Vrij vertaald betekent dat Silly Chicken. Onze Hosteria heet
de la Patagonia, zo heten ze allemaal, of toch in één of andere variant. Ja, de
beschikbare namen zijn hier beperkt. Ze hebben hier maar een handvol helden om
hun parken, dorpen, pleintjes en wegen te benoemen dus komen die heel
regelmatig terug. Zo ben ik ervan overtuigd dat de helft van de Patagoniërs in
de Bernardo OHiggins-straat woont. Das de hoofdstraat van elk dorp en ligt
ongetwijfeld op een steenworp van de Rio Blanco of Laguna Verde. Eens het dorp
meer straten bevat dan er helden voorhanden zijn geven ze de straten gewoon
namen van historische data. Zo zijn de 21 de Mayo en 9 de Julio hier ook
gangmakers. Ik vraag maar niet naar de namen van hun kinderen, ik ga nooit op
voorhand kunnen beloven een uitgestreken
gezicht te bewaren.
We wijken af, onze Hosteria de la Patagonia wordt beheerd
door Belgen, t is te zeggen door hun afstammelingen. In de jaren 40 is er een
Waals koppel met een grote droom afgezakt naar dit oneindige niets. Dat
oneindig hadden ze net verkeerd ingeschat en hun handeltje oprichten ging niet
van een leien dakje. Daar is een film over gemaakt Le rêve de Gabriel, de
bompa dus van de huidige uitbaters. Die moet ik beslist eens zien als we terug
thuis zijn
In onze Hosteria de la Patagonia spreken ze dus Frans. Bij
het ontbijt komen we het Waalse gezin dat ons gisteren op de ferry aansprak
opnieuw tegen. Natuurlijk, de moeder is ook afstammeling. Ze houden een familie-bijeenkomst.
De tuin is bijzonder, er staat achterin een grote houten tob die dienst doet
als jacuzzi. Die wordt warm gestookt met hout, er is zowaar een waterdichte
onderwaterhoutkachel in gebouwd. Voor de bubbels moet je zelf zorgen. Verder in
de tuin staat een boot op het droge die een nieuw leven krijgt als gastenkamer.
Tegen de middag wandelen we Silly Chico in op zoek naar
lunch. Het zit niet mee deze keer, resto 1 heeft een uitgebreide kaart met
huisgemaakte pastas maar serveert vandaag enkel pizza, resto 2 heeft als
dagschotel potjesvlees met puree. Dat ziet er heeerlijk uit. De laatste twee
dampende borden worden op de tafel naast ons geplaatst. Resto 3, en meteen
ongeveer de laatste in deze chico stad, heeft een menú del día waar we niets
van begrijpen en volmondig si op antwoorden. Menu suprise Eerst een
carbonada, zijnde een soep met pompoen, courgette, aardappel, pasta, gehakt.
Stevig, hier hebben ze vast geen compostvat nodig. Hoofdschotel humita,
slaatje met dichtgevouwen maïsblad met een gemixte maïs-ei pap in verstopt,
speciaal. We hebben geluncht.
Nog even door het dorp kuieren, wat rek- en strekoefeningen
aan de kade, en tot aan het uitzichtpunt. Nu terug naar onze hostel de la
Patagonië. Om 17h komen ze ons hier halen om ons de grens over te loodsen naar
het eerstvolgende Argentijnse dorp Los Antiguos. Klopt ongeveer, om 17u30
worden we als laatste opgepikt door een minibus die al vol zit. Whats new. 10 Minuten
later zijn we aan de Chileense grenspost. Daar moeten we een uurtje schuifelen
voor twee stempels. We hebben geluk, terwijl we aanschuiven zien we op tv
beelden van grensposten met een wachttijd van 9h. Stel u voor . Terug de bus op
naar de Argentijnse tegenpool, daar staat weinig volk, en dan nog even verder
tot aan het stadje. We worden gedropt aan de busterminus voorbij de stad.
Verdorie, onze nieuwe hostal lag vóór de stad. Te ver om de stappen. Locals
zijn zo behulpzaam een remise voor ons te bellen die ons voor een habbekrats
tot daar brengt.
