Ik ben Ria Coeckelberghs, en gebruik soms ook wel de schuilnaam RiCo.
Ik ben een vrouw en woon in Houthalen-Helchteren (België) en mijn beroep is Freelancejournalist.
Ik ben geboren op 05/11/1956 en ben nu dus 68 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Lezen, schrijven, fotograferen, decoreren, koken.
Als Betty na een lange vlucht
aankomt op het vliegveld van Teheran realiseert ze zich dat deze reis
een grote vergissing is. Ze kijkt naar zichzelf in de spiegel en ziet
een vrouw die op de rand van instorten balanceert. Hoe kon het
gebeuren dat ze, negenendertig jaar oud, totaal geen greep meer op
haar leven had?
De Amerikaanse Betty trouwt met de Iraanse
Moody, ze krijgen een dochtertje, Mahtob, en zijn gelukkig. Totdat ze
Moody's familie in Teheran bezoeken. Dan ontpopt Moody zich tot een
gewelddadige man en moet ze zich aan zijn grillen en strenge regels
onderwerpen. Een vakantie verandert in een hel. Anderhalf jaar lang
zit ze met de kleine Mahtob gevangen in een onbekend land, totdat ze
eindelijk iemand bereid vindt om hen het land uit te smokkelen. Het
begin van een levensgevaarlijke tocht door de bergen.
Mijn recensie
Zomer 1994- Ik krijg het boek te leen van mijn nicht Mieke die twee jaar ouder is dan mij. Ze vindt dat ik het ook moet lezen. Met ons gezin ga ik op vakantie en neem het mee. Vanaf de eerste pagina's grijpt het me bij de keel. Het leest als een thriller maar het is bittere realiteit. Een vrije westerse vrouw komt terecht in een vijandige omgeving waar ze continu bewaakt wordt door de familieleden van haar man. Geestelijke en lichamelijke mishandeling zijn aan de orde van de dag. Ik heb zo te doen met Betty dat ik het boek halverwege sluit en niet meer verder kan lezen. Ik beslis dat ik de rest bewaar voor thuis zodat ik nog van mijn vakantie kan genieten.
Het is twintig jaar geleden dat ik dit boek heb gelezen maar haar verhaal blijft levendig in mijn herinnering. Het heeft een onuitwisbare indruk op mij nagelaten. Bloedstollend wat deze vrouw heeft moeten doorstaan! Zal ze ooit uit deze nachtmerrie ontwaken? Betty's gevoelens slaan om van verbijstering naar paniek en woede tot alleen nog haat overblijft. Ze wil kost wat kost aan deze gruwel ontsnappen en zet een doelgerichte strategie uit. Vluchten is de enige weg. Uit liefde voor haar kind verricht ze bovenmenselijke inspanningen en maakt ze talrijke ontberingen mee. Deze vrouw is een heldin.
De schaduw van mijn vader
Nu heeft haar dochter Mahtob het vervolg geschreven in 'De schaduw van mijn vader'. Bij het uitpakken van verhuisdozen vindt Mahtob een oud album met foto's gemaakt door haar vader. Hoe anders zou haar leven verlopen zijn als ze niet met haar moeder had weten te vluchten uit Iran?
Recensie redactie bol.com
De moeder van de schrijfster, de
Amerikaanse Betty Mahmoody, schreef de internationale, verfilmde
bestseller 'Not without my daughter' over haar gedwongen verblijf in
Iran en de vlucht met haar dochter Mahtob. Dit is het verhaal van
Mahtob (1979) zelf. Mahtob en haar ouders gaan in augustus 1984 voor
twee weken op vakantie naar Iran, het land waar haar vader Moody
vandaan komt. Maar Moody besluit om niet meer terug te keren naar
Amerika en hij houdt Mahtob en Betty in gijzeling. Begin 1986 weten
ze te ontsnappen en keren naar Amerika terug. Hier leven ze jarenlang
in angst voor vergelding van Moody. Betty en Moody zijn niet
gescheiden en hij zou Mahtob mee kunnen nemen naar Iran. Als het boek
van haar moeder een internationale bestseller wordt, reizen Mahtob en
Betty de hele wereld af. Mahtob, die met een grote tegenslag te maken
krijgt als bij haar de auto-immuunziekte lupus wordt geconstateerd,
is altijd op haar hoede voor haar vader. Moody overlijdt in 2009. Hij
heeft dan nog geprobeerd om in contact te komen met Mahtob. Voor haar
is hij echter al overleden op de dag waarop hij haar en Betty zei dat
ze niet terug mochten gaan naar Amerika. Vlot geschreven persoonlijk
relaas waarin Mahtob vertelt hoe ze in staat was haar trauma te
overwinnen en nu een normaal leven kan leiden.
