlijk al. Het bovenste is mijn learner permit - een voorlopig rijbewijs, dat daaronder is mijn echt rijbewijs, waarop een verkeerde geboortedatum staat (dat hebben ze blijkbaar niet meer kunnen onderscheppen), en tenslotte mijn echte correcte rijbewijs van NY State. Alle goede dingen komen in drievoud .... Over rijden gesproken, een van onze Chinezen had weer de hoofdvogel verleden vrijdag. M.G. komt hem tegen terwijl hij op vrijdagavond rond 9 uur paniekerig door de gang heen en weer holt ..."My car is down ! My car is down". M.G. gaat dus efkes mee naar beneden kijken wat er aan de hand is. Inderdaad - the car is down : platte band. M.G. legt Y.Z. dus uit dat hij het wiel moet vervangen. Het reservewiel bevindt zich in de koffer. Dat wordt met uitgestreken gezicht ontkend : in zijn koffer zit geen reservewiel. Na enig onderhandelen wordt de koffer dan toch opengemaakt. M.G. haalt de bodem eruit, en ziedaar, een reservewiel ! Vreugde alom. Het reservewiel wordt uit de koffer gehaald, en de volgende stap is de krik. Waar is de krik ? Y.Z. staat erbij te kijken als een non in een bordeel ... krik ... tja ... om de auto op te krikken ... tja ? M.G. doet Pictionary-gewijs zijn uiterste best om uit te leggen wat het is en hoe het eruit ziet. Ploseling - een openbaring ! Hij weet wat M.G. bedoelt ! Dat zwarte, zware metalen ding toch ? Inderdaad, dat had hij uit de koffer gehaald, omdat hij ergens gelezen had dat uw auto meer brandstof verbruikt als hij zwaarder is, en vergis u niet, dat ding was wel degelijk zwaar. Gaat met zo'n mannen naar den oorlog zeg ...
Een van onze groepsleden, A.V., is wereldberoemd vanwege zijn substantiele bijdragen aan de oplossing die de internationale unie voor kristallografie aanbiedt voor structuurverfijningen met het multipoolmodel. Dat wil dus ook zeggen dat hij de software vanbinnen en vanbuiten kent. Gebruiksvriendelijkheid is van dat softwarepakket echter niet de sterkste kant, en A.V. is daar voor een groot gedeelte de schuld van. Om het in zijn eigen woorden uit te drukken "Yeah, I'm a bastard like that...". Om een grappig voorbeeld van vandaag aan te halen : Ik geraak (weer eens) vast met mijn verfijning van het ijzercomplex waar ik het een paar posts geleden al over gehad heb. Ik ga dus A.V. om raad vragen. Hij bekijkt al mijn output files, maakt een paar opmerkingen over de waterstoffen, en zegt dat ik beter ook zou corrigeren voor anomale dispersie, omdat er ijzer in zit. Of dat zou gaan ? Ja zeker ... ik laat hem terugwandelen naar zijn bureau en lees de handleiding voor het programma (nog) een keer door. Ik vind waar ik de dispersiecorrectie aan moet zetten, maar vervolgens gebeurt er niks. Ik lees er dus alle files die ik heb geproduceerd nog eens op na, en het blijkt dat er nog steeds allemaal nullen staan waar je de dispersiecorrectie zou verwachten. Ik neem dus maar aan dat ik die zelf moet invullen, maar denk dat best eerst efkes te zullen gaan vragen. A.V. : "Ja, die waarden moet ge invullen." Ik vraag dus waar ik de waarden kan vinden, wellicht in de Internationale Tabellen voor kristallografie ? Dat zou je kunnen doen, zegt A.V., maar ik heb er een programmaatje voor geschreven dat ze uitrekent ...(tokkelt wild op zijn toetsenbord, ondertussen tussen zijn tanden mompelend in het Russisch) - "mmm, njah ...where ? ah ! ...njet ... here ! ...mm ...no ...DA !" Vervolgens probeert hij het programma te runnen - dat geeft een foutmelding ...meer consternatie en verontwaardiging..."What ?? I wrote this thing ! ...what - how ...? ...-oh, wait (ondertussen heeft hij de sourcecode geopend) ...here, yes ! It needs an inputfile ! Hmm ...inputfile ? What the ... ? How can it need an inputfile ?" (meer gemompel en gezoek) Plotseling wild gelach van achter de computer ..."Ahahahah ! NOW I see ... ik heb een ANDER programmaatje geschreven dat de inputfile voor dat eerste programma schrijft !"
En dan schrikken dat iedereen een beetje bang is van dat softwarepakket ...
Vannacht weer 40 centimeter sneeuw voorspeld... ugh.
Die 40 centimeter sneeuw uit het vorige bericht, dat was niet om te lachen he ... Zie http://fotos.telenet.be/1984384116 voor de situatie. Het gekke is dat dat altijd maar duurt tot 's middags of 's avonds. Zolang het dan 's nachts niet opnieuw sneeuwt, gooien ze er zulke industriele hoeveelheden zout tegenaan, zeker op de hoofdwegen, dat de volgende dag de weg schoon en droog is (op gedroogd zout na dan natuurlijk). Het is dan ook makkelijk in te zien waarom alle auto's hier na tien jaar opgeroest zijn. Maar zo blijft het hier dus nog even. Die 14e heb ik mijn knie stuk gesneeuw-ruimd, en ik ben nog altijd aan het twijfelen of ik er nu mee naar de dokter moet of niet. Eerst realiseerde ik me niet dat het van het sneeuwruimen was, want ik werd er maar de volgende ochtend mee wakker, maar bij nader inzien is dat de enige logische uitleg. Ondertussen voelt het eigenlijk al wel wat beter, maar nog niet beter genoeg om er echt gerust in te zijn. Ik zal nog maar een dagje afwachten ... En tot slot dan, in verband met de "winterpret" had ik een tijdje terug al een trip geboekt naar Puerto Rico, een eiland in de Caraiben dat Amerikaans grondgebied is. De Caraiben betekent natuurlijk heel het jaar door 24-28ºC en zon (en piraten, nietwaar Katrien ? ... een aangename afwisseling in elk geval voor de Buffalo winter. Waarom Puerto Rico (behalve dan het gebrek aan visum moeilijkheden en de andere voorvernoemde redenen -met uitzondering vn de piraten dan misschien)? Wel, ik heb daar een vriendin wonen waar ik al heel heel lang (kom, vijf of zes jaar) mee over de computer chat, en dit leek de uitgelezen gelegenheid om mekaar nu eens in het echt te ontmoeten. Een vliegticket van Brussel naar San Juan kost een kleine 3000 EUR, terwijl Buffalo - San Juan 250$ kost. Misschien het overwegen waard voor wie ooit ook eens een vakantie naar de Caraiben plant ... Brussel-NY is 400 EUR retour als ge op het juiste moment boekt. Zo gezegd, zo gedaan, dat is ook extreem makkelijk en goedkoop qua accommodatie, vervoer en taal. Helaas, nu, anderhalve week voor vertrek, heeft ze zich op de valreep gerealiseerd dat ze dat eigenlijk toch niet zo'n goed idee vindt. De flauw Trees ...