De nieuwe hostal wordt gerund door Karin, een Nederlandse
zonder zittend gat, die ongeveer alles in dit continent al bereisd heeft.
Beetje vreemd gevoel, van België naar Holland, maar ja, we zijn dan ook de
grens overgegaan.
Deze hostal ligt in de pampas, flink een half uur stappen
van Bernard. De uitbater is ook een Nederlander, heeft daarenboven een restaurant
in het dorp, en wil ons wel meenemen. Super. Dat scheelt weer een wandeling. Een
bijzonder iemand, hij spreekt gebrekkig en traag Nederlands met een blik alsof
hij al jaren op een maté dieet leeft. Hij rijdt voor ons langs enkele
uitzichtpunten, de boulevard, het bos, via wegen waarvan hij zelf niet zeker is
of deze ergens naar leiden (ha, dit weggetje ken ik nog niet, even proberen,
steil naar beneden hots bots door het zand en over rotsen), door de Rio Blanca (omdat
ik weet dat ik erdoor kan) tot aan zijn resto. Totaal geflipt die man. Mooi
dorpje, maar je moet wel weten waar je moet zijn, blijkt. Ik onderneem een
poging de standaard homp vlees binnen te spelen maar geraak maar halverwege.
Taxi terug, lets call it a day.
1 Ding hebben we op deze reis al goed geleerd wachten .
Fotos: Humita, Mike doet ski-oefeningen, uitzichtpunt, foto
van den Bernardo, hot tub en bootkamer, Argentijnse grenspost
Onze Nederlander komt vanmorgen dag zeggen. Hij moet met de
auto naar Buenos Aires. 24u rijden. Dat herinnert ons aan één van zijn
uitspraken gisteren tijdens zijn scenic tour. Stel je een Nederlands accent voor
op het Zuid-Amerikaanse slome tempo : Nou Je gaat hier rechts, en dan daar .
daar links, momentje, ik weet niet meer wat rechts en links is. Dit is toch
rechts hé? Flapperend met zijn rechterhand. Ja beaamt Mike. Met de nieuw
verworven inzichten begint de man zijn wegbeschrijving van voorafaan. Gelukkig
moeten wij morgen naar het Zuiden, kunnen we die wegpiraat al niet tegenkomen.
Tenminste, als hij het onderscheid kan maken tussen Noord en Zuid.
Los Antiguos is het centre national van de cereza, en dat is
jammer genoeg geen tikfout. Cereza dus, niks cerveza. Hier wordt dit jaar zelfs
het eerste cereza rockfestival georganiseerd. Ik verwacht dat het niet spectaculairder
zal zijn dan de Miss Aardbei-verkiezing van Melsele.
We mogen de 2 mountainbikes van de hosteria gebruiken om de
omgeving te verkennen. Leuk, dan kunnen we wat verder gaan. Dos, cereza por
favor wordt ingezet en we zijn weg. Een uitdaging, want de beruchte
Patagonische winden zijn hier al danig vertegenwoordigd. De mountainbikes
hebben hun beste tijd gehad maar kom, de basisonderdelen om vooruit te geraken zijn
aanwezig. We rijden langs verschillende chacras (fruitboerderijen waarvoor Los
Antiguos bekend is) tot aan de Lago Buenos Aires, 4e grootste meer
van Argentinië. De wind zorgt voor zulke golven dat het lijkt alsof je aan zee
bent. Op de achtergrond zie je normaal de Cerro Castillo (jullie weten wel, dat
kasteel van LOTR), met de toppen in de wolken.
We overwinnen hobbelige gravelwegen, trappen ons dwars door
een woeste bergrivier, trotseren orkaanwinden, we wanen ons helemaal op een WK
veldrijden. Zij het met iets minder slijk en des te meer stof. Ik weet niet hoe
wanhopig we er net uitzagen maar onderweg stopt een auto die ons net inhaalde.
Een dame met grote kersenzak stapt naar ons toe. We moeten proeven van de
kersen, hmmmm lekker, en we moeten een zakje gratis kersen van haar aannemen.
