Denk maar niet dat ik de titel mistypt heb i.p.v. bvb. resonantie. Tijdens de preek van de begrafenis die ik vanmorgen speelde, heb ik zitten denken aan een nieuwe methode om van een dode "af te geraken". Het zogenaamde "groene" vernuft van de decadente mens kent stilaan geen grenzen meer. Uiteraard is een overledene, als men niet meer gelooft in de eeuwigheid en in het lichaam als tempel van de (Heilige) Geest, alleen nog maar een vervelend wegwerpartikel, waarbij men alleen gehinderd wordt door de gevoeligheid van de overblijvende familieleden. Wat zijn we ver weg van de pyramiden der Egyptenaars, van de rotsgraven van de Joden, van de rituele lijkverbrandingen in Azië en van de monumentale begraafplaatsen à la Père Lachaise in Parijs. Na de crematie zijn we nu aan de resomatie. Heeft de duivelse dominee Pandy hen op het idee gebracht? Je kan een dode oplossen in een bad met zuur en na een paar uurtjes blijft er alleen een klein residuutje over. Geen nood voor de industrie, ook dat zal je wel in een bokaaltje mee naar huis kunnen nemen om op je schouw te zetten naast het poppetje dat je vorig jaar uit je vakantie meebracht. Gelukkig is er het mom van de milieuvriendelijkheid (al heeft nog niet definitief beslist wat men met het zuurbad gaat doen, eenmaal gebruikt). Horresco referens. (zoek het maar zelf op: waarschijnlijk is dat ook milieuvriendelijker, maar daarom niet minder oneerbiedig).
Het schooljaar zit er op: de woensdagnamiddagen zullen twee maanden niet zijn zoals gewoonlijk. Deze grootouders hebben tijdens het jaar 4 kleinkindjes die elke woensdag naar hier komen. Nu wordt het een beetje anders. Eerst gaan we een weekje met z'n allen (= moeke, vake en de 4 oudste kleinkinderen) naar de zee. Hopelijk wordt het zomer, en niet zoals de vorige jaren bar slecht weer. Daarna vertrekt Sophie met haar twee rakkers naar Italië (buurt van Torino), en Gert zal later ook al naar la bella Italia gaan (Elba). Wouter stelt zijn vakantie nog wat uit: in september naar IJsland met zijn Julietje. Lekker allemaal de batterijen opladen.
Op de eerste plaats natuurlijk waardoor je hem met je handen aanraakt, maar ook door het aanraken met je stem, door je gevoelens met je stem te uiten of via het zingen het kindje te laten weten dat je er voor hem bent. Van oudsher kennen we natuurlijk de wiegeliedjes voor de baby. Maar we zingen even goed liedjes bij allerlei dagelijkse handelingen als aankleden en in het badje doen. Babys houden van klankspelletjes en zijn zeer attent pop allerlei spannende, maar vooral nieuwe geluiden. Favoriet zijn de imitatiespelletjes en liedjes waarmee je hen uitnodigt om zelf geluidjes te maken en te brabbelen. En de meest vanzelfsprekende manier voor een baby om te genieten: rustig bewogen worden op muziek in een paar veilige en vertrouwde armen.
Wanneer kindjes wat ouder worden spelen we de bekende vingerspelletjes (Naar bed, naar bed, zei Duimeloot) en op-schoot-spelletjes (hop-hop-hop). En liedjes bij het slapengaan, tanden poetsen, opruimen van het speelgoed horen er ook bij.
Liedjes : goed voor het behaaglijk gevoel van kinderen en basis voor later genieten van muziek.
Met al dat muzikaal geweld dat hier regelmatig geproduceerd wordt, zou je nog vergeten dat ik - voor ik aan mijn leven als coördinator van het regionaal overleg voor de arbeidsmarkt - in mijn eerste leven logopedist was. In 1967 naderde het einde van mijn opleiding en werkte ik aan een proefschrift over doven. Daarvoor was ik o.m. een periode in Nederland, eerst in het universitair ziekenhuis van Nijmegen o.l.v. Prof. Brinkman om stemtherapie te leren, en daarna in het wereldberoemde Instituut voor Doven te Sint Micheilsgestel met Antoine Van Uden en prof. Van Dijck. Het was in dit laatste instituut dat ik voor het eerst kennis maakte met doofblinde kinderen. Deze laatste categorie van kinderen was in de 19e eeuw lang als compleet hopeloos beschouwd: er was immers nog geen middel gevonden om met hen te communiceren. Op 27 juni 1880 werd Helen Keller geboren in een welstellende Amerikaanse familie. Toen ze 19 maanden oud was, kreeg ze hersenvliesontsteking en werd daardoor doof en blind. Na enkele uitzichtloze jaren kreeg ze als huislerares Anne Sullivan, die er als eerste in slaagde om met handalfabet en braille het meisje echt tot ontplooing te brengen. Helen Keller werd de eerste die een middelbare opleiding afmaakte en in 1904 in Boston cum laude promoveerde in de linguistiek. Zij publiceerde verschillende boeken. Wereldberoemd werd ze toen het toneelstuk The Miracle Worker het verhaal van haar jeugd op de planken bracht. Het was dit toneelstuk dat ik later in Borgerhout zou helpen regisseren en zo was de corkel rond.
