recepten, tips, kruiden, fruit en artkels in verband met de keuken
21-08-2007
Biefstukjes met mandarijn/ gembersaus
Voor 2 personen.
2 mooie dikke biefstukjes (van de haas)- 3 grote mandarijnen- wat vers geraspte gember- Olijfolie/boter -versgemalen zwarte peper- gemalen zeezout- scheutje room (uit pakje van de Lidl)
-Pers de mandarijnen en voeg wat vers geraspte gember toe aan het sap en roer goed door
-Bestooi de biefstukjes met de peper en een weinig zeezout en leg ze afgedekt in de marinade gedurende 2 uur (koelkast).
- Dep de biefstukjes droog.
- Giet de marinade in een steelpannetje en kook deze op een hoog vuur in en voeg op het laatste moment wat room toe en laat het geheel nog kort inkoken en voeg zwarte peper naar smaak toe.
- Bak de biefstukjes even snel aan en dan op een matig vuur in een mengsel van boter en olie. (als je er de gratin bij maakt kun je ze met wat extra olie in de koekenpan van deze bereiding bakken
- Serveer de biefstukjes met de saus en geef hier een Gratin du Jabron bij
Verkruimel 2 sneetjes witbrood zonder korst en bak de kruimels goudbruin in 1 eetlepel olijfolie of boter. Vermeng ze met 2 eetlepels gemalen parmezaan, 2 eetlepels gehakte gladde peterselie, 1 geperst knoflookteentje en 1 eetlepel geraspte (onbehandelde- citroenschil. Stoof 1 gesnipperde ui glazig in 1 koffielepel olijfolie. Doe er 500 g sperzieboontjes, 2 zongedroogde tomaten (in stukjes) en 1 koffielepel van de tomatenolie bij. Dek af en laat zacht stoven tot de boontjes beetgaar zijn.
Werk af met de gremolata. Geef er warme toost bij.
125 g gezeefde bloem -1.5 dl kokosmelk - 2 eieren - 60 g boter - 2 eetlepels fijne suiker - 2 rijpe bananen- 1 onbehandelde citroen- gemberpoeder - kaneelpoeder- zout - poedersuiker om af te werken
1. Boen de citroen schoon. Rasp de helft van de schil. Pers het vruchtvlees uit. 2. Breng de kokosmelk aan de kook met de suiker, de boter en een snuifje zout. Neem van het vuur en roer er de bloem door, tot het deeg van de pan loskomt. Voeg een na een de eieren toe. Roer telkens goed glad met een houten lepel. 3. Pel de bananen. Pureer ze met een vork, vermeng ze met het citroensap, de geraspte schil, een theelepeltje gemberpoeder en een snuifje kaneel. Roer de bananenpuree door het beslag. 4. Schep met een lepel hoopjes van het deeg in frituurvet van 170°C (maximum 5 tegelijk). Schep ze om met een schuimspaan, zodat ze aan alle kanten kleuren. 5. Laat de beignets uitlekken op keukenpapier. Bestrooi ze met poedersuiker. Serveer ze goed heet.
500 g aubergines- 65 cl kippenbouillon- 2 eetlepel olijfolie- 50 g gehakte ui- 1 tomaat van 150 g- 6 blaadjes basilicum- 1/2 theelepel madraskerrie
Fruit de ui en het kerriepoeder met de olijfolie in een pan. Doe er de in blokjes gesneden tomaat bij en laat 3 minuten koken terwijl u roert. Giet de bouillon erbij en breng alles samen aan de kook. Schil de aubergines. Snijd ze in stukken en doe ze in de bouillon. Dek af en laat 20 minuten zachtjes sudderen. Maak alles met de mixer fijn. Breng op smaak, voeg 4 blaadjes basilicum toe en mix opnieuw. Dien warm op in soepborden en werk af met de twee resterende basilicumblaadjes, die u op het laatste ogenblik rechtstreeks boven de borden met de schaar versnippert.
Tip: Om de soep een aangenaam geroosterd smaakje te geven, snijdt u de aubergines in plakken van 1 cm dik en legt u ze even op de rooster op een houtvuur of onder de grill.