We vlijen ons prompt meer op de malse rivierstenen en eten de zoete kersen als
lunch.
Na 4u olympische prestaties komen we in het centrum van Los Antiguos.
Gezien we terug op Argentijnse bodem zijn, dient het cash flow probleem zich
weer aan. We hadden een reserve voorzien, maar gezien onze ervaringen kan je
geen gelegenheid laten voorbijgaan om die bij aan te vullen. Dus steken we al
onze flexible friends in de enige aanwezige jackpot van het dorp, spelen alle
mogelijke combinaties uit met verschillende inzet maar, zonder enig resultaat. En
een casino ontbreekt hier ook. Hopelijk in de flappentapper van het volgende
dorp meer geluk.
Met een pijnlijk zitvlak en een gebroken rug (de fietsen waren
niet echt afgesteld op onze lengte) arriveren we terug bij onze hostel. Met
Karin kunnen we het weer op een akkoordje gooien dat we morgen langer op de
kamer mogen blijven. Onze bus vertrekt nl pas om 20u. We bussen dan heel de
nacht door en zouden tegen 10u de 19e in El Chalten moeten zijn. Dat
wordt een boeiende nacht.
Vanmorgen hebben we de troubles met onze overnachting in El
Chalten finaal kunnen oplossen. We moesten die met een dag opschuiven,
remember? De bookingwebsite liet dit niet toe, tenzij tegen een belachelijk
dure wijzigingskost, hoewel de uitbaatster akkoord was. Er volgden een paar
duidelijke mails naar Booking.com, de uitbaatster veranderde dan nog eens van
gedachte en ging alleen nog maar akkoord met een kostenloze wijziging als ze
voor die verloren nacht iemand anders kon vinden . Maar de volhouder wint en het
lijkt nu allemaal in kannen en kruiken. t
Zal wel zijn zeker. Als die schrijven Beste klant dan kan je dat ongeveer
letterlijk nemen.
We pakken rustig in, hangen wat op het internet, blog,
fotos, administratie en planning. t Is toch geen weer buiten. Het waait nog
harder dan gisteren en het is koud. We leren van Karin dat de oorzaak van het
slechte weer ligt bij de geesten van de Tehuelches (oorspronkelijke
indianenstam) die deze dagen verstoord worden door de vele toeristen. Aan de
stand van de bomen te beoordelen zijn de geesten hier wel snel op hun teentjes
getrapt. Ze staan allemaal schuin.
Tegen 16h kan de doe-smurf het nimmer aan en moet er bewogen
worden. We laten een remise komen om ons naar het dorp te verhuizen. Eten nog
iets en wandelen tot aan de busterminal. Die ligt nooit in het centrum. Ik vind
dat vreemd, het zijn toch juist de mensen zonder eigen vervoer die gebruik
maken van de bus. We zien een stinkdier dat weinig schuw is en met een vreemde
sjwoeng ons voorhuppelt, vermoedelijk al eens liggen dollen met een straathond
of een poema. Misschien hebben alle stinkdieren wel een vreemde sjwoeng in hun
gang, dat zou ook kunnen. Onze bus is ruim op tijd, redelijk luxueus, het beste
wat we konden vinden op deze as, en voornamelijk helemaal niet uitverkocht. We
zijn met 8. Jeuj, ieder zijn eigen dubbele zetel!
We installeren ons, negeren het verbod om je schoenen uit te
trekken. Mijn Spaans is dan plotseling niet meer zo goed. Ik ga niet de ganse
nacht met mijn bottinnen aan slapen. 20h, de bus vertrekt op tijd. De avond
valt. We rijden het dorp uit de pampas in. De gsm-ontvangst valt weg, kort
daarna de radio. Alle contact verbroken. We zien maar weinig dieren, enkele
bange konijntjes in een arme vegetatie, zelfs het gras heeft hier pleinvrees.
De leegte van de maanloze nacht benadrukt de oneindigheid. Ik meen te begrijpen
welk gevoel astronauten besluipt als ze naar de blauwe planeet kijken. Ik heb
mijn Ipod in mijn oren en sluit me volledig af van alles wat zich in de bus afspeelt.