Zoals ieder jaar ga ik een muzikaal weekendje Londen doen in december. Mochten er liefhebbers zijn om mee te gaan, dan mag je dit laten weten; dan regelen we iets samen. Op het programma alleszins het traditionele kerstconcert o.l.v. John Rutter, en de musical The Lion King in het West End. Uiteraard ga ik ook naar de Vespers in Westminster Abbaye en de hoogmis in St. Pauls Cathedral. Voor de verwoede shoppers: het is Christmastime in Londen.
Programma 10-12 december 2010
Vr vmHarrods
Vr 15.00Vespers in Westminster Abbaye,
Vr avSoho
Za moMarkt Notting Hill of British Museum
Za 15.00Concert Rutter Royal Albert Hall
Za 19.30West End : The Lion King
Zo 11.30St Pauls Cathedral : gezongen hoogmis
Prijs: ca. 285 (inclusief: Eurostar, 2 nachten + ontbijt, Toegangsticketten voor Royal Albert Hall en West End, 3 dagen metroticket exclusief: maaltijden middag en avond).
Je vergeet toch niet je belastingsbrief op tijd in te vullen?
De Romeinse redenaar en staatsman Cicero zei zo'n tweeduizend jaar geleden al: "Tolvrij zijn slechts onze gedachten" De Egyptenaren die hun rijk via een uitgebreid ambtenarenstelsel bestuurden, kenden in hoogtijdagen wel honderd verschillende belastingen. Ook in het hiernamaals moesten de Egyptenaren belastingen betalen. In de koningsgraven heeft men beeldjes gevonden van belastingambtenaren die hun plicht moesten doen: helpen bij het vullen van de schatkist.
De krant DE TIJD bericht over een duik in de geschiedenis door AskMen over de domste belastingen ooit. Verhelderend voor onze informateur, een gedreven historicus.
1.Zouttaks
Hoe onschuldig het op het eerste gezicht ook lijkt, zout is de drijfveer van vele revoluties geweest. Heffingen op zout lagen aan de basis van de ondergang van het Chinese rijk. De Franse taks op zout ontketende de Franse revolutie en in 1930 leidde Ghandi eigenhandig een opstand tegen de zouttaks van de Engelsen.
2.Open Haard-taks
In Engeland vonden ze er in 1622 niets beter op dan een belasting op open haarden te heffen. Het leidde tot een overdreven belastingsregime voor de armere klassen Wat gebeurde? Mensen begonnen hun schoorstenen te verstoppen opdat controleurs niets zouden merken van een open haard. In 1689 verdween de taks nadat een bakker bij een brand zo'n 20 huizen van buren de vlammen in joeg, met vier doden er bovenop.
3.Vreemdelingtaks
Taksen op buitenlanders is niet zo vreemd, zelfs tot in de 20e eeuw. Canada was in 1885 de eerste om Chinese immigranten te belasten. De heffing duurde tot 1923... een eind dat niet werd ingegeven door mentaliteitswijziging maar door de Chinese wet die op dat ogenblik verbood nog naar Canada te gaan.
4.Nobelprijs-taks
Zelfs de Nobelprijs, voor mensen die de grootste bijdrage aan de mensheid deden, heeft zijn eigen belasting in de VS. Dat geldt trouwens voor alle prijzen, ook voor de Pulitzer-prijs en dergelijke. Enige manier om er aan te ontkomen? Het weggeven aan een goed doel of aan de overheid, aan u de keus.
