Na mijn onmenselijk
vroege start woensdagmorgen, ben ik zonder kleerscheuren in Wellington
aangekomen. Heel even had ik het gevoel dat er wel iets mis zou lopen: na een
rimpelloze vlucht, werd de landing er eentje van een ander soort. Of beter
gezegd: het aanvliegen naar de luchthaven toe. Op een gegeven moment zaten we
precies met zijn allen in een reuze schommelstoel, met dien verstande dat de
beweging van links naar rechts ging De turbulentie was zowat de hevigste die
ik al meegemaakt had:best leuk, want ik
heb er het volste vertrouwen in dat de piloten ook veilig willen thuis geraken
en er dus alles zullen aan doen om ons veilig naar onze bestemming te brengen.
De landing op zich was onvoorstelbaar zacht: eigenlijk hebben we het niet eens
gevoeld toen het vliegtuig de grond raakte. Petje af voor de piloten van Air
New Zealand.
Een nieuwe stad, een
nieuw contact en een totaal andere omgeving: alle ingrediënten voor een
boeiende dag. Ik werd opgehaald door mijn gastheer voor de komende 2 dagen, die
me heel attent een ontbijt aanbood (die ene koek, die ik op het vliegtuig had
gekregen was net toereikend om me in leven te houden). Het is me niet duidelijk of de weergoden er
alles willen aan doen om me aan België te herinneren maar feit is, dat de regen
me nu al dagen achtervolgd. Daarenboven heeft Wellington op woensdag zijn
bijnaam alle eer aangedaan: windy Wellington geen haar op mijn hoofd, denkt
eraan om die bijnaam in twijfel te trekken. Gezien de regen niet uitnodigend
was voor een wandeling, werd me een gidsbeurt met de auto aangeboden. Ik werd
eerst naar Mount Victoria (de naam Victoria duikt echt overal op in de
Engelstalige wereld) genomen. Onderweg verklaarde ik nog dat Belgen echt wel
wat gewoon zijn wanneer het op wind aankomt De volgende keer, zal ik zeker een
toontje lager zingen want eens op de top van de heuvel, werd ik zowaar bijna
omver geblazen. Een ijskoude zuidenwind ontwikkelde een ongemeen harde
kracht Mijn mening over de Vlaamse wind moet dringend herzien worden! En toch
was het de moeite om hier te komen want het zicht op de stad is echt wel
fenomenaal. In tegenstelling tot Auckland is Wellington veel compacter. Water
is de constante tijdens mijn trip op het Zuidelijk halfrond en dat is hier niet
anders. De luchthaven (die de reputatie heeft om een van de moeilijkste ter
wereld te zijn net omwille van de sterke wind) strekt zich uit aan de ene kant,
terwijl de stad en zijn haven, netjes ingekapseld voor ons liggen. Vandaar
wordt ik op een rit doorheen het centrum getrakteerd en vervolgens trekken we
naar Eastbourne, aan de andere kant van de baai. Van hieruit heb je een totaal
ander perspectief op de stad Wellington.
De dag wordt afgerond met
een heerlijk avondmaal en een lange babbel met mijn nieuwe gastgezin: Zane en
Penny.
Gisterenmorgen werd ik
verwacht voor een informeel gesprek met een aantal historici. Waar hun kennis
van de Nieuw-Zeelandse betrokkenheid op het Westelijk Front, die van mij
rijkelijk overtreft, kan ik hen wel boeien met praktische informatie over de
Salient, gelinkt aan het verleden. Ik heb anderhalf uur vrij tussen 2 afspraken
in: net voldoende om de oude St Pauls kathedraal te gaan bezichtigen. Dit is
voor mij de allereerste kathedraal, die volledig in hout is opgetrokken, die ik
te zien krijg. Het gebouw dateert van 1860 en is door de jaren heen
verschillende keren uitgebreid. Het vakmanschap dat hier aan de dag gelegd
werd, moet iedere bezoeker met verstomming slaan: het is gewoonweg subliem.
Deze praatvaar legt natuurlijk heel snel contact en dan blijkt dat ik de
conservator (want momenteel is deze kathedraal niet meer in gebruik) aan de
haak geslagen heb: een prima rondleiding is de kers op de taart van dit bezoek.
Op naar de volgende stop
en dat leidt me naar de NZ archieven. Ik wordt er verwacht voor een rondleiding
door een van de 10 historici, die hier aan de slag zijn. Graham legt me heel
gedetailleerd uit wat soort informatie hier kan worden opgevraagd en hoe zij
een essentiële schakel kunnen zijn in het opzoeken van gegevens aangaande een
verwante die in WO I betrokken was. Helemaal optimaal is de situatie (nog) niet
want alle dossiers van soldaten, die ook in de 2de wereldoorlog
hebben gevochten, zijn hier niet te vinden. Daarenboven ligt er nog een enorme
uitdaging op hen te wachten: alle bataljon dagboeken moeten nog worden
gecatalogeerden dat zal hen zeker voor
een tijd zoet houden!
Een snelle stop bij mijn
gastgezin geeft me de kans om me op te frissen en om te kleden want s avonds
had ik een lezing voor de nationale RSA op het programma. De lezing verloopt
uiterst vlot al heb ik wel te maken met een afstandsbediening, die het laat
afweten. Ik heb op mijn tocht al voor hetere vuren gestaan en laat me niet uit
mijn lood slaan. Een dik anderhalf uur later, komen heel wat mensen uit het
publiek me persoonlijk danken voor de moeite die ik gedaan heb. Velen van hen
plannen een bezoek aan de Ieperboog deze avond heeft hun honger zeker
aangescherpt.
Penny verrast ons met een
lekker avondmaal: het ideaal moment om bij te praten. Wanneer ik mijn gastheer
naar oprechte feedback over mijn presentatie vraag, krijg ik als enige
opmerking te horen dat er een spellingsfout in mijn power point geslopen is
(shame on me!) en dan nog wel eentje, die ik zeker zelf had moeten opgemerkt
hebben. Verder geeft hij aan dat hij onder de indruk was van mijn aparte
invalshoek en van de passie waarmee ik het verhaal breng. Hij raadt me dan ook
aan om een pen ter hand te nemen en te beginnen aan dat boek De discussie doet
me twijfelen waar ik een nieuwe toekomst zal vinden. Trek ik me terug in een
kamer om te schrijven of ga ik varen en deel ik mijn kennis met allerlei
mensen. Ik ben er eerlijk gezegd nog niet helemaal uit
Een vroege start deze
morgen, want mijn gastheer heeft een belangrijke vergadering. Na een ontbijt in
de locale koffiebar, wijt ik me aan mijn mail (ik ben er dan toch in geslaagd
om één plaats met WIFI te vinden, de kans om een klavertje vier te vinden is
volgens mij een stuk groter). Om 11 uur heb ik een afspraak met een groep historici
die zich bezig houden met de herdenkingsperiode van 2014-2018. Zij bestoken me
met heel wat vragen waarop ik nu in alle eerlijkheid, geen pasklaar antwoord
kan verzinnen.
Ondertussen zijn we een
aantal uren verder. Ik heb net een bezoek aan de Beehive achter de rug: het NZ
parlementsgebouw. Een heel speciale architectuur, die mij echter maar matig kan
bekoren. Efficiëntie was in de jaren zestig duidelijk geen prioriteit, dat
wordt hier pijnlijk duidelijk. Na een boeiende rondleiding, die op verrassende
wijze gekruid werd door een NZ dame, die de gids het vuur aan de schenen legde,ben ik nu in het station terechtgekomen. Driemaal
raden ook hier is er geen WIFI te bespeuren. Ik tokkel dus rustig verder aan
dit verslag in een word document, waarvan ik hoop dat ik het vandaag nog zal
kunnen opladen.
Wellington is me heel
goed bevallen: het is een vriendelijke, kraaknette en makkelijk te navigeren
stad: het compacte centrum resulteert in het feit dat alles binnen
wandelafstand ligt. In de gezellige drukte, zie je een verscheidenheid aan
mensen voorbijkomen. Wat me hier vooral opvalt is het feit dat de Maoris heel goed
geïntegreerd zijn in de maatschappij.
Jullie zien het al: ik
ben er gisteren niet meer in geslaagd om dit op mijn blog te krijgen. Neil, die
me kwam ophalen aan het station, heeft me stante pede naar de vergaderruimte
gebracht, waar er reeds een aantal mensen op me zaten te wachten. Ongelofelijk
maar waar: een aantal toehoorders blijken vroegere gasten van Varlet Farm te
zijn. Sommige van hen hebben meer dan anderhalf uur overbrugd om deze avond
niet te missen. Ik wordt er even stil van
Na enige verwarring
omtrent mijn nieuwe verblijfplaats, kom ik terecht bij een jong koppel, dat me
heel gastvrij in hun huis opneemt. De kranten staan vol met nieuwsberichten
over alles wat verkeerd loopt in deze wereld: het vele mooie, dat mensen elkaar
aanbieden haalt de geschreven pers niet. Indien ik een journalist zou zijn, dan
zou ik vooral deze boodschap willen brengen: geloof in de goedheid van de
mensheid!
Deze keer komt mijn
verslag uit een hotelkamer, dicht bij de luchthaven van Auckland, want
morgenvroeg zit ik nogmaals op het vliegtuig, dit keer richting Wellington.
Mijn eerste bezoek
gisteren was aan een locale middelbare school, met dien verstande dat het de
grootste school op het zuidelijk halfrond is. Ik had die uitleg niet eens van
doen om te beseffen, dat dit een school van een meer dan doorsnee formaat was,
om het zacht uit te drukken. Niet minder dan 3000 scholieren lopen hier rond,
netjes in het uniform, want daarin verschillen de scholen niet van
Australië.Ik had er een lezing,
gespreid over 2 lesuren, en dat is echt wel luxe: ik kan de groep de nodige
inleiding geven voor ik aan het werkelijke verhaal begin. Voor deze jongeren is
het niet alleen een verhaal ver terug in de tijd, maar daarenboven ook nog
eentje ver van hun bed. Niets van dat alles blijkt een rem te zijn om hun
aandacht te pakken en bijna 2 uur lang te houden. Ongeacht de omvang van deze
school; ze hebben het jonge volkje wel degelijk onder controle.
Lezingen geven is
natuurlijk geen zwaar werk, vandaar dat een lichte lunch (mmm heel lekker
brood hier!) meer dan voldoende is, voor we (en dat is dan Sandi en ikzelf) we
ons op pad begeven naar de volgende afspraak. Dat blijkt een middelbare school
van veel kleinere omvang te zijn. Deze jonge mensen komen volgend jaar naar het
Westelijk Front voldoende garantie om van een geïnteresseerd publiek verzekerd
te zijn.Het wordt een gemoedelijke
babbel met jongeren, die me na afloop zelfs persoonlijk komen bedanken. Hier
kan je geen prijs op plakken:de
oprechte dankbaarheid kan je nergens kopen!
En dat er Vlamingen zijn
aan de andere kant van de wereld, kan ik persoonlijk bevestigen: ik verbleef
gisteren immers bij een gemengd Vlaams-Nieuw-Zeelands koppel. Lode had me heel
attent gevraagd wat ik als dinner verkoos driemaal raden? Biefstuk friet,
natuurlijk, dat is een weggever. Dit is waarachtig de eerste frietpot, die ik
gezien heb sedert maanden. Onze Belgische boeren zweren bij hun blauw-wit vee
wanneer het erop aankomt om een malse biefstuk te produceren. Geen dikbillen
hier maar wel vlees dat echt smelt in je mond. Vraag me niet naar het geheim
maar wat betreft smaak en malsheid kan dit vlees zonder twijfel de vergelijking
doorstaan!
Gisteren de grootste
school, vandaag de grootste file! We zijn deze morgen ruim op tijd vertrokken
om een afstand van een kleine 50
km te overbruggen (en niet op binnenbaantjes hé). Wel
dat heeft ons 1.45 uur gekost we konden net zo goed de fiets genomen hebben.
Het doel van onze trip was een middelbare school aan de andere kant van
Auckland. Met precies 2 minuten vertraging zijn we er geraakt. Het bleek een
school van architecturale uitersten te zijn: centraal stond het oude schoolgebouw,
prachtig gerestaureerd, te pronken met een grandeur, die onmiddellijk duidelijk
maakt dat dit een privé school is. Daarnaast vonden we de meest moderne
gebouwen. De klas bestond bijna volledig uit Aziatische studenten. Even vreesde
ik dat ik Chinees (figuurlijk dan) voor hen zou spreken, maar uiteindelijk
besefte ik heel snel dat deze groep vooral geïnteresseerd was in data wel ze
hebben gekregen wat ze vroegen: heel wat feiten en data . Genoeg om hen lange
tijd zoet te houden.
Na een koffiestop bij
Sandis moeder (die kon bijna haar oudere zus zijn, zo fris zag deze dame
eruit), ben ik uiteindelijk aangekomen in mijn hotel. Voor een habbekrats heb
ik een ruime kamer, een aparte keuken en een badkamer. De inrichting valt niet
onder de noemer luxueus maar wat mij betreft: ik ben dik tevreden!
Het zal een korte en
eenzame avond worden : kort omdat ik morgen om 4.30 uur uit mijn bed moet en
eenzaam omdat dit de eerste nacht sedert maanden is, dat ik niet bij een
gastgezin verblijf. On the bright side: ruimschoots tijd om te bloggen en daar
genieten jullie dan weer van!
Het zou me trouwens
plezier doen te horen wat jullie van mijn blog vinden. Ik heb pas een paar
dagen geleden ontdekt dat er commentaren in mijn gastenboek staan. Met mijn
blijvend gebrek aan technologie, dacht ik dat ik via mail verwittigd zou worden
indien er daar een bericht werd achtergelaten. Niet dus sorry dus dat ik niet
gereageerd heb op de commentaren. Ik zal er vanaf nu wel een oog op houden.
Reageren kan natuurlijk ook altijd via mail, die krijg ik zeker te zien en dan
is het leesgenot eens aan mijn kant!
Mijn zoveelste stop in een luchthaven Ik heb al meerdere keren geschreven dat dit een habitat is waar ik me goed voel. Al wil ik er dit maal onmiddellijk aan toevoegen, dat de luchthaven van Brisbane een minder positieve indruk zal nalaten.
Is het omdat ik een internationale vlucht voor de boeg heb dat er geen self check-in is? Net nu ik alle knepen van het vak onder de knie heb De enige kans om de instapkaart te bemachtigen is aanschuiven in de ellenlange rij, die tergend traag korter wordt.
Eens ik de kop van de rij bereikt heb, vraagt de bediende mijn hele reisschema. Dat wordt dus spitten in mijn kleine blauwe koffer. Het gevraagde document komt al snel aan de oppervlakte ik ben dus geen illegale reiziger, die ongemerkt aan boord probeert te geraken. Volgend punt van discussie: mijn kleine blauwe koffer heeft zowat de halve wereldbol rondgereisd zonder het minste probleem maar nu blijkt dat de gewichtslimiet teruggeschroefd is naar 7 kg. De meter van de schaal zwiept ongegeneerd naar 11 kg, wanneer ik , vol vertrouwen (maar met een klein hartje) mijn handbagage op de band deponeer. Hier zal ik niet mee wegkomen, zoveel is duidelijk. Er zit niets anders op, dan een hele papierwinkel uit mijn koffer te halen. Leuk is anders: ik heb nu een handtas, een blauwe koffer en . Een plastieken draagtas met mijn papieren! Mijn Vlaamse logica vertelt me dat ik nog steeds evenveel totaal gewicht heb
Ik heb met wat pijn in het hart afscheid genomen van mijn gastgezin. Zelfs de kookaburras hebben afscheid genomen: met een denderend lachsalvo in mijn oren, verlaat ik het land, datvan meet af aan, een diepe indruk op me heeft nagelaten. De afgelopen drie maanden zijn gewoonweg heerlijk geweest:een openbaring over de ganse lijn, een ontdekkingstocht, die me ongetwijfeld wijzer gemaakt heeft. Ik zeg hierbij een oprecht dank je wel aan mijn vele Australische gastgezinnen. Jullie gastvrijheid is, wat mij betreft, de sterkste stroef van dit land. Ik heb een proevertje gehad, dat naar meer smaakt
Mijn verblijf in Oz werd afgerond met een etentje, waarop ook een vriendin des huizes werd uitgenodigd. Het is een avond vol van grollen en grappen geworden, want zowel Charles als Elizabeth bleken over een ruime dosis Australische humor te beschikken. Zelfs na een leerschool van verschillende maanden, moet ik toegeven dat het me niet altijd lukt om gelijke tred te houden. Mijn Belgisch gevoel voor humor is nog altijd vatbaar voor verbetering!
Ik heb op mijn tocht door dit onmetelijk land heel veel opmerkelijke mensen ontmoet. En eigenlijk past mijn laatste gastgezin ook in die categorie. Ik deel met Charles de passie voor WO I, zij het dan vanuit een heel ander gezichtspunt. Hij is de artistieke man (ik heb hier echt veel meer mensen met een creatieve geestontmoet dan in om het even welk ander land) die gewapend met een camera probeert te verwoorden wat dit stuk geschiedenis bij hem losweekt. Een aantal van zijn fotos zijn te zien op deze website www.centenaryofww1.com
Waar ik goed uit mijn woorden kom, is hij vooral goed om een sfeer op beeld vast te leggen. En soms benijdt de een de ander dat is het leven
Ondertussen zijn we weer al een paar dagen verder. Ik kan soms gewoon niet volgen, zo snel vliegt de tijd voorbij. Sandi heeft me opgehaald op de luchthaven en me , na een ommetje op een van de 36 uitgedoofde vulkanen waarop Auckland gebouwd is, naar mijn gastgezin gebracht. In dit geval mensen, die ik nog nooit ontmoet had maar met wie het onmiddellijk klikte. Chris en Georgina hebben me met open armen ontvangen. Ze hebben alle registers opengetrokken in die zin, dat er s avonds een etentje gepland werd met andere leden van de Passchendaele Society.Deze vereniging aan de andere kant van de wereld, zet zich in om de herinnering aan de slagvelden van Passendale levendig te houden. Hun doelstelling is om de invloed van de eerste wereldoorlog op de gemeenschap en de verdere ontwikkeling van deze natie te onderstrepen ( www.passchendaelesociety.org ) Ik kwam terecht naast Mike, een (verstrooide) professor, die een heel aangename tafelgenoot bleek te zijn. Zijn kennis kon me gewoon achterover blazen maar eigen aan de Nieuw-Zeelandse cultuur, blijft hij heel bescheiden. Mijn eerste avond hier is een meevaller van formaat. De vele Aussies, die me voorspelden dat ik wel eens verknocht zou kunnen geraken aan hun extra provincie (zoals ze NZ plagend noemen), hebben het bij het rechte eind: de start is alvast veelbelovend.