Benodigdheden voor 2 personen: - 4 varkenswangetjes - peper en zout - braadvet - 1 maggiblokje - 1 grof gesneden ui - 1 wortel in plakjes - 1 schijfje knolselder in staafjes - 1 laurierblad - takje tijm - 1 dl water - 1 dl donker bier - mosterd of azijn Bereiding: - Kruid de varkenswangetjes en bak ze aan in de pan. Haal ze eruit en smoor de ui glazig. Doe er de wortel en de knolselder bij. Giet het vocht in de pan samen met het maggiblokje, het laurierblad en de tijm. Leg de wangetjes erbij en laat het ruim 1,5 uur stoven. Breng op smaak met een beetje mosterd of azijn. - Lekker met opgebakken aardappelen en witloofsalade.
LEUVEN- 23/10/2013- Getuigenissen van bijzondere mensen Dit boek kreeg ik van mijn tante Monique toen we in 'Het Geheim' een afspraak hadden. Zij had het weer gekregen van een oom van de schrijfster. Anne Bovyn (40) is verpleegkundige en freelance journaliste in West-Vlaanderen. Ze heeft het boek in eigen beheer uitgegeven omdat ze niet wilde dat er iets aan de teksten en foto's zou veranderd worden. Twaalf totaal verschillende mensen vertellen hun verhaal in dit boek. Het meest inspirerende vond ik dat van journaliste JennieVanlerberghe (67) die erg begaan is met het lot van vrouwen over de hele wereld. Als kind al had ze een groot gevoel voor rechtvaardigheid en ze vond het niet juist dat haar broers nooit een hand hoefden uit te steken in het huishouden. "Vrouwen zijn geen meid, geen serveuses", zegt ze. "Als je een beroep hebt geleerd kun je zelf geld binnen brengen en dat dwingt respect af. Het draagt bij tot zelfrespect en een gevoel van eigenwaarde. Dat is wat vrouwen over de hele wereld nodig hebben: RESPECT. Haar werk bracht haar naar Kroatië, Bosnië en Afghanistan waar ze met de ellendige situatie van vrouwen werd geconfronteerd. 'Mothers for Peace' is de organisatie van Jennie die zeker nog tot 2014 actief blijft in Afghanistan. "Dat vrouwen daar niemand zijn, zit er duizend jaar ingebakken. Een opstandig vrouwtje uit Ieper zal dat niet veranderen", besluit ze.
Het boek is te bestellen bij : anne.bovyn1@telenet.be 0032-474-77 17 91
Bedperikelen Mijn nachtrust is er tijdelijk vandoor. Na vijftien jaar is hij plots
vertrokken. Mèt het leeggelopen waterbed. Een maand lang mag ik matrassen
uitproberen. Na korte nachten op een plank- lijkt het wel- ben ik suf en
lusteloos, heb ik rugpijn en zie donkere kringen onder mijn ogen. Ik wil
mijn zachte bed terug !
Uitverkochte zaal op eerste Schrijf!evenement van Boekschrijven.nl
UTRECHT-04/01/2014- Het eerste
schrijverssymposium Schrijf!2014 van Boekschrijven.nl is een groot
succes. Place to be: een sfeervolle oude kerk met de naam
'Zaalverhuur7' in de Boothstraat. 185 deelnemers worden verwelkomd
met een gratis kop koffie of thee. Daarna zoekt iedereen een zitplaats
uit in de Grote Zaal die volstaat met rijen stoelen voor het podium.
Ik neem plaats op de tweede rij uiterst links, naast een jonge
mannelijke collega.