5.Dissidententaks
Nog zo'n klassieker uit de geschiedenis: wie het niet met de Koning eens was, mocht zich aan een belasting verwachten. De methode werd in vele varianten toegepast. Uiteindelijk was het een slimme vondst om je vijanden zo hard mogelijk onderuit te halen. In het Engeland van Oliver Cromwell (1655) komt er zo een taks op royalisten. Bovendien diende het geld van de opbrengst om de royalisten mee te bestrijden. Bij die belasting kon men alvast niet klagen dat het om een belasting was waarvan met de uitkomst niet kende.
6.Belasting op emancipatie van slaven
Rijke Romeinen die tijdens de Antieke Oudheid de vrijheid schonken aan een slaaf, moesten daarvoor een extra belasting betalen. Voor de Romeinen die zich slaven konden veroorloven, was die eenmalige belasting zelden een probleem. Jammer genoeg voor de slaaf moest ook hij 10 procent van zijn oorspronkelijke aankoopprijs ophoesten.
7.Belasting op handel in illegale drugs
Slechts weinigen zijn geneigd zwarte inkomsten in te vullen op hun belastingaangifte. Toch vraagt de Amerikaanse belastingdienst (IRS) een pak meer eerlijkheid van zijn belastingplichtigen. In de richtlijnen die de dienst meegeeft voor het invullen van de aangifte wordt erop aangedrongen illegale inkomsten, zoals de handel in illegale drugs, aan te geven via regel 21 van formulier 1040. Hoeveel eerlijke drugdealers hun illegale inkomsten aangeven is niet bekend.
8.Baardbelasting
De Russische Tsaar Peter De Grote voerde in 1705 een belasting in op het dragen van een baard, wat nochtans voorgeschreven werd door de Orthodoxe godsdienst. Orthodoxe geestelijken waren vrijgesteld van de belasting. Elke andere man die een baard wilde dragen, moest daarvoor een attest aanvragen en uiteraard de belasting neertellen.
Ik denk er ernstig over om aan het bestuur van Musica ad Nives voor te stellen om een nieuwe mis in te studeren van Ernst Fuchs-Schönbach (1894-1975): zijn Missa Brevis, opus 20. Fuchs-Schönbach (eigenlijk Fuchs) was een Duitse componist uit de 20e eeuw, die aan de Kirchenmusikschule van Regensburg en aan de Akademie der Tonkunst in München studeerde. Bijna heel zijn muzikale carrière verliep in Viechtach, waar hij piano- en muziekonderricht gaf, en waar hij ook een zangschool oprichtte.
Fuchs-Schönbach was diep verbonden met zijn heimat. Dit is dan ook de reden waarom hij aan zijn oorspronkelijke naam Fuchs het aanhangsel Schönbach toevoegde, zijnde de naam van zijn geboorteplaats.
Op 18 september start het Cultureel Centrum van Mechelen met een vooruitblik naar het cultuurseizoen 2010-2011, onder de titel UiTkijk. Zij zeggen zelf dat zij hiermee de verenigingen in/uit Groot-Mechelen willen promoten. KORILE gaat daar dit jaar niet ontbreken, want ik vind dat wij echt wel aan cultuur doen en dat wij het publiek leuke dingen te bieden hebben. Dus ... lieve leden van KORILE: neem je agenda en houdt zaterdag 18 september tussen 12u00 en 15u00 vrij. We brengen allicht een voorsmaakje van onze aperitiefconcert(en) op 3 (Leest) en 17 (Borgerhout) oktober. Het wordt nog leuker dan de Stadsvisioenen!
Gisterenavond was het de laatste repetite van KORILE voor dit koorwerkjaar, volgende week verzorgen de alten van Leest het zomerfeest, dit keer met Bourgondisch kaas- en wijnfestijn. Musica ad Nives doet nog een ietsiepietsie voort maar sluit ook zijn werkjaar af op 1 juli: met een liedje, een hapje en een drankje. Tijd dus om de dirigent even te laten omkijken naar het voorbije jaar, al zeggen de politiekers (vooral zij die verloren hebben) dat je vooruit moet kijken. De terugblik is een parafrase op het beroemde gedicht van Alice Nahon: " 't Is goed in 't eigen hart te kijken, nog even voor het slapengaan." Het was een mooi jaar, niet in het minst omdat ik nieuwe leuke mensen mocht leren kennen, nieuwe zanger(essen)s in Borgerhout, maar evengoed nieuwe leden zowel in KORILE als in MaN. Muzikale hoogtepunte opsommen laat ik over aan de respectieve voorzitters. Die kunnen toch niet raden wat ik super vond, omdat het vaak gaat om dingen die gebeuren in de geborgenheid van een repetitie: een perfecte muzikale zin, het oef-gevoel van voor de eerste keer helemaal door een koorwerkje te geraken. En we hebben natuurlijk ook moeilijke momenten gehad: berichten over serieuze ziektes, en zelfs een koorlid uit Borgerhout dat we moesten ten grave dragen. En toen rustte .... de dirigent en hij zag dat het goed was.