Gisteren was een dag van concentratie: ik had een lezing in het Auckland War Memorial Museum voor een uitgelezen publiek. Om een onduidelijke reden had ik heel wat meer last van zenuwen dan de afgelopen lezingen. Op zich zijn zenuwen niet zo erg een probleem, zolang ze mijn zelfzekerheid niet ondermijnen. En gisteren had ik toch wel even een aarzelende start maar eens vertrokken, liep het weer helemaal vlot. De wetenschap dat er een camera vlak voor mijn neus stond, die al mijn bewegingen onmeedogenloos registreerde, zalongetwijfeld ook een rol gespeeld hebben. Het deed me dubbel plezier om de gelukwensen te mogen horen van heel wat aanwezigen. Een paar dagen geleden heeft Glyn Harper (een van NZ bekendste historici) hier een lezing gegeven. Toen een aantal mensen me vertelden dat ik niet moet onderdoen voor hem, voelde ik toch wel een stukje trots naar boven komen. Ik vergeet niet van waar ik kom maar zeker ook niet waar ik naartoe wil en dat betekent dat ik nog heel wat werk voor de boeg heb!
Na de lezing, werd ik rondgeleid door de curator van het museum. Een heel vriendelijke, warme vrouw, die met veel gevoel praatte over de verbondenheid van onze beide landen.
Nationale feestdag waar ga je dan uit eten in Auckland? In een Belgisch biercafé is het antwoord. Ik ben geen bierdrinker, dat heb ik aan de kiwis overgelaten: terwijl zij de economie van ons land ondersteunden door streekbieren te degusteren, heb ik mijn steentje bijgedragen aan hun economie: voor mij is een glas Pinot Gris niet te versmaden (het moet niet altijd Sauvignon Blanc zijn!). Ik heb op mijn trektocht al meerdere malen frietjes te eten gekregen maar nergens van deze kwaliteit. Om nog maar te zwijgen van de mayonaise!
Vandaag is een rustige dag geweest: een luie morgen met daarna een bezoek aan Helen Pollock, wiens kunstwerk in 2007 inhet Memorial Museum Passchendaele 1917 stond opgesteld. Ik heb een gezellige babbel gehad met een dame, die een aantal jaren terug ook heel drastische beslissingen genomen heeft. Een gelijkgestemde ziel, die weet wat het betekent om je vrijheid beknot te zien
De dag werd afgesloten met een privé rondleiding in het Navy museum. Een nieuwe openbaring Ik besef al heel snel dat ik verdraaid weinig (en dat is dan nog zacht uitgedrukt) weet van de NZ geschiedenis. Dit museum is klein maar fijn en had me nog uren kunnen zoet houden. Er was echter niet voldoende tijd om alle informatie in me op te nemen. Kon ik die klok maar stil zetten: geloof me vrij, er zijn talloze momenten geweest waarop ik dat maar al te graag zou gedaan hebben!
En nu is het echt wel bedtijd want morgen ben ik van dienst in 2 scholen no rest for the wicked!
Hoog en droog in de
donkere nacht op weg naar Brisbane, dat is waar ik me nu bevind.
De afgelopen dagen zijn
gewoon voorbijgevlogen. En toch zullen deze dagen een blijvende indruk op me
nalaten. De warmte, die John en Jo me gegeven hebben, valt moeilijk in woorden
te vatten. Toen ze, dik 10 jaar geleden, voor de eerste keer naar Varlet Farm
kwamen, hadden we vanaf het eerste moment een sterke connectie. Het contact is
met de jaren weliswaar wat verwaterd, maar dat gevoel van verbondenheid kwam
onmiddellijk weer tot leven vanaf de eerste minuut.
Maandag betekende voor
mijn gastgezin dat een nieuwe werkweek voor hen lag. Voor mij hield dat in, dat
ik tijdens de dag alleen zou zijn. Niet getreurd: indien er iets is, dat ik de
afgelopen maanden geleerd heb, dan is het de wetenschap dat alleen zijn niet
hetzelfde betekent als eenzaam zijn. Ik kan nu best om met de stilte om me
heen, al besef ik natuurlijk wel dat de honger om mensen te ontmoeten nooit
echt ver weg zal zijn.
Na heel wat schrijfwerk
(ik lijk soms wel een kantoorjuffrouw, die vol overgave haar papierwerk
aanvalt) besluit ik om de namiddag te vullen met een wandeling. Gezien ik over
geen kaart beschik, zal ik me moeten concentreren om de ankerpunten, die ik
voorbij stap, te herkennen. Geen spitse kerktorens, die je steeds helpen om je
oriënteren, in de Australische steden. Hier zie je vooral bomen en die zien er
verdorie allemaal eender uit!
Een fikse wandeling
brengt me naar het golfterrein en dat is voor mij een dubbele zegen. Niet
alleen bieden de golfterreinen een mooi stukje natuur maar je krijgt er het
sociaal contact gratis bovenop. Omdat mijn gastvrouw me verteld had, dat er
zich een botanische tuin in de buurt van het golfterrein bevond, trok ik mijn
stoute schoenen aan,en besloot om een
verwoed golfer de weg te vragen. Een verwonderde blik, gevolgd door een
stortvloed van woorden, en ik was weer wat wijzer: er bleek zelfs een kleine
zoo in de buurt te zijn.
De zoo bleek vooral aan
de beschrijving klein te voldoen. Dat gezegd zijnde, bleek het een
onverwachte parel te zijn, want er bevond zich een stukje echt regenwoud, pal
in het midden.Wat betreft het aanbod
aan dieren: laat me toe diplomatisch te zijn door te stellen, dat het niet
overweldigend was. Eén troef werd er wel handig uitgespeeld: er bleken 3
levende teddybeertjes te wonen, die je tot op een paar meter kon benaderen. Een
kans om een koala van zo dichtbij te fotograferen laat je natuurlijk niet
liggen. Ik durf nu met stelligheid beweren, dat die lievertjes een speciale
training : hoe draai ik me weg van een fototoestel, gekregen hebben. Het
heeft me een dik half uur geduld gekost om het bovenstaande resultaat te halen!
Geen kangoeroes, geen
apen (de kooien werden vernieuwd) maar een hele resem kleurrijke vogels, de ene
al luidruchtiger dan de andere. Al met al, zou ik deze zoo omschrijven als een
hidden gem, dat ik best wel naar waarde wist te schatten.
De terugweg bracht me
opnieuw naar het golfterrein, waar een diep geconcentreerde veertiger, een
balletje met haast militaire precisie van het ene oefenputje naar het andere
sloeg. Genoeg om mijn nieuwsgierigheid te wekken natuurlijk. In het gesprek,
kom ik te weten dat hij een beroepsspeler uit Melbourne is, die speciaal voor
een toernooi naar Rockhampton is afgezakt. We spreken hier wel over een afstand
van dik 1500 km Wanneer ik hem vraag of hij dan iedere dag golf speelt, leer
ik al snel dat eindeloos oefenen de sleutel tot succes is. Ik weet meteen dat
ik nooit een carrière in deze sport zal beogen: uren geduldig tegen een
balletje kloppen om the feel te krijgen het chronisch gebrek aan geduld waar
ik mee geboren ben, zou me van meet af aan veroordelen! Terwijl golf in ons
land een elitesport is, blijkt het voor de doorsnee Australiër een geliefd
tijdverdrijf te zijn. De Mike Tysons zijn echter dun gezaaid in deze wereld: ik
krijg al snel te horen dat je als gemiddelde prof niet mag dromen van het grote
geld. De vele reizen naar verre bestemmingen blijken echter voldoende
compensatie voor de soms magere inkomsten te zijn.
Op dinsdag sta ik voor
een nieuwe uitdaging: de schoonbroer van mijn gastheer is een verwoed visser.
Ooit een meer dan succesvol advocaat maar nu een natuurmens van het zuiverste
soort. Ik word uitgenodigd voor een dag wijting vissen wat inhoudt dat ik opnieuw
richting kust trek. Jef staat erop om me een stukje onontgonnen kust te tonen.
Als goede vriend van een grootgrondbezitter, heeft hij de sleutels van de
poorten, die ons toegang verlenen tot eindeloze weiden. Het lijkt wel of ik
persoonlijk in de doornvogels (je weet wel, die serie met Richard
Chamberlain, een dikke 25 jaar geleden) terecht gekomen ben. De vier maal vier
, baant zich een weg over modderige paden, die soms nauwelijks zichtbaar zijn.
Op een gegeven moment komt een hele zwerm kangoeroes uit het niets voor ons
opdagen. Ze hoppen heel elegant voor ons uit, alsof ze de wagen niet eens
bemerkt hebben. Ervaren de reporters van natuurdocumentaires nog dezelfde
adrenalinestoot als ik op dit moment???
Na meer dan een half uur
modder ploeteren, bereiken we de verborgen parel: een strand van meer dan 20 km lang waar er letterlijk
geen mens te bespeuren valt. De grijze luchten belemmeren het zicht om
prachtige fotos te maken maar ik kan jullie verzekeren dat dit plekje toch wel
heel dicht bij het aards paradijs moet aanleunen! De netten worden uit de jeep
geladen en daar gaan de 2 mannen (Jef heeft nog een vriend opgepikt onderweg)
het koele water in. Ik ben voor de gelegenheid meer dan kleurrijk uitgedost met
een short van de zoon (in hippe kleuren) en een, laat me zeggen ruim bemeten
T-shirt van John. Sportschoenen en een hoed maken mijn look helemaal compleet.
John en Jo hebben me herhaaldelijk op het hart gedrukt dat ik me goed moet
insmeren met zonnecrème. Wanneer ik laat weten dat de kans om te verbranden
wanneer de zon zich schuilhoudt in de US, zo goed als onbestaande is, wordt ik
onmiddellijk gewezen op het feit dat er nergens ter wereld zoveel UV straling
is als in Australië en dat dit, jammer genoeg, resulteert in een ongemeen hoog
aantal huidkankers.
Het net wordt in een
halve cirkel beweging door de golven gesleept om dan op het strand te buit
binnen te halen. Ik blijf erbij dat het zicht van mijn melkwitte benen, iedere
vis in een straal van 500
meter afgeschrikt hebben en dat blijkt nog waar te zijn
ook. Behalve een pijlstaartrog, die behoorlijk gevaarlijk blijkt te zijn, valt de
vangst heel mager uit: met amper 6 vissen wordt de handdoek in de ring gegooid.
De rog is er eentje van het soort dat de crocodile maneen aantal jaren geleden gedood heeft.
Steve Irwin waagde zich in de nabijheid van de levensgevaarlijke krokodillen om
uiteindelijk door de stekel van zon rog te sterven. Meer dan brute pech want
die stekel had net zijn hart getroffen
Na de vangst gaat het
richting beach house, waar de wijting vakkundig gefileerd wordt en met de
nodige kookinstructies aan me wordt overhandigd. Uiteindelijk blijkt Jef het
geheugen van deze Vlaamse madam niet al te ver te vertrouwen want voor het
afscheid, steunt hij erop dat ik Jo moet zeggen hem te bellen, teneinde het
recept rechtstreeks te horen. Feit is dat de advocaat een carrière als kok
gemist heeft: zijn recept is er eentje van de bovenste plank de wijting smelt
in de mond. Amper 6 uur na hun onfortuinlijk einde in een net op het strand,
strelen ze mijn smaakpapillen met een smaak die ik wellicht nooit meer zal
ervaren. De laatste dag wordt er eentje vervuld met wat weemoed. Het besef dat ik dit vriendelijk land binnenkort achter me laat, op weg naar een nieuw avontuur, gooit me terug in de tijd. Minder dan 7 maanden geleden, stond ik aan het begin van deze tocht, die zonder twijfel de rest van mijn leven blijvend zal beïnvloeden. Bepaalde lessen kun je nu eenmaal niet op een schoolbank leren en laat het duidelijk zijn dat het net die lessen zijn, die me voor altijd zullen bijblijven.
Voor hen die denken dat
een reis van lange duur een koers van het ene monument naar het andere is, kan
ik die droom gerust doorprikken. Alhoewel, wie ben ik om dat te doen, ergens
besef ik maar al te goed dat ik bijlange niet als rolmodel voor de doorsnee
toerist kan doorgaan.
Mijn verkenning is
veeleer een tocht naar de waarden van de maatschappij waarin ik me bevind. De
toeristische trekpleisters zijn niet zozeer aan mij besteed, want daar krijg
je, in de meeste gevallen, een impressie, een plaatje, voorgeschoteld, die niet
eens het echte gevoel uitstralen. Geef mij maar de echte wereld
Die echte wereld biedt me
trouwens heel wat verrassingen. Mijn gastvrouw troont me mee naar haar geheime
kamer : de plek in huis waar zij al haar creativiteit kwijt kan. Het is een
wereld met alle soorten weefsel, pluimen, tule en wat weet ik veel. Blijkt dat
Jo een heel speciale hobby heeft, namelijk het ontwerpen van hoeden. Ik val
letterlijk van de ene verrassing in de andere wanneer het hele resem hoeden de
revue passeert. Waarom is iemand met zon creatief brein gevangen in een
kantoor job, dat is de vraag, die ik me stel? Via het internet (www.etsy.com/shop/lillianlovehats
), maken haar ontwerpen het nu over gans de wereld. Deze dame vervult me met
ontzag.
Mijn verblijf in
Rockhampton is echt wel een voltreffer. Zelfs al gooit het weer alles in de
strijd om me te herinneren aan de natte Belgische zomer, want ook hier staan de
hemelsluizen nu wijd open. Niet dat het me veel uitmaakt: behalve de
sportmanifestatie van gisteren morgen, gebeurt al het interessante
binnenskamers.
Zoals gemeld werd mijn
eerste halte gisteren het locale sportsterrein waar de zoon des huizes een
speler is in het Australian Rules team. Zelfs na 3 maanden in Oz moet ik tot
mijn schade en schande bekennen, dat ik de regels nog steeds niet onder de knie
heb. Ergens komt het erop aan de ellipsvormige bal tussen de palen aan de
overkant te slaan of te sjotten. Er mag enkel een tiental meter met de bal in
de handen overbrugd worden, daarna moet je ze doorspelen, en dat gebeurd via
een soort slag (gooien mag dus niet) of een schop. De regels zijn simpel
(tenminste zo denk ik erover) : alles mag boven de gordel Na alle regen van de
vorige nacht was het veld in een echte modderpoel herschapen. Het spel leek
bijwijlen meer op waterballet dan op iets anders, maar uiteindelijk hadden de
jongeren dikke pret. Dat ze de wedstrijd glansrijk verloren leek zelfs niet
eens zoveel uit te maken.
Tijd voor een snelle
lunch vooraleer we terug richting kust vertrokken. We werden verwacht op een housewarming
party,een sociaal gebeuren met de
nodige drank en de onvermijdelijke barbecue. Ik krijg de smaak van dit land
meer en meer te pakken en niet alleen via de worsten! Een lange rit terug (ik
zie ons niet direct naar Brussel rijden voor een dergelijke bijeenkomst!) en
tijd om onder de wol te gaan. Niet teveel van dat laatste want de vorige nacht
kwam de temperatuur niet lager dan 20 °C!
Deze morgen werden we
verwacht bij de buren voor een ontbijt.Regen, regen, regen maar de temperatuur blijft hoog, dus zitten we met
zijn allen op het terras. Het wordt een boeiende ontmoeting met alle buren,
hoewel die term wordt hier totaal anders geïnterpreteerd. Eén koppel blijkt op 300 km afstand te wonen. Het
zijn landbouwers die tot voor een paar jaar enkel watermeloenen kweekten maar
omdat die markt onderuit gegaan is, zijn ze overgeschakeld op katoen. Aan tafel
leer ik dat ze een volle week in hun stadshuis verblijven voor ze terug keren
naar de boerebuiten. Maar zelfs dan nog wonen ze niet op de hoeve: hun huis
bevindt zich dicht bij het dorpscentrum, de hoeve wordt bewoond door managers,
die voor hen werken. Ok, dit leer je niet in een toeristische brochure!
Ondertussen zijn we weer
thuis. Het zal een kalme namiddag worden, rustig genietend van de zondag. Zoonlief
is deze morgen op een schooluitstap naar Sydney vertrokken (1400 km hiervandaan) : een
uitstap, die als economisch onderricht omschreven wordt. Dat houdt in dat ze de beurs gaan bezoeken en
een wandeling door Chinatown zullen maken. Ik zie de Vlaamse jongeren niet
direct naar het noorden van Spanje vliegen om dit te doen, maar hier kan het
allemaal
Nog een kleine uitsmijter
gisteren kreeg ik een mail in de bus, die er me attent op maakte dat er een
krantenartikel over Varlet Farm verschenen was op een forum. Ben ik even
verbaasd dat een journalist, die zichzelf au serieux neemt, zich niet eens de
moeite getroost om alle partijen aan het woord te laten. Ik kan met gemak een
en ander rechtzetten maar hou de eer aan mezelf: indien mensen willen roddelen
wie ben ik om hen dat plezier te ontnemen? Professionalisme is iets waar deze journalist geen punt van maakt. Het blijkt een woord te zijn, dat
een heel wijde lading dekt (of net niet!), laat dat vooral duidelijk zijn!
Ik laat het regenachtige
Brisbane achter me, op weg naar de volgende bestemming. Voor de zoveelste keer
bevind ik me op een luchthaven, een habitat waar ik me echt thuis voel. Die
tiener droom van me, om ooit stewardess te worden, was blijkbaar niet eens zo
gek. Op een of andere manier voel ik me als een vis in het water, te midden het
drukke gewriemel, dat zo eigen is aan een luchthaven;
Oho, dit zal iets anders
worden Het vliegtuig, dat staat te wachten, lijkt wel een reliek uit een ver verleden:
een uit de kluiten gewassen koffiemolen. In werkelijkheid valt dit te vergelijken
met een bus in Europa: gezien het feit dat de afstanden groter zijn, wordt er
naar een gepast alternatief gezocht. Geen treinen in Oz, maar koffiemolens.
Ik heb gisteren mogen
ervaren wat trouw in de ogen van een hond betekent. Omdat mijn gastvrouw een
vroege vlucht moest halen, werd me gevraagd of ik de zorg over de kleine Ted op
me wou nemen. In mensentaal hield dat in, dat de kleine lieverd zijn dagelijkse
ochtendwandeling om 7 uur verwachtte. Geen probleem wat mij betreft, na een
verblijf 8 dagen, heeft de wandelende wollen viervoeter, duidelijk gemaakt dat
ik getolereerd wordt als aanwinst in het gezin. Vol enthousiasme ben ik om 6.45
uur uit mijn bed gekomen, in de volle overtuiging dat er iemand op me wachtte.