En nu ben ik dus maar op eigen houtje een last-minute vakantie aan het in elkaar boksen naar het mooie Puerto Rico ...iemand *anders* zin om mee te gaan misschien ? Brussel NY, nu reserveren met American Airlines (connections.be), vertrek donderdag 1 maart 11u 's morgens in Brussel, aankomst NY 1 maart 13u 's middags, 364 EUR retour, bezoek NY in de namiddag, vind zelf een hotel en doe de volgende dag verder NY, vlieg 's achtermiddags naar San Juan (4 pm- 9pm - 270 $ retour - orbitz.com). Ik pik u op met de huurauto op de vlieghaven, kamperen middenin de wildste natuur en op de prachtigste stranden - terugvlucht 7 maart 4pm over Orlando, arriveer in NY om 11.30u pm. (Eigen hotel te voorzien) Volgende dag weer een dag NY, en terugvlucht om 6.15 pm naar Brussel, aankomst 8 uur 's morgens op vrijdag de 9e ...vooruit, wie durft ? Reacties via de blog
De gewijzigde plannen krijgen langzaam vorm .. Katrien heeft gebeten, en is dus op dit moment volgende week bezig met het huis op slot te doen en naar Zaventem te vertrekken. Het wordt een kampeervakantie op Puerto Rico, la Isla Bonita ... Ik neem mijn luchtbed-voor-twee mee, heb net een grote, waterdichte tent geleend van M.G., alle tickets zijn geboekt, en de huurauto is ook gereserveerd. Er kan eigenlijk (touch wood) niks meer misgaan. Een ding zouden we bij nader inzien misschien anders kunnen gedaan hebben ... hoewel het een fractie (wel, 100 euro) duurder is, hadden we via het Belgische reisbureau één ticket Brussel-San Juan kunnen boeken ...als er dan iets misgaat met een van de vluchten, zijt ge de tweede niet "zomaar" kwijt. Een ander nadeel is dat Katrien dan vier uur vroeger in San Juan had moeten vertrekken, en dat betekende dan in het holst van de nacht opstaan en door de spits in San Juan naar het vliegveld geraken. Maar kom, voor dat missen van vluchten en vertragingen, we houden onze vingers gekruist, en hopen van u hetzelfde. Katrien heeft ondertussen ook via de spoedprocedure een paspoort aangevraagd ... dat zou ik u ook aanraden, als ge vaagweg het idee hebt dat ge binnen dit en vijf jaar wellicht plots op verlof zou kunnen vertrekken, begin daar dan nu maar al mee. Het kost normaal al 89 euro (de afzetters), maar de spoedprocedure kost er 251 ...
Het is hier eventjes een hittegolf geweest gisteren en vandaag - zowaar 2ºC ...boven 0 ! De sneeuw begint dus te smelten, en ik had het vreemde genoegen om mijn ruitewissers te kunnen gebruiken om regen in plaats van sneeuw/zout/ruitewisservloeistof weg te wissen. Deze avond waren de druppels die nog op mijn voorruit lagen al terug bevroren, en ondertussen is er weeral vijf centimeter sneeuw gevallen, in temperaturen tot -10ºC. Nu ja ... 't kon niet blijven duren ...
We zijn vandaag (M.G. en ik, en Kristin, een Amerikaanse vriendin van M.G. die nogal redelijk avontuurlijk is aangelegd om Amerikaanse te zijn) gaan muurklimmen. Mijn vingers zijn volledig stuk, en ik denk niet dat ik ooit nog rechtgeraak als ik ga neerliggen, maar afgezien daarvan was het heel plezant. Het zou een tweewekelijkse bezigheid kunnen worden bijvoorbeeld. Lichtjes bevreemdend is de disclaimer die ge moet ondertekenen ... ge moet namelijk begrijpen dat muurklimmen een inherent gevaarlijke bezigheid is. Het kan onder andere (en opnieuw, mensen, ik vind dit niet uit he, ik heb het gelezen en moeten ondertekenen voor akkoord) ...wait for it ...*emotionele* schade berokkenen.
Wat het werk betreft, tot mijn grote opluchting is vandaag na een bijzonder goede vraag van S-L. Z. op de groepsvergadering, alles op zijn plaats gevallen i.v.m. die multipoolverfijning op het ijzercomplex. Het slechte nieuws is dat we die multipoolverfijning wel kunnen vergeten, het goeie nieuws is dat ik nu tot in de puntjes weet waarom, en ik morgen met prof. C. ga bespreken of dat goed genoeg is om op de American Crystallographic Meeting in Salt Lake City te gaan vertellen in Juli. Ook daarvoor dus zijn uw gebeden welkom.
Het is niet mijn gewoonte om hier verhalen te doen die niet van mezelf afkomstig zijn, maar dit vond ik te goed om te laten liggen, en het komt bovendien uit een zeer betrouwbare bron, met name mijn collega M.P. en zijn vrouw. Wat was hen overkomen, om u nog maar eens te schetsen hoe raar Amerika in het algemeen en Buffalo in het bijzonder eigenlijk wel zijn ? Ze waren op zaterdagochtend naar de "Boulevard Mall" gegaan, om in een Firestone garage die daar gevestigd is de olie van hun auto te laen verversen en nieuwe remmen te laten steken. Olie verversen kan natuurlijk "terwijl u wacht" (of zelfs "drive through", ge moet niet uit uw auto uitkomen), maar remmen duren iets langer, dus werden ze de garage buitengekeken. Wat doet ge om negen uur 's ochtends als ge naast een groot winkelcentrum staat, en het vriest buiten stenen dik ? Ge gaat binnen staan natuurlijk. De shopping mall op zaterdagochtend opent vroeg de deuren, maar de winkels binnenin gaan pas om tien uur open. Als ge dus om negen uur de shopping mall binnenwandelt, en alle winkels zijn dicht, verwacht ge u hoegenaamd niet aan het spektakel dat M.P. en zijn vrouw daar begroette... Laat me u niet langer in spanning houden: wat was er gaande in de Boulevard Mall ? Heel het winkelcentrum stikte van het volk, een publiek dat voornamelijk bestond uit zestigers, zeventigers en tachtigers in sportpakken, en jonge moeders met kinderwagens en/of buggies. Allemaal op hun eigen tempo de Mall rond aan het wandelen of joggen, compleet met handdoeken rond de nek, flessen sportdrank en ipod's. Strikt genomen is dat zo dwaas nog niet natuurlijk ... als alles vol sneeuw ligt kunt ge beter de auto naar de Mall nemen en binnen gaan joggen: 't is droog, warm, en die winkelcentra zijn hier toch zodanig groot dat ge best een eindje kunt lopen voor ge terug in hetzelfde landschap arriveert ...
Een reality check met Tracy bevestigt mijn ergste vermoedens : "Wat verwacht je op een zaterdagochtend te zien in een shoppingcentrum als de winkels dicht zijn ?" Antwoord: "Een heleboel oude mensen die aan het Mall-walken zijn ?"