Reeds de oude Grieken kenden hun Sirenen: halfgodinnen met het lichaam van een vogel en het hoofd van een vrouw. Ze waren erg mooi en zongen zulke verleidelijke liederen dat de reizigers die hun eiland passeerden, de verleiding niet konden weerstaan. Vervolgens liep hun schip dan te pleter tegen de rotsen en werden zij gedood doordat de Sirenen alle levenskracht uit hen wegzogen.
De oude verhalen vertellen hoe hun muziek werd overwonnen door de meesterzanger Orpheus. Muziek om muziek te bezweren.
En dan is Ondine uit de Germaanse mythologie. Volgens Paracelsus is het een waternimf die in bospoelen of watervallen woont. De Ondines hebben prachtige stemmen die soms gehoord wordt boven het geluid van het water uit.
En wie kent niet de Lorelei? Ich weiss nicht wassoll es bedeuten dass ich so traurig bin. Boven op de Loreleyrots zou een zingende nimf met gouden haren hebben gezeten, die door haar gezang de schippers afleidde en tegen de rots liet varen.
Van een gaatje in mijn agenda heb ik gisterenavond gebruik gemaakt om een kijkje te gaan nemen in Lebbeke-Buggenhout, waar een nieuw solidariteitskoor in oprichting is. Een leuke ervaring die herinnert aan lang vervlogen tijden. Mocht ik nu adviseur zijn dan zouden mijn gevoelens dubbel zijn. Gevestigde koren kunnen vast wat leren van deze groep: heel wat jonge mensen (vooral dan bij de dames) krijgen met hun enthousiasme een vijf en twintigtal kandidaatzangers bij mekaar, wellicht door hun thema, maar ook door de doordachte recruteringscampagne, en - daar kunnen wij nog een puntje aan zuigen - door het simpele feit dat er zogezegd kinderopvang is, wat de drempel nogal wat verlaagt. Positief is zeker ook dat men resoluut kiest voor een mondiale benadering met teksten die perfect passen binnen de roep naar rechtvaardigheid, broederschap en vrijheid. Negatief is dan weer dat de muziek zelf (de koorzettingen toch al zeker) van een dubieus niveau zijn. Mooi was dan weer dat één van de koorleden-initiatiefnemers kort iets kan vertellen over de achtergrond van elk lied (daar mag in de toekomst zeker wat meer tijd voor uitgetrokken worden). Het gevoel van solidariteit gaan dan weer ten koste van de zangkwaliteit: er is (nog) geen tijd uitgetrokken om de stemmen correct in te delen en ik vrees dat er nog wanhopig veel zal moeten gewerkt worden aan het treffen van de juiste toon door sommige zangers (die overigens een roerend enthousiasme ten toon spreiden). De dirigent moet wel zijn partituren instuderen zodat hij op zijn minst de juiste toon kan opgeven en weet in welke maat een lied staat en gedirigeerd kan worden. Maar dat zijn wellicht kinderziektes die de aanstekelijke goede wil niet mogen remmen.
De oudste vermelding van het woord beijaert is te vinden in het dierenepos Vanden vos Reijnaerde en dateert dus van ca. 1260 of vroeger. Het woord verwees naar iemands klokkenspel in de obscene betekenis van het woord, maar de passage maakt ook duidelijk dat een beijaert in die tijd een tuig was waarmee op klokken kon worden gespeeld. In de late middeleeuwen was het immers de gewoonte dat zogenaamde beyaerders bij feestelijke gelegenheden beyaerden op de luidklokken van de kerken. De klokken werden bij die gelegenheden niet geluid, maar ze hingen stil en ze werden aangeslagen door de klepels die in beweging werden gebracht door middel van touwen. Het woord wordt voor het eerst gebruikt voor de beiaard in de huidige betekenis vanaf ca. 1550.
De term beyaert is dus van Vlaamse en, gezien de oorsprong van het dierenepos, misschien van Waaslandse afkomst. Verschillende auteurs hebben het woord trachten te verklaren, maar tot op vandaag is geen enkele verklaring overtuigend gebleken.