4 artisjokken-1 pakje opgerold kruimeldeeg- 2 eieren- 1 zakje geraspte gruyère (70 g)-1/2 citroen- 1/2 l melk- 30 g bloem- 30 g boter- geraspte muskaatnoot- zout en peper
Bijgerecht: sla
. Laat de artisjokken ongeveer 30 minuten koken in kokend water met wat zout en een vleugje citroen tot de blaadjes makkelijk loslaten. . Intussen bereidt u een bechamelsaus met boter, bloem en melk. Kruid met zout, peper en muskaatnoot. Voeg er ook de geraspte kaas bij. Meng alles goed. . Leg de schijf kruimeldeeg in een taartvorm. Duw de randen goed aan en snij het overtollige deeg rondom weg. . Van zodra de artisjokken gaar zijn, verwijdert u de blaadjes en het hooi. Doe 3 bodems in een mixerkom en snij de laatste in schijfjes. . Voeg de artisjokken puree en de hele eieren bij de bechamelsaus. Giet de helft van deze bereiding op de taartbodem en strijk de bovenkant glad. Verdeel de schijfjes artisjok en bedek met de rest van de bechamel. Zet in de oven en laat zo'n 30 minuten bakken (voorverwarmde oven op T°6-180°C). . Dien warm of lauw op en geef er een slaatje bij.
Amandelen groeien het beste op de droge gronden in Spanje, Portugal en Italië. Maar ook de Verenigde Staten is een grote amandelleverancier. De amandel is familie van de perzik. Het zijn allebei steenvruchten. Het grote verschil tussen beide vruchten is dat om de pit van de perzik veel meer vruchtvlees zit dan bij de amandel. Als de amandelvrucht rijp is, springt het vruchtvlees open. Na het oogsten wordt de harde steenschaal die om de pit zit, verwijderd. Voor amandelspijs en marsepein wordt ook de bruine zaadhuid verwijderd. Er zijn tientallen soorten amandelen. De beste is de Spaanse tafelamandel.
Het zelf bereiden van bladerdeeg vraagt veel geduld. Toch is het niet echt moeilijk. De basisbestanddelen zijn bloem, water en vet. De fijne structuur van het deeg ontstaat doordat twee deegsoorten, een boterdeeg en een bloem water mengsel, samen verwerkt worden. De boter zorgt ervoor dat het deeg 'bladert'. Voor iedereen die geen zin of tijd heeft om zelf bladerdeeg te maken, is er ook diepvriesbladerdeeg van goede kwaliteit te koop.
1. Zeef de bloem met de gist en een snuifje zout. Maak in het midden een kuiltje. Strooi er het vanille- en amandelpoeder in. Meng goed. 2. Schenk er in een straaltje 30 cl water bij en roer tot een glad beslag. Dek af en laat 45 minuten rusten. 3. Schep met een dessertlepel hoopjes van het beslag in de hete frituur (175°C). Bak de beignets in 3 tot 4 minuten goudbruin. Laat ze uitlekken op keukenpapier. Lekker met honingsaus: Verwarm op een zacht vuur 125 g vloeibare honing met 5 cl water, 2 koffielepels citroensap en een snuifje kaneelpoeder. Schenk de 'lauwe saus over de warme beignets en dien op.
Zalig en dan heel klassiek met gekookte aardappelen. Trendy en dan heel verrassend met gestoomde rijst.
Voor 4 personen:
Braad 4 konijnenbouten 15 minuten in 40 g boter. Giet het braadvet weg. Fruit 1 fijngesneden rode ui glazig in wat olie. Leg er de konijnenbouten bij. Voeg er nog 2 klontjes suiker, 40 g geweekte rozijnen en 2 blaadjes laurier aan toe. Kruid met 1 mespunt vijfkruidenpoeder, peper en zout. Overgiet met 10 cl gevogeltebouillon, 10 cl droge witte wijn en 2 eetlepels rode-wijnazijn. Laat 30 minuten stoven onder deksel. Laat 300 g perziken (uit blik, zonder toegevoegde suiker) uitlekken. Voeg de perziken en 2 eetlepels balsamicoazijn bij het konijn. Laat nog even goed doorwarmen. Werk af met gehakte dille. Serveer met gestoomde aardappelen.