Portishead, Dummy. Flinterdunne breekbare muziek die opgaat in de zwarte nacht.
België met zijn ongeduldig karakter lijkt oneindig ver weg. Ik mijmer over de
verschillen met deze regio en deze mensen. Wanneer ben jij voor het laatst
gestopt om een wildvreemde fietser kersen toe te stoppen? We weten en kunnen
zoveel. Ik vraag me af of het wel de juiste dingen zijn die we kunnen en weten.
Mijn paradepaardje is dat 'perceptie' een verplicht schoolvak hoort te zijn.
De chauffeurs mogen het hebben. Urenlang staren naar een hypnotiserende wegmarkering
die 150 meter voor de bus oplicht. Nauwelijks bochten, geen kruispunten, geen
bebouwing. Zijdelingse wind- en regenvlagen die de bus teisteren. Af en toe een
tegenligger, die zie je van ver, toch duurt het nog minuten voor we zullen
kruisen. Plots staan er twee Alpacas op
de weg te grazen. Het duurt even voor de chauffeur reageert en de bus gaat in
de remmen. De Alpacas blijven als versteend in de lichten van de bus staren.
De bus remt nu zo hard ze kan en iedereen wordt uit zijn trance gehaald. We
stevenen nog altijd met veel vaart op de beesten af, ze wijken niet. Het zal
nipt worden. De bus komt tot stilstand op ongeveer een meter van de dieren. Die
dan schoorvoetend terug de pampas in wandelen, wachtend om een volgende bus te
pesten. Ik ken dierenvrienden waarvoor dit stukje een regelrechte thriller moet
zijn.
Plots duikt er uit het niets een gehucht op. We stoppen er
om te tanken. Er staat een automaat waar je voor 2ARS je thermos kan volgooien.
Word hier geboren bedenk ik, tegelijkertijd geraak ik er niet uit of dat net
een zegen of een straf is. Het is 'anders', besluit ik.
Tegen 3h besluit ik dat ik ook maar eens ga proberen een
uiltje te vangen. Het is ongeveer dan dat het asfalt op is en we op gravel zijn
aangewezen. Nu zijn er gravelwegen en gravelwegen. Deze is in slechte staat,
zelfs volgens Argentijnse normen. De bus gaat stapvoets de gravelweg op en
probeert al slalommend de diepste kuilen te ontwijken. Mijn uil is gaan
vliegen. Dat gaat hier nog efkes duren. Ik hoop voor de chauffeur dat de bus
stuurbekrachtiging heeft.
Enkele uren later vinden we opnieuw asfalt en stevenen we op
El Chalten af als het licht wordt. Het is 6h30, we gaan 3h vroeger aankomen dan
voorspeld. Hoe kan je er zover naast zitten.
EL Chalten is een dorpje gebouwd op een klein stukje vlak
tussen hoge rotsformaties die als gigantische stadswallen het dorp omringen. We
kunnen al terecht voor een koffie en laten onze bagage achter aan het
appartement, zo kunnen we rustig het dorp verkennen. Tegen 10 kunnen we ons installeren.
We hadden al vernomen dat de bevoorrading van het dorp nogal beperkt is. We
moeten dan ook de 3 supermarkten binnengaan om aan alle basisingrediënten zoals
pasta, water, kaas, te geraken. El Chalten staat ook bekend als het dorp met 1
ATM en handelszaken die geen credit cards aanvaarden. Maar hebben wij even
geluk. Na 5 jaar zagen en klagen van de lokale commercie is er op 17 januari
2015 een bankkantoor geopend. Onze verhuurster zegt dat het echt een verademing
is. Soms zat heel het dorp 4 dagen zonder cash omdat de enige ATM buiten
werking was. GSM-ontvangst hebben ze sinds 2 jaar, als je bij de juiste
operator zit toch. Wifi is er, maar via satelliet en durft al eens wegwaaien,
net als het signaal van de kabelTV.