Het magische woord walking miste zijn uitwerking niet: Ted begon wild te
dansen, klaar om zijn energie (en zijn volle blaas ) kwijt te kunnen in het
komende uur. Voor alle zekerheid, ging hij aan de leiband (zon flexibel geval
dat hem de volle vrijheid geeft, voor zover hij zijn geluk niet buiten het
bereik van duwt ), klaar voor de dagelijkse
routine. We overbrugden de afstand naar het bos met de nodige plas-stops om ons
vervolgens, ver weg van de bewoonde wereld, in de rust van het groen terug te
trekken. Tot zover de planning of moet ik schrijven: MIJN planning. Nauwelijks
in het bos, verdween Ted om zijn behoefte te doen en, wat hem betrof, was dit
het signaal om terug naar huis te keren. Hij miste zijn baasjeen wou gaan checken of ze nog niet terug was.
Even stond ik met een kleine, koppige poedel aan de leiband, die me duidelijk
maakte dat hij naar huis wou, terwijl ik niet van plan was om vroeg uit mijn
bed te komen voor een wandeling van een dikke 100 meter! Ik wou dat ik
Teds blik op beeld had vastgelegd Jammer voor hem, want hij leek niet te
beseffen dat Poperingse koppigheid een maatje te groot was voor hem! Ik heb de
kleine dwarsligger opgetild, hem 180
°C gedraaid en hem duidelijk gezegd: dit is de weg die
we zullen gaan! Was het de toon van mijn stem of is het feit dat ik hem gewoon
gedraaid heb ik kan enkel zeggen dat zijn hondenlogica heel snel doorhad wie
er aan de winnende hand was. Al heb ik de afgelopen dagen heel vaak in dit bos
gewandeld, ik liet me altijd leiden door mijn gastvrouw. Nu moest ik mijn eigen
weg zien te vinden in de wirwar van paadjes en weggetjes Met een poedel, die
zeer tegen zijn zin, net achter me aan liep, ging ik oppad. Na een paar kilometer bemerk ik dat Ted het
toch wel plezant begon te vinden: hij kwam kwispelstaartend naast me lopen om
de laatste kilometer te bewijzen dat zijn oriëntatievermogen, toch sterker is
dan dat van mij! Waar hij de tocht, vervuld van wantrouwen, had aangevat,
eindigden we als bondgenoten Ik bedenk dat dit voor veel mensen een les kan
zijn: laat de partner bewijzen dat hij best wel weet wat hij/zij doet, zet je
koppigheid even aan de kant, geef de andere de ruimte om grenzen te verleggen
en kom tot het besluit dat de bedoeling van de tegenpartij echt wel zuiver is
De rest van de dag heb ik
me onledig gehouden met het beantwoorden van mailtjes die ik maanden geleden
ontvangen heb. Toen ik mijn gasten per mailinlichtte over de verandering in mijn leven, had ik nooit vermoed wat
een storm aan reacties dat zou teweegbrengen. In een paar weken tijd ontving ik
meer dan 400 mailtjes maanden later ben ik nog altijd zoet met het
beantwoorden van heel wat mail.
De morgenwandeling moet
mijn nieuwe vriend wel degelijk bevallen zijn, want om 4 uur kwam hij haast
bedelen om hem uit te laten. Op dat moment regende het heviger dan je voor
mogelijk houdt: laat het duidelijk zijn dat niet alle regen in Belgenland naar
beneden komt!
Gewapend met een paraplu
heb ik me naar buiten gewaagd. Had
iemand me ooit gezegd dat ik met een poedel zou wandelen in de hevigste
stortbui, in een bos in Brisbane ik zou die persoon enkel vol ongeloof hebben
aangekeken. Zeg nooit nooit, is wat ik hier in me opneem!
Een doornatte poedel (die
daar geen enkel bezwaar tegen heeft) en wat mij betreft, idem dito voeten, dat
is wat ik van deze wandeling over hield. Maar net zo goed het gevoel dat zoveel
mogelijk is, indien je het maar hard genoeg wilt doen!
Ik zit momenteel hoog
boven de wolken. Brute pech voor mij want het vliegtuig zit niet eens halfvol
en dus heb ik geen compagnon om tegen te praten. Geen nood, nog een half uurtje
te gaan en dan zie ik wel.Ik hou jullie
op de hoogte!
En ondertussen zijn we
alweer een halve dag verder. Het weerzien met John en Jo (na 10 jaar!) was meer
dan hartelijk. Dit land heeft toch wel iets heel speciaals te bieden aan zijn
bezoekers: een hartelijkheid, die oprecht is en die je nog zelden ervaart in
deze jachtige tijden. Wanneer ik volgende week Australië achter me zal laten,
weet ik al dat Nieuw Zeeland heel goed uit zijn pijp zal moeten komen, om deze
hartelijkheid nog te overtreffen!
Gisterenavond zijn we
gaan eten naar een locale(40 minuten
rijden) club van strandredders(een
Australische Bay Watch versie )om hen te ondersteunen. De maaltijd was een soort
benefiet waarvan per persoon een bepaalde som in de kas van deze club gaat.
Heel lekker gegeten, heel veel bijgepraat: kortom een avond om niet licht te
vergeten.
Ik zit op dit eigenste
moment (8.30 uur s morgens) op het terras dat me een blik over de stad
Rockhampton (ongeveer 70000 inwoners) geeft. De lucht is bewolkt maar laat dat
geen zorg zijn: de temperatuur moet nu al dicht bij de 20 graden zitten. En dat
is wat men hier winter noemt!
Ik moet ervandoor:
vandaag staat mijn eerste les Australian Rules op het programma. Ik zal van
dichtbij kunnen zien wat deze sport inhoudt want de zoon des huizes is een
fervente speler. Het gat in mijn cultuur op het gebied van sport zal op die
manier een stukje kleiner worden
Dit moet zowat de eerste
Vlaamse feestdag in mijn leven zijn, die ik ver van huis vier. In alle
eerlijkheid, indien er geen vermelding op facebook was verschenen, dan had ik
het wellicht niet eens geweten. Het verbaast me dat ik in minder dan een half
jaar tijd, de band met het thuisland verloren ben. Ik heb er niet echt een
behoefte aan om de Belgische politiek te volgen (dat lijkt me trouwens dezelfde
pot nat met de politieke wereld hier), en al doet het me wel altijd plezier om
e-mails uit Belgenland te ontvangen, meer behoefte aan wat er reilt en zeilt
lijk ik niet te hebben.
Deze week is zonder twijfel de meest rustige van de afgelopen 5 maanden. Vakantie, maar dan in
hoofdletters. Ontspannen, maar dan voor het volle pond.Iemand had me gezegd dat het me meerdere
maanden zou duren om af te kicken van het hectische bestaan, dat ik had. Ik kan
die persoon alleen maar gelijk geven. Het is een feit dat ik al maanden geen
echte fysieke arbeid meer lever (de vaat doen kun je nauwelijks als werk omschrijven).
De eerste weken kriebelden mijn handen heel vaak om toch iets te doen ( dat
gebeurt nog maar minder frequent), het leek wel of ik afkicksymptomen had. Het
moeilijkste stuk echter, was het mentaal aanpassen aan de veranderde toestand.
Pas sedert deze week, ervaar ik dat mijn geest echt vrij is. Ik kan nu voluit
genieten van het nietsdoen zonder dat er een duiveltje in mijn hoofd me
verwijtend toespreekt Ik ben nu voldoende gehard om zelf alle keuzes te maken,
zonder dat er nog iemand me zal proberen op te zadelen met een schuldgevoel.
Sorry mensen, ik ben dat stadium nu ook definitief voorbij.
Op het gebied van reizen
is nog even stilte voor de storm. Hoewel, een vlucht naar Rockhampton, is nu
niet bepaald een onderneming van dien aard dat ze onder de noemer storm mag
geplaatst worden. Het wordt pas echt druk wanneer ik volgende week het laatste
land op mijn ontdekkingsreis aandoe. Ik heb een heerlijk druk programma in
Auckland en dat is iets waar ik weer naar uitkijk. Te lang met mijn duimen
draaien is echt niets voor mij.
Hoe vaak heb ik in het
verleden niet gehoord dat reizen de blik verruimd? Ik was natuurlijk meer dan
een leek op dat gebied, al heb ik nu toch wel mijn sporen verdiend. Waar is de
tijd dat ik in de humaniora zat en het gedicht van Alice Nahon moest leren?
Waarom denk ik hier nu aan, zoveel jaren later???
t is goed in t eigen
hert te kijken
Nog even voor het slapen gaan
Of ik van dageraad tot avond
Geen enkel hert heb zeer gedaan.
Of ik geen ogen heb doen schreien
Geen weemoed op een wezen lei
Of ik aan liefdeloze mensen
een woordeke van liefde zei.
En vind ik in het huis mijns herten
Dat ik één droefenis genas
Dat ik mijn armen heb gewonden
Rondom één hoofd, dat eenzaam was...
Dan voel ik, op mijn jonge lippen
Die goedheid lijk een avond-zoen...
t is goed in t eigen hert te kijken
en zo zn ogen toe te doen.
Het antwoord is: ik heb
mijn evenwicht gevonden en weet dat ik als herboren verder kan in dit aardse
leven.
Oef, geen blog met
reisindrukken dit maal. Veeleer eentje met indrukken van de ziel en geloof me
vrij wanneer ik zeg, dat die in mijn hart verankerd zijn.
Zondagavond (voor mij
althans) : het moment om een punt te zetten achter een heerlijk weekend.
De afgelopen dagen heb ik
me vooral onledig gehouden met wandelen en kletsen. Na de vele zilte zeelucht
was het dringend tijd om wat gezonde boslucht op te snuiven. Ben ik even
gelukkig dat mijn gastgezin pal tegenover een klein bos woont.
Tezamen met mijn
gastvrouw en met de kleine Ted (een abrikooskleurige poedel, die iedereen om
zijn kleine poot draait, bij manier van spreken) ga ik 2 maal per dag voor een
verfrissende wandeling. Al blijkt het bos niet echt een habitat van veel dieren
te zijn, ik heb er wel al een behoorlijk aantal exotischevogels gezien: deze morgen nog eentje met een
felgroen jasje aan De kookaburras waren gisteren uitermate ijverig: het ene
lachsalvo na het andere weergalmde tussen de bossen. Je kan gewoon niet anders
dan ook beginnen te lachen wanneer je de speciale kreet van deze vogels hoort.
En van vogels geproken:
mijn gastvrouw heeft echt wel een heel speciale gave om met dieren om te gaan.
Zij had me verteld dat er 2 butcher birds (ongeveer de grootte van een merel)
zodanig tam geworden waren dat ze iedere morgen tegen het keukenraam kwamen
tikken tot ze hen voedert. Ik heb het deze morgen met mijn eigen ogen gezien:
zij gaat naar buiten en geeft die vogels kleine stukjes vlees, gewoon met de
hand. Ik kan er nog altijd niet bij hoe zij erin geslaagd is om vrije vogels zo
te trainen? Gisteren morgen was het
tijd voor een stukje couleur locale: Meredith nam me mee naar de locale
boerenmarkt. In het centrum van Brisbane???? De boerenmarkt bleek uiteindelijk
een grote groenten- en fruitmarkt te zijn, waar er nog welgeteld 2 boeren hun
eigen producten rechtstreeks aan de man brengen. Niet alleen de enorme keuze
aan etenswaren maakt duidelijk dat dit geen Europese markt is, het rijke palet
aan smaken wordt zowaar overtroffen door de verscheidenheid van de vele
kraampjes. Van Grieks, naar Japans, via Koreaans, Frans, Duits, Thais, Indisch,
Italiaans, Indonesisch en dan vergeet ik er zeker nog een aantal je vindt het
hier allemaal in een afstand van 100 meter.De morgen voelt heel zomers aan: theoretisch heb ik dit jaar de zomer
gemist (ik ben van de lente in Canada naar de winter in Austraië gevlogen) maar
in werkelijkheid heb ik al meer zomer gezien dan de thuisblijvers in
Belgenland.
Na de middag vond ik dat
het echt wel tijd werd dat ik nog eens de handen uit de mouwen stak: ik heb met
veel enthousiasme de auto van mijn gastvrouw onder handen genomen, iets wat ze
ten zeerste wist te waarderen. Omdat de waterslang gebarsten bleek, krijg ik
gelijk met de wagen een waterbad. Geen nood, een half uur later ben je zo weer
droog. Dit is het type weer waaraan ik wel gewend zou geraken! Omdat mijn
schoenen ook behoorlijk wat waterschade hadden opgelopen, besloot ik om die,
buiten in de zon te drogen te zetten.
Charles en Meredith
hadden me gevraagd of ik geïnteresseerd was om s avonds naar het theater te
gaan. Er werd een stuk opgevoerd dat een combinatie van toneel met dans bleek
te zijn. Gesitueerd in New York van de jaren twintig. Oh ja, waarom ook niet:
een likje extra cultuur zal me beslist geen kwaad doen. Het stuk, begon heel
jachtig, soms moeilijk te volgen, maar geleidelijk aan kwam het verhaal tot
stand en werd het een meer dan boeiende voorstelling. Dans en toneel, in
combinatie met een mimiek die echt subliem was, werden in elkaar verweven. Mijn
enig probleem was dat bepaalde woordspelingen, die voor het publiek duidelijk
grappig waren, aan mij voorbij gingen. Er is nog heel wat werk aan de winkel
wat betreft het verfijnen van mijn kennis van de Engelse taal, zoveel is me
ondertussen wel duidelijk.
Een iets kun je niet van
mij verwachten: plaats me niet in een groep en verwacht dat ik zal zwijgen.
Natuurlijk doe ik dat wel tijdens de voorstelling maar tijdens de pauze, vang
ik een geanimeerd gesprek aan met het koppel, dat naast me zat. Uiteindelijk
blijkt de man heel gebeten door Wereld Oorlog I en vraagt hij me of ik bereid
zou zijn om een lezing te geven voor zijn organisatie (in al mijn enthousiasme
en wegens gebrek aan tijd- heb ik zelfs geen weet wat voor organisatie het
is) in de komende weken. Ik geef hen mijn telefoon nummer en e-mail adres en er
wordt afgesproken dat ze me morgen zullen laten weten of het mogelijk is om de
vereniging bij elkaar te krijgen op zon korte notie. Mijn gastvrouw, die het
gesprek overhoord had, zegt me bij het buitengaan : you would sell coal to
Newcastle waarop ik lachend antwoord : nee hoor, liever pralines aan de Belgen!
We wandelen door een nog
warm aanvoelend stadscentrum terug naar de wagen. De temperatuur blijft deze
avond ongewoon hoog omdat we in de dag voor de eerste keer wolken te zien
hadden gekregen. Dit wolkendeken houdt de warmte netjes gevangen.
Bij thuiskomst nog een
kop warme chocolade en dan naar bed. Midden in de nacht word ik gewekt door een
stortvlaag, die als machinegeweervuur op de dakbedekking ratelt. Meteen
herinner ik me dat ik mijn schoenen heb buiten laten staan oei, dat zullen dus
2 extra waterbekkens worden! Omdat ik mijn gastgezin niet ongerust wil maken
met nachtelijke geluiden, besluit ik dat het nu toch de laat is om de schade te
beperken. Ik kan het water net zo goed morgenochtend uit mijn schoenen gieten!
Dan hoef ik jullie niet te
vertellen wat er deze morgen als eerste taak op mijn programma stond Ach,
domme gans het huis heeft een grote oversteek (tegen de zomerzon) en dus staan
mijn schoenen droog te blinken in het morgenlicht! Geen reden tot paniek dus!
Het wordt tijd dat ik leer dat er hier zelden WEL reden tot paniek is!
Een paar dagen geleden,
zaten we aan het avondmaal en vraagt Charles me of ik rijst of aardappelen
verkies. Mijn Vlaamse aard kan niet ontkennen dat rijst absoluut mijn ding niet
is, dus worden het aardappelen. Even later zegt Charles: Ik begin te
begrijpen waarom ik een mormoon zou kunnen worden . Waarop ik achteloos
antwoord : eten die dan ook meer aardappelen???. Neen, schatert mijn
gastheer, maar ze mogen er wel 2 vrouwen op nahouden! Deze morgen werd zijn
neiging om zich tot mormoon te bekeren nog wat meer aangewakkerd: zijn 2
vrouwen waren duchtig met zwabber en stofdoek in de weer om het huis piekfijn
te krijgen. Hij kan het niet nalaten om te zeggen, dat het idee hem meer en
meer aanspreekt Tijd om die visie even bij te sturen dus! Deze avond, heeft
onze man ons vergast op een typische Australische barbecue. Terwijl Meredith
het vlees echt verbrand verkiest, hou ik het op gewoon gebakken. Eens aan
tafel, verkondigt de chef van dienst, dat hij zich toch wel goed van zijn taak
gekweten heeft. Waarop ik, met een bijna verbrande mond, repliceer dat die
worsten ongelofelijk heet zijn. Oei, misschien is dat idee van 2 vrouwen toch
niet zo goed het wordt opeens zonneklaar dat je dan ook moet bereid zijn om
televen met de klachten van 2 vrouwen !
Mijn Australisch avontuur
loopt stilletjes aan op zijn laatste benen: nog 2 weken te gaan en ik vertrek
naar Nieuw Zeeland. Heel af en toe vang ik een en ander op van mijn vroegere
leefwereld. Blijkt dat er nog altijd mensen zijn, die er van overtuigd zijn dat
ik met hangende pootjes zal terugkeren. Blijf maar dromen (en/of roddelen)
mensen, maar deze madam komt niet terug, dat wil ik wel meegeven. Ik heb een
wereld achtergelaten, die me in heel veel aspecten beperkt heeft. Sommigen
zullen me als dom omschrijven, anderen misschien als een dromer, terwijl er
ongetwijfeld een heel resem variaties tussenin bestaan Ik kan jullie allemaal
zeggen, dat ik me bevrijd voel en dat mijn leergierige natuur eindelijk aan
haar trekken komt. Weliswaar 35 jaar te laat maar zegt het spreekwoord niet
Beter laat dan nooit? . Ik heb nog heel wat plannen en dromen te
verwezenlijken. Jammer dat dit niet kon met de steun van mijn gezin, maar dat
neemt niet weg dat ik zal blijven vechten om vooruit te komen in het leven. Er
ligt nog een hele lange weg voor me
Het leven is een
rollercoaster, en dat is niet anders wanneer je reist. Of misschien toch in die
zin dat het allemaal veel sneller gaat. De voorbije maanden zijn echt
voorbijgevlogen in een flits. De reiservaringen laten een warme gloed door me
vloeien, die me innerlijke rust en vertrouwen geeft. Maar zelfs dan nog zijn er
dagen waarop het opeens allemaal een stuk minder is. Dat zijn de dagen waarop
iemand je een mes in de rug plant : dat moment, wanneer je beseft, dat iemand
die je jarenlang blindelings vertrouwd hebt, achter je rug om je wereld om zeep
probeert te helpen. De dag, waarop je leert dat bitterheid mensen buiten hun
normenbesef drijft. Ik ben het punt van medelijden nu echt voorbij, al neemt
dat niet weg dat het pijn doet om een verleden op zon bittere noot af te
sluiten.