4 eieren. 140 g suiker- 1 zakje vanillesuiker- 120 g zelfrijzende bloem- 1 eetlepel cacaopoeder- vetstof
Voor de afwerking:
1 pot krieken op sap- 20 g maïszetmeel- 1 à 2 eetlepels suiker- 2 eetlepels kirsch- 1 eetlepel suikerwater-3 dl gesuikerde slagroom- 150 g chocoladeschilfers
1. Klop de eieren schuimig met de suiker en vanillesuiker. Zeef er de bloem en het cacaopoeder bij en meng voorzichtig. 2. Doe het beslag in een beboterde bakvorm. Bak ongeveer 45 minuten in een op 200°C voorverwarmde oven. Laat afkoelen. Ontvorm. 3. Laat de helft van de krieken uitlekken. Verwarm de rest met het sap en de suiker. Bindt met maïszetmeel. Laat afkoelen. 4.Snij de biscuit horizontaal in drie. Vermeng de kirsch met het suikerwater. Besprenkel er de plakken biscuit mee. 5. Bestrijk de onderste plak met de slagroom. Dek af met de tweede plak. Schep er de kriekenpuree op. Dek af met de derde plak. 6. Bestrijk de bovenkant en zijkanten met slagroom en strooi er chocoladekrullen op. Werk af met slagroomroosjes en krieken. Zet de taart minstens een nacht koel weg alvorens aan te snijden.
Andijvie met appelen en kip, vinaigrette met kippenlevers
Voor 4 personen: 1 kleine andijvie-. 2 kippenfilets (zonder vel noch been)- 40 g boter- 2 appelen- zout, peper
Voor de vinaigrette 5 schoongemaakte- kippenlevers- 25 cl kippenbouillon- 2 eetlepels wijnazijn op oude wijze-5 eetlepels arachide-olie
Voor de vinaigrette: breng de bouillon aan de kook. Dompel daarin de kippenlevers, draai de warmtebron lager en laat nog 2 min. lichtjes koken. Giet af plet de kippenlevers met een vork en doe ze in een kommetje. Zout en peper en voeg er onder voortdurend kloppen de olie en azijn bij. Maak de andijvieblaadjes schoon en scheur ze. Snijd het kippenwit in reepjes en bak het 8 min. in een bakpan met de hete boter. Zout, peper en zet opzij. Schil en ontpit de appelen en snijd ze in kleine blokjes. Giet de andijvieblaadjes, de kippenreepjes en de appelblokjes in een slakom. Overgiet met de vinaigrette en meng alles voorzichtig.
1 bussel witte asperges- 2 eetlepels citroensap - 1 ui 100 g zuring- 30 g boter - maïsolie -1afgestreken eetlepel vloeiende bloem - 1 eidooier- 1 dl room- 50 g verse kervel- peper uit de molen en zout
1. Schil de asperges, snij het harde stukje,onderaan de stengels weg. 2. Trek vier asperges met een dunschiller tot net onder de zachte punt in fijne slierten en zet ze even aan de kant. _ 3. Snij de andere asperges in stukken. Kook ze gaar in 1 l water met het citroensap en een snuifje zout. Giet af en bewaar het kookvocht.. 4. Stoof de fijn gesneden ui en de zuring aan in de boter. Strooi er de bloem bij. Roer goed om. Schenk er het kookwater van de asperges bij. Laat 5 minuten koken. 5. Doe er de asperges en de kervel bij. Mix de soep. Breng ze weer tot tegen de kook aan. 6. Klopde eidooier in een soepterrine los met de room. Giet er, terwijl u flink klopt met een garde, wat van de soep bij. Roer er geleidelijk de rest van de soep door. 7. Bak de aspergeslierten een paar minuten in veel olie, tot ze krokant zijn. Laat ze uitlekken op keukenpapier. 8. Verdeel de hete soep over diepe borden. Werk af met de gebakken asperges. Serveer goed heet.
2 dl maïsolie- 1 rauwe eierdooier- 2 eetlepels wijnazijn- 1 eetlepel fijngehakte verse dragon- zout, peper van de molen.
Pel en was de asperges. Bind ze in bussels en laat 12 tot 15 min. koken in licht gezouten water: ze moeten zacht zijn. Laat ze zorgvuldig uitlekken en snijd ze in schuine stukjes.