De beiaard is in elk geval Brabants/Vlaams, want hij is ontstaan in de Zuidelijke Nederlanden. Maar hij is ook Belgisch, want ook in Waalse torens hangen beiaarden. En hij is ook Groot-Nederlands, want bijna de helft van alle beiaarden ter wereld bevindt zich in het gebied dat vroeger werd gevormd door de 17 Provinciën. De jongste anderhalve eeuw is het instrument dan ook gemobiliseerd voor zowel de Vlaamse zaak (Dan zal de beiaard spelen van al uw torentransen ), als voor de Belgische (cet instrument essentiellement national ) als voor de Groot-Nederlandse (het klokkenspel is uitvloeisel van een raseigenaardigheid, die geen staatkundige grenzen kent ). En geen van de drie ideologieën is er in geslaagd om zich de beiaard volledig toe te eigenen.
Rest dan nog de vraag waarom de beiaard net ontstaan is in de Zuidelijke Nederlanden. Hiervoor zijn meerdere verklaringen gegeven, gaande van de barbaarsheid van het Vlaamse volk ("welk beschaafd volk zou het in zijn hoofd halen om muziek te maken op klokken ?") tot het ongunstige klimaat ("in Vlaanderen is het zo vaak bewolkt dat de Vlamingen muziekinstrumenten in hun torens hingen om de droevige atmosfeer op te vrolijken"). Wellicht is de verklaring te vinden in een combinatie van factoren, zoals de economische welstand en hoge verstedelijkingsgraad in het Vlaanderen en Brabant van de late middeleeuwen, de bloei van de Zuid-Nederlandse polyfonie en de technologische superioriteit van onze streken, o.m. op het vlak van weeftechniek. Er is immers een frappante gelijkenis tussen een weefgetouw en een beiaardinstallatie.
Geen musicoloog zal ontkennen dat Bach zijn composities een diepere betekenis verleende door middel van symboliek. Zo vormen het relatief korte eerste en het langere tweede deel van de Matthäus-Passion een kruis. Het is ook duidelijk dat aan veel van Bachs composities ingewikkelde symmetrieën en omkeringen ten grondslag liggen. Of hij daarmee tot de 'mathematische componisten' behoort, is al meer dan tweehonderd jaar de vraag.
Getallen speelden zeker een belangrijke rol in de muziek van de zeventiende en achttiende eeuw. In veel muziekboeken uit die tijd wordt verwezen naar een tekst uit het apocriefe bijbelboek De wijsheden van Salomo: ,,Alles hebt gij naar maat, getal en gewicht geordend.'' Een componist zou zijn muziek moeten baseren op een van tevoren aan de hand van getallen bepaald patroon, precies zoals God het heelal had 'geconstrueerd'. En de vaak geciteerde Duitse filosoof Leibniz beschreef muziek als ,,verborgen sommen van een geest die zich er niet van bewust is dat hij aan het rekenen is.'' Voor componisten speelden ook meer praktische overwegingen een rol. Zo diende een cantate in de winter korter te zijn dan in de zomer, om de kerkgangers niet te lang bloot te stellen aan de kou in de kerk.
In de afgelopen vijftig jaar heeft men zich gestort op een nog weer andere, in het werk van Bach verborgen getallensymboliek. Dat hij zich daar zelf op geen enkele manier in woord of geschrift over heeft uitgelaten, heeft velen er niet van weerhouden om elke compositie binnenstebuiten te keren. Maten, noten, thema-inzetten, voortekens, woorden en zelfs letters zijn geteld, de uitkomsten onderworpen aan allerlei mathematische bewerkingen, leidend tot de meest fantastische en onwaarschijnlijke interpretaties. De aanstichter van dit alles was de Duitse musicoloog en theoloog Friedrich Smend. Hij publiceerde in 1947 het eerste van vier artikelen waarin hij beweert dat Bach in zijn composities een code heeft gebruikt die berust op de rangnummers van de letters uit het alfabet: A=1, B=2 enz. In het Latijnse alfabet, dat in de achttiende eeuw in Duitsland werd gebruikt, zijn I en J identiek, evenals U en V, zodat Z=24. BACH wordt op deze manier verbonden met het getal 14 (2+1+3+8), CHRISTUS met 112 en CREDO met 43. Smend slaat vervolgens aan het tellen en interpreteren: het Credo van de Mis in B mineur beslaat 784 (7x112) maten, hetgeen zou betekenen dat de naam van Christus zeven keer wordt aangeroepen. In hetzelfde werk omvatten het koor 'Credo in unum Deum' en het direct daarop volgende 'Patrem omnipotentem' 129 maten. Dat is weer 3x43, dus ,,Credo, credo, credo'', waarmee Bach zou willen zeggen dat er geen waar geloof in God is ,,buiten het geloof in de Heilige Drievuldigheid''.
