Schrijf iets voor mij.
Ik kan niet schrijven, ik kribbel alleen maar.
Kribbel dan een verhaaltje voor mij.
Ik zal er over nadenken.
Denk niet te lang.
Mijn verhalen zijn niet zo interessant.
Dat denk je maar.
En toch is het zo, mijn leven is vrij saai geloof me maar.
Schrijf dan een kort verhaaltje over je saaie leven.
Wie wil dat lezen?
Ik.
Bij het vallen van de avond, net voor het donker van de nacht komt aangeschoven, kleurt de hemel slechts enkele minuten, hoogstens een kwartiertje, heel donkerblauw. Ultramarijn.
Hij reed moederziel alleen op de autosnelweg, de radio speelde zachtjes en de oranje gloed van de lichten langs de weg contrasteerden mooi met dat ultramarijn donkerblauwe van de lucht. Dat was iets dat hij altijd in zijn gedachten deed. Nooit in het echt. Rijden met de auto was iets dat hij niet graag deed. Maar in deze utopische wereld reed er verder niemand op de snelweg.
Het is wel heel kort dat verhaaltje van jou.
Ik heb je toch gezegd dat mijn verhalen niet interessant zijn.
Wat gebeurt er verder?
Niets.
Maar die man rijdt toch ergens naartoe, wat is de bestemming?
Moet ieder mens een bestemming hebben?
Allee, doe verder met je verhaal.
Het zal je spijten dat je het gevraagd hebt.
Nietes.
Na uren te hebben gereden en nauwelijks te zijn gestopt langs grenzen die geen grenzen meer zijn hield hij toch even halt voor een langere pauze. Niet omdat hij moe was maar omdat hij het ochtendlicht wou zien verschijnen. Het moment dat het eerste licht, nauwelijks enkele streepjes klaarte tussen het donker van de verdwijnende nacht tevoorschijn komt. Het moment ook dat de eerste vogels wakker worden en beginnen te fluiten om het ochtendlicht te begroeten. Hij stond tegen zijn auto geleund op een parking langs de autostrade te kijken naar het oranjekleurig licht die strepen trok in het verdwijnende donker. De nacht verdween. Nog enkele uurtjes rijden en hij zou zijn bestemming bereiken. Was dit zijn eindbestemming?
Zo je hebt je verhaal.
Dat meen je niet, wat is dit voor een einde.
Niet ieder verhaal moet een einde hebben, het is een open einde.
Ik hou niet van open eindes.
Waarom geloof je niet dat ik enkel maar kribbel op papier, saaie kribbelingskes.
Ik voel dat er nog iets komt.
Ik zei je toch dat het je zou spijten.
Toe alsjeblieft kribbelt nog wat verder.
Omdat je het zo lief vraagt.
Ieder mens heeft ergens een eindbestemming in zijn leven. Een plek waar hij voor altijd wou blijven. Mocht hij durven dan zou hij hier wel willen blijven. Alleen het alleenzijn hield hem tegen van deze voornemens. Maar in zijn gedachten en dromen zou hij hier wel best willen dromen. Kuieren langs de lange lanen van het stadspark die rondom het oude stadsgedeelte loopt, enkele kilometers lang genieten, geen haast hebben, de tijd blijft toch stilstaan. Hij deed zijn wandelingetje enkele keren per week, het had een therapeutisch onthaastend effect op hem die alle onrust deed verdwijnen. Geen flitsende over en weer flitsende gedachten of angstige, onbekende gevoelens. Zijn gedachten kon hij hier ordenen op papier en hij kon leven van zijn verhalen, een Hemingway in het klein. Geen oude man en de zee maar de oude man en zijn stad. Als de straten weer vrij zijn van de talrijke toeristen kon hij weer verdwalen in zijn eentje in de oude straatjes die hem verhalen zouden vertellen van langvervlogen tijden. De kasseien die zo mooi kunnen glinsteren in het licht van de ondergaande zon. Al die kleine straatjes vol huizen met hun eigen verhaal, sommige gesleten door de tijd maar nog steeds wonderlijk vol pracht. Hier mogen rondlopen in dit eeuwenoude decor deed hem steeds weer iets. Hij was hier gelukkig in zijn eigen droom.
Je bent zo stil.
Hmm.
Heb je het gelezen?
Hmm.
Vind je het goed?
Waarom schrijf je toch steeds over dromen?
Omdat dromen mooier zijn dan de werkelijkheid.
Als jouw dromen werkelijkheid moesten worden zou het nog mooier zijn.
Dromen moeten dromen blijven, zo is mijn leven nu eenmaal.
Ben je bang van de werkelijkheid?
Soms.
Angsten moet je overwinnen.
Ik hou nu eenmaal van zekerheid.
Ik vind je verhaal toch niet zo goed. Het kan beter.
Zie je wel, ik had het je gezegd dat het saai zou zijn.
Het zou beter zijn mocht je verhaal werkelijkheid zijn.
Wat bedoel je nu weer?
Schrijf eens iets voor mij.
Ben je nu aan het lachen met mij?
Nee, schrijf eens iets voor mij daar op je eindbestemming waar je gelukkig bent.
Ik denk dat ik nooit echt gelukkig zal worden.
Je bent hopeloos.
Ik weet het.
Blijf toch maar iets schrijven voor mij. Ik zal het lezen.
23-07-2009 om 21:56
geschreven door stefi 
|