Zo, we zijn er klaar voor, alles in ingepakt, de laatste smurrie in het labo is ook opgekuist en de boel is proper achtergelaten, ik heb een hele hoop boeken uit de bibliotheek geleend, en alle regelingen die moesten getroffen worden zijn getroffen, zoals taxi's, vluchten, printen van kaarten, huren van auto's, offeren aan de weergoden, ... Morgen moet ik om vier uur uit mijn bed om tijdig op de luchthaven te zijn (per taxi) en vanaf dan is het hopelijk zon, zee, en strand. Er is nog één ding dat roet in het eten kan gooien, en dat is een sneeuwstorm in Atlanta, waar ik een tussenlanding maak. Maar bij Delta maken ze zich blijkbaar niet te veel zorgen, dus ga ik dat ook niet doen tot ik op de landingsbaan vastzit in de sneeuw ... Ik laat de laptop hier in Buffalo achter, dus de volgende update (en uiteraard foto's) kunt ge redelijkerwijs slechts volgende donderdag laat verwachten.
Wens ons success met onze wilde plannen, die onder meer omvatten: -bergen beklimmen -regenwouden doortrekken -Spaanse forten exploreren -radiotelescopen bestormen -en andere eilanden veroveren Jaja, het wordt leuk ! Tot volgende week !
PS ... in de loop van deze week heeft mijn blog zijn 2000ste bezoek mogen ontvangen. De bezoekersstatistieken wijzen uit dat er ongeveer 4% van die bezoeken door mezelf gebeurd zijn, dus als we aan 2080 geraken is er echt reden tot feesten ;-) Die statistieken zijn trouwens razend interessant ... sommige bezoekers zijn aan de hand van hun ip-adres behoorlijk herkenbaar, al ga ik hier geen namen noemen natuurlijk
Daar zijn we weer, gisteren in korte broek en sandalen van het vliegtuig gestapt in Buffalo ...dat was even schrikken. Het is hier 12ºF, of rond de -11ºC. De vakantie, en Puerto Rico in het algemeen, waren fantastisch, zolang ge maar wegblijft uit de steden. Het is echt een geweldig idee om aan het einde van de winter een paar dagen zon te gaan opslurpen in een tropisch paradijs. Het was geeneens echt te warm, maar een graad of 26, en ook niet echt vochtig. Wat hebben we dan zoal gedaan ? In afwachting van het arriveren van Katrien was ik de auto in ontvangst gaan nemen, en met knikkende knietjes op zoek gegaan naar de camping voor de eerste nacht. Dingen plannen in PR is een beetje een uitdaging, vermits ge nooit weet 1) of de camping eigenlijk wel een camping is, 2) of de camping dan ook open is, 3) wannéér dan precies de camping open is. Daar komt dan nog bij dat ze per definitie nooit de telefoon opnemen. Dus, gearriveerd in Luquillo de camping gevonden, en ja hoor, potdicht. De meneer die daar rondliep liet weten dat kamperen toegestaan was, van 9 uur 's ochtends tot 5 uur 's middags. En nu was het half 6. Waar ge nu overdag een tent voor nodig hebt ging enigszins aan mij voorbij, maar allez, ik mocht toch niet binnen. Dat zette natuurlijk ook de rest van de vakantie op losse schroeven, want alle zogezegde campgrounds waren eigendom van de Compania de Parques Nacionales, die deze camping ook uitbaatte. Maar goed, enig paniekerig gegraaf in mijn papieren later een hotel gevonden in Luquillo, en de stad ingereden. De eerste de beste rondhangende jeugd aangesproken (die Engels bleken te spreken met een zwaar Frans accent, meteen punten gescoord en mijn Frans nog eens kunnen luchten), die mij meteen feilloos wisten te vertellen waar ik dat hotel kon vinden (straatnamen bestaan niet in PR, alle wegen hebben nummers, en de huizen duidt ge aan door de mijlpaal aan te geven waar ze zich bevinden - nodeloos te zeggen dat dat voor de meeste online routeplanners te moeilijk is, en dat maakt instant-navigatie zonder langdurig getuur op kaarten dan weer een stuk moeilijker). Het hotel bleek mee te vallen, dus dan maar Katrien gaan ophalen op de luchthaven, en vroeg in bed gekropen, want we waren allebei al van erg vroeg op en steendood. De volgende ochtend uitgeslapen op weg gegaan naar Fajardo - om zeker te verifieren of de camping voor de volgende nacht ook enkel in de fantasie van de CdPN bestond, en indien niet, of ge er ook echt kon kamperen. En ja hoor, dat bleek te kunnen ! De enige voorwaarde was wel dat ge voor 6 uur 's avonds arriveerde, want dan deden ze de poort op slot en kon ge niet meer binnen of buiten. Al deze campings zijn eigenlijk "balnearios", badplaatsen dus, met een strand, palmen, barbecues, zitbankjes, wc's en douches. Gerustgesteld trokken we dus op weg naar "El Yunque", het nationaal regenwoud, dat al sinds de 16e eeuw beschermd is en dus een echt stuk ongerept Caraibisch regenwoud vertegenwoordigt. Na voldoende gewandeld te hebben, en uitgerust te hebben bij diverse watervallen, zijn we dan maar shoppingcenter-waarts gekeerd, want we moesten eten inslaan voor de volgende twee dagen, die we wilden doorbrengen op Culebra, een ander kleiner eiland ten oosten van Puerto Rico, dat geroemd wordt omdat het het mooiste strand van de Caraiben zou bezitten. Iets te lang getreuzeld echter in het shoppingcenter, en plotseling was het 5.25u, terwijl het hek van de camping om 6.00u dicht zou gaan, en we nog geen avondeten hadden. Stommelings een pizzahut binnengestapt, en natuurlijk duurt het dan nog 20 minuten voor de pizza klaar is ook, terwijl hij al wel betaald is, dus was het 10 voor 6 voor we met gierende banden de parking afscheurden op weg naar de camping ... waren we nog voor 6 uur daar? En zo ja, ging de camping inderdaad pas om 6 uur dicht? In het volgende bericht kom je het te weten ... stay tuned !