Koen van Huijgevoort is
oprichter van Boekschrijven.nl en uitgever van Cursusschrijven.nl.
Als organisator mag hij de spits af bijten met de keynote: Willen
schrijven.Waar gaat het bij het schrijven om?
Schrijven als passie of om te willen publiceren? Daar moet het
publiek over nadenken.
Schrijver en schrijfcoach David Mulder
geeft het seminar: Eerste pagina van jouw boek. Hij legt uit hoe het schrijfproces
verloopt en demonstreert hoe ontdekkend schrijven werkt. David wil enkele onderwerpen horen en
kiest dan voor het café waar een verlegen man zit. Samen bouwen we aan de eerste regels en
alinea's. De locatie, het personage, het thema en de situatie
begint te leven. De deelnemers hebben er schik in.
De rondbuikige Nanda Huneman- in blijde
verwachting- wil ons laten ontdekken wát we willen schrijven. We
moeten onze schrijfwens serieus nemen en tot actie overgaan. Daarvoor
is lef en ondernemingszin nodig. We maken een verlanglijstje- nee
niet voor Kerst en visualiseren wat we over precies een jaar
willen gerealiseerd hebben. Daarvoor schrijven we een verhaal met een
terugblik op het jaar 2014. Wat voor schrijver willen we zijn? Bedenk
een metafoor. Het realistische brein is altijd in
conflict met het droombrein. Dat moeten we dus uitschakelen. We maken een plan van aanpak met
haalbare doelen.
Schrijfwedstrijd
Tussendoor wordt de winnaar van de
schrijfwedstrijd bekend gemaakt. Opdracht was een jeugdverhaal met
500 woorden te schrijven. De gelukkige is Edy van de Midde die zijn
verhaal mag komen voorlezen. Ik moest gewoon even plassen,
klinkt het verontschuldigend. Hij vertelt over een tor die hij in de
pisbak bijna had weggeschoten met zijn straal. Hij mocht op veel bijval rekenen
en nam de gewonnen schrijfcursus blij in ontvangst.
Acquirerend redacteur bij Uitgeverij
Nijgh & Van Ditmar, Willemijn Tillmans somt de do's en dont's op
bij het toesturen van je manuscript. Voeg een synopsis bij. Ook de
context is belangrijk zoals je schrijfverleden en of je beroepsmatig
schrijft. De beoordeling van het manuscript laat enkele maanden op
zich wachten omdat ze heel veel toegezonden krijgt. Ga dan niet
tussendoor bellen of mailen.
Revolutionair is de twee jaar geleden
gelanceerde crowdfundingwebsite TenPages.com. De auteur plaatst de
eerste tien bladzijden van zijn boek online en laat het door lezers
beoordelen. Die kunnen dan aandelen van vijf euro per stuk kopen. De
auteur krijgt vier maanden de tijd om 2000 aandelen te verkopen. Het
is wel van belang om daarna de juiste uitgever te zoeken. Alle
aandeelhouders krijgen in het boek een eervolle vermelding.
Inez Risseeuw helpt ons over de
schrijfdrempel heen. We moeten non-stop tien minuten schrijven en
telkens als we afgeleid worden door een negatieve gedachte die meteen
noteren. De foute personages of bedenkingen worden verder uitgewerkt.
Debutanten
Dan
is het tijd voor de drie debutanten van TenPages.com: Ria Schopman, Gerard
van De Schootbrugge (Gerard Espunt) en Brenda Beukering. De Hagenese Ria Schopman
kende ik al van Facebook en Schrijverspunt.nl. Leuk om haar nu eens in
het echt te ontmoeten. Haar eerste boek 'Alea' komt uit in maart bij
uitgeverij De Brouwerij/brainbooks. Het is een psychologische roman
over een meisje dat naar een eiland vlucht.
Gerard Espunt uit Hilversum heeft het
spannende jongensboek 'Zwerg' geschreven en uitgegeven bij
kinderboekenuitgeverij 'De Vier Windstreken'. Archeologie en
bijzondere vondsten die hij vroeger met zijn zoon deed, vormden de
aanzet tot het verhaal.