In down under is er een
gezegde bad luck, it comes in threes , naar het Nederlands vertaald is dat
dan: geen twee zonder drie. Opdoffer nummer twee heb ik alvast ook gehad.
Internet is een groots medium, wanneer het met verstand gebruikt wordt. Het kan
echter een dodelijk wapen worden, indien de normen van het fatsoen schaamteloos
over boord gegooid worden. Zonder de pretentie te hebben dat ik een heilige
ben, durf ik wel stellen, dat ik altijd eerlijk geweest ben met mensen en dat
ik mensen altijd mijn vertrouwen geschonken heb. Mijn visie is, dat ieder
menselijk wezen een basis van goedheid in zich heeft, en dat het enkel een zaak
is om die eigenschap te laten groeien. Onschuldig tot het tegendeel bewezen is
zo zie ik het. Ben ik naïef om met die houding door het leven te gaan? Na wat
ik gisteren op het internet gelezen heb (wat mij direct aanbelangt), kan ik
enkel zeggen, dat mijn vertrouwen in de mensen een flinke knauw gekregen heeft.
Deze maandenlange trip is een lange psychologie les geweest voor mij: dit zal
mij niet kraken, o neen. Het geeft me enkel een extra laag beschermende huid,
om te voorkomen dat ik opnieuw getroffen word.
Maar he, het is niet
allemaal kommer en kwel hoor. Op maandag was de planning om mijn blogs bij te
werken (dat moet jullie nu al vertrouwd in de oren klinken).Geen enkel probleem om de inspiratie uit mijn
pen te laten voelen, maar wel een constante strijd om voldoende tijd te vinden.
Dat lijkt trouwens niet enkel mijn zorg te zijn, want Jill was al net zo goed
verwoed aan het proberen om haar project (het breien van een trui voor haar
bejaarde vader) af te werken voor de koude zijn intrede doet. Hallo? Koud in
Queensland? Putje winter en een stralende zon met een wolkenloze hemel. Gouden
raad van tante Kaat: bezoek België enkel in Juli of Augustus. Onze zomer zal er
misschien in slagen om jullie winterdagen te overtreffen
Vol goede moed zet ik me
aan mijn laptop en laat Jill de naalden in een gestaag ritme tikken. Tot de
eerste koffiepauze: de ideale gelegenheid om alle problemen van de wereld aan
te pakken. En dat zijn er nogal wat dus: maandag is voorbij gevlogen voor we
het beiden goed en wel beseften. Mijn blogs zijn niet up to date en de trui zal
wellicht een geschenk voor volgende winter worden
Ik kan onmogelijk in
Brisbane verblijven zonder de sfeer van de stad geproefd te hebben. Op dinsdag
vertrekken we met de bedoeling mijn kennis op te vijzelen. Het wordt een vaart
met de stadsferry op de Brisbane rivier. Deze catamarans, die over een
verbluffende snelheid en wendbaarheid beschikken, kunnen haast als locale
stadsbussen aanzien worden. De kapitein moet mij in ieder geval niet meer
overtuigen van zijn stuurkunsten: het lijkt wel ik in een Amerikaanse actiefilm
terecht gekomen ben: we gaan in rotvaart van de ene kant van de rivier naar de
andere. Na heel wat omzwervingen in
andere Australische steden, valt het me direct op, dat de maatschappij hier
veel minder gemengd is. Iedereen lijkt van Aussie origine te zijn heb ik dan
uiteindelijk toch de stad gevonden met de zuiverste graad van Aussie cultuur???
We genieten van het zicht
langs de oevers: statige huizen, elk met hun eigen aanlegplaats voor een boot.
Al is de omvang van de meeste huizen hier ruimer dan het gemiddelde, dan nog is
het beneden het Belgische gemiddelde. Op al mijn tochten, heb ik geleerd dat
ons piepkleine landje over grote huizen beschikt, terwijl er in landen waar
ruimte geen beperking zou mogen vormen, veel bescheidener woningen worden
opgetrokken. Is het dan toch waar dan enkel Belgen met een baksteen in de maag
geboren worden???
Eens van boord, verkennen
we een stukje Brisbane al wandelend. Pal in het centrum is er een stukje
regenwoud te bezichtigen: op geen enkele manier te vergelijken met onze bossen,
zoveel is duidelijk. We komen terecht in een soort wandel en winkel centrum:
open, groen en met prachtige bloemen, die in felle kleurenpracht, het geheel
een meer dan zomers karakter geven. Op onze slentertocht, komen we langs een
ijsventer Al hou ik me ver van zoetigheid, even zondigen kan beslist geen
kwaad. Kan ik een vanille chocolade ijsje verkrijgen aub?De verkoper kijkt me even verbluft aan neen,
sorry, dat kan niet. Waarom geen hokey-pokey, mevrouw? Een wat???? Ok, af en
toe wil ik wel eens buiten mijn comfort zone treden wat voeding betreft. Ik
krijg een horentje met een geel kleurige substantie in de handen gedrukt, klaar
om de smaaktest te ondergaan. Ik zal mijn durf niet beklagen: vraag me niet
waarvan dit gemaakt is, maar indien jullie ooit de kans krijgen om dit te eten,
dan zeg ik zonder twijfel : DOEN!
Van ijsjes krijgt een
mens dorst na wat verder slenteren, besluiten we voor een koffie te gaan. De
alom tegenwoordige ibissen landen letterlijk op neuslengte afstand, hopend om een
of ander voedsel te kunnen stelen. Jill verrast me met een worteltaart: ook dit
blijkt een meer dan aangename verrassing te zijn. Even niet denken aan de
calorieën overmoedig beslissen we dat we die straks wel zullen afwandelen.
Onze kleine verkenning
wordt afgerond wanneer Steven ons galant komt ophalen om terug naar huis te
keren. Brisbane is op dat moment veranderd in een zoemende verkeerschaos, die
al met al blijf stromen.
Eens thuis wordt het
avondmaal genomen tezamen met beide zonen van het gezin. Dit is een van de
weinige gezinnen waar het avondmaal gezamenlijk genuttigd wordt: een rustmoment
in de dag, tijdens hetwelk ieder zijn eigen ervaring deelt met de anderen. Heel
even ga ik terug in de tijd, al lijkt het me een eeuwigheid geleden, dat ik
rond de tafel zat met mijn gezin. Wat me nu vooral bijblijft is dat ik zelfs
niet welkom was aan de tafel. Laat het duidelijk zijn dat een scheiding er echt
niet van de ene dag op de andere komt.
Ondertussen is het
woensdagmorgen. Ik ben net aangekomen in mijn nieuwe verblijfplaats voor de
volgende dagen. Een totaal andere omgeving al ben ik al bij al nauwelijks 10 km verhuisd. Het huis ligt
in een oase van groen, het lijkt wel of we ver van de bewoonde wereld zijn, al
is dat enkel gezichtsbedrog. Ik heb er geen benul van wat er me te wachten
staat de volgende dagen. Ook dat is reizen: met een open blik naar de wereld
kijken en naar de kansen, die deze grote wereld te bieden heeft. Ik heb de les
begrepen en stap vol verwondering van het ene avontuur in het andere
Het lijkt wel of het weer
me duidelijk wil maken, dat het met me meevoelt: een druilerige dag in Sydney
geeft aan dat mijn gemoed niet op Sunny staat.Raar hoe een stad, die ik in feite minder
bezocht heb, dan mijn vorige haltes, me toch zo aanspreekt. Eigenlijk moet ik
dat corrigeren: het is niet zozeer de bijenkorf, die Sydney uiteindelijk is, maar veel meer de heerlijke
kustlijn, die me gevangen heeft. Al heb ik mezelf nooit als een strandmens
beschouwd, nu moet ik openlijk toegeven, dat het wandelen langs deze stranden,
me veranderd heeft. De vele surfers, die na een wilde rit op de kop van de
golven, keer op keer kopje onder gaan, de gemoedelijke sfeer van jonge moeders,
die hun kleuters en peuters laten pootje baden, de stilte die heel even volgt
op de brekende golven het heeft allemaal zon diepe indruk op me nagelaten.
Even terug in de
tijd:na mijn lezing in de RSL van
Ashfield, werd ik voorgesteld aan Alan, die heel sterk betrokken is bij het in
stand houden van een fort op North Head. Met mijn Europese bril op, kan ik
onmiddellijk zeggen dat het traditioneel beeld, dat dit woord bij ons oproept,
helemaal niet klopt: verwacht geen vestiging met dikke muren of zwaar bewapend
plafond Hoewel, de zwaar bewapende plafonds, waren er wel, zij het dan
ondergronds. Feit is dat Alan me had uitgenodigd voor een privé bezoek aan de
tunnels en dat is iets wat me geen 2 keer moet gevraagd worden. Donderdag
morgen trok ik dus met mijn gastheer, Peter, die zo vriendelijk was om me naar
Manly to brengen, op verkenning. Ik kwam er terecht in een heel andere wereld:
een groep van een 10 tal vrijwilligers, die iedere donderdag van heinde en ver
( 3 uur rijden!) afkomen, om gezamenlijk aan het restaureren van militair
materiaal te werken. Deze mannen, voor wie metaalwerk geen enkel onoverkomelijk
probleem vormt,hebben een missie: het
bewaren van erfgoed, dat zonder hun liefdevolle restauratiewerk voor altijd zou
verloren gaan. De nestor van de groep (91 jaar), slaagt erin om ontbrekende
onderdelen feilloos na te maken.Ik
vraag me of hoeveel jonge mannen het hem zouden nadoen
Na een introductie aan de
hele groep, krijgen we een gidsbeurt van de tunnels, die uiteindelijk leiden
naar de positie van een 9
inch kanon. Vanaf midden jaren 30 werd er geïnvesteerd
om de Oostkust van Australië te beschermen tegen mogelijke indringers ( er werd
met vrees uitgekeken naar Rusland en Japan, een vrees die uiteindelijk gegrond
bleek te zijn). Twee dergelijke 9
inch kanonnen werden opgesteld, in combinatie met
verschillende 6 inch
batterijen. De bedoeling was dat deze strategisch opgestelde kanonnen, elkaar
voldoende zouden overlappen, om een degelijke verdediging te garanderen. Een
dosis Australisch optimisme is hier zeker van doen, want het bereik (26 km) van de grote kanonnen,
was niet voldoende om de verdediging sluitend te maken. De eerste halte is een
kamer met 2 enorme generatoren (niet de oorspronkelijke, maar wel van hetzelfde
type) en het bedieningspaneel, dat een ganse wand beslaat. Dit doet me onmiddellijk
denken aan het fort van Mutzig in de Elzas, waar ik een gelijkaardige
opstelling gezien heb. Roy, een levendige zeventiger, heeft hier een meer dan
behoorlijke uitdaging: dit paneel restaureren zal meer dan een labour of love
zijn. Daarna gaan we verder de diepte in, om in een uiterst smalle tunnel
terecht te komen. Water vloeit constant in 2 kleine kanaaltjes want we blijken
boven een bron te zitten. Na een goede wandeling in een 2de tunnel
(de totale afstand bedraagt zon 300 meter) komen we in de opslagruimte van de
projectielen terecht. Vreemde logica houden ze er hier op na: daar waar het
gebouw van de generatoren uitgerust is met uiterst dikke muren, en een
expansieruimte tussen de muren van de tunnels, blijken de muren tussen de
opslag van de enorme hulzen en de projectielen bijna filterdun te zijn.
Begrijpe wie kan Een ingenieus systeem rolt de 175 kg zware projectielen
naar voren waar ze in een prehistorische versie van een lift terecht
komen.Vervolgens, gaan we naar de
oppervlakte om de positie te zien waar het kanon oorspronkelijk opgesteld was.
Jammer genoeg is het koninginnenstuk hier verdwenen, maar niettemin geeft de
site heel duidelijk aan, hoe de situatie ooit geweest was.
Na deze boeiende
rondleiding werden we uitgenodigd voor een lunch, recht in lijn met de geest
die hier hangt. De barbecue wordt naar buiten gerold (een barbecue, die op gas
werkt is even essentieel als een wasmachine in een doorsnee Aussie gezin) en de
chef van dienst, gaat aan de slag. Even later kronkelt de geur van vers
gebakken worsten doorheen de loods: het signaal, dat we ons naar de
geïmproviseerde keuken kunnen begeven. Het wordt een lunch, die ik niet licht
zal vergeten: geen toeters en bellen hier, maar geïnteresseerde gesprekken met
mensen, die stuk voor stuk een boeiend levensverhaal hebben. Geen enkele
toeristische brochure kan een boeiender programma aanbieden dan dit!
In de namiddag worden we
rondgeleid door Roy, een ex militair, die zijn hart en ziel verloren heeft aan
kanonnen.We worden van de ene loods
naar de andere geleid, waar ik eigenlijk van de ene verrassing in de andere
val. Ik zie WO II kanonnen, van verschillende kalibers maar net zo goed
munitiewagens van een 18 pounder kanon uit de eerste wereldoorlog, de revue
passeren. Alles tot in de kleinste details gerestaureerd door deze
vriendenkring van vrijwilligers.
De dag wordt afgesloten
met een warm afscheid en een uitnodiging om terug te komen mocht mijn toekomst
me terug naar Sydney brengen.
Op terugweg houden we nog
even halt bij een uitkijkpunt over die eindeloze oceaan. Het is hier dat ik
Australische gastvrijheid van een andere kant leer kennen, al besef ik dat niet
op het moment zelf.
Eens terug in Dee Why,
bied ik mijn gastheer aan om zijn hemden te strijken, terwijl hij naar een
zakelijke afspraak gaat. In de loop van de avond, voel ik eerst jeuk en dan een
prikkend gevoel op mijn rug. Ongerust over wat er aan de hand is, vraag ik mijn
gastheer om te checken en dan wordt duidelijk dat een teek mij als geschikte
gastvrouw had gekozen Het kleine onding had zich vastgeklampt tussen mijn
schouderbladen, met de duidelijke bedoeling om te blijven waar het was! Het
heeft heel wat voeten in de aarde gehad om deze ongenode gast te verwijderen en
zelfs nu nog, heb ik een vervelend gevoel op die plek. Hoogstwaarschijnlijk heb
ik die teek opgepikt bij het uitkijkpunt, waar we door een aantal struiken
dienden te wandelen omvan het weidse
zicht te kunnen genieten.
De laatste paar dagen
zijn rustig verlopen, met de Australische winterzon als bondgenoot op mijn
wandelingen. Op mijn tocht, die steeds langer wordt, is dit een van de
plaatsen, die me lang zal bijblijven. Ik heb intens genoten van de mensen en de
natuur en durf nu al haast te stellen dat ik nog terug zal komen.
Op zondagmorgen was Tim
zo vriendelijk om me naar de luchthaven te brengen: ik zal zijn droge Britse
humor zeker missen net zoals hij de gestreken hemden in zijn kleerkast zal
missen denk ik. Omdat hij een dag zeilen gaat, ben ik meer dan vroegtijdig op
de luchthaven. Geen nood, dit is een vertrouwde omgeving geworden waar ik me
als een vis in het water voel. Het zelf inchecken van bagage is nu kinderspel
geworden, al word ik deze keer wel geconfronteerd met een praktisch probleem:
mijn grote rode koffer gaat vlot over de 24 kg op de schaal en dat blijkt te veel
gewicht te zijn. Het wordt dus zaak, om midden in de vertrekhal, mijn koffers
te herschikken. Het geluk staat aan mijn zijde in die zin dat de handbagage
niet gewogen wordt. Mijn kleine blauwe koffer zou gegarandeerd de schaal tilt
doen slaan!
Normaal gezien had ik
mijn vlucht naar Brisbane moeten vertrekken om 11.05 uur. Met enige overmoed
vertel ik een Amerikaan, dat ik op mijn vele reizen, zowat alles heb meegemaakt
wat kan verkeerd gaan. Tenminste, dat is hoe ik er tot dan toe over dacht.
Ondertussen weet ik al weer beter. Op het moment dat het tijd is om aan boord
te gaan, kondigt een stem aan dat alle computers in de ganse luchthaven down
zijn en dat er dus manueel zal moeten worden ingecheckt. Om een lang verhaal
kort te maken: we eindigen op een vliegtuig dat meer dan een uur blijft waar
het is, om uiteindelijk met 2.30 uur vertraging het luchtruim te kiezen. Zou
Qantas de slogan met de trein, zou je er al zijn ? ooit gehoord
hebben?Soms zit er warempel wat
waarheid in!
Mijn nieuwe gastgezin
trakteert me onmiddellijk op een rondrit in de buitenrand van Brisbane. Geen
uitgestrekte zandstranden hier; in plaats daarvan is een kilometerslange
kustlijn die uitloopt op modderig terrein. Morton Bay blijkt van enorm grote
omvang te zijn, en gezien de toegang tot de baai, geleidelijk aan verzandt,
valt er nauwelijks deining waar te nemen op het water. Onze Belgische kust
heeft de zeemeeuw als lastpost, hier is dat de Ibis. Feit is dat deze vogel
geen schoonheidsprijs zal halen. Wanneer het op arrogantie aankomt, dan is er
geen twijfel over dat deze pestkop hoog zal scoren.
We genieten van het
weerzien, halen herinneringen op en bespreken alles wat met de Australische
maatschappij te maken heeft. Ik voel me zo bevoorrecht dat ik de kans krijg om
mijn blik op deze manier te verruimen. Wanneer ik me terugtrek in mijn kamer,
bedenk ik heel even hoe nietig klein mijn leefwereld ooit geweest is
Hallo iedereen,
Een lange week
van absolute stilte. Niet dat ik verloren ben gelopen in de wildernis van
Australië, verre van : ik heb intens genoten van meerdere lange wandelingen
langsheen het heerlijke strand van Dee Why. Putje winter maar deze Belgische
madam kan met haar lichtste zomerkleedje wandelen gaan De temperaturen halen
hier vlot 20 °C
in de namiddag. Het enige nadeel aan het klimaat hier is, zodra de zon achter
de horizon verdwijnt (en dat is altijd het geval tegen 6 uur), de warmte lijkt
te worden opgeslorpt door een grote airco, die dan heel sterk koude lucht
blaast. Het verschil tussen dag en nacht kan hier makkelijk meer dan 20 °C bedragen en dat is
iets, waar ik maar niet aan gewoon word.