Was en droog de appel, verwijder het klokhuis, snijd hem in kwartjes en vervolgens in sneetjes.
Omring elk geitenkaasje met een fijn sneetje spek. Zet ze 3 min. onder de grill: het spek moet goudbruin gebakken zijn. Meng alle ingrediënten van de vinaigrette. Was de waterkers, zwier zorgvuldig droog en verwijder de steeltjes.
Verdeel de waterkersblaadjes, de sneetjes appel en de stukken asperge op dessertborden en laat in het midden een open ruimte.
Nappeer alles met de vinaigrette, leg een warm geitenkaasje in het midden en dien onmiddellijk op.
Voor de cake: 100 g minarine (of boter)- 225 g fijne suiker- 3 eieren- 175 g gewone bloem- 2 theelepels bakpoeder- 1 zakje vanillesuiker- 4 eetlepels melk (of half melk, half cognac). 100 g amandelpoeder- 100 g marsepein- 3 grote appels (jonagold)- 4 eet1epels amandelschilfers- 2 eetlepels poedersuiker
En verder: . een bakvorm van 23 cm diameter- bakpapier .vetstof voor de vorm
1. Snij.de marsepein in blokjes. Schil de appels, snij ze in stukjes. 2. Smelt de boter in een pannetje op het vuur, ,of zet ze.1 minuut op 600 W in de magnetron. Roer er de suiker door, en dan de eieren. 3. Zeef er de bloem met het bakpoeder bij en roer glad. Voeg er dan de vanillesuiker, de melk, het amandelpoeder, de marsepein en de appels aan toe. 4. Bekleed de vorm met bakpapier en beboter het lichtjes. Schep er het beslag in.Strooi er de amandelschilfers en de bloemsuiker op. 5. Bak 20.minuten in een combinatieoven bij180 W, of 1 uur in een gewone oven op 180°C. Controleer met een breinaald of de cake binnenin droog is. Laat afkoelen in de vorm, of serveer warm met vanille-ijs.
1 bussel asperges - 1,5 l. bouillon - 30 g boter - 40 g bloem - peper - zout - 1 eierdooier - 1 dl. melk of
0,5 dl. room - gehakte peterselie
Schil de asperges en snijd ze in stukken van 1 cm. Houd de aspergepunten afzonderlijk. Laat de stukjes asperge en de aspergepunten elk afzonderlijk gaar koken in licht gezouten water. Steek de stukjes asperge door. Laat de boter smelten, voeg bloem toe, leng aan met kokende bouillon en doorgestoken asperges. Laat doorkoken. Voeg de aspergepunten toe en breng op smaak. Werk af als roomsoep. Versier met fijngehakte peterselie.
Kan ook afgewerkt worden met gaar gekookte groene asperges.
1 Schik het Ardens gebraad in een ovenschotel. Schik er de tijm en laurier rond, Giet er de melk bij: het vlees moet ongeveer 3/4 onderstaan. 2. Schuif de schotel in een op 200°C voor, verwarmde oven gedurende 1 u (niet afgedekt). Draai tussendoor het vlees eens om. Wilt u de schotel serveren bij een koud buffet, laat dan het vlees afkoelen in de melk (zo blijft de smaak extra vol en sappig). Spoel het af onder de kraan en dep goed droog.
Afwerking
Snij het gebraad in fijne sneetjes en geef er koude groenten bij, bijvoorbeeld bloemkoolroosjes of fijne boontjes. Serveer met sausjes als tartaarsaus of mosterdsaus.
Tip
Ook lekker warm: Haal het vlees na de baktijd uit de ovenschotel en snijd in sneetjes. Serveer met verse pasta of aardappelgratin en een bonenspekrolletje.
Als u een zoetekauw bent en u wilt het toch nog een beetje lijnvriendelijk houden, kunt u beter zoetstof in plaats van suiker gebruiken.