Per uitzondering is er geen zuchtje wind en de zon brandt. Een
unieke kans om te gaan wandelen, dit mooie weer hebben ze hier maar enkele
dagen op een jaar. Maar we hebben een buslag, dus het lijkt ons niet verstandig
om aan een stevige dagmars te beginnen. Dan gaan we maar een terrasje doen met
zicht op de Cerro Fitz Roy, een granietrots van meer dan 3000m. We laten ons
vangen aan een cocktail van slaapgebrek, zon en een liter wijn. Potje koken en
bed in. Morgen op tocht.
El Chalten is hét hikingcentre van wereld, volgens de
locals. Hiking zal het zijn dus. Middelmatige tochten hebben ze hier niet.
Ofwel stelt het niets voor, ofwel zijn ze stevig. We zijn wel iets gewoon dus
stevig zal het zijn. We kopen een wandelkaart en schatten de wandeling in. 4h
tot aan de kam en 4h terug naar beneden, lengte 19km, hoogteverschil 800m
waarvan 400m in de laatste km voor de kam. Pittig. We hebben een busje geregeld
dat ons 17km uit het dorp afzet aan het beginpunt zodat we niet gewoon op en
neer moeten want dat vinden we minder leuk. De rit duurt een klein uurtje,
overal waar we kijken zien we gletsjers, soms 3 tot 4 tegelijk. Het gebied heet
dan ook Parque Nacional de los Glaciares. Het is verbluffend. We starten aan
een hostal dat hier helemaal verloren ligt, het maakt zijn eigen elektriciteit
via een generator aangedreven door een bergriviertje. We wandelen in een bos
langs de rivier zachtjes hellend naar boven. Ook dit bos is zwaar gehandicapt,
geen enkele boom is in goede staat. Vele zijn reeds geveld en wachten op
ontbinding. Een behekst bos lijkt het wel, voor de zekerheid laat ik elke paar
meter ongemerkt wat kruimels vallen.
Ook vandaag zijn we gezegend met het weer. Geen regen, geen
wind. Ook geen zon maar een mens kan niet alles hebben. En misschien maar goed
ook als we straks moeten klimmen.
Op een uitkijkpunt holaen we naar een koppel dat fotos aan
het nemen is. Als het meisje tegen haar vriend zegt ligt mn haar goe zo?,
hebben we wandelgezelschap gevonden. We lopen een heel stuk samen, de stumpers
zijn maar voor 4 weken in Argentinië en moeten alles op ijltempo afwerken.
Uiteindelijk komen we aan de klim naar de kam. Een uur steil naar boven op een
uitdagend pad, maar zoals steeds ligt de beloning bovenaan. We hebben een fantastisch
uitzicht op een meer dat gevoed wordt door 3 gletsers en natuurlijk op de Fitz
Roy zelf. Hoewel de zon niet schijnt, prijzen we ons toch gelukkig dat we zijn
toppen kunnen zien, dat is lang niet iedereen gegund. Even op adem komen en dan
terug naar het dorp. Moe maar zeer voldaan zijn we, wat een fantastische tocht.
Als we de deur van ons appartement opendoen, begint het te regenen. Perfecte
timing.
Vandaag de spieren wat rust geven want morgen is er een nieuwe wandeldag. En we moeten dringend bijbloggen.
In de namiddag gooien we de benen even los langs de rivierbedding op en neer. We passeren een aantal bergwanden waar klimmers aankleven. Ik word al duizelig door er naar te kijken.
Mike gaat pootje baden in de rivier en laat mij achter op condorjacht, het toestel schietklaar ingesteld op condor-stand. We denken er net een paar gespot te hebben die profiterend van de thermiek voorbij zweven. Ze verkiezen echter de bergen aan de andere kant van de vallei, das te ver voor onze zoom, we krijgen ze enkel in digitale braille op de gevoelige plaat.
Gezien het weer een prachtige zonnige namiddag is, doen we nog een terrasje. Daar waren we al goed in maar practice makes perfection.