Voor we verder gaan, eerst even de link naar de foto's. Wees gewaarschuwd : het zijn er 326, en dan hebben we er nog meer dan 250 uitgelaten.
http://fotos.telenet.be/1935314197
...gelukkig kwamen we inderdaad met drie minuten tijd over aan het hek van de camping aan, waar de vriendelijke meneer ons binnenliet na ons parking voor 2 dagen afhandig te hebben gemaakt, en de deur bij wijze van spreken achter onze rug dichtsloeg. Al onze rommel meegesleept naar binnen (inclusief de pizza) en na die soldaat te hebben gemaakt de tent opgezet. Ondertussen hadden we al door dat de volledige camping vol mieren zat, en die beestjes hadden duidelijk honger, want ze gingen er niet alleen vandoor met de kruimels van de pizza, ze beten ook in uw benen als ge te lang op een plek bleef staan. De tent hebben we dus hermetisch afgesloten gehouden. Toen werd het donker natuurlijk, en die avond was er een maansverduistering bij maansopkomst. We hebben dus de maansverduistering uitgezeten op het strand, al fotograferend, en dan waren we tegen een uur of acht zo steendood dat we maar in ons bed gekropen zijn. Een poging te lezen bij het licht van de nieuwe "laad-mij-om-het-even-waar-op" LED lantaarn werd al snel in de kiem gesmoord door dichtvallende oogjes. De volgende ochtend werden we gewekt door een meneer in een golfkarretje, die ons vertelde dat we vanaf 9.30u konden betalen in het kantoortje. Helaas vertrok de ferry naar, Culébra, het paradijselijk eiland waar we naartoe wilden, om 9 uur, dus zat er niks anders op dan de arme man ter plekke te betalen, en als gunst daarvoor te vragen dat hij de nooduitgang van de parking voor ons opendeed zodat we konden ontsnappen na al onze rommel zorgvuldig herverpakt te hebben, want de auto kon niet mee. Om 8 uur reden we dus naar Fajardo centrum, waar een fijne parking is voorzien precies voor mensen die hun auto willen achterlaten en naar een van de eilanden trekken. Er is de keuze tussen Culebra en Vieques. Culebra is duurder, kleiner en ook minder bewoond. Het heeft wel een illustere geschiedenis, is in 1493 bezocht door Cristobal Colon, en vervolgens drie eeuwen gebruikt als piratennest. Bovendien bevindt er zich het mooiste strand in de Caraiben, Flamenco beach. Daar moesten we dus zijn, tenandere omdat ge daar ook kunt kamperen (weer met het hart in de keel natuurlijk ...) Na anderhalf uur Atlantische deining achter de kiezen, kwamen we aan in het schattige haventje dat bij Dewey hoort, de nederzetting op Culebra. Maar het was natuurlijk zondagochtend, wat betekent dat heel Fajardo mee op die ferry zat, om een dag aan het strand te komen spenderen. Zo kwam het dus dat we nog een twintig minuten met al onze rommel in Dewey hebben zitten wachten, tot de "publicos" (een soort uit de kluiten gewassen taxis) een paar keer heen en weer naar Flamenco beach waren gereden, en uiteindelijk ook ons en onze bagage voor 2$ per persoon daar konden afzetten. Tot onze immense opluchting was kamperen hier wel goed georganiseerd, en voor 20$ per nacht (!) kon ge gebruik maken van de toiletten, drinkwater, douches, en welja, van het mooiste strand in de Caraiben. Dat ge daar dan een onnozel geel armbandje voor moest dragen, en de douches vanwege de droogte gesloten waren, tot daar aan toe. Met het drinkwater en een plastieken fles kunt ge u ook douchen ... Wij dus al ons eten en de tent daarnaartoe gesleept en opgezet, geluncht, en de eerste cruciale herinpakkings-vergissing bemerkt: bestek vergeten. Dan zonnecreme op, en de hele middag op het strand en in het water gaan spelen, duikbril gekocht om een beetje van het koraal en de bijbehorende aquariumvissen te kunnen genieten, uiteraard daarna vergeten weer zonnecreme op te doen, en lelijk verbrand, om tenslotte na het avondeten bij zonsondergang nog eens heel het strand af te wandelen. Nu hoor ik u denken (als ge de fotos hebt bekeken tenminste), wat doet die tank daar op het strand? Gezien Puerto Rico een territory is van de VS, hebben de Puerto Ricanen niks te vertellen over wat het Amerikaanse leger op hun grondgebied doet. Daarom is Culébra als "onbewoond eiland" tot de late jaren 70 gebruikt als target practice voor luchtbombardementen. De tanks zijn dan maar achtergelaten als memento. De Puerto Ricanen zijn daar nog altijd behoorlijk boos over, over dat bombarderen ... Voor meer informatie over het eiland(je) zie http://en.wikipedia.org/wiki/Culebra,_Puerto_Rico Dan maar weer vroeg in bed gekropen na een vergeefs leesexperiment bij kaars- en lamplicht, voor weer een volgende spannende dag in het fascinerende Puerto Rico ...
De volgende ochtend werd Katrien (overigens volledig onkarakteristiek, mag ik daar wel aan toevoegen) wakker om 6.30 uur, en ze ging dan maar aan het strand zitten wachten tot ik ook op wa,s een drie kwartier later. Binnen de korste keren had ze een local aan de hand, Steve. (De meeste Culebrenses komen uit de VS natuurlijk, en zijn in feite meestal drugssmokkelaars). Steve was bijzonder opgetogen over Katrien, en bovendien, zo bleek na niet al te lang converseren, ook nog ladderzat van het feestje van de voorbije nacht. Beste quote van het gesprek: (achteroverleunend in het spierwitte koraalzand, met de ogen halfdicht tegen de opkomende zon) "ah, I hate my life !" Na mijn ontbijt besloten we dan maar te gaan wandelen, omdat ik geintrigeerd was door het volgende strand ten oosten van Flamenco beach. We hadden er de vorige avond over gedacht om te proberen over de rotsen op de kaap naar de andere kant te klimmen, maar Steve verzekerde ons dat dat niet zou kunnen, omdat de golven iets te woest waren en we waarschijnlijk een gruwelijke dood zouden sterven. Dat plan werd dus afgevoerd, omdat het niet kaderde in het verdere geplande verloop van de vakantie. Het probleem was dat er naar het "volgende strand" geen wegen op de kaart stonden. http://maps.google.com/?ie=UTF8&om=0&z=13&ll=18.3133,-65.290375&spn=0.078224,0.160675 Bovenaan de kaart is Flamenco beach uiterst links aan de inham, het volgende strand is Resaca beach, en tussen de twee stranden ligt een soort bergkam van een meter of 200. Het weggetje rechts van de inham loopt bovenop de berg, en dat leek ons de beste aanpak om op dat fameuze volgende strand te geraken. We zijn dus rond de lagune gewandeld en die weg ingeslagen, om dan na een meter of 500 op een bord te stoten dat zei dat dit privaat terrein was. Brave modelburgers als we zijn (allez, Katrien toch) draaiden we dan maar terug, en wandelden we verder naar Dewey (bevindt zich op de kaart onder het woord Culebra), waar we een supermarktje vonden dat goddank aftersun verkocht, straf spul, met menthol en lidocaine. Nog religieuzer gesmeerd/gespoten