Afgelopen week
heeft een heel bizarre start gehad. Na heel wat e-mails te hebben afgewerkt,
wou ik mezelf belonen met een deugddoende wandeling. Omdat het nu eenmaal in
mijn aard ligt om het aangename (en daarmee bedoel ik het maken van een
praatje) aan het nuttige (het strekken van de benen) te koppelen, ben ik altijd
op de uitkijk naar een gesprekspartner. Wandelend langs het strand, zag ik een
eindje verderop 2 mannen met elkaar praten, terwijl één van hen iets oppikte
van het strand en dat was meer dan voldoende om mijn nieuwsgierigheid te wekken.
Ik besloot dus om naar hen toe te wandelen om uit te vissen wat er zo
interessant was aan die vondst. Net voor ik bij hen kom, schiet één van de 2
mannen weg, alsof hij door een schorpioen gestoken was. De andere, kon niet
meer vluchten en niet wetend wat gezegd, toont hij het stuk rots, dat hij in
zijn hand hield, en vraagt me Herken je deze vorm? . Ik kon me niet inhouden
van lachen, want dat stuk rots leek wel een stenen penis te zijn. Ik heb alleen
geantwoord wel, als openingszin kan dit zeker tellen!. Het ijs was
onmiddellijk gebroken en uiteindelijk hield ik er zelfs een wandelgenoot aan
over. Hij vertelde me dat zijn vriend, er als de bliksem vandoor was gegaan,
omdat hij niet wist wat te zeggen, toen hij me zag naderen. Ik heb nog altijd
binnenpretjes wanneer ik denk aan degene, die achterbleef en de slungelige manier waarop hij zich
hieruit wou praten. Een van de vele toevallige ontmoetingen, op mijn trektocht.
Eentje, die me wel wat bijgeleerd heeft, want hij bleek een ingenieur te zijn,
die in de mijnindustrie gewerkt had. Ik heb tijdens de wandeling een meer dan
behoorlijke les geologie gekregen over de rotsformatie aan Long Reef. Het hoeft
niet altijd geschiedenis te zijn
De week is verder
behoorlijk rustig verlopen tot donderdagnamiddag want dan werd ik opgehaald om
een lezing in Ashfield te geven. De plaatselijke RSL club werd afgehuurd door de
Historical Motor Vehicles Association. Ik vraag me af, of mensen zich zorgen
maken over mijn slanke lijn, want overal waar ik ga wordt mij eten aangeboden.
Het restaurant van die club, mag er zeker zijn: het gebeurt uiterst zelden dat
ik mijn bord 2 maal vul! Dit is ook zo iets typisch Australisch: mensen gaan
naar een club i.p.v. naar een café. Iedere club vraagt een jaarlijks lidgeld
(en dat varieert van 3 tot 10 dollar) wat je recht geeft op korting voor iedere
maaltijd, die je daar neemt. Je kunt dus
heel eenvoudig het lidgeld terugwinnen op die manier want een maaltijd is er
echt heel goedkoop. Voor 17 dollar eet je zoveel je wil, met voorgerecht en
dessert inbegrepen. Het nadeel is wel dat iedereen lid moet zijn, zoniet moet
je als gast worden uitgenodigd door een lid (wat dus iedere keer het geval is
voor mij). Ik moet me telkens weer registreren. Een ander hemelsbreed verschil met ons Belgenland is dat deze club
allemaal over ontelbaar veel pokermachines beschikken. Het zijn de royale
inkomsten van deze eenarmige bandieten, die hen uiteindelijk toelaten, de
maaltijden aan meer dan democratische prijzen aan te bieden. Het is me al
langer dan vandaag duidelijk dat Australië een heel zwaar probleem met
gokverslaafden heeft, en dat blijken in heel veel gevallen vrouwen van
middelbare leeftijd te zijn.
Toen ik als
peuter eindeloos doorratelde, vertelde mijn moeder me dat ik al babbelend
geboren ben. Ik begin het warempel te geloven ook. Toen de voorzitter me
vertelde dat er geen tijdslimiet was, wist ik gelijk dat het een aangename
babbel zou worden. En dat is ook zo gebleken : een lezing van 2.15 uur met een
pauze van 15 minuten, kan tellen. Het geeft me nog altijd een kick om een groep
in mijn greep te houden en na afloop te horen, dat het de beste lezing was, die
ze sedert lang gehoord hadden.
Mijn
verblijfplaats die avond was in Castle Hill, een andere voorstad van Sydney. Ik
had een snelle blik op de kaart geworpen en had (tegen beter weten in ) de
afstand op zon 15 minuten rijden geschat. Omdat ik mijn nieuwe gastgezin had
laten weten dat ik rond 10.30 uur zou aankomen, begon ik me zorgen te maken
toen het rond het 10.20 draaide voor alles opgekuist was. Ik liet de chauffeur
van dienst weten dat we 5 minuutjes te laat zouden zijn waarop de man me
doodgemoedereerd liet weten dat het ongeveer 50 minuten zal duren om naar
Castle Hill te rijden. Oeps, daar gaat mijn planning ik besef op dat moment
dat ik meer dan rijkelijk te laat zal zijn.
Phil en Carol
zitten me ongeduldig op te wachten, wanneer we daar om uiteindelijk om 11.30
uur aankomen. De avond wordt nog een stuk langer, want tot diep in de nacht
worden herinneringen opgehaald. Heerlijk is het om zomaar het gevoel van
thuiskomen te mogen ervaren.
Vrijdag is echt
een dag van Australisch genieten en dat betekent dus : niets moet en alles kan.
Mijn gastgezin heeft vrienden uitgenodigd, die ook door de WO I microbe gebeten
zijn en die maar al te graag mijn lezing zouden horen. Het wordt dus een privé
voorstelling voor een meer dan geboeid publiek van 4 mensen. Daarna komt de dochter des huizes haar 4
kinderen en de hond afleveren, voor een weekendje bij opa en oma. Het huis
veranderd op staande voet in een bijenkorf waar de 3 jarige Ewan, de 5 jarige
Emma, de 7 jarige Hayley en de 11 jarige Jordan tezamen met Russel, een flink
uit de kluiten gewassen hond van een ondefinieerbaar ras, de hoofdrol inspelen.
Later op de avond sneuvelt een lavalamp op het pas vernieuwde vasttapijt. Oma
begint te googelen om een oplossing voor de kleurige smurrie te vinden, terwijl
opa overhaast begint de kuisen. Ik krijg meteen de rol van kinderoppas
toebedeeld. Eerlijk gezegd heb ik genoten van het jonge volkje. Het verbaasde
me dat ik hen wist te boeien want die ervaring ligt al jaren achter me. Pas
laat in de avond, raakt iedereen in zijn of haar bed en daalt de rust neer in
dit overvolle huis.
Op zaterdag staat
me weer maar eens een Australische rit te wachten. Ik word opgehaald in Castle
Hill om over de Blue Mountains, naar Bathurst te worden gebracht. Een rit van 4
uur a.u.b.! Ongeacht hoelang ik hier al
ben, het blijft mijn verbeelding tarten dat mensen 4 uur rijden om een lezing
bij te wonen! Eerste stop brengt me naar de zaal waar ik op zondag het publiek
te woord zal staan om een half uur later richting ons hotel te trekken. Het
blijkt een Best Western hotel te zijn op de rand van de stad, die zon 37000
inwoners telt. Dat de standaarden in Oz verschillen van die op het Europese
vasteland, is al lang geen nieuws meer. Toch ben ik blij verrast om in een
kamer MET verwarming terecht te komen. De afmetingen zijn eerder aan de krappe
kant (wat niet kan gezegd worden van de badkamer, want die valt heel ruim uit)
maar afgezien daarvan, ben ik meer dan tevreden. Een uitermate vriendelijke
hoteluitbater maakt het plaatje compleet.
Er werd me gemeld
dat we met een groep van 13 mensen gaan eten in een Thai restaurant iets waar
ik met heel weinig enthousiasme naar uitkeek.
Er bleek geen reden tot ongerustheid echter, want het restaurant heeft
net zo goed een Australische menukaart. Bonk , dat was een pak van mijn hart!
De lamsboutjes, die ik voorgeschoteld kreeg, smaakten naar meer. Indien ik aan
dit tempo blijf eten, dan wordt het straks een maatje meer! Slechts één groot
minpunt voor deze zaak. Het is er verdorie berekoud! Wanneer een van onze
tafelgenoten vraagt om de verwarming op te zetten, blijft dat een bede in
dovemansoren. Er zijn nog altijd mensen, die niet begrijpen dat het van belang
is om naar je klanten te luisteren Al snel blijkt dat iemand van het bestuur,
een carrière als komiek heeft gemist: de avond wordt een lang verhaal van
lachen, lachen en nog eens lachen!
Lang geleden dat
ik nog in een hotelkamer geslapen heb Ik mis de familiale sfeer maar gezien
het maar voor 1 nacht is, stelt dit geen probleem. Om 10 uur vertrekt de ganse
groep naar de plaatselijk RSL club, waar ik eerst een interview met een
journaliste van de plaatselijke krant, dien af te werken. Ondertussen loopt de
zaal vol met 60 geïnteresseerden, die me een dikke 2 uur later uitgebreid
bedanken voor een lezing, die als een waterval over hen heen gekomen is. Een
dame blijkt van Franse origine te zijn en is vastbesloten om een conversatie
met me aan te gaan in haar moedertaal. De lieve mevrouw lijkt maar niet te
vatten dat ik me niet echt comfortabel voel in de taal van Molière en dat het
bovendien niet erg tactvol is om in een taal te converseren, die de rest van de
groep niet begrijpt.
En dan is het
tijd om de rit naar Sydney aan te vatten. We verlaten Bathurst om 3.15 uur in
de namiddag om tegen 8.30 uur in Dee Why aan te komen. De chauffeur van dienst besluit om een andere
route door de Blue Mountains te nemen. Tot dan vroeg ik me af waarom die
bergketen (piek op 998
meter) met die naam bedacht werd. Op de terugweg, wordt
het me zonneklaar : er vormt zich een blauwe nevel, die ontstaat door de olie
van de gumtrees. Net boven te boomtoppen hangt een blauwe waas, die het geheel
in een sprookjessfeer verandert. Het is onmogelijk om deze kleur te omschrijven
want naargelang de inval van het zonlicht varieert het van broos lichtblauw
naar een heel intense schakering van lichtblauw. Dit beeld brandt zich op mijn
netvlies waar ik ooit terecht zal komen in mijn later leven, dit is een beeld
dat ik nimmer zal vergeten.
Ondertussen ben
ik dus terug in mijn vaste stek in Dee Why. Ik heb nog een paar dagen vooraleer
ik voor de zoveelste keer mijn rode koffer deskundig mag pakken, op weg naar het
volgende avontuur. Brisbane, here I come!
Eén frustratie heb ik
hier wel: geen toegang tot het internet! Na 4 dagen zonder degelijke connectie,
heb ik echt wel ontwenningsverschijnselen! Het frustreert me dat er mensen
zijn, die ongeduldig op een antwoord wachten, dat er maar niet komt, om de
goede reden dat ik hier nergens een hotspot kan vinden.
Woensdagmorgen: werk aan
de winkel en dat betekent voor mij een lezing in de locale middelbare school.
Ik durf er donder op zeggen dat onze Belgische leerkrachten heel wat
aanpassingsvermogen aan de dag zouden moeten leggen om in dit systeem te
overleven. Terwijl we wachten om naar het lokaal te worden gebracht, lopen
leerlingen en leerkrachten kriskras door elkaar in de gang. Ik vang een gesprek
op tussen een leraar en een leerlinge, die doodleuk zegt dat ze vandaag
eigenlijk geen zin had om te komen.Dat
stelt geen enkel probleem, de jongedame hoeft enkel een document te tekenen en
mag weer beschikken. Het is een tafereel waarbij ik me afvraag of dit een
school, dan wel een duiventil is?
Uiteindelijk brengt de
lerares me naar het klaslokaal waar de leerlingen, ruimschoots over tijd,
geleidelijk aan binnen druppelen. Ik heb uiteindelijk 10 jongelingen voor me,
de één al wat meer geïnteresseerd dan de andere. Al met al wordt het een heel ontspannen
lezing want met zon beperkte groep, wordt het haast een informele babbel.Na afloop komt een rijzige jongeman, die
ongetwijfeld heel wat tienerharten sneller zal doen slaan in de nabije
toekomst, naar me toe om me met een doos Zwitserse pralines te bedanken. Mijn
gastgezin zal tevreden zijn!
Mijn dagen zijn hier echt
wel op een vakkundige manier ingevuld: na de lezing word ik naar het centrum gebracht,
waar ik in de auto van kennissen terechtkom. Het geeft me de gelegenheid om
nieuwe vrienden te maken. De voorzitter van de plaatselijke RSL afdeling is
gastheer van dienst voor me en die man kwijt zich heel plichtsbewust van zijn
taak: ik krijg heel wat informatie over de streek te horen tijdens de rit van
bijna één uur. Uiteindelijk werd ik nog
maar eens op uitstap genomen naar de kust. In tegenstelling met onze Belgische
kust is dit een heel grillige kustlijn:de ene baai volgt de andere, met hier een daar een idyllisch verscholen
lagune tussenin. Na wat sightseeing is het tijd voor een maaltijd in een lokaal
restaurant. Al is het verschillende jaren geleden dat ik als dienster werkte in
een restaurant, ik kan het nog altijd niet laten om een zaak door een
professionele bril te bekijken: netheid, vriendelijkheid, sfeer, bediening,
kwaliteit van het eten (al ben ik op dat laatste vlak geen expert!) ik neem
alles in me op. Het is vooral op sfeer dat de meeste restaurants de mist
ingaan, al ligt er voor sommige ook nog wat werk te wachten wat betreft timing.
Ik kom tot het besluit dat de Europese klanten veel veeleisender zijn, dan onze
tegenvoeters. Een kwartiertje wachten tot de rest van de tafel bediend wordt?
Het lijkt wel de regel te zijn (in plaats van de uitzondering die de regel
bevestigt)!
Donderdagmiddag staat de
lezing voor de plaatselijke RSL op het programma. Eerst nog even naar de
plaatselijke krant: er komt niet iedere dag een Belg langs in Wingham, dus
krijg ik het label waard om over te schrijven opgekleefd. Vandaar richting
restaurant. Ik probeer een ander soort vis (ben de naam allang weer kwijt
natuurlijk) en dat heb ik me niet beklaagd Het wordt een heel aangename
maaltijd met een boeiend gezelschap. Vol voedsel en energie kan ik mijn lezing
aanvatten. Ik wist toen al dat het een aangename ervaring zou worden: geen
tijdsdruk en een geïnteresseerd publiek staan garant voor een geslaagde
namiddag .
Na een onrustige nacht,
maak ik mijn valies nog maar eens klaar. Na 4 maanden ken ik de knepen van het
vak en slaag ik erin om alles een plaatsje te geven, in zowat de helft van de
tijd, die ik aanvankelijk van doen had. En dat niettegenstaande het feit, dat
het steeds moeilijker wordt, want ook hier wordt ik bedacht met een pakket
streekinformatie.
Mijn trein (navraag heeft
mijn gastvrouw verzekerd dat het wel degelijk een treinservice is vandaag)
vertrekt pas rond 11 uur. Gezien mijn gastgezin een vergadering heeft met de
raad voor toerisme van de streek (te vergelijken met de oppervlakte van de
Westhoek), kom ik totaal onverwacht in deze vergadering terecht. Een uur lang
wordt gedebatteerd over verschillende zaken aangaande toerisme. Het voelt voor
mij aan als een les psychologie want ik die tijdsspanne, heb ik een volledig
beeld van de mensen rond de tafel. Wie er voortrekker is, waar het creatieve
brein zit, waar de stoelwarmers zich schuilhouden, waar de praktische
persoonlijkheid zit, zelfs waar de coalities in de groep liggen Echt een
boeiende oefening om mensen te leren lezen. Op weg naar de trein, leer ik van
mijn gastgezin, dat mijn analyse van de groep spot on is.
Omdat mijn hart ook in
die materie ligt, moet ik een aantal keren op de punt van mijn tong bijten om
me niet in het gesprek te mengen. Uiteindelijk vraag ik toestemming om mijn
mening, als onafhankelijke buitenstaander, te mogen spuien. En dan blijkt al
heel snel, dat iemand, die niet dicht betrokken is, een voor de hand liggend
compromis beter ziet Het wordt een warm afscheid, met de wetenschap, dat ik
hier mensen heb leren kennen, die hoogstwaarschijnlijk nog een rol in mijn
leven zullen spelen.
Australische treinen, dat
zou de titel van een Broadway comedy kunnen worden In eerste instantie,
bedacht ik dat dit een heel nieuw exemplaar moest zijn. Na een paar uur, had ik
de indruk dat er geen versnellingspook werd ingebouwd. We tuffen het station
van Taree op een sukkeldrafje uit voor een 5 uur durende rit naar het Zuiden.
Ik zweer bij hoog en bij laag, dat diezelfde rit in Europa op zijn minst een
uur minder lang zou duren. In het open landschap, lijkt het wel of de machinist
er vooral op gebrand is om iedereen zoveel mogelijk vakantiefotos te laten
maken. De snelheid is dermate traag, dat je zelfs tijd hebt om in te zoomen. Na
een paar uur, komt de ganse machine tot stilstand, echt in the middle of
nowhere. Blijkt dat we even (en daar gaan we weer!) moeten wachten op een
trein uit de andere richting, voor we weer verder kunnen. Gelukkig heb ik één
van de boeken, die Bryce Courtenay me gegeven heeft, in mijn handtas. Ik
verdiep me urenlang in het verhaal van Peekay, een Afrikaanse jongen zonder
toekomst.
Eens in Sydney
aangekomen, dien ik een trein naar de haven te nemen om vandaar op de veerboot
naar Manly te stappen. Doodzonde dat de duisternis invalt: de fotos die ik van
het Opera House (waar we vlak voor varen) neem, blijken verloren moeite te
zijn. Jammer, maar helaas Mijn gastheer Tim, komt me heel vriendelijk ophalen:
het voelt als een beetje thuiskomen. Het wordt een avond van relaxen op de
zetel met een kostuumdrama op de televisie. Ik kan hier even wortel schieten
gedurende de volgende 2 weken, vooraleer ik richting Brisbane zal trekken. Maar
niet vooraleer ik nog een aantal lezingen in deze metropool heb afgewerkt
Hallo iedereen, Of in het Vlaams: meer dan nat! Gedurende de laatste paar maanden is er meer dan één cliché beeld van Australië aan diggelen gegaan. Het sterkste ligt nu in ieder geval helemaal tegen de grond: droogte in Australië? Geen kat, die dat nog kan geloven, na de stortvloed van de afgelopen 2 dagen. Regen van deze omvang zou de helft van West-Vlaanderen onder water zetten, dat is wat ik hiervan denk.