Voor velen onder ons is de avond van het koor een momentje uit, leuk zingen, vrienden zien. Maar ... goed zijn in je hobby veronderstelt dat je soms eens een extraatje doet, om bij te blijven, om over je muurtje te kijken, om meer te halen uit je koor. We hebben van Koor & Stem weer een rijk aanbod gekregen, waar ik de dingen uitpluk waar ik zelf (waarschijnlijk) ga aan meedoen. Ik zou het barslecht vinden als mijn koorleden en/of bestuursleden niet aan één van de volgende (FANTASTISCHE) activiteiten zouden meedoen. Je verdient daarentegen een pluim als je wel hier of daar met mij mee zou gaan.
Startdagen voor het koorjaar 2010-2011
Op 18 september in Gent, op 9 oktober in Geel zijn er startdagen van Koor & Stem vooe het werkjaar. Er zijn sessies waar je nieuwe muziek kan ontdekken (Gent-Kerstliederen, Geel volksmuziek) en ook sessies voor de bestuursleden van koren die o.m. gaan "toekomstplanning voor koren" en "samenwerkingsverbanden met andere organisaties".
De zangnamiddag in het lemmensinstituut in Leuven Op 24 oktober (13.30-18.00). Speciale aandacht voor liturgische muziek.
Zaterdag en zondag 30-31 oktober
Een geweldig programma in Brussel waar je alles over vindt op de volgende website: http://www.ohsochoir.be/programma/programmaschema/ Als ik naar dit programma kijk, begin ik al te kwijlen. Dit wordt ongetwijfeld één van de hoogtepunten van het jaar. Al wie met koorzingen bezig is (en ook muziek kan lezen) zou hier moeten op intekenen; meteen geraakt de organosator door het succes compleet over zijn toeren. Ik ga alleszins tenzij ik op sterven na dood ben. Wie meegaat geeft maar een gil.
Woensdag en donderdag 17-18 november: "Grijs gezongen"
Koormidweek voor 60-plussers met koorervaring in de abdij van Drongen onder leiding van Vic Nees. Een vervolg op de midweek van vorig jaar. Wie gaat er mee duimen en vingers aflikken?
Van de eerste jaren van mijn lagere school herinner ik mij niet meer zoveel: hier en daar nog een beeld. Een herinnering is een flitslicht uit het verleden dat het pad dat wij hebben afgelegd doet glanzen en oplichten. Het was alleszins geen tijd van kommer en kwel, want ik ging graag naar school (denk ik). Alle dagen te voet naar "het college" in Beringen, langs het snoepwinkeltje, dan de speelplaats op met de hoge kastanjebomen. Van het eerste studiejaar is mijn enige herinnering dat mijn vader naar de school moest komen en dat meester Goossens vol fierheid ging demonstreren hoe goed ik wel was in Gewijde Geschiedenis, wat jammerlijk de mist in ging (de naam van de schipper? ik woonde kort bij het Albertkanaal en had geen flauw idee dat hij Noë met zijn ark bedoelde). Maar ik hield aan dat oudercontact avant la lettre een brilletje over, waarmee ik zeker niet de schoonheidsprijs won. Pas in het derde studiejaar leerden we de tafels van vermenigvuldiging opdreunen (dagelijkse kost 's morgens na de godsdienstles). We gingen ook al op klasuitstap: naar de Zwarte Beek om kikkervisjes te zoeken.
Daar moet ik allemaal aan denken nu ik vandaag wer eens de twee oudste kleinkinderen op bezoek heb. Lise (3e studiejaar) heeft de volgende weken alle dagen 'proeven'. Ik schrik me rot wat die kinderen al moeten kennen. Joëlle Milquet zou zeker niet slagen in de dicteeproef die er morgen aankomt.
Zeg dag met een lach tegen de wrede vrede. Het kanon zwijgt. De klauwen van de leeuw doen de schreeuw van de stervende houthakker verstommen. Het wringt allemaal
Dan toch maar liever de schipper van de ark en de kastanjebomen.
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.