in het vervolg, wat souvenirs gekocht, en dan beginnen terugwandelen. De eerste straat rechts ingeslagen (het lege stuk linksboven de baai waaraan Dewey ligt is het vliegveld), en vervolgens recht naar boven gewandeld (ook letterlijk, het hoogteverschil is 150 meter) in de hoop dat de weg die daar loopt ons dichter bij het strand zou brengen. Na een hoop gehijg en gevloek namen we even een pauze omdat we bij een bord waren aangekomen (Peligro!) dat leek te suggereren dat er wat verder onontplofte bommen uit het wegdek staken. Vermits me dat nogal sterk leek, maar ik zodanig buiten adem was dat ik Katrien daar niet van kon overtuigen, hebben we daar efkes op een muurke gezeten, waarop we prompt voorbijgestoken werden door vier vette amerikanen in een jeep. Na daar nog tien minuten gezeten te hebben en ik Katrien had overtuigd dat het uitblijven van een gedempte ontploffing en rondvliegende stukjes jeep betekende dat het waarschijnlijk wel in orde zou zijn om verder te wandelen, kwam de jeep plots terug de weg afgereden. Toen moest ik natuurlijk eerst vragen wat er te zien was daarboven. Het ongeinteresseerde antwoord was "oh, more of the same..." (het leven is erg simpel als je amerikaan bent) "...but there's a path going down to some beach or something". Yay ! Dat was nu precies waar we naar op zoek waren. Verder geklommen dus maar, om inderdaad aan het einde van de weg aan te komen bij een bordje waarop stond dat het strand beneden was (150 meter dieper en een heleboel lage bosachtige begroeiing en stenen later uiteraard). De afdaling was erg steil en niet bepaald makkelijk, maar toen hadden we natuurlijk wel goeie hoop dat we het strand voor ons alleen zouden hebben. Na een laatste run door een verschrikkelijke hoop insecten die in de laatste 10 meter van het bos op de bladeren van de zon zaten te genieten, bleek die hoop inderdaad gegrond: we bevonden ons op een paradijselijk strand met mul koraalzand dat door de zeeschilpadden als nestplaats wordt gebruikt (maar het seizoen daarvoor is december/januari, dus nu was er geen gevaar voor het plattrappen van eieren), en goddank ook één palmboom voor schaduw. Daar hebben we ons dus genesteld om van de eenzaamheid, de zon, de zee en de kokosnoten te genieten, waar we onze lunch mee hebben aangevuld. (Kokosnoot op ambachtelijke wijze zelf uit de boom gegooid met een steen, omhulsel tot moes geslagen, kokosnoot gekraakt, erin geslaagd kokosmelk gedeeltelijk op te drinken, noot verder handmatig gepeld, het zand erafgewassen en opgegeten.) Verse kokosnoot is echt veel beter dan wat ge bij ons in de supermarkt koopt. Verder nog een beetje gezwommen en in de branding gespeeld, vooraleer de terugweg aan te vatten. Wat opvalt is dat zelfs in dit soort paradijselijke setting de locals er in slagen om een hele hoop afval achter te laten... Puerto Rico is een schoon, doch vies land.
De klim terug naar boven was natuurlijk even verschrikkelijk als op de heenweg, maar we hebben het overleefd. Terug bij het vliegveld aangekomen leek het me een opportuun moment om Willy op te bellen. Willy ? Willy is "el presidente" van Willy's jeep and publico service. Een local dus met twee busjes die mensen van Dewey naar het strand rijdt en terug. Vermits we de volgende ochtend vroeg wilden vertrekken, met name met de ferry van 6.30u, moesten we wel tegen uiterlijk 6 uur een taxi hebben. En ja hoor, Willy to the rescue : "for 12 dollars, we wake up." Deal gesloten, en dan maar voort gewandeld naar de camping. Een goeie 500 meter voor we terug bij de ingang waren kwam er een jeep met een local uit een zijstraat die vroeg of we een lift moesten. Vermits we pompaf waren en alles zeer deed, stemden we graag toe. Hij woonde al 11 jaar op Culebra, en rookte enthousiast weed terwijl hij met de auto reed. Ik durf me niet afvragen wat zijn beroep is ... maar de lift was in elk geval erg welkom. Weer avondeten met spam (ja, dat bestaat echt, en het is geen ongewenste email maar fun-food ...maar daar zal ik het later nog wel eens over hebben), toast, en koude ravioli uit blik, met de vork die ik de vorige avond met mijn tenen had opgegraven. Daarna nog even de visjes dag gaan zeggen op het rif, en dan alles weer ingepakt om de volgende ochtend erg, erg vroeg te vertrekken. Die nacht regende het, en de tent was verbazend waterdicht, maar uiteraard kletsnat tegen dat we hem in moesten pakken. Om kwart voor zes stonden we aan de ingang van de camping, in het donker, gepakt en gezakt, met onze natte tent ... Wat Was Willy's Woord Werkelijk Waard ? Je leest het in de volgende aflevering van ons epos ...
Even terug naar onze gebruikelijke onderwerpen hier in Buffalo. Tot mijn grote verrassing is hier vandaag de klok verzet. In Europa gebeurt dat pas over twee weken (dus ge zijt bij deze gewaarschuwd), maar dat wil zeggen dat we voor twee weken maar vijf uur tijdsverschil hebben tussen Buffalo en Belgie. 't Is zo weer eens iets anders ...
Maar nu, vroeg in de ochtend op de camping, stonden we dus aan de ingang te wachten op onze publico. Het werd kwart voor zes ...dan tien voor zes ... en toen zagen we in de verte gelukkig koplampen opdoemen. De chauffeur was niet echt wakker, maar wel wakker genoeg om over een leeg eiland te rijden, dus gooiden we alles in de publico, onszelf erachteraan, en raasden we richting haven. Vijftien dollar betaald en gezegd dat het zo wel ok was, wat werd onthaald op een soort vriendelijk gegrom en een opgelucht "I go sleep now". Eenmaal aan boord van de ferry hebben we ons op de bankjes op het achterdek geinstalleerd, om tijdens de afvaart van de zonsopgang (om 6.37u) te genieten. Terug in Fajardo aangekomen hebben we de auto opgehaald op de parking (15$), en was het plan om die dag de Cavernas del Rio Camuy te bezoeken, en natuurlijk de Arecibo radiotelescoop. Daarvoor moesten we van Fajardo terug naar San Juan, door San Juan naar de andere kant, en dan halverwege naar de westkust (voor de geographically challenged onder u, hier is een kaart : http://en.wikipedia.org/wiki/Image:Rico.png ). Gelukkig dacht ik eraan om in het locale toeristische magazine te kijken (Que Pasa ?) naar de openingsuren van de telescoop en de grotten, en het verdict was onverbiddelijk : maandag en dinsdag dicht. En het was natuurlijk dinsdag. Voor de grotten was dat dodelijk, maar ik had goeie hoop dat we toch rond de radiotelescoop zouden kunnen rijden. Onderweg stopten we in Dorado, het eerste stadje ten westen van San Juan, om daar op zoek te gaan naar een guesthouse, teneinde niet de laatste dag ook op een camping te moeten doorbrengen, ons eens fatsoenlijk te kunnen wassen, en de tent te drogen. Die onderneming heeft ons uiteindelijk