Op zaterdagavond heeft Tim me naar de North Head gevoerd: vanaf deze plaats heb je een prachtig zicht over de toch wel beperkte toegang naar de haven van Sydney. Tijdens WO II zijn er hier 3 Japanse mini onderzeeboten de haven binnengedrongen, slechts één van hen is gedeeltelijk in zijn missie geslaagd, één is vastgelopen in netten, waarna de bemanning besliste om de boot van binnenin op de blazen, terwijl de 3de recentelijk buiten de kust van Dee Why gevonden werd. Vermoedelijk is de bemanning zonder zuurstof komen te vallen. Feit is dat het zicht, waarvan ik nu kan genieten, niets van deze tragedie vrijgeeft.
Tim biedt heel vriendelijk aan om een foto van me te nemen met de haven op de achtergrond. Met zijn typische droge Britse humor, geeft hij een paar opmerkingen, waarna ik echt de slappe lach krijg: 6 fotos later is er nog steeds niets voor publicatie vatbaar! Hoe dan ook, het voelt heerlijk aan om weer te kunnen lachen. Na 2 zware jaren van stress, was ik bijna vergeten wat het betekent om ontspannen te genieten van de schoonheid om je heen.
Maandagmorgen 11.40 uur: ik zit goed en wel op de bus naar Taree en al met al mag dat bijna een wonder heten. Na bijna 2 maanden verblijf, wil ik grif toegeven dat mijn levensritme behoorlijk aangepast is aan de omgeving: ik weet al langer dan vandaag, dat alles hier met een zekere flexibiliteit moet genomen worden. De officiële website had in niet mis te verstane termen duidelijk gemaakt, dat alle plaatsen op de trein uitverkocht waren. In dit land betekent dat gewoon, dat er geen treinen rijden! In plaats daarvan werden bussen ingezet Bijna een staatsgeheim want het is pas na heel veel aandringen, dat die informatie wordt vrijgegeven.
De busrit naar Taree blijkt een hele lange rit van 6 uur te worden. Af en toe wordt er halt gehouden om een paar mensen af te droppen maar afgezien daarvan, is het vooral heel lang rijden. Het landschap wordt hoofdzakelijk gedomineerd door heuvels en bossen (heel af en toe bedenk ik dat dit het Zwarte Woud zou kunnen zijn, ware het niet dat de bomen gumtrees zijn). Het is dik over tijd wanneer we uiteindelijk in Taree aankomen, waar de toestand niet beter kan omschreven worden als georganiseerde chaos. Ik moest in feite uitstappen in Wingham: de bus volgt echter een ander traject dan de trein, wat inhield dat Wingham wordt voorbijgereden om stante pede naar de eindbestemming te rijden (begrijpe wie kan). Daar aangekomen, wordt er medegedeeld dat de gemiste stations per taxi naar hun bestemming zullen worden gebracht. En dan begint de klucht pas goed . O, jullie moeten naar Wingham? even geduld er komt nog een 5de passagier met de volgende bus van Sydney. Dat even een rekbaar begrip is, had ik al op de eerste dag van mijn bezoek ervaren (toen de transportband in de luchthaven van Sydney even uitviel). Een goed kwartier later komt de volgende bus er eindelijk aan en komen ze tot de vaststelling dat we niet allemaal in de taxi kunnen! Nog even geduld aub: we bellen de maxitaxi. Ik vermoed nog altijd dat die man op vakantie was in de Bahamas, want ons geduld wordt echt wel op de proef gesteld! Eind goed, al goed uiteindelijk ben ik goed en wel in het station van Wingham geraakt waar mijn gastheer toen al meer dan anderhalf uur stond te wachten. Ook dat moet ik de Aussies meegeven: hij klaagt met geen woord over deze verloren tijd!
Ik ben uiteindelijk terechtgekomen in een huis in de middle of nowhere maar wel één van de mooiste verblijfplaatsen tot nu toe. Deze morgen ben ik gewekt geworden daar een Kookaburra, de lachende vogel. En echt waar: het is een heel opmerkelijk geluid dat dit dier produceert.
Vandaag staat er een verkenning van de streek op het programma: God zij dank, de zon schijnt. Morgen heb ik een lezing voor een lokale school en de dag erna staat een lunch en lezing voor de plaatselijke RSL op het programma. Ik zal me dus niet vervelen in dit stukje Australië.
Ondertussen is de dag weer voorbij..een dag vol variatie, met andere woorden, een dag waar ik ten volle van genoten heb. Ik ben deze morgen eerst naar Wingham gebracht om daar het locale museum te bezoeken en dat onder begeleiding van maar liefst 2 gidsen. Het is een boeiende wandeling geworden doorheen de geschiedenis van deze nederzetting. Ik heb zeker wat bijgeleerd en meteen werden een aantal opvattingen, waar ik de bal volledig verkeerd sloeg, ook rechtgezet. Reizen om te leren zeker weten!
Daarna zijn we naar het kustplaatsje Foster getrokken: geen idyllische stranden hier, maar wild bonkende golven op de vele rotsformaties en nauwelijks te begrijpen: een aantal surfers, die de natuur uitdagen. We werden verwacht bij familie van mijn gastgezin voor een lunch. Blijkt dan toch zeker dat deze man jaren lang gewerkt heeft met een Antwerpenaar (in de diamantslijperij). Wat is de wereld toch klein.
Daarna trekken we het binnenland in, waar Eric en Mave me naar de mooiste plaatsjes brengen. Na 6 weken ben ik wel een en ander gewend, maar dit overtreft echt wel alles. Van hoog op de heuvels, krijg ik een panoramisch zicht over deze streek : een zicht dat alle gradaties van groen aanbiedt in een landschap, dat ik enkel als typisch Australisch kan omschrijven.
We houden het op een rustige avond, die al lezend wordt doorgebracht. Met easy listening muziek op de achtergrond en een glas Sauvignon Blanc binnen handbereik, wordt het me steeds duidelijker dat het pad, dat voor me ligt van heel andere aard zal zijn, dan wat ik 32 jaar lang bewandeld heb.
Dit zal een mini update
worden want de laatste paar dagen heb ik gewoonweg niet veel uitgespookt. Na
mijn afscheid van Bob en Gwyn, kwam ik op mijn volgende bestemming aan : een
appartement aan de kust in een kleine voorstad met de vreemde naam Dee Why. Gisteren
heb ik via een inscriptie in het voetpad, de oorsprong van die naam
achterhaald: ganzen vlogen hier voorbij in een formatie die op een D en Y
leek... voldoende inspiratie dus om deze voorstad die naam te geven Het hoeft
echt niet altijd ver gezocht te worden.
Ik verblijf momenteel in
een appartement op 5 minuutjes wandelen van de kust. En bij het zien van dit
strand, wil je de Noordzeestranden maar al te graag vergeten:een breed zandstrand met uiterst fijn zand en
verder niets geen schelpen te bespeuren, geen afval gewoonweg niets. De
oceaan strekt zich uit tot aan de horizon met water, dat blauwer is dan enig
photoshop programma ooit zou durven gebruiken. Niet alleen de kleur en de
helderheid van het water zijn van heel ander gehalte dan aan onze Belgische
kust, de golven zijn dat zeker ook! Al is er een nauwelijks voelbare wind, toch
gaan de golven hoog de lucht in om zich dan in een kolkende massa schuim op het
strand te gooien. Echt een surferparadijs:in het water krioelt het van de zwarte stipjes (iedereen heeft een wet
suit aan) tussen al dat natuurgeweld, op het strand valt nauwelijks een mens
te bespeuren. Terwijl mijn gastheer Tim, gisteren gaan werken was, ben ik op
verkenning gegaan: het is een ontspannende wandeling geworden in het mulle
zand, met de zon in mijn gelaat, tegen de zachte bries in. In de ontelbare
koffiebars en restaurants, zitten honderden te mensen te genieten. Moeders met
kinderen wandelen op de dijk waar is dat jachtige leven naartoe, dat ik ooit
geleid heb? Hier komt een mens op adem, tot rust, tot bezinning...
De aard van het beestje
kun je niet veranderen: ik voel nog altijd heel sterk de behoefte om met mensen
te praten. Na mijn wandeling zet ik me naast een eenzame man, die over de
golven tuurt. Het blijkt een Italiaan te zijn (wanneer zal ik in godsnaam eens
een echte Aussie treffen??? Iedereen lijkt wel eerste generatie immigrant te
zijn!), die hier 5 jaar geleden is aangespoeld als het ware. Hij wou de
wereld zien en is op trektocht gegaan. In Australië heeft hij niet alleen een
mooi land gevonden maar ook de liefde van zijn leven. Een heel romantisch
verhaal dus waarvan er ongetwijfeld honderden voorbeelden in dit land zijn.
Op naar de supermarkt dan
maar, want ik hou het nog altijd bij mijn dieet van bananen, yoghurt en brood.
De grote verrassing daar is dat er geen bemande kassas meer zijn: je moet
gewoon alles zelf doen! Niet zo evident voor een toerist, die voor de eerste
keer in zijn leven met dit systeem wordt geconfronteerd. Een beetje spieken,
links en rechts, en ik ben ermee weg. De moderne maatschappij : zelfs de
kassajuffrouw zal op termijn overal vervangen worden. Met een wrang gevoel
verlaat ik deze plaats. Zal er nog een dag komen waarop mensen helemaal niet
meer met elkaar spreken???
Op terugweg naar mijn
verblijfplaats, kom ik voorbij een school. Niets te verliezen, alles te winnen,
is het motto dat ik nu hanteer, dus trek ik ongegeneerd de deur open om hen in
te lichten dat ik hen iets te bieden heb. De vriendelijke bediende was een
dergelijk aanbod duidelijk niet verwachtend en blijkt wat van haar melk te
zijn. Ze noteertmijn naam en telefoon
nummer met de stellige belofte om me te contacteren. Blij gezind, vat ik de
rest van mijn wandeling aan;
Mijn gastheer is een
geboren en getogen Brit, die 10 jaar geleden, als avontuurlijke jongeling naar
down under trok, op zoek naar een toekomst. Hij heeft zijn stekje hier gevonden
en al heeft hij een diploma rechten op zak: uiteindelijk is hij in een heel
andere branche terechtgekomen. Als manager in een communicatiebedrijf, probeert
hij nieuwe communicatiemiddelen te slijten aan grote bedrijven. Het heeft hem
geen windeieren gelegd want hij is erin geslaagd om in 10 jaar tijd zijn eigen
appartement te kopen en een heel comfortabel leven te leiden. Dat kan alleen
maar bereikt worden door inzet, op dat gebied in Australië echt niet anders dan
België : op zijn vrije zaterdag, zit Tim al uren achter zijn bureau om zijn
volgende werkweek voor te bereiden
De komende dagen zullen
we zeker Sydney gaan verkennen. Op dit moment is deze stad nog de grote
onbekende voor mij: naast het Opera House en de Harbour Bridge, heb ik er geen
benul van wat deze miljoenenstad nog te bieden heeft. Maar ook hier zal ik mijn
eigen privé gids hebben ik hoef me dus geen zorgen te maken!
Als uitsmijter heb ik nog
een bemerking bij het dagelijkse leven: ruiten worden hier dus niet gewassen
zelfs wanneer ik aanbied om er een paar onder handen te nemen, krijg ik als
antwoord dat dit hier niet gedaan wordt (en dat valt te bemerken ook). Strijken
aan de andere kant, lijkt wel een obsessie te zijn. Ik zou de Australiërs zeker
niet als ijdel omschrijven maar zonder gestreken kledij, komen ze de deur niet
uit! Nog iets om onder de noemer cultural differences te klasseren
Hallo iedereen, Mijn titel verwijst dus zeker niet naar het weer want dat is alles behalve om van te genieten. Als rasechte Belgische, die zich zo vaak geergerd heeft aan de vele regenvlagen in ons land, ervaar ik dit weer haast als een les om de klaagzang over wat de weergoden ons bieden, voor eens en altijd te stoppen. Ik leer kijken naar het vele mooie rondom me, en dan verbleekt het mindere al heel snel.
Mijn nieuwe thuis voor 2 dagen is een heel warm nest gebleken, en dan doel ik op menselijke warmte. Ik blijf het nog altijd moeilijk hebben met de koude temperaturen waarin mensen hier leven. Nu pas wordt het me duidelijk dat wij onze huizen veel te warm stoken: niemand heeft hier 21 °C binnenskamers. Je mag al blij zijn wanneer de thermometer 18°C aanwijst. Geleidelijk aan went mijn lichaam zich aan deze omgevingstemperaturen : ik loop sedert een paar dagen met een trui minder rond, al protesteren mijn tenen wel nog steeds. Het feit dat ik jaren op vloerverwarming heb gelopen, zal daar wellicht niet vreemd aan zijn.
Bob en Glynn zijn heel actieve zeventig plussers: nog heel toegewijd bezig met de lokale scoutsvereniging. Zij zijn zowat de grootouders van de hele groep daar. Hun huis, heeft een eker gehalte Vlaams karakter... in die zin, dat ze net als de Vlamingen, constant aangebouwd hebben. Dit is zonder twijfel de langste hal, die ik ooit in een woning gezien heb. Op een gegeven moment, woonden er 11 mensen in deze woning. Toen de grootouders hier introkken, werd dat op zijn Australisch opgelost : de achtergevel is tegen de vlakte gegaan, en er werd gewoon een nieuwe woning aangebouwd. Waarom krijg ik altijd het gevoel, dat de problemen hier met meer gezond verstand worden aangepakt dan in onze over-gematerialiseerde wereld?
Ik had gisteren dus een lezing voor de plaatselijke RSL (Returned Service League) in het centrum van Sydney. Een prachtig gebouw maar van een heel andere aard dan wat ik in Canada gezien had. Hier is alles supermodern, strak en minimalistisch: ergens mist het de charme van een oud gebouw, waar de muren geschiedenis uitstralen, maar niettemin voelt het heel uitnodigend aan. Wanneer je een groep ex militairen toespreekt (want dat bleek het merendeel van mijn publiek te zijn), dan kan je er donder op zeggen, dat er wel ergens eentje zal tussen zitten, die wat van munitie kent. En ja hoor: ik had prijs. Een officier van de artillerie, kwam met een aantal vragen, die jan met de pet, niet zou stellen. Wat ben ik blij dat mijn kennis op dat vlak voldoende sterk is, om een spervuur (toepasselijk toch???) aan vragen zonder problemen te beantwoorden. Het heeft me achteraf de commentaar opgeleverd dat hij "meer dan onder de indruk was van mijn kennis". Toch een minpuntje in het verhaal: mijn afstandsbediening voor de powerpoint (die ik net voor de presentatie nog getest had) ging in staking en weigerde dus alle dienst. Back to basics dan maar: even drukken op de spatiebalk voor een nieuwe slide en we kunnen weer verder.
Gaat mijn reis temperatuursgewijs steeds verder naar beneden, dan is de evolutie op culinair vlak er eentje in tegenovergestelde richting. Er werd me een lunch aangeboden in de club, die ik me nog lang zal herinneren, en dat niet alleen omwille van het zicht op het Opera House... De open plan keuken, liet ons toe om te zien hoe het keukenteam zich in het zweet werkte. Niet alleen in het zweet echter, maar ook letterlijk in het vuur. De kok, van Aziatische origine, heeft ongetwijfeld een carrière als vuurspuwer achter de rug. Toen ik de vlammen meer dan een meter hoog de lucht zag ingaan, ging mijn innerlijke alarmbel af... waar is de nooduitgang hier ook weer? Ik hoop alvast dat ze daar voldoende brandbeveiliging in huis hebben: wat die man deed, kan niet meer onder noemer "flamberen" worden geplaatst. "Aanzet tot brandstichting" is een veel doeltreffender beschrijving! Dat terzijde, wil ik er wel aantoevoegen dat het kalfsvlees, dat me werd geserveerd, van de zachtste kwaliteit was, die ik ooit geproefd heb. Henk Wijngaards "Met de vlam in de pijp" wordt voor mij vanaf nu "Met de vlam in de pan" . Met dat vrolijke deuntje in het achterhoofd, wordt een heel aangename namiddag afgesloten. Ik heb weer wat nieuwe vrienden gemaakt want de officier nodigt me uit om, bij een volgend verblijf, in zijn huis te verblijven. Indien ik alle uitnodigingen ooit zou opnemen, dan ben ik ongetwijfeld voor nog een extra jaar onderweg!
Dee, schoondochter en chauffeur van dienst, besliste dat ze me naar het mooiste plekje van de stad zal brengen. Zelfs al heb ik geen basis van vergelijking, ik wil grif toegeven dat het moeilijk zal worden om iets beters te vinden. Een plekje aan de waterkant, met een zicht op de Harbour Bridge (de 2de langste hangbrug ter wereld) en het befaamde Opera House. Heel even stel ik me de vraag or er ergens ter wereld mensen zijn, die dit gebouw niet kennen van foto's? Net zo mooi, maar minder bekend, zijn de gebouwen van de oude dockyards, die nu in exclusieve appartementen werden omgebouwd. Je moet al wat centen op zak hebben om hier de buur van Nicole Kidman te worden...
Richting Roseville dan maar ( de voorstad waar ik verblijf) om een rustige avond af te ronden met een al even rustige nacht. En wonder, o wonder, vandaag schijnt de zon. Rest alleen de vraag voor hoelang???
Later vandaag verhuis ik nog maar eens: van Roseville naar Dee Why ( vreemde plaatsnamen is dus niet alleen een Europees privilege) waar ik de volgende 4 dagen zal verblijven, voor mijn trektocht naar het noorden. Nu al weet ik dat het geen evidente verplaatsing zal worden want, geloof het of niet: toen ik gisteren mijn treinticket wou reserveren, bleken alle treinen volboekt te zijn! Rest me nu de vraag hoe ik die afstand (5 uur treinen) zal overbruggen. Feit is dat ik 2 lezingen heb in Taree... de uitdaging ligt er nu in om daar te geraken!
Regen en wind in
Vlaanderen wordt me gemeld troost jullie, mensen: het is momenteel niet veel
beter bij jullie tegenvoeters. Het lijkt wel of Melbourne er alles aan wou doen
om me op een Belgische manier uit te zwaaien: alle hens aan dek was het motto.
Maar laat me eerst even
teruggaan in de tijd. Tijdens mijn lezing van zondagnamiddag was een gedreven
jonge majoor van het reserveleger aanwezig. Voor zijn vertrek vroeg hij me of
ik van plan was om naar de Shrine of Remembrance te gaan. Op mijn positief
antwoord, volgde meteen een uitnodiging voor een privé gidsbeurt, die ik met
plezier aanvaard heb.