Voor 4 porties: Vermeng de fijngeraspte schil en het sap van 1 onbehandelde sinaasappel met 4 zoete geschilde appels (bijvoorbeeld jonagold) en 1 rijpe geschilde mango. Schep goed om, dek vervolgens af en laat 15 minuten marineren. Schep het fruit over in een stoom mandje. Stoom 5 minuten. Doe het gestoomde fruit weer bij het sinaasappelsap en breng verder op smaak met 1/2 koffielepel vanille-extract en eventueel wat fijne suiker of zoetstof. Werk af met 2 eetlepels amandelschilfers. Serveer lichtjes gekoeld. Tip: Wilt u de appels en de mango's in fijne partjes snijden, hou dan de stoomtijd een ietsje korter
800 g rivierbaarsfilets- 1 blik artisjokbodems- 125 g gepelde grijze garnalen- 2 dl lichte room- 2 sjalotten- 1 dl witte wijn- 1 dl visfumet- 1 citroen- 4 soeplepels olijfolie- enkele plukjes kervel- bloem- zout en peper
. Laat de artisjokbodems uitlekken, snij ze in stukjes en doe ze in de mixerkom met de room.
. Snipper de sjalotten en laat ze op een zacht vuur fruiten in een steelpan met 2 soeplepels olijfolie.
. Van zodra ze glazig zijn, overgiet u ze met de witte wijn en de visfumet. Laat tot de helft indikken op een hoog vuur. Voeg er de artisjokkenroom bij, een vleugje citroensap en de grijze garnalen. Laat alles zachtjes sudderen.
. Intussen rolt u de baarsfilets in de bloem. Geef er tikjes op om de overtollige bloem te verwijderen. Bak de filets in een grote pan met antikleeflaag met 2 soeplepels olijfolie. Kruid met zout en peper.
. Breng de saus op smaak (let op want de garnalen zijn al zout!)
. Giet een bodempje saus over 6 warme borden en schik er de baarsfilets op. Versier met enkele plukjes kervel en een partje citroen.
2 kg lamsschouder - 6 teentjes knoflook- 2 citroenen - 4 eetlepels olijfolie -1/2 l gevogeltefond - 1 kg aardappelen - 2 eieren - verse dille peper uit de molen en zeezout
1. Pel de knoflook, snij 3 teentjes doormidden. Kerf het vlees in met een scherp mes en stop er de halve teentjes in. Pers de andere 3 teentjes en vermeng ze met een mespunt zeezout:en flink wat peper.
2. Bestrijk er het lamsvlees mee. Besprenkel het met het sap van 1 citroen. Leg het in een braadschaal met deksel.
3. Verhit de olijfolie en schenk ze over het vlees. Voeg de warme gevogeltefond toe. Dek af en zet ,1 uur 45 min. In de op 100°C voorverwarmde oven.
4. Snij de geschilde aardappelen in stukken, leg ze bij het vlees. Zet afgedekt 1 u in de, oven op 180°C. 5. Hou vlees en aardappelen warm in de oven. Laat het stoofvocht even inkoken. Voeg er van het vuur af de losgeklopte eieren en het sap van 1 citroen bij. Zet weer op het vuur en laat al roerend indikken (niet koken!). Kruid met peper en zout.
6. Schik vlees en aardappelen op de borden. Werk af met gesnipperde dille. Geef er de saus apart bij.
Laat het smout smelten. Maak de balletjes klaar: pel de sjalotten en hak ze fijn. Verscheur het broodkruim en laat het 10 min. zwellen in melk. Meng in een slakom het vlees, de geklopte eieren, de aromaten, het paneermeel, de helft van het smout en het broodkruim dat u eerst uitperst tussen de vingers: de bereiding moet goed homogeen zijn. Rol dit alles tot 8 balletjes en wentel ze in de bloem.
Giet de rest van het smout in een gratineerschotel en schik daarin de balletjes, die u stevig tegen elkaar aan drukt. Laat 30 min. bakken in een hete oven (th. 6-7, 200°C).
Voor de saus: pel de uien en hak ze grof. Fruit ze in de hete olie tot ze zacht zijn (+/- 10min.). Voeg daarbij het bonenkruid, de Luikse stroop en laat nog 5 min. koken op matig vuur: de saus moet glanzend zijn.
Neem de balletjes uit de schotel en giet het bakvocht door een fijne puntzeef. Voeg het bij de saus, meng en dompel de balletjes erin. Dek af en laat nog 30 min. koken op zacht vuur, waarbij u de balletjes halfweg de kooktijd omdraait.