een tweetal uur gekost, want zoals al eerder gezegd, adressen in Puerto Rico zijn niet bepaald eenduidig. Na verloren gereden te zijn in Dorado, hebben we dan maar aan een local (die geen Engels sprak) de weg gevraagd. Hij was net op weg naar ergens, en zei dus "follow me". Dat deden we, en we kwamen uit bij de Costa de Oro, waar het guesthouse zich ergens zou moeten bevinden. Navraag bij de diverse bars die aan de kust gesitueerd waren leverde diametraal tegengestelde aanwijzingen op, en er was nergens ook maar één hotel of guesthouse te bespeuren, alleen gemeubelde appartementen te huur - voor een week, weekend, of maand. Een derde vraag aan de kuisvrouw die het terras aan het afspuiten was - en ook geen Engels sprak- leverde op dat we helemaal naar links moesten, voorbij het hek, en daar was het. Tot haar vriendin zich kwam moeien, die zei dat we helemaal naar rechts moesten. Toen ze steeds harder tegen elkaar op begonnen te roepen in een poging elkaars betoog te overstemmen, hebben we ze maar vriendelijk bedankt, en strooike getrokken over de richting. Het zoeken van de weg werd er niet makkelijker op omdat "rechts" een bulldozer een groot gat in de weg aan het graven was, en ge dus op geen enekel manier door kon. De eerstvolgende straat rechts meer naar het binnenland liep dood, en alle zijstraten terug naar de kust waren enkelrichting, uiteraard in de verkeerde richting. Dan hebben we maar aan een stel politieagenten de weg gevraagd, met weer als resultaat "follow us". Vervolgens hebben ze zelf twee keer de weg gevraagd aan nog iemand anders (in het Spaans gaat dat toch vlotter), maar uiteindelijk kwamen we uit in die fameuze doodlopende straat waar we al geweest waren: het guesthouse bevond zich helemaal op het einde, dertig meter nadat wij de eerste keer waren teruggedraaid. Maar ze hadden plaats, en de kamer had zelfs airconditioning. Goedgemutst gingen we dus op weg naar de "Arecibo dish", om uiteindelijk voor een gesloten hek te staan, met een vriendelijke meneer die ons een folderke overhandigde met de openingsuren. Van de radiotelescoop zelf was niks te zien, de weg errond lag achter het hek. Koortsachtig gezoek naar het telefoonnummer van een kennis aan de Cornell universiteit, die misschien iemand kende in het departement astronomie, dat de telescoop uitbaat, leverde helaas niks op, en dus was en bleef de deur potdicht. Dan besloten we maar om nog wat voort aan sightseeing te doen, met name de scenic route naar het Boca stuwmeer te nemen, en de afslag naar el Bosque del Rio Abajo. We stopten bij alle scenic viewpoints, wat meestal inhield dat er een parking was voorzien naast een van die Karst-bergjes, met dan een rondspiralend weggetje naar de top, waar het uitzicht meestal zeer bevredigend was. In het Bosque del Rio Abajo heb ik een zeer pijnlijke foto genomen: ik was uitgestapt en zonder het te merken met mijn rechtersandaal in een mierennest gaan staan. Na het nemen van de foto was ik terug in de auto gestapt, en op dat moment hadden de mieren er genoeg van en begonnen ze in mijn voet te bijten. Enig wild gevloek, gedans en het voortijdig overlijden van een niet onaardig aantal mieren later, kwam de aftersun met lidocaine goed van pas om ook de mierenbeten een beetje te verdoven. Aan het einde van de weg vonden we dan twee bamboebossen van mythische proporties, die naast de ingang van de camping (dicht natuurlijk ...maart is toch zeker geen seizoen om te kamperen ?) stonden. Vervolgens zakten we terug af naar Dorado, waar we op zoek gingen naar een restaurant om eens een lokale specialiteit te proberen - mofongos. Dat is een pilon (houten mortier) waar plantanen (een niet zoete soort banaan met een zetmeelachtige smaak) in worden tot pulp gemalen, met wat look en olie en nog wat ander spul, zodat ge een egale koek aan de kant van de pilon krijgt, die dan wordt gevuld met een beest naar keuze (ik nam kip, Katrien garnalen) en een tomaatachtige cajun saus. Heel het ding gaat zo in de oven en wordt gebakken, en het resultaat is werkelijk heerlijk. Dat ze 20$ per stuk kostten namen we er dan maar bij, maar aan de andere kant zijn de restaurants erg Europees, omdat de "service fee" meteen bij de prijs wordt opgeteld. Tipping is dus niet nodig.
Dit was de voorlaatste episode, zonder echte cliffhanger deze keer, want het hotel was al geboekt en betaald, en we hadden de sleutel van de kamer. De laatse onzekere factor was Katrien's vlucht ... vermits ze twee tickets had bij verschillende luchtvaartmaatschappijen, mocht ze onder geen beding de vlucht naar NY missen, want dat zou betekenen dat ze een nieuw ticket naar Brussel moest kopen. Op de heenvlucht was alles foutloos gelopen, maar de vrees bestond dat dat voor de terugvlucht niet kon blijven duren ... u leest het vanaf morgen, zelfde tijd, zelfde plaats... tot dan !
Voor de volgende ochtend hadden we geen duidelijke plannen, behalve dan "tijdig op de luchthaven geraken". Vermits Katrien's vlucht vertrok om 13.55u, en de mijne om 17.30u, hadden we 's ochtends meer dan tijd genoeg - want uiteraard waren we weer vroeg wakker. We zijn, in het gezelschap van de watermeloen die we voor ons vertrek naar Culebra hadden gekocht maar nooit opgegeten, een strandwandeling gaan maken in het balenario Nolo Morales, dat verfrissenderwijze open was om half acht 's morgens - waarschijnlijk omdat er geen gelegenheid tot kamperen was. We hebben ons dus onder het motto "nu tussen ons en die watermeloen" aan een picnictafel gezet, en hebben watermeloen gegeten tot we er rimpelige vingers van hadden. Dat festijn werd gevolgd, niet enkel door het opkuisen van de smurrie met de overschot van onze rol wcpapier, maar ook door een laatste strandwandeling op de heerlijke koraalstranden van Puerto Rico, met blauwe lucht, blauwe zee, en witte wolkjes. Tegen negen uur waren we dan terug in het hotel, om al de rommel terug in te pakken en weer naar de auto te dragen, en tevens de auto uit te kuisen en op zoek te gaan naar de batterij die uit de fototas gevallen was (nooit meer teruggezien). Tegen half elf zijn we doorgereden, richting San Juan, en uiteraard duurde het maar een half uur eer we weer voor de deur van het autoverhuurbedrijfje stonden, met de auto volgetankt. Tanken in PR is volslagen idioot: er zijn geen kaartautomaten, en ge moet dus eerst binnen uw kaart gaan afgeven en zeggen dat ge wil voltanken. Dat zetten ze de pomp aan, en moet ge weer naar buiten om effectief te tanken. Tot slot moet ge dan terug naar binnen zodat ze u het eindbedrag kunnen aanrekenen en uw kaart teruggeven. Er staat ook prominent vermeld op een kartonnen pancarte in ieder tankstation dat ze geen kredietkaarten kunnen aannemen zonder een identiteitsbewijs. Daar heeft in elk geval niemand mij ooit naar gevraagd ... Om elf uur zijn we dus in het busje geladen en aan de luchthaven gedropt, mooi te vroeg voor Katriens vliegtuig. Gelukkig, zo bleek. Want bij de self-check in werd het duidelijk dat de vlucht van AA waar Katrien op moest komen te zitten vertraagd was, van 13.55 naar 15.10u. Dat betekende dat ze in plaats van twee uur en tien minuten, maar een krap uur had on in NY haar bagage te recupereren, van terminal te verwisselen, weer in te checken, en op haar volgende vliegtuig terecht te komen. M.a.w : vliegtuig gemist, ticket kwijt, en een nieuw moeten kopen. Nu, vragen staat vrij, en luchtvaartmaatschappijen zijn hier als de dood dat ge volgende keer niet meer met hen wil vliegen. Dus op de vraag aan de AA-mevrouw of ze niks voor ons kon doen (bijvoorbeeld Katrien op een eerdere vlucht naar NY krijgen) begon die meteen rond te bellen, en kon als valabel alternatief voorstellen om Katrien op een Delta-vlucht te boeken die weliswaar maar een kwartier eerder vertrok, maar waarmee ze dan wel in dezelfde terminal aankwam, en waarmee ook de bagage kon worden doorgecheckt. Bovendien garandeerde Delta de connectie, wat betekent dat het hun schuld is als er dan iets fout gaat. Tot onze grote opluchting "involuntary ticket" gratis geboekt, en Katrien ingecheckt bij Delta. Dan op ons gemakske gaan eten (burritos en quesadillas), mij ingecheckt bij US Airways, en Katrien door de security gestuurd. Nadat een laatste poging om met mijn Puertoricaanse vriendin dan tenminste een koffie te gaan drinken ook op niks was uitgelopen, bleek ik vanuit dezelfde terminal te vertrekken als Katrien, dus na het gebruikelijke gevecht met de security (en de nieuwe Ion-scan machine die u virtueel uitkleedt) was er een blij doch onverwacht weerzien aan Katriens gate. Toen er dan om vijf voor drie nog steeds geen vliegtuig aan die slurf stond, heb ik de eerste de beste luchthavenmedewerker bij het nekvel gegrepen voor een korte interpellatie, waarop die doodleuk wist te vertellen dat de vlucht te laat was, en waarschijnlijk tegen 16 uur zou vertrekken. Opnieuw : vlucht kwijt in NY voor Katrien. Wij terug uit de beveiligde zone, naar de ticketcounter, of ze Katrien geen andere luchthaven of vlucht naar Brussel konden vinden ? Het antwoord was helaas nee, de enige oplossing was een hotel in New York. Nu ben ik weliswaar ernstig voorstander van een gratis hotel in NY in tegenstelling tot het moeten kopen van een nieuw ticket, maar niettemin ging het humeur van Katrien -die gewoon naar huis wou- er daarmee niet op vooruit. Maar goed, niks aan te doen, Katrien vloog uiteindelijk weg om 16.45u, en ik een dik uur later. In Charlotte, NC aangekomen kreeg ik een euforisch sms-bericht van een Belgisch nummer "Ik zit op de vlucht naar Brussel !". Natuurlijk direct teruggestuurd dat dat fantastisch was, met een dikke kus erbij, voor ik me realiseerde dat Katrien helemaal geen tri-band GSM heeft, en ik dus waarschijnlijk iemand anders wiens GSM ze had geleend een dikke kus had gegeven. Dat bleek achteraf niet ver bezijden de waarheid... Nu, dwaas geval dat ik ben, had ik natuurlijk ook mijn carry-on ingecheckt, waar mijn warme kleren inzaten. Ik had weliswaar een trui bij, en een jas, maar de short en sandalen, daar viel niet veel meer aan te doen. Bij het opstappen op de vlucht naar Buffalo leverde me dat een skeptische blik van de piloot op: "You know you're going to Buffalo, right ?". Uit wraak heb ik een US Airways dekentje gepikt. Maar soit, het vervolg weet ge, het was -12ºC bij het landen en de bagage deed er 45 minuten over om uit het vliegtuig naar de bagageband te kruipen ... Katrien is ook veilig terug in Brussel gearriveerd, doordat de vlucht NY-Brussel te laat was door sneeuw in NY, weliswaar zonder bagage, maar die is dan de volgende dag zonder verder drama aan de voordeur geleverd. Eind goed al goed, en we hebben er een heerlijke, ontspannende, zij het dan een tikje korte vakantie opzitten.
Vanaf het volgende bericht terug naar onze regularly scheduled Buffalo-talk - maar ik zal jullie eerst maar wat tijd geven om de vorige vijf berichten te verteren. Nogmaals, de foto's vindt ge op http://fotos.telenet.be/1935314197 Ik ben in het weekend in het park in de zon gaan lezen - de sneeuw is smeltende, het is overdag boven nul, wat niet wegneemt dat ik bijna aan de bank was vastgevroren. En uiteraard is het tegen het einde van de week weer -5ºC met sneeuw... maar nu zijn het echt de laatste loodjes van de fameuze Buffalo-winter.
Iedereen heeft natuurlijk nog een indigestie van mijn vorige vijf berichten, en ik had beloofd dat ik jullie een tijdje gerust zou laten. Maar het leven gaat door! Ik heb nog maar eens een heerlijk verhaal om het wondere leven in het lab van prof. C. te illustreren. Toen ik hier arriveerde, suggereerde M.G. dat ik de cursus die wordt ingericht door de mechanische werkplaats zou volgen, zodat ik ook van de machines gebruik kon maken als het nodig was om een of ander klein onderdeeltje te maken. Ik geloofde mijn oren niet, want ik ben in Belgie al een paar jaar halvelings op zoek naar precies zo'n cursus - dit soort kennis komt handig van pas bij het restaureren van antieke rekenmachines. Ik vraag dus aan prof. C. of hij dat een goed idee vindt, en ja, hij vindt het een goed idee. Ik zet dus mijn naam op de lijst. Vervolgens gebeurt er 6 maanden niks (de man van de mechanische werkplaats is niet van de snelste). Deze week krijg ik (eindelijk) een email dat de cursus eind maart begint, en dat ze een projectnummer nodig hebben om de 50$ aan te rekenen voor materiaal. Ik ga dus naar het bureau van de baas, en zeg hem dat ik een projectnummer nodig heb om dat te betalen. Zijn antwoord : "Oh, en je wilt dat wij daarvoor betalen ?" Ik zeg dus iets in de aard van "Wel ...", waarop hij concludeert "Ik denk dat je daar zelf voor moet betalen". Lichtjes verward ga ik dus naar de mechanische werkplaats om te vragen of en hoe ik daar zelf voor kan betalen. Dat gaat natuurlijk niet, ze hebben zo'n intern projectnummer nodig. Op dat moment vond ik het in het geheel niet erg om die 50$ te betalen (het is erg goedkoop voor dit soort cursus), maar ik wilde prof. C zich even ongemakkelijk doen voelen met de situatie als ik was, en dus schreef ik een cheque van 50$ op zijn naam, en wachtte op het geschikte moment. Dat was echter buiten de waard gerekend. Nadat ik had verteld dat er toch een projectnummer nodig was, en net mijn cheque boven wou halen, zei hij "Oh, maar dat is makkelijk op te lossen, we trekken die 50$ gewoon af van je eerstvolgende compensatie voor reisonkosten". Cheap bastard !
Na de gruwelijke Puerto Rico marathon, eventjes terug bij de tijd komen met de laatste nieuwtjes uit Buffalo.
Het is hier indertussen aardig bezig met lente te worden. De avonden worden langer, zeker nu de klok verzet is, en het wordt duidelijk warmer ook: de sneeuw valt nog wel, maar smelt overdag al weer. We hebben zelfs al een aantal sneeuwvrije dagen gehad, en dan wordt ook duidelijk wat voor ravage er aangericht wordt door de sneeuwploegen gedurende het sneeuwruimen. Zie de campusfotos op http://fotos.telenet.be/7963444123 Ik heb er ook een aantal bijgestopt van onze oprit (zonder sneeuw !), en van downtown Buffalo op een drukke zaterdagmiddag. Zoals je zult merken is het niet echt vergelijkbaar met pakweg de Meir in Antwerpen wat shoppen betreft. Ook het stadhuis zit ertussen, nu zonder ingepakte bovenkant, want de kerstverlichting is ondertussen weer verwijderd, zodat de in-you-face architectuur nu weer in haar volle glorie kan worden bewonderd. Het grasveldje naast de betonweg die naar de ingang van het Natural Science Complex loopt is behoorlijk beschadigd door de sneeuwploegen en het veelvuldige zout strooien. Je kan de zoutkorsten in de modder zien. Het departement landschapsaanleg van de unief koopt dan graszoden die ze daarover leggen, en die gaan dan natuurlijk prompt dood. Meestal is de tweede iteratie van dat proces degene die leidt tot opnieuw zorgvuldig aangelegde en gemaaide gazons in de zomer en herfst. Ik heb het al wel eens gezegd, gras is hier een "big issue". Zoiets als "hoog gras" bestaat niet in Buffalo.
Verder nog nieuws over mijn auto. Hij moest door de inspectie geraken op 1 maart, en dat betekende dat de befaamde barst in de voorruit eindelijk moest worden gerepareerd. Ik had al begrepen dat dat iets ging kosten, want die voorruit is nogal speciaal gekromd in de hoekjes. Online zoeken naar prijzen gaf 300$ voor de ruit (+tax) en 420$ (+tax) voor de ruit en de installatie. A.V. kent een Russische mechanicien die een vriend heeft die "licensed inspector" is en wel eens een loopje durft nemen met de regels. Dat was dus het allereerste wat we deden, aan die Rus vragen of hij de auto zo door de controle kon krijgen. Het antwoord was nee. Vervolgens heb ik maanden aan een stuk geprobeerd hem naar een voorruit te laten zoeken op autokerkhoven, maar dat ging langs geen kanten voor(r)uit. A.V. vertelde me vervolgens dat de Rus er niet van houdt aan auto's te werken waar maar een prutske aan is. "Serieus," zei hij, "rij uw auto gewoon te pletter tegen een muur, breng hem *dan* naar de mechanieker, en ge krijgt hem zo goed als nieuw terug." Dat vond ik een beetje extreem, maar de oplossing was doodsimpel: ge zet uw auto af bij de mechanieker, met een verlopen inspectiesticker, één dag voor ge op verlof vertrekt (bijvoorbeeld naar Puerto Rico), en zegt dat ge hem komt ophalen als hij klaar is. Vervolgens komt de Rus in zware gewetensnood omdat die ruit 400$ kost (voor die prijs verkoopt hij hele auto's), die op de autokerkhoven krijgt hij er niet uit, want ze zitten blijkbaar stevig vastgelijmd, en vervolgens gaat hij toch nog eens met de "licensed inspector" praten, die dan uiteindelijk toch toevallig de gigantische barst over de hele voorruit over het oog ziet en een sticker uitschrijft. Eind goed al goed, voor 100$ ...(toevallig een barst van een goeie meter lang niet opmerken kost natuurlijk extra). En dan vanavond -to add insult to injury- is mijn uitlaat eraf gevallen ... het positieve daarvan is nu wel dat de auto meteen een stuk sportiever klinkt. Ik zal eens moeten zien wat ik met stukken conservenblik en uitlaat-tape kan aanrichten ter reparatie.
En nu we toch over auto's bezig zijn, voor de zeldzame keer dat hier in Buffalo eens iets te doen is, vond ik toch dat ik moest gaan kijken. Ze deden een autoshow, "World of Wheels", in het Buffalo Convention Center. Een heerlijk gebouw uit de late jaren zeventig, dat als één blok beton is gegoten. Het staat ook in het album, en met die beschrijving kunt ge het moeilijk missen. Zo maken ze ze niet meer, en gelukkig maar ... De autoshow zelf, daar heb ik natuurlijk ook fotootjes van genomen. Volslagen waanzin, werkelijk. Die mensen geven 10.000-en tot 100.000-en dollars uit om die auto's tot een karikatuur van zichzelf te verbouwen, en dan slepen ze ze in een aanhangwagen naar dit soort shows om er in kampeerstoeltjes drie dagen naast te gaan zitten blinken, en als alles goed gaat het prijzengeld in ontvangst te nemen. Er zijn zoveel categorieen waar je een prijs in kan winnen dat het haast niet anders kan of iedereen gaat wel met iets naar huis, maar wat de hele lol nu precies is aan de zaak, dat ontgaat me een beetje. Als de vierde spotty veertienjarige met een baseballpetje en een Mid-West accent komt vragen "how many horse-powers this car has", dan krijgt ge toch goesting om die met uw kampeerstoeltje om zijn oren te slaan zeker ? Enfin, oordeel zelf: http://fotos.telenet.be/7965444224 De grote Kenworth truck ("Spirit of 2001") is wel van een local. Ik ben hem op de Thruway rond Buffalo al eens live tegengekomen met een oplegger, en toen had ik spijt dat ik mijn fototoestel niet bijhad. Bij deze rechtgezet. Gelukkig was de locale Ford Mustang club er ook (als er onder mijn lezerspubliek mensen zijn die van Mustangs houden - wel, ik *weet* dat er onder mijn lezerspubliek mensen zijn die van Mustangs houden- ik ben gul geweest met geheugenruimte op mijn fototoestel...) Die auto's worden *ook* overal naartoe getrailerd, maar het zijn tenminste meestal correcte restauraties, en ge kunt er bij gelegenheid ook op zondag eens een ritje mee gaan maken. De metallic blauwe Mustang cabrio hierboven wordt verloot (door de skeptisch kijkende meneer die erachter zit), dus kon ik het niet laten om een lotje te kopen voor 5$. Als ik hem win, kan ik tenminste komende zomer in stijl cruisen, zonder gebarsten voorruit of rammelende uitlaat, en zo'n ding verstookt toch maar een kleine 30 liter per honderd kilometer of zo (naft kost hier iets van een 61 $ct (0.5 euro) per liter, of $2.35 per gallon = 3.8 liter) ... allez, allemaal meehopen eh !!