Maandagmorgen werd er
eentje van een totaal onverwacht gegeven. Er werd me een privé concert
aangeboden door mijn gastgezin. Janet, die ooit met succes het conservatorium
had doorlopen, is een begenadigd zangeres. Haar man Jim, wiens sterke accent,
zijn Schotse roots telkens weer onderstreept, heeft een warme, diepe stem, die
perfect versmelt met de loepzuivere zang van Janet. De gitaar werd erbij
gehaald en binnen de kortste keren werd ik ondergedompeld in Keltische klanken.
Melancholisch, lyrisch, opzwepend ik kwam in een andere wereld terecht.
Na een lichte lunch, was
het tijd om naar het centrum te trekken. Jim had me nog gezegd dat Melbourne de
meest uitgestrekte stad van down under is, en wie ben ik om dat tegen te
spreken?De stad doet in ieder geval
haar reputatie van uitstekend openbaar vervoer alle eer aan, want tram 67 verscheen
precies op tijd. De halte waar ik de tram opstapte was halte nummer 62. Het memoriaal
ligt aan halte 19 met andere woorden: tussen beide haltes in, heb ik meer dan
voldoende tijd om de krant van voor naar achter en van achter naar voor te
lezen. Een dik uur later, stap ik goedgemutst van de tram, nog steeds aan
dezelfde kant van de stad als waar mijn accommodatie gelegen is. Met andere
woorden: de andere kant van Melbourne is meer dan een uur verder. Ok, de tram
is niet bepaald een hoge snelheidstrein maar zelfs dan nog .
Het indrukwekkende memoriaal
van Melbourne is van andere aard dan het War Memorial van Canberra. Enkel
tijdelijke tentoonstellingen kunnen hier opgesteld worden, er is geen
permanente exhibitie. Dat gezegd zijnde, verneem ik dat er grootse plannen zijn
om dit gebouw uit te breiden. De centennial koorts lijkt zelfs hier toe te
slaan.
Was de heenrit een test
voor mijn zenuwen, dan blijkt de terugrit dat in het kwadraat te worden. De
wind rukt ongemeen hard aan mijn paraplu, die er nauwelijks in slaagt om het
regenwater, dat met bakken uit de lucht valt, van me weg te houden. Hoelang
geleden was het dat ik me de vraag stelde, waarom ze hier geen windmolens
hebben? Een avond als deze, maakt duidelijk dat het een renderende investering
zou zijn! Tram na tram komt aangereden, alleen geen nr 67 zou die beslist
hebben dat het welletjes geweest is, en zich vervroegd in het depot
teruggetrokken hebben? Net wanneer ik het niveau van wanhoop (en onderkoeling)
dreig te bereiken, komt de redding in nood aangereden. Heeft iemand ten aanval
gefloten? Ik ben er vast van overtuigd dat er ergens een geheim signaal is
geweest, want een ganse mensenmassa stuwt vooruit, in een bijna wanhopige
poging om een plaatsje uit de regen te bemachtigen, in een overvolle wagon,
klaar voor de lange rit naar huis en haard. Er is altijd wel een positieve noot
te bespeuren: in dit geval, lag dat in de mogelijkheid om een gesprek aan te
knopen. De jonge vrouw, vlak naast me, kon onmogelijk verbergen dat ze
Oost-Europese was. Met een accent, dat er zo vingerdik opligt, zou zelfs een
dove erin geslaagd zijn om haar in het juiste continent te plaatsen! Ik vernam
dat ze 5 jaar terug met gave en goed uit Macedonië vertrokken was, omdat ze
daar geen enkel toekomst had. En dat met een diploma van boekhouder op zak. Op
de vraag waarom Melbourne , gaf ze aan dat ze hier familie hadden, die het
immigratie proces een stuk makkelijker gemaakt hebben.
Na ruim een uur tuffen,
was ik meer dan blij om terug in de warme huiskamer van mijn gastgezin te
zitten. Het avondmaal werd heel snel opgediend, kwestie van lijf en leden op
temperatuur te krijgen Het bleek een soort soep te zijn, van behoorlijk dikke
makelij, die met brood en 3 soorten broodbeleg werd opgediend. Soep en brood,
daarmee scoor je bij mij zeker. De rest evenwel? Een ondefinieerbare kleur in
combinatie met een textuur, die me al even onbekend was. Wat mij betreft
voldoende gegevens om dit te laten voor wat het was.
De wind had ondertussen
nog aan kracht gewonnen wat slapen een harde opdracht zou maken. Ergens in de
verte sloeg een deur met voorspelbare regelmaat hard dicht, voldoende sterk om
me te verhinderen in een diepe slaap weg te zinken. Toen mijn wekker me op een
onaangename manier duidelijk maakte, dat het tijd was om dit heerlijk warme bed
te verlaten, wezen de wijzers op 4 uur. We hadden nog een 45 minuten (op een
snelweg!) om de afstand naar de
luchthaven, die nog steeds in dezelfde stad gelegen is, te overbruggen. Je kan
er nooit omheen: de omvang van Australië ligt buiten de Belgische
standaardnormen!
Na een aangename vlucht
van een dik uur, raakte de Boeing 757 met een nauwelijks voelbare tik het
tarmac van Sydneys luchthaven. Bob, mijn nieuwe gastheer, die de lezing voor
morgen georganiseerd heeft, stond me geduldig op te wachten. Een geluk dat hij
een heel accurate omschrijving van zichzelf had doorgespeeld: als een ei met
een bril en baard! Tijdens de lange rit naar zijn huis (Sydney is een
miljoenenstad, die Melbourne misschien moet laten voorgaan in oppervlakte,
maarniet wat betreft het aantal
inwoners) werd het al snel duidelijk dat Bob, nu een kwieke 78-jarige, ooit een krak in
zijn vak geweest is. Na een carrière als ingenieur op zeeschepen, is hij zich
op latere leeftijd gaan toeleggen om het diploma van advocaat te halen. Vier
jaar later is hij daarin geslaagd en al is hij ondertussen misschien iets
trager in zijn fysiek, ik kan je verzekeren dat zijn hersenen en tong nog
probleemloos in eerste klasse spelen! Voor hen, die denken dat ik een vlotte
prater ben: hier leg ik ootmoedig de duimen.
Ondertussen hebben de
weergoden het slechte weer deze richting uitgestuurd. De wind zou nu een
maximum rendement uit windturbines kunnen persen! Voldoende reden voor mij om
vrolijk op mijn kleine laptop te tokkelen in de hoop dat mensen, ergens ter
wereld, dit relaas met voldoening zullen lezen: het verhaal van mijn
ontdekkingstocht naar een nieuwe toekomst!
Hallo iedereen, Ik ben dus weer boven water gekomen. Het wondermiddel Panadol heeft mijn koorts verdreven in die mate dat ik eergisteren al voldoende opgekalefaterd was om Ballarat te gaan verkennen, in de beschutte warmte van de auto weliswaar want het wordt met de dag duidelijker dat de Australische herfst niet zo zacht is als ik verwacht had (dat zou even anders moeten zijn wanneer ik naar Brisbane trek, waar een meer tropisch klimaat heerst).
Ik heb op donderdag morgen meer dan lang ingeslapen. Toen Mandy op mijn deur klopte met de vraag of alles OK was, had ik geen benul van tijd. Eens ze me zei dat het 11.30 uur was... ja, dan kon ik niet snel genoeg uit bed zijn natuurlijk. De koorts had me danig onderuit gehaald, in die zin dat ik meer dan 12 uur recuperatieslaap vandoen had. Geen schoonheidsslaap, maar echt een periode om mijn lichaam in balans te krijgen. Deze tocht heeft me geestelijk enorm verrijkt, al heb ik misschien wat te weinig aandacht aan mijn lichaam besteed...
Mijn onrustige natuur is nog altijd op zoek, ik heb mijn eindbestemming nog niet gevonden maar anderzijds weet ik, dat ik nu bijlange niet meer dezelfde persoon ben als de vrouw die op 2 februari de deur achter zich dichttrok, om de eerste stappen op een onbekend pad te zetten. Ik word nog dagelijks geconfronteerd met die beslissing want het thuisfront weigert halsstarrig om een woord met me te spreken en toch zal niets me ervan weerhouden om te zeggen dat ik de juiste keuze gemaakt heb. Of zou het dan toch waar zijn dat alle mensen egoistische kleine wezentjes zijn? En dan heb ik het niet over mezelf... O ja, ik heb natuurlijk voor mezelf gekozen maar niet voordat mijn kinderen volwassen waren. Nu zij de leeftijd hebben om hun eigen weg te gaan, doe ik dat ook, met dat verschil dat ik hen het allerbeste toewens, iets wat zij me blijkbaar niet gunnen. Blijft de vraag, wie er egoistisch is, in zo'n verhaal...Mijn deur staat open, die van hen blijft gesloten...
Terug naar mijn trektocht nu... Amanda wordt als een magneet naar haar favoriete restaurant getrokken: driemaal raden waar wij onze lunch gehad hebben die dag? Ik kan in ieder geval Mandy's keuze begrijpen want dit restaurant is wat mij betreft, het beste dat ik onderweg ben tegengekomen. Met voldoende calorieën in mijn lichaam, om het zonder problemen tot de avond uit te zingen, zijn we de stad ingetrokken. De -ietwat vergane- glorie van de stad weerspiegelt zich nog in heel wat statige gebouwen. Er lijkt wel een onevenwicht te zijn tussen de grootte van de stad en de omvang van de bouwwerken, die te impressionant zijn voor de straten. Dezelfde fouten als in Europa worden ook hier gemaakt: brede boulevards met prachtige architectuur in Victoriaanse stijl, worden hier en daar abrupt verstoord door een meer recent bouwwerk van ondefinieerbare stijl: een betonnen doos, die in schril contrast staat met de verfijning van de rest van de straat. Zonde dat de overheid dit toelaat...De visie van dit jonge land op het bewaren van erfgoed heeft dringend wat bijscholing nodig: met de regelmaat van de klok gaan historische gebouwen tegen de vlakte. Iets wat me soms verwondert, want laat het nu net "geschiedenis" zijn wat de Aussies zo aantrekt in Europa. Beseffen ze dan niet, dat ze zelf geen verleden opbouwen, wanneer ze de sporen van hun ontstaan hier, onder de sloophamer laten verdwijnen?
Ballarat heeft een prachtig monument voor alle ex-krijgsgevangenen Australische soldaten: een eindeloze rij van granieten panelen waar duizenden namen in gegraveerd staan. Namen, die symbool staan voor het onnoemelijk leed dat de mensheid kan teweegbrengen. Het geheel is verbonden met een ingenieus systeem dat water rondpompt, waarachter een hele symboliek steekt. Aan creativiteit ontbreekt het niet in dit land. Ik vraag me af of hun schoolsysteem daar voor iets tussen zit? Daarna trekken we naar een bouwwerk om de grote oorlog te herdenken. Mandy omschrijft het liefdevol als hun eigen "Menin Gate" ... met een ruime dosis verbeelding kan ik haar daarin bijtreden. Het paneel, hier geplaatst in de vroege jaren 20, maakt nog maar eens duidelijk hoe ver we hier verwijderd zijn van het Europese vasteland. Ter ere van de veldslagen waarin de Australische troepen gevochten hebben. Onder de hoofding "France" komen de namen: Polygon Wood, Zonnebeke en Broodseinde voor. Van België is hier al helemaal geen sprake!
Achter deze poort ligt de majestueuze "Avenue of honour": over een lengte van 22 km strekt een loodrechte laan zich eindeloos uit. Langsheen deze boulevard staan, op de dag van vandaag, 3332 bomen (dat waren er oorspronkelijk 3771 maar ook hier heeft de moderne maatschappij schade toegebracht). Voor iedere boom staat een klein plaatje met naam en rang van een soldaat, die hier zoveel jaren terug, vol overmoed zijn papieren tekende om een avontuur tegemoet te gaan. Alleen bleek dat avontuur voor hen van heel andere aard te zijn dan wat zij ongetwijfeld verwacht hadden.
Vervolgens rijden we kilometers lang, langsheen een uitgestrekt meer. Ik kan mijn oren niet geloven wanneer Amanda me vertelt dat dit tot voor een paar jaar een droge vlakte was. Dit deel van Australië heeft een droogte van 10 jaar gekend waarbij water het meest schaarse goed werd. De eindeloze watermassa, die zich nu uitstrekt maakt duidelijk hoe grillig de natuur down under kan zijn.
De late herstzon is niet van dien aard om wie dan ook te overtuigen om lang buiten te blijven: om 5 uur zijn we veilig terug thuis om ons op de mat voor de kachel te goed te doen aan de stralingswarmte. Dit huis biedt geen enkele bescherming tegen de koude... op 3 meter afstand van de kachel kan je bijna de damp van je adem zien! De rustige avond (we genieten van "The English Patient") wordt ongemeen hard verstoord, door een enorme bons. Geen paniek: possums zijn uit de bomen gevallen en hun onzachte landing op de golfplaten (een favoriete dakbedekking) galmt door het huis. De volgende fase is een heen en weer geloop van heel wat pootjes, die me duidelijk maakt dat de lieverdjes proberen weg te geraken.
Zaterdagmorgen en dat betekent: tijd om nog maar eens afscheid te nemen. Ik zal Mandy altijd dankbaar zijn voor de goede zorgen, die ze me gegeven heeft: een privé verpleegster, ver van eigen bodem, het is niet iedereen gegeven... De trein brengt me zonder problemen terug naar Melbourne, waar ik in de namiddag een lezing voor een "Historical Society" dien te geven. Eerst en vooral word ik naar mijn nieuwe onderkomen voor de volgende 2 nachten gebracht. Het blijkt een prachtig huis te zijn in Carnegie, een voorstad van Melbourne. Vandaar trekken we naar Oakleigh waar de plaatselijke bowlingclub hun zaal ter beschikking stelt. Mijn publiek bestaat uit een 60-tal sterk geïnteresseerde mensen, die letterlijk van heinde en ver komen, om dit verhaal te horen. Na een heel vlotte lezing van anderhalf uur, wordt ik nog 3 kwartier lang benaderd met vragen van allerlei aard. Een heerlijk ontspannen sfeer, een heel tevreden publiek, inrichters die stralen van trots... m.a.w. mijn dag kan niet meer stuk!
Janet en Jim, mijn gastgezin, zijn de allereerste Aussies op mijn weg, die zich wel degelijk bewust zijn van het milieu. Vol trots vertellen ze me dat ze zonnepanelen voor warm water en voor electriciteit hebben. Daarenboven rijden ze met een hybride auto, die me vooral omwille van de stilte kan bekoren. De enige steek, die ze laten vallen is het ontbreken van dubbel glas maar afgezien daarvan, gaat dit koppel heel "groen" door het leven. Beiden blijken begeesterde muzikanten te zijn: waar ik ook kijk in dit huis, staan er instrumenten want elk van hen bespeelt 4 verschillende muziekinstrumenten. Jim, een geboren Schot (en dat heb ik door na de eerste 2 woorden, want zijn accent is na 40 jaar Australië geen spetter afgezwakt) blijkt bovendien een begenadigd kok te zijn. Er wordt me lamsvlees met een resem aan groenten en -goddank: geen rijst! maar wel aardappelen- voorgeschoteld. Het wordt een avond van gezellig tafelen in het gezelschap van Helen en haar man, die de groep zijn komen vervoegen. Heel wat aspecten van het leven worden besproken...zelfs de Belgische politiek komt uitgebreid aan bod!
Ik heb deze morgen gereserveerd voor het bijhouden van mijn blogs. Mijn Nederlandstalig blog, valt nog best mee. Mijn Engelstalige tegenhanger daarentegen, hinkt constant achterop: nooit had ik kunnen vermoeden dat er zoveel tijd zou gaan in al mijn geschrijf. Geen klaagzang hoor.... in een gemakkelijke zetel, voor een heerlijk snorrend vuur, bedenk ik dat het leven bijlange nog zo slecht niet is! groetjes, Charlotte
Times flying,zeggen de Engelstaligen.Ik kan dat enkel onderschrijven want de
laatste paar dagen zijn echt als een flits aan me voorbijgegaan. Eergisteren
morgen nog in Melbourne, gisterenavond reeds in Ballarat, na een meer dan prettig
verblijf in Geelong.
Zou ik ergens zigeunerbloed
in mijn aderen hebben? Feit is dat ik geniet van het rondtrekken. De laatste
paar maanden leef ik uit een koffer, iets wat me, tot mijn eigen stomme
verbazing, best bevalt. Wanneer ik, zoals gisterenavond, op een bus stap, dan weet ik dat
er aan het eind van de rit weer een nieuw avontuur op me wacht.
Even terug in de tijd.
Melbourne heeft me niet kunnen bekoren op dezelfde manier als Canberra dat
gedaan heeft. De stad straalt een zekere grandeur uit, de statige gebouwen
getuigen ontegensprekelijk van een groots verleden maar ergens ontbreekt er
iets. Moeilijk te omschrijven: misschien is deze stad net iets te groot voor
me, iets te onpersoonlijk ook. In Canberra had ik dat buitengevoel nog,
Melbourne omsluit me te veel .
Het was dus niet met
spijt dat ik uit deze stad vertrok maar veeleer met het gevoel van: OK, ik heb
het hier wel gezien, op naar de volgende fase. Net voor mijn vertrek uit
Brents kantoor, heb ik wel eerstnog
even de schok van mijn leven gehad: mijn notebook gaf er de brui aan! Geen
enkel teken van leven meer, geen enkele handeling had resultaat. Ik kan je
verzekeren dat zon moment gelijk staat aan even sterven, want al mijn
contacten zitten in die kleine laptop hoe zal ik godsnaam verder mijn reis
plannen wanneer ik niemand meer kan bereiken????
Paniek is een slechte
raadgever. Met een houding van voor ieder probleem, is er een oplossing, kom
je al een stuk verder. Letterlijk gezien was dat stuk verder: Geelong. Naar
Vlaamse normen ook best wel groot met zijn bijna 300.000 inwoners, prachtig
gelegen aan een baai met fijne zandstranden. Zoals de meeste steden is Geelong
ook uitgetekend volgens een vierkant plan; de stad is opgedeeld in grote
vierkante blokken met straten die loodrecht op elkaar inlopen. Julie, was de
lerares, die me zou komen oppikken aan het station. Zou ik haar wel herkennen?
Ik had haar voor alle zekerheid verteld dat ze moest uitkijken naar een grote
rode valies, niet zo romantisch als een rode roos als herkenning maar zeker
even efficiënt. Feit is dat we er toch in geslaagd zijn om elkaar te mislopen
al werd dat relatief snel geregeld door
een vriendelijke bediende, die 2 mensen bemerkt had, die duidelijk op zoek
waren naar iemand.