Inkopen gaan doen begint hier stillekes aan hilarisch te worden. 1,5u heeft het ons deze keer gekost om een simpele maaltijd bij elkaar te winkelen. Het water blijkt ondertussen in ongeveer elke winkel uitverkocht te zijn en de beschikbare groenten zijn niet meer herkenbaar van het origineel. Maar met de nodige creativiteit maakt Mike een buitengewoon rundsstoofpotje.
Fotos: zoek de condor, pootje baden, lastdieren
Vannacht worden we gewekt door 1) een halvegare die de hoofdstraat op en neer scheurt met een auto zonder uitlaat en 2) een huilende wind die langs alle gaten en kieren door ons appartement giert.
Terwijl dat 1) enkel leidde tot wat slaapgebrek is 2) problematischer. Vandaag willen we topwandeling n° 2 doen, maar er wordt aangeraden die enkel te doen bij niet-winderige omstandigheden. Goed, we zullen vertrekken en zien hoe het loopt.
Met al onze windstopper-kledij aan vertrekken we. Hoekje om, eerste 100m stijgen en het zweet loopt van onze rug. We zitten in een zijvallei en er is geen zuchtje wind te bespeuren. De zon schijnt volop. Ne mens mag dan niet klagen. We wandelen voort, het pad loopt naar boven maar rustig aan. De Cerro Torre piek zit nog met zijn halve lijf in de wolken maar dat klaart wel op.
Na 3,5u komen we aan de Laguna del Torre. Onbeschrijfelijk. De Glacier Grande die uitmondt in de Laguna en op het meer zelf afgebroken ijsschotsen. Het is nauwelijks te bevatten, wetende dat net achter deze bergkam één van de grootste continentale ijskappen ligt.
De Cerro Torre zelf zit nog steeds in de wolken. We hebben tijd, het is hier mooi en vredig, het zonneke is er, dus we beginnen rustig aan ons lunchpakket, het zal wel opklaren rond die bergtop. En dan kunnen we nog het laatste stuk naar boven naar het uitkijkpunt.
Halverwege onze pistolet laat de gletsjer zijn aanwezigheid voelen. Uit het niets steekt er een ijskoude wind op die ongenadig overal doorheen blaast. From zero to hero in seconden. De zon verdwijnt. De wind wakkert verder systematisch aan, als we gaan rechtstaan worden we onverwacht bijna omver geblazen. Dit gaat een kwartier door en wordt alsmaar erger. Hm, dat uitkijkpunt, dat laten we voor wat het is, dat ligt nog hoger en nog meer blootgesteld aan de instant stormwinden, geen goed idee. Daarenboven zijn de wolken nog verder gezakt ipv gestegen dus qua uitzicht zal het niet veel meer te bieden hebben. We grabbelen snel alles bij elkaar en beginnen aan de terugtocht. Even verder begint het nog te regenen ook, goede beslissing dus.
Op de terugtocht wordt de wind enkel nog feller. Mike hangt zijn voeten nog eens int water maar wetende dat de rivier net uit de gletser komt is het meer dan verfrissend.
Ook in het dorp is er geen ontkomen aan de wind, iedereen loopt horizontaal tegen de wind in te beuken. We beseffen dat we de voorbije dagen veel geluk hebben gehad. En dat de kracht van de natuur en de onvoorspelbaarheid van het weer hier niet te onderschatten zijn.
Geïntrigeerd door het idee van de ijskappen raadplegen we een boek over Patagonië. De Campo de hielo patagonico is de 3e grootste ijskap na Antarctica en Groenland en de enige ter wereld die overland bereikbaar is. 400 km lang en 80 km breed. De winden van de Pacific Ocean hebben vrij spel tot aan de bergketens van de Cerro Torre en Cerro Fitz Roy hier in El Chaltén. Ik wil niet weten hoe hard het waait op die ijskap. Als ik uit het raam van ons appartement naar deze bergtoppen kijk, is het een heel vreemd gevoel te weten dat daarachter enkel ijs is. Verwarming een graadje hoger gezet. Jullie worden nog doorgewinterde Patagonië-kenners als jullie deze blog blijven volgen.
We hebben een paar dagen bergen gehad, hoog tijd voor een nieuwe bus. U was gewaarschuwd.