Een haan werd aangeboden met een oogbol die in grootte was toegenomen. Doorheen het hoornvlies (doorzichtige voorste deel van het oog, ook cornea genoemd) kon je de geelachtige schijn van verkaasde etter zien (Etter is bij vogels vast en kaasachtig van structuur). De volledige oogbol was veretterd en veranderd in een abces. Het oog was erg pijnlijk.
Aangezien het oog toch verloren was en de haan definitief zijn zicht op deze kant kwijt was, werd besloten de oogbol er uit te halen via een operatie.
Nadien werden de oogleden aan elkaar genaaid. Aan de randen van het bovenste en onderste ooglid werd een randje huid weggenomen, zodat de oogleden uiteindelijk aan elkaar zouden groeien.
Bij het verwijderen van het oog moet heel voorzichtig te werk worden gegaan, omdat bij te hard trekken aan de ene oogbol, de oogzenuw van het andere oog kan beschadigd raken.
Dit alles werd uiteraard gedaan bij volledige anesthesie (narcose-verdoving). Er werd gekozen voor gasanesthesie, een mengsel van zuurstof en verdovingsgas. Aangezien we aan de kop moesten werken tijdens de operatie, was het niet mogelijk met een kapje te werken, maar was het nodig een buisje in de trachea (luchtpijp) aan te brengen waarlangs het verdovingsgas kon worden toegediend.
De haan was zijn ene oog door infectie verloren, maar had er tenminste geen pijn meer in. De pijn was de reden waarom de haan de laatste tijd wat vermagerd was.
Hij is zijn dieptezicht verloren, maar blijkt nog heel goed graantjes en ander lekkers van de grond te kunnen pikken.
|