Nog voor ik hallo
gezegd had, was de vraag of er een pc winkel in de buurt was, al aan mijn
lippen ontsnapt. Prioriteit was om die laptop weer aan de praat te krijgen want
de volgende morgen, had ik dat machientje heel hard van doen. Het euvel bleek
gelukkig van minder ernstige aard te zijn dan gevreesd : een nieuwe
batterijkabel bracht weer leven in de brouwerij en vooral . rust in mijn hart! Julie
heeft me, als eerste kennismaking met deze, best wel mooie stad, op een rondrit
getrakteerd, waarbij ik heel wat geschiedenis meekreeg. Ik krijg er maar niet
genoeg van. Na mijn introductie, ging het richting hun woning, in een voorstad
van Geelong. Opnieuw een prachtig huis, groter dan waar ik tot nu toe ook
verbleven heb, prachtig gelegen op de top van de heuvel met een weidse blik
over de stad vanuit de living. Er zijn slechtere plaatsen op deze planeet om
een huis te bouwen, zoveel is zeker
Glenn, Julies man, die
ik nog nooit ontmoet had, was heel druk in de weer met potten en pannen om een
avondmaal voor me klaar te maken. De meer dan rondborstige, goedlachse man, had
ongetwijfeld iemand van zijn kaliber verwacht: er werd voldoende eten bereid om
een gans peloton te voeden. Blijkbaar had de bush telegraaf ( het equivalent
van de roddelmachine in Vlaanderen) zijn werk goed gedaan, want de kok des
huizes was volledig op de hoogte van wat ik wel (en vooral van wat ik NIET)
lust. Het werd mijn eerste maaltijd Europese stijl : varkensgebraad, gebakken
aardappelen, bloemkool met witte saus, erwtjes, pastinaak (een groente die in
Europa nauwelijks gegeten wordt maar hier heel erg populair is), geserveerd met
(geloof het of niet) Franse rode wijn. Waar het eten mij zonder problemen kon
overtuigen tot een 2de portie (en dat gebeurt echt niet vaak), kon
de wijn dat absoluut niet. Hun eigen wijn hier is van veel betere kwaliteit dan
wat ik gisteren te drinken kreeg!
Na een ontspannen babbel
was het tijd om naar boven te trekken : een heerlijk ruime kamer met driemaal
hoera!- verwarming. Vergeet de gedachte dat het altijd warm is down under. De
nachten zijn venijnig koud, temeer doordat isolatie en dubbel glas nauwelijks
aanwezig is, in de Australische huizen
Helemaal ontspannen na
een heerlijk warme nacht (wat de vorige 2 nachten niet het geval geweest was)
was ik na een heel behoorlijk ontbijt, klaar om naar de school te trekken, die
door de jaren heen 4 keer in Varlet Farm op bezoek geweest is. Er werden 2
voordrachten voorzien, waarbij ik in totaal meer dan 12O leerlingen gezien heb.
Een heel geïnteresseerde groep en dat maakt het dubbel zo plezant voor me. Er
werd me nog een lunch aangeboden en dan was het al weer tijd voor de volgende
afspraak: een muziekleraar, die ik 2 jaar terug met het onderzoek naar zijn
grootvader geholpen had, wou me graag op de koffie uitnodigen. We hebben meer
dan 3 uur gekletst. Een diepgaand gesprek, waarin het nog maar eens duidelijk
werd hoe een depressie mensen onderuit kan halen. Hij is nu weer op de goede
weg en kijkt, net als ik, vol hoop naar de toekomst.
In de loop van de
namiddag, had ik al het gevoel dat mijn stembanden er genoeg van hadden voor
die dag. De busreis van Geelong naar Ballarat (een dik uur) was een ideale
gelegenheid om die stembanden te laten rusten want eens bij Amanda aangekomen,
wist ik dat er van stilte niet veel sprake zou zijn. Ik heb echt 2 keer moeten
kijken om haar te herkennen: hoe Mandy het voor elkaar gekregen heeft weet ik
niet, maar ze ziet er nu 5 jaar jonger uit dan 2 jaar geleden!
Het enthousiasme straalt
gewoon van haar af, de energie net zo zeer. Zonder verpozen werd ik naar een
restaurant gebracht, wat voor mij de prijs als eerste echte klasse restaurant
in dit land meekrijgt: prachtige inrichting, uitstekende dienst, heel mooie
presentatie en een maaltijd die op alle vlakken scoorde. Daarna richting huis
waar we uitgebreid verwelkomd werden door de 5 Siamese katten en de,(dringend
aan dieet toe), border collie van het gezin. Het is een avond van lang
bijpraten geworden . Heel lang bijpraten want pas rond 2 uur zijn we gaan
slapen.
Ik had op dat moment echt
lood in de benen en dat lood is nu een nog zwaardere materie geworden. De ganse
nacht was ik in de ban van koorts om deze morgen op te staan met een keel, die
zwelgen praktisch onmogelijk maakt. Met de haard op volle kracht, zit ik op de
mat voor het haardvuur om me op te warmen, want ik zit nog steeds te rillen van
de kou en dat ondanks het feit dat ik in 2 dekens gewikkeld ben. Na regen komt
zonneschijn zegt het spreekwoord. Ik zal het daarop houden, in de hoop dat die
zonneschijn er voor mij in de eerste dagen weer zal zijn.
Hallo iedereen, Ondertussen is die rode koffer, met inhoud en baasje, veilig en wel in Melbourne aangekomen. Mijn check-in voor de vlucht gisteren, moet zowat de meest ontspannen geweest zijn, van alle vluchten, die ik tot nu toe heb ondernomen. Het begrip "file" heeft in Canberra eigenlijk geen betekenis, gewoon omdat de stad probleemloos de toevloed van auto's aankan. Dat is natuurlijk even anders, wanneer ik een vliegtuig dien te halen. Chris had me met veel overtuiging duidelijk gemaakt dat het echt niet nodig is om langer dan een uur voordien op de luchthaven aan te komen, want alles verloopt altijd probleemloos. Met de ervaring dat het verkeer die omschrijving alle eer aandeed, geloofde ik mijn gastheer maar al te graag. Het liep eigenlijk al een beetje uit de hand vanaf de start : met 10 minuten vertraging (niet de wijten aan de vrouwelijke helft van het gezelschap, laat dat duidelijk zijn), vertrokken we richting luchthaven. Een korte rit van hooguit een kwartier: al bleek dat op maandagmorgen een half uur te zijn! Met nauwelijks 40 minuten tijd, moest ik nog door de douane en naar de terminal. Het gekke is dat ik er zelfs niet aan dacht dat ik mijn vlucht zou missen: eigenlijk zegt dat heel veel over mijn "Aussie gehalte", dat van dag tot dag dieper in me wortelt. Eens aan de juiste gate aangekomen, werd er zelfs niet omgeroepen dat we aan boord mochten gaan: het was kwestie van "indien de poort open is, dan ga je erdoor!".
De miljoenenstad, die Melbourne is, heeft zijn luchthaven netjes ver vanhet centrum gehouden. Geen onoverkomenlijk probleem want er is een vlotte busverbinding. Van de bus, naar het station en dan was het zaak om de trein naar Malvern (een voorstad) te vinden, want daar kon ik mijn loodzware koffer kwijt. Ook dat is probleemloos verlopen : ik heb zelfs een aangename babbel met een Nederlandse familie gehad tijdens de treinrit. Best wel raar om na maanden van enkel Engels, nog eens je moedertaal (of laat me stellen: een taal die dicht bij je moedertaal aanleunt) te horen. Ik betrap mezelf erop dat ik, tijdens het schrijven van mijn Nederlandstalige blog, meer en meer Engelse woorden in de tekst gooi (die ik er nadien netjes uit filter).
Eens mijn koffers gedropt bij mijn gastheer voor de 2 komende dagen, kon ik terug naar de stad om Melbourne te gaan verkennen. Ik wist eigenlijk al van tevoren, dat het moeilijk zou worden om een betere indruk na te laten dan Canberra... mijn eerste verkenning heeft dat gevoel alleen maar versterkt. Deze stad is natuurlijk van een andere grootte (350.000 in Canbarra tegenover 4 miljoen hier) maar is vooral van een andere stijl. Wolkenkrabbers staan hier vreedzaam naast "oude" gebouwen uit de jaren 1800.
Ik zit momenteel op een plein in de stad waar er vrij WIFI voorhanden is, met net voor me St Pauls kathedraal. Even waande ik me in Europa, al wordt die illusie snel verstoord door de moderne hoogbouw vlak ernaast. Melbourne gaat er prat op, om na Lissabon, het meest uitgestrekte netwerk van trams te hebben. Al heb ik nog maar een fractie van de stad verkend, ik zal dit zeker niet tegenspreken: je kunt haast geen foto nemen van een gebouw zonder dat er een tram voorbijraast! Er is een systeem van hele oude trams, die toeristen gratis rond de stad voeren met ontelbare stops, waar je vrij kunt beslissen om vandaar te verkennen of te wachten tot de volgende stop. Dat moet je mij geen 2 keer vertellen natuurlijk: binnen de kortste keren, zat ik op zo'n tram met de volle intentie om gans de stad te toeren. Intenties worden natuurlijk niet altijd bewaarheid en gisteren werd het een dag die de regel bevestigde. Na de 2de stop, besliste ik om een kijkje in het parlementsgebouw te nemen. Hoera, net op tijd voor een gidsbeurt! Wat ik hiervan onthouden heb is dat timing essentieel is in het leven (wees gerust, ik verwijs niet naar mijn eigen zwaktes!). Op 1 juli 1851 werd de staat Victoria opgericht (voordien was dit stuk Australië een deel van New South Wales): net 2 weken later werd het eerste goud gevonden. De nieuwe staat had van het prille begin dus geen enkele financiële bekommernis: hun parlementsgebouw is dan ook gebouwd volgens het devies "wie het breed heeft, laat het breed hangen". Zowel het hoger- als lagerhuis, zijn met bladgoud opgesmukt. Wanneer je aan de bron zit, komt het heus niet op een gram meer of min : zo'n twaalf miljoen aan goud hangt hier aan de muren te schitteren! Maar er is meer dat schittert hier... Bij het begin van de tour, had de gids gevraagd van waar iedereen afkomstig was. Een ongelovelijk gamma aan landen werd genoemd: behalve Afrika waren alle continenten vertegenwoordigd. Klein land met een kleine delegatie natuurlijk: ik was de enige Belg (in al die maanden heb ik nog geen enkele landgenoot ontmoet... is het dan werkelijk zo dat Belgen huismussen zijn???). Aangekomen in de bibliotheek, zegt de gids "waar is onze Belg in de groep"? Hij wijst naar boven en zegt : "made in Belgium!" . Een kristallen luchter van een formaat dat alle verbeelding tart. In een staat waar het goud uit de grond komt, hoeft Val-Saint-Lambert niet met een bescheiden ontwerp voor de dag te komen. En wees gerust, ze hebben de boodschap begrepen... het licht schittert in alle richtingen doorheen dit Belgisch kunstwerk. Voel ik een spoor van nationale trots in me opwellen????
Na de rondleiding was het tijd om me naar het station te reppen, teneinde de trein naar Malvern te halen. Vandaar was het nog 45 minuten rijden naar de woning van mijn gastgezin. Hij heeft zijn kantoor in de voorstad en overbrugt die afstand 2 keer per dag... De beloning voor dat vele rijden, is een huis temidden een nationaal natuurpark. Ik heb dus opnieuw een stukje hemel op aarde getroffen. De gastvrouw had met veel enthousiasme een oosterse maaltijd bereid: mijn enthousiasme daaromtrent is een stuk minder, laat dat duidelijk zijn! Vervolgens zijn we in een heel diepgaande discussie over het lot van de aboriginal bevolking gedoken. Hoewel ik Elena probeer te begrijpen in haar verdediging van de aboriginals, zijn er toch heel wat elementen in haar betoog waar ik het niet mee eens ben. Feit is dat dit bijna de Brussel -Halle-Vilvoorde van Australië is: m.a.w. een kluif waar menig Australisch politicus zijn tanden op stuk gebeten heeft!
Een koude nacht (ondanks de extra deken) en een vroege start deze morgen. Ik had 2 lezingen voor een prive meisjesschool te doen. De jonge dames stonden duidelijk niet wild enthousiast te wachten op het verhaal van Wereld Oorlog I, wat voor hen wellicht aanvoelt als een verhaal van een ander planeet. Niet dat het een ramp was maar ik weet van mezelf, dat ik al betere voordrachten gedaan heb. Zo slecht was het nu ook weer niet... ik werd met een doos pralines hartelijk bedankt voor alle moeite. Mijn gastgezin zal er wel bij varen, ik kan echt geen luciferdoosje extra kwijt in die koffer van me...
En nu ga ik opnieuw de tram ophoppen, op zoek naar een nieuwe bestemming...
tot later Charlotte
PS: even de stoel van de voorzitter van de Senaat warm houden... my claim to fame!
Hallo iedereen, Voor de mensen, die mijn blog van gisteren gelezen hebben, zal mijn titel verwarring zaaien. Ik zou toch naar een feestje gaan?
Wees gerust: Aussies doen je echt niet werken tijdens een verjaardagsfuif. Hun houding is: wanneer ze werken, doen ze dat heel geconcentreerd, maar wanneer ze uitgaan... wel, laat me zeggen dat ze dat ook geconcentreerd doen. Ik had dus geen idee wat ik kon verwachten gisteren avond, het kon alle kanten op. In mijn kanten galajurk (correctie: in Stacey's kanten jurk), voelde ik me net assepoester, zij het dat de vergelijking niet geheel opgaat natuurlijk. Geen glazen schoentjes, geen prins en al helemaal geen koets om me naar huis te brengen..Het thema van de avond was: een Venetiaanse avond, wat inhield dat we allemaal met een masker rondliepen. Niet bepaald de ideale manier om een gesprek aan te vatten want je hebt er geen benul van, wie er achter het masker schuilgaat. Een praktisch probleem (drinken met een masker op is geen gemakkelijke opdracht) bracht redding : die ondingen werden al heel snel naar de bank verwezen. Er werden allerlei snacks geserveerd, waarvan ik zelfs niet benadering kon zeggen, wat de inhoud wel kon zijn. Deze madam heeft smaakpapillen, die niet echt geneigd zijn om buiten de comfort zone te treden...nog een geluk dat het behoorlijk donker was in de zaal: een zegen voor mij, gezien ik eet met mijn ogen. Wat er niet goed uitziet, gaat er niet in, is mijn regel. Probeer dat maar eens toe te passen in het halfduister! De jarige maakte met veel bombarie haar entree en het feest kon beginnen: andere kant van de wereld maar zo gelijkend met het noorderlijk halfrond. Er wordt gekletst, gedanst en gedronken. Iets meer nadruk op het laatste al was het zeker geen orgie. Bij ons zou de doorsnee Australier worden omschreven als "hij kon er goed weg mee". Om 1.30 uur kwam het feest ten einde en werd ik netjes voor de deur van mijn gastgezin afgezet, nog nagenietend van alle sociale contact.
Mijn nieuwe gastgezin had een ongewone activiteit gepland voor vandaag. Of ik zin had om olijven te gaan plukken? Moet je mij geen twee keer vragen: een nieuwe ervaring in dit land? Laat maar komen! Even vroeg ik me af waar de link tussen de generaal en de boer lag... een vraag die al snel overbodig bleek want de "boer" bleek ook een hoge militair op rust te zijn. Hij heeft een passie voor oldtimers en omdat ze in hun huis niet voldoende hobbyruimte hadden, hebben ze maar een "kleine" hoeve op de buiten gekocht. En daar gaan we weer: "klein", blijkt in dit geval zo'n 25 hectares te zijn. Ruim voldoende plaats voor zijn auto's maar wat doe je met de rest van dat stuk grond? Waarom geen olijfbomen planten en hoewel die man geen enkel benul van boeren heeft, is hij vol overgave in dit avontuur gestapt. Er moet geoogst worden in deze tijd van het jaar want van nu af aan kan de nachtvorst te streng worden en bestaat er dus een risico dat de oogst verloren is. Alle hens aan dek en dat betekent in dit geval: een mooie collectie van gepensioneerde militairen. Het is echt een dag geworden van hard werk maar tevens van heel veel plezier. Ergens deed het me denken aan mijn kindertijd, toen buren, dorpelingen en vrienden kwamen helpen om een bepaalde oogst binnen te halen. Al hadden wij destijds geen gamma aan hooggeplaatste personen rond de tafel... 's Middags werd ons een lunch aangeboden, die de efficiëntie van het team, niet ten goede is gekomen. Hoe kan men in 's hemelsnaam nog bukken, om die netten te hanteren, met een overvolle maag? De nadruk lag dus duidelijk niet op efficiëntie: in zekere zin kan je stellen, dat deze olijven een ludieke manier zijn, om de vriendengroep bijeen te krijgen. Er werd heel wat afgelachen... de boog staat echt niet altijd gespannen. De Australische mentaliteit is nooit echt ver weg...
Hoe anders is het leven in ons Belgenland??? Ik kwam te vernemen dat een jonge landbouwer in mijn vroegere thuisstreek, uit het leven gestapt is. Iedereen vraagt zich af hoe dit mogelijk is? Laat me toe te zeggen, dat ik het antwoord weet. Wanneer het leven geen geluk meer inhoudt, dan kom je in een tunnel terecht, die nergens naartoe leidt. Vreemd genoeg is er geen mens, die dat lijkt te zien. De wereld rondom je, draait verder in de mallemolen: niemand vraagt zich werkelijk af, wat er in je omgaat want iedereen is gewoon te druk bezig met zijn eigen kleine wereld. Ik heb op die grens gewandeld, die dunne lijn tussen leven of niet. Geen mens, die het zag... Mijn keuze is geweest om mijn leven te veranderen, voor dat leven me onderuit gehaald heeft. Ik ben gek verklaard, egoïstisch, een onwaardige moeder en meer van dat moois. Misschien wordt het tijd, dat we met andere ogen leren kijken om een medemens in nood te herkennen. En laat die verwijten maar voor wat ze zijn, die houden toch geen steek. Ondertussen weet ik dat ik de dans ontsprongen ben... niet gek maar wel in leven!
Het zal vanavond vroeg bedtijd zijn : de korte nacht in combinatie met de gezonde buitenlucht hebben mijn geest en lichaam vermoeid op een gezonde manier. Ik zal nog eenmaal genieten van het zicht op de stad, die me met zoveel warmte ontvangen heeft, om morgen opnieuw op trektocht te gaan. Mijn felrode koffer is bijlange nog niet aan het einde van zijn reis!