Voor Brenda Beukering heb ik
buitengewone interesse omdat zij een autobiografisch relaas heeft
geschreven. In 2007 wordt zij plotsklaps weduwe en blijft achter met
twee kleine kinderen. Twee jaar na het overlijden van mijn man heb
ik mijn dagboek hierover in verhaalvorm gegoten, zegt ze. 'De binnenkant van verdriet' zag een half jaar geleden het levenslicht bij Uitgeverij van Brug.
Party
Tijd om op het nieuwe jaar te klinken
en te netwerken. Ik heb nader kennis gemaakt met mijn buurman Reda
Aitihda uit Breda die ook freelance journalist blijkt te zijn.
Mijn buurvrouw Rianne Uijtdewillegen
uit Roosendaal kende ik al van Facebook. Zij wil eveneens haar
familiekroniek schrijven. Bij de schrijfwedstrijd behaalde ze een
vierde plaats met 'Sneeuw en chocolademelk'.
De vrouw die voor mij zit heet Ishwari en is de
pleegdochter van journalist en schrijver Van Teylingen. Zij wil
autobiografische elementen verwerken in een roman.
Ria Schopman stelt me voor aan Krista
van der Hulst die haar chicklit 'Dwaze dates en echte liefde' in
februari gepubliceerd ziet bij Uitgeverij Zilverspoor. De Utrechtse behaalde
de vijfde plaats bij de schrijfwedstrijd met 'De vlucht'.
Brenda Beukerink, wiens boek ik al heb
aangeschaft, signeert het voor mij en ik beloof het eerst te lezen
alvorens ik contact opneem voor een interview. Haar thuisbasis ligt in Amstelveen.
De boekenmarkt wordt druk bezocht. Ook
ik kan me weer niet inhouden en verlaat met de Schrijfbijbel in de
hand de kerk, terug richting zuiden.
Fotoreportage: op mijn Facebookpagina: https://www.facebook.com/riacoeckelberghs
Links: ikzelf Rechts: Ria Schopman
Vlnr: presentatrice Geerteke van Lierop, Ria Schopman, Gerard van De Schootbrugge( Gerard Espunt) en Brenda Beukering.
DRIEKONINGEN- Een nieuw jaar met nieuwe kansen. Schrijven zal mijn grootste drijfveer zijn en blijven. Van krant naar tijdschrift naar boek. Ik evolueer en groei. Kom steeds dichter bij mezelf. En dat voelt goed.
Toplijsten Bloggen.be: September 2013: eerste plaats categorie Columns Oktober 2013 : tweede plaats categorie Literatuur November 2013 : eerste plaats categorie Publiciteit/Media
Miriam Perrone schrijft eerste roman 'Ik zal leven'
HOUTHALEN- 15/11/2013- Miriam
Perrone (33) werd in 2004 op een ochtend wakker met een verhaal in
haar hoofd. Ze ging aan haar computer zitten schrijven en hield pas
na 11 uur op. Het leek op een filmscript dat zich afspeelde tijdens
de Tweede wereldoorlog. Ze is er voor naar Dachau gereisd om de
historische feiten te verifiëren. Als beginnend auteur vond ze het
beter om er een roman van te maken en heeft ze het herschreven.
Het
verhaal gaat over een echtpaar dat aan de Bodensee woont, een meer op
de grens van Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland, vertelt Miriam.
Tijdens een boottochtje met hun dochtertje Céleste (3) op het meer
steekt er een hevige storm op. De boot kapseist en Linde, de vrouw
van Patrick slaat over boord. De zoektocht van enkele dagen levert
niets op. De politie denkt dat zijn vrouw verdronken is. Ze wordt dan
ook dood verklaard. Wat hij niet weet is dat Linde in Duitsland aanspoelt en op het strand door een visser wordt gevonden. Ze heeft een
flinke hoofdwond en is haar geheugen kwijt. Na een jaar begint Linde
er een nieuw leven als Sarah Neue. Negen
jaar later in 1945 ontmoet ze haar man weer maar ze herkent hem niet.
Patrick, die dan kampcommandant is, laat haar arresteren omdat haar
papