Je weet maar wat je mist, als internet gekke kuren vertoont. Dat is gelijk in het begin bij de televisie. Ik ben al oud genoeg om het prille begin meegemaakt te hebben. Expo 58, een reden om de nieuwigheid in huis te halen. Eerst gewassen en gekamd zitten kijken naar het testbeeld, dan het muziekje van de expo ... Tot dan toe waren we thuis nogal op ons zelf, maar met die tv veranderde dat. Geburen kwamen mee kijken, de bakker bracht een gratis taart mee, en de leverancier van de tv (een broer van een aangetrouwde nonkel) sprong regelmatig eens binnen om reclame te maken. En als er dan storing was, een langgerekt ooohh en dan dat irritante beeld met "even geduld". Schipper naast Mathilde was nog zo een voltreffer. Sjonge, sjonge, nu ligt heel de wereld aan onze voeten.
Apollo, ook wel Phoebus Apollo genoemd, was één van de belangrijkste Griekse goden. Hij behoorde tot de twaalf Olympische goden, die samen met Zeus op de Olympus woonden. Deze zoon van Zeus en Leto was de lichtgod, verbonden met de zon, maar ook de god van de kunsten (met name de muziek).
In zijn hoedanigheidvan artistieke god was hij de leider van de negen muzen, de beschermgodinnen van kunsten en wetenschappen. Zelf vond Apollo de kithara uit, het Griekse instrument dat geldt als de voorloper van de luit en de gitaar. Zijn geliefdste instrument, waarmee hij ook het vaakst op afbeeldingen staat, was echter de lier.
Dit instrument ontwikkelde hij niet zelf: hij kreeg het van Hermes, als vergoeding nadat de piepjonge Hermes vee van Apollo had gestolen. Apollo speelde tevens fluit, en niet onverdienstelijk. De satyr Marsyas, die dacht dat hij het beter kon en zo hoogmoedig was de god uit te dagen voor een fluitwedstrijd, leed een smadelijke nederlaag en werd vervolgens door Apollo gevild. Dat Apollo ten aanzien van zijn muziek overgevoelig kon reageren, mocht ook de Phrygische koning Midas ervaren. Nadat hij eerst de god Pan had horen spelen op zijn rietfluit en vervolgens Apollo een virtuoze uitvoering op de lier had horen geven, was hij het oneens met de overige toehoorders, die Apollos spel verkozen boven dat van Pan. Dit irriteerde Apollo zozeer dat hij Midas van ezelsoren voorzag.
Ik zal al maar beginnen reclame maken voor de komende koordag van Musica ad Nives. Zondag 24 januari trekken we met z'n allen naar Malle voor een dagje stevig repeteren. Uiteraard wordt daar iedereen verwacht want we pakken een heel nieuw repertoire aan, en zo een dag is al gauw drie repetities waard. Op het programma twee doelstellingen: de éfine tuning" voor het optreden een week later in Hof ter Schelde, en vooral de voorbereiding van Pasen. We beginnente werken aan de Messe Brève no. 7 van Gounod, en gaan hopelijk al eens kijken naar Mendelssohn's "Verleih uns Frieden". En als we dat een beetje moe gewoden zijn, dan nemen we de bundel van Zingen tot Morgenvroeg ter hand, en genieten van de Vernimmens en andere van het Groenewouds. Ik reken vast op ieders aanwezigheid, en ... op nieuwe gezichten.
Het controversiële mailtje waarover ik het gisteren in het algemeen had, was een doorgestuurd bericht van Pro Vita, een fundamentalistische vereniging die zich ten allen tijde opwerpt als tegenstander van abortus. Ik herinner mij 1990-1991, toen ik nog algemeen directeur was van een grote vzw die o.m. onderwijs en opvoeding verschafte aan dove kinderen en adolescenten. Eén van de bepalingen in de abortuswetgeving was dat abortus enkel mogelijk is tot aan 14 weken, tenzij ... een ernstige handicap werd vastgesteld. Dan zou - bij wijze van spreken - tot op de laatste dag nog altijd kunnen ingegrepen worden. Zoals steeds zat ik nog laat op de avond in mijn bureel te werken, toen er daar een viertal mooie jonge dove meisjes kwamen aankloppen met de vraag of ze mij even konden spreken. Want ook zij hadden in hun les gevolgd wat er te gebeuren stond. En zij kwamen met de vraag of de wetgever dan vond dat zij er helemaal niet hadden moeten zijn. Het gevolg van ons heel intiem gesprek was dat ook wij een bericht hebben gestuurd naar de koning om die bepaling tegen te houden.
Wil dat nu zeggen dat ik in alle omstandigheden tegen abortus ben? Een genuanceerd oordeel is wellicht aangewezen. Respect voor het leven is zeker belangrijk, maar dan ook voor het leven van een jonge zwangere vrouw, die op een bepaald moment wanhopig zoekt naar de verdere zin van haar leven. Diepmenselijk respect en liefdevol begrip moeten zeker de bovenhand halen op een onredelijk "nee" tegen een beslissing die de loop van je leven definitief zou kunnen verduisteren.
Ik heb ook kennisgemaakt met sommige praktijken in Rusland. Abortus als goedkoop alternatief voor de morning-afterpil. Weet ik veel of er moreel al nieuw leven is op dat moment, maar dat gaat dan weer net in tegen mijn gevoel voor menselijk handelen. Als Pro Vita zich opwerpt als verdediger van het leven, dat ze dan eens diep in hun hart kijken om te zien of rechtlijnigheid altijd verenigbaar is met Liefde.
Op de weg van ons (mijn) koorleven is er vorige week een klein onenigheidje opgedoken. Een man die geïntereseerd is in vele dingen van het leven stuurt af en toe aan zijn kennissen, waaronder uiteraard ook nogal wat koorleden, iets door wat hem getroffen heeft of speciaal aangesproken. Dat daar nu ook iets tussen zat van de vereniging Pro Vita heeft bij een koorlid een oprisping meegebracht, waar - behalve over de grond van de zaak - terecht de opmerking kon gemaakt worden dat we al genoeg ongewenste mail in onze brievenbus krijgen, en dat koorleden eigenlijk alleen geïnteresseerd zijn in de gang van zaken van het koor (tenminste in hun mailbox, als het van andere koorleden komt).
Ik deel - overeigens met de voorzitster - die mening. Eén van de redenen waarom ik het internet "bevuil" met mijn blog is juist omdat ik daar mijn mening kwijt kan, zonder dat iemand bijna gedwongen wordt om ze te lezen. Ik ben natuurlijk ook geen kwal, en kan niet wegstoppen dat ook ik soms uitgesproken ideeën heb over sommige dingen. Ik zal het dan ook wel geweten hebben als ik weer eens op zere tenen getrapt heb. Maar hoe dan ook blijft het ieders vrijheid om mij niet aan te klikken en om het met mij oneens te zijn. Ik zou dus zeggen: blog er maar op los en wees selectief in de berichten die je per mail doorstuurt.
Op mijn brievenbus (die vandaag lekker ondergesneeuwd is) plakt toch ook de sticker "geen reclame a.u.b.". En op mijn pc doe ik driftig mee aan het programma "voorkom junkmail". Wat niet wegneemt dat ik iedere dag toch flink moet kuisen in mijn mail. Maar dat ... zijn de ongemakken van de internetmaatschappij.
Ziezo, de ergste nieuwjaarsstorm is voorbij: brieven voorgelezen, kussen uitgedeeld en mekaar voor een keer weer het allerbeste toegewenst. Dat zou eigenlijk wel meer mogen gebeuren, zij het dat ik het vuurwerk in mijn tuin best kan missen .Ik heb dit jaar wel lang moeten zoeken naar een zender die wat anders bracht dan de obligate Koen en Nathalia (zij het dat het uitzicht soms wel spectaculair was). Maar ik ben dan toch beland op France Culture die nog maar eens een programma uitzonden met Angel Voices. Daarmee was mijn jaareinde meer dan goed gemaakt.
Ik was het niet van plan om bij het einde van dit decennium af te dalen in het archief van de herinneringen van mijn ziel. Daar zijn zoveel laden, schuifjes en dozen die er bewaard worden. Toch even het stof afgeblazen van de doos waarin ik mijn moeder heb opgeborgen, met een beetje pijn om al de dingen die ongezegd bleven. In een lade ernaast met een gouden slotje en een sleuteltje dat muziek maakt is er de plek van de vijf kleinkinderen die er in het afgelopen decennium bij kwamen: ze wordt nog dagelijks bijgevuld. Wat verder een lade met een solsleutel: mooie, weemoedige en hier en daar doornige geschiedenis: Jubilate, Corale, Ruysschevelde. Er is een nieuwe in gebruik genomen waarin Korile en Musica ad Nives een plaats hebben gevonden. En dan is er die schatkist met mensen die heel wat in mijn leven zijn gaan betekenen (hun namen houd ik voor mij om de betovering niet te doorbreken). 't Is goed in 't eigen hart te kijken ....
Als je een tijdje in een koor bent, dan merk je dat dat een stukje van jezelf wordt: vrienden die je iedere week opnieuw ontmoet in een leuke ontspannen sfeer. Als er dan eens een repetitie wegvalt dan zit je ineens met een leegte, waarvan je niet goed weet hoe je ze moet opvullen. Bij het einde van dit jaar wil ik echt iedereen bedanken voor de warmte die ik mag ondervinden als we samen zingen. Je zou bijna gaan geloven wat we zingen: Ubi caritas et amor, ibi Deus est.
Nog nooit zo snel en zoveel reacties gehad op een blog: het is alsof de meest spectaculaire sopraan van dit decennium ineens ontdekt wordt. Voor de liefhebbers een kleine discografie van Cecilia Bartoli, tenminste van haar laatste vier cd-opnames.
* Opera proibita - 2005 - Decca * Maria - 2007 - Decca * The Salieri album - 2008 * Sacrificium - 2009 - Deutsche Grammophon
En om te bewijzen dat ze nog veel meer in haar mars heeft, dan de verbluffende barokmuziek (die niet altijd gesmaakt wordt door operaliefhebbers):
Heden ten dage kunnen we ons bijna niet meer voorstellen dat in de vorige eeuwen jongentjes (voor un tiende levensjaar) gecastreerd werden in de hoop dat zij een schitterende zangcarrière zouden maken hetzij in één van de koninklijke, prinselijke of pauselijke muziekkapellen, hetzij in de opera. Nochtans was er een tijd dat er gevochten werd voor hun aanwezigheid, dat vrouwen in zwijm vielen als zij hun aartsmoeilijke muziek ten beste gaven. Je verminkt een jongetje beneden om boven iets onaards schoons te krijgen. "Evviva il coltellino" ("leve het mesje"). Gisterenavond was op TV , La Deux, -natuurlijk op een ontiegelijk laat uur - Cecilia Bartoli te zien die op een schitterende, spectaculaire, onnavolgbare manier een uur lang castratenmuziek vertolkte. Adembenemend hoe die grande dame de barokmuziek tot leven bracht. Al is "leven" niet het juiste woord: het was pure passie. Lange slierten van de meest onmogelijke coloraturen en van een ononderbroken lengte die je bij het luisteren alleen al ademnood doen krijgen.
Als we vandaag naar de kalender kijken, dan is er heel wat te herdenken. Op 28 december 1937 stierf Maurice Ravel; diezelfde dag, maar dan in 1963 overleed Paul Hindemith. En nog op 28 december, in 1956 werd Nigel Kennedy geboren: de punker onder de violisten. We hebben hem hier al eventjes aan het woord (aan de viool) gelaten een paar dagen geleden in het filmpje van de 4 Seizoenen van Vivaldi. Hij is een Brits violist die les kreeg van de legendarische Yehudi Menuhin. Al heeft hij veel van het grote vioolrepertoire opgenomen, en door zijn onconcentioneel optreden, de klassieke vioolmuziek dichter bij het grote publiek gebracht, toch legde hij niet de traditionele weg af. Hij speelt even gemakkelijk onder leiding van de grootste dirigenten als onder die van Paul McCartney. Ravel (zie hierboven) komt uit zijn vioool, en hij maakt opnames samen met The Who. Universeel genie, zoals ze gebakken werden in de Renaissance.
Met al die Eco-toestanden heb ik nog niet de kans gehad om te zeggen dat Musica ad Nives een heel mooie en verzorgde kerstviering neergezet heeft. Ondanks de talrijke afwezigheden (zieken, en zelfs ... gekwetsten) kregen we een mooi genuanceerde uitvoering, die blijkbaar ook door het publiek gesmaakt werd. Ik ging beginnen met de mannen proficiat te wensen - met weinigen hebben ze zeer mooi gezongen (2e strofe van Stille Nacht was bvb. heel sereen en gaaf) - maar dan zou ik de sopraantjes tekort doen: het leukste moment was bij hen voor de mis, toen ze ineens schrokken van het (zuivere gedurfde) geluid dat ze voortbrachten. Maar dan zou ik de alten tekort doen, wier volle klank mij echt kon bekoren. En in de viering was de organist een echte meerwaarde, die met zekere hand het koor ondersteunde.
Het volgende artikel van de hand van Umberto Eco in De Morgen van 24 december 2009.
"Bijna per toeval was ik onlangs getuige van twee soortgelijke scènes: een vijftienjarig meisje verdiept in een boek met kunstreproducties en twee vijftienjarige jongens die geïnteresseerd een bezoek brachten aan het Louvre. De ouders van de drie waren ongelovig en de tieners groeiden op in seculiere landen. Het ontbreken van een religieuze achtergrond beïnvloedde duidelijk hun vermogen om de kunst te appreciëren die ze zagen. De tieners begrepen dat de onfortuinlmijken in Théodore Géricaults Het vlot van Medusa overlevers waren van een schipbreuk. Ze hadden ook door dat de personages in De Kus van Francesco Hayez minnaars waren. Maar het was moeilijk voor hen om te vattenn waarom Fra Angelico een meisje schilderde dat praatte met een homoseksuele man met vleugels in Dennunciatie en waarom Renbrandts Mozes verbrijzelt de tafelen der wet een heer die er nog haveloos uitziet maar licht doet schijnen uit hoorns op zijn hoofd een helling afdaalt met twee zware, stenen tabletten.
Verwarring Sommife delen van de kerstvoorstelling kwamen deze jongelingen bekend voor omdat ze soortgelijke dingen hadden gezien in het verleden. Maar als drie mannen met mantels en kronen bij de kribbe stonden, hadden de tieners er geen idee van wie ze waren en wat ze er kwamen doen. Het is onmogelijk om grofweg drie kwart van de Westerse kunst te begrijpen als je de verhalen uit het Oude en Nieuwe Testament niet kent. Wie is dat meisje met haar ogen open op een bord? Is ze een personage uit Night of the Living Dead? En voert die ridder die zijn mantel in tweeën snijdt campagne tegen Armani? In vele landen leren kinderen wel op school over de dood van Hector, maar niets over Sint Sebastiaan. En misschien alles over het huwelijk van Cadmos en Harmonia, maar niets over de bruiloft van Kana. In andere landen steken ze de hoofden van de kinderen vol met de diverse staties van de kruisweg, maar zwijgen ze over 'de vrouw gekleed met de zon' die voorkomt in het boek Openbaring. De grootste verwarring ontstaat vaak als westerlingen (en niet alleen vijftienjarigen) op religieuze iconen van andere culturen stuiten, wat almaar vaker gebeurt omdat ze naar verre landen reizen en omdat mensen uit die culturen zich in het Westen vestigen. Ik heb het niet over de verbaasde reactie van Westerlingen op een Afrikaans masker of over de hilariteit bij het zien van een enorm dikke boeddha. Het is een feit dat velen ongelovig het hoofd schudden als ze horen dat hindoes een godheid vereren met een olifantenkop, maar niets vreemds vinden aan de voorstelling van de christelijke god als duif.
Gevaarlijk Heel wat verwarring zou kunnen voorkomen worden als de scholen hun studenten elementaire informatie zouden bieden over leerstellingen en trazdities van de diverse religies. Zeggen dat dit niet nodig is, is hetzelfde als beweren dat we de kinderen niet over Zeus en Athena moeten leren omdat het personages zijn uit fabeltjes voor oude wijven in het antieke Griekenland. Godsdienstonderwijs beperken tot één religie (zoals hier in Italië gebeurt) is gevaarlijk. Leerlingen die ongelovig zijn (of kinderen van ongelovigen) zullen die lessen niet volgen en missen bijgevolg een minimum aan fundamentele, culturele bagage. En meestal wordt in de lessen geen melding gemaakt van andere religieuze tradities. In Italië wordt het wekelijks keuze-uurtje godsdienst aangeboden door katholieke leraars, betaald door de staat. Het zou gebruikt kiunnen worden om ethische discussies te houiden over respectabele onderwerpen, zoals de plichten tegenover onze medemens of de aard van het geloof, zonder melding te maken van het soort informatie dat je nodig hebt om Raphaels La Fornarina te onderscheiden van de berouwvolle Maria Magdalena. In het middelbaar onderwijs waren de lessen kunstgeschiedenis verschrikkelijk, en in verlichte lokalen leerden ze ons alles over de Florentijnse dichter Burchiello maar niets over Shakespeare. Maar toch konden we die achterstand inhalen omdat de mensen en de cultuur ons die informatie aanreikten.
Dat gezegd zijnde, suggereert het lot van de vijftienjarigen over wie ik het had, de tieners die de drie wijzen niet herkenden, dat ons gigantisch informatienetwerk steeds minder feiten aanreikt die echt nuttig zijn en almaar meer feiten waar je absoluut niets mee kunt aanvangen.
Umberto Eco (1932) is de bekendste nog levende Italiaanse schrijver van onze tijd. Hij is hoogleraar in de semiotiek aan de universiteit van Bologna en brak internationaal door met zijn boek De naam van de roos. Deze spannende detectiveroman speelt zich af in 1327 tegen de religieus-filosofische achtergrond van de macht van de Rooms-Katholieke Kerk en verschillende stromingen daarin die vanuit het centrale gezag met kracht en met geweld werden onderdrukt. Zijn tweede boek, De slinger van Foucault, is in het heden gesitueerd, maar gaat vooral over de erfenis van de tempeliers en de rozenkruisers, een laat-middeleeuwse mystieke beweging. Eco schreef daarnaast nog essaybundels - Hoe schrijf ik een scriptie? - en drie romans: Het eiland van de vorige dag, Baudolino en De mysterieuze vlam van koningin Loana. In 2001 schreef hij daarnaast samen met de gepensioneerde aartsbisschop van Milaan, Carlo Maria Martini het boek Geloven of niet geloven: een confrontatie. Hij werd in 1998 opgenomen in de exclusieve Orde "Pour le Mérite".
Daarnaast zijn er een paar heel mooie kunstboeken door hem verzorgd, die uiteraard niet in mijn bibliotheek mochten ontbreken: De geschiedenis van de schoonheid, De geschiedenis van de lelijkheid en De betovering van lijsten.
Waarom nu Eco op deze blog? (eigenlijk zou iedereen hem moeten kennen). In de krant De Morgen stond vandaag 24 december 2009 een opmerkelijk pleidooi van Umberto Eco voor het onderwijs van religieuze feitenkennis. Morgen zet ik dat op mijn blog. Het is mij uit het hart gegrepen.
Waar je ook bent, ik wens je een zalig, warm, vreugdevol Kerstmis. Een huis om in te wonen. Een vuur om je te verwarmen. Een lach om je gelukkig te maken.
Tom Beghin (° 1967 - Leuven) is een internationaal gerenommeerd klavierspeler, met als grote specialisatie de historische uitvoeringspraktijk van werken uit de 18e en vroeg-19e eeuw. Op dit ogenblik is hij ook professor aan de McGill universiteit van Montreal. Hij heeft nu zopas een Blu-Ray uitgebracht onder het label Naxos met de volledige werken van Haydn voor soloklavier. Er is massief veel werk gestoken in het nabootsen van de akoestiek van de ruimtes waarin Haydn's werken zouden zijn vertolkt. En dat gebeurt allemaal in een studio die volgestouwd is met hoogtechnologische computersnufjes. De werkkamer van Haydn werd akoestisch opgemeten, maar even goed de palazzi waarin sommige werken door prinses Esterhazy werden gespeeld.
Ik kan me indenken dat voor de freaks hier iets uitzonderlijk is gepresteerd. Maar of dit bijdraagt aan het genot van de muziek? Ik vraag me af of prinses Marie Esterhazy zich echt druk maakte over de kamer waar zij zou spelen. En zou Haydn zich hebben afgevraagd waar één van zijn maitressen, de Italiaanse sopraan Luigia Polzelli zijn aria's zou gaan zingen?
Ik kan in elk geval even veel genieten van Philippe Herreweghe als hij Bach laat uitvoeren, als van Glenn Gould die Bach speelt op een moderne vleugelpiano. Maar ja, bij mij primeert gevoel nog altijd op technologie.
Pascale die haar bekken gekneusd heeft, Lieve die een schuiver maakte, Simone's schoonzus die overleden is, Jacqueline die de berg niet opgeraakt, Koen die ribben gebroken heeft en nauwelijks nog kan lachen ... wat een ellende bij zo een klein winterprikje. Ik herinner mij andere toestanden toen ik in putje winter in Sint-Petersburg ronddartelde. - 25 °, een halve meter sneeuw, de auto van de minister die vastreed ondanks de escorte die we gekregen hadden, vodka met sloten om ons te verwarmen. En dan de bedwelmende zoete warmte van het Marinsky-theater waar het ballet van het Zwanenmeer gedanst werd. Ik hou van de winter.
De Vier Seizoenen van Vivaldi is zijn meest bekende werk: een set van vier concerto's voor viool, waarin elk van de vier jaargetijden zijn eigen karakter van Vivaldi meekrijgt. Het is meteen ook het best gekende stuk Barokmuziek. In de Winter heb je zo bijvoorbeeld een hele reeks zilveren pizzicatonootjes in de hoge strijkers, wat een beetje doet denken aan ijsregen die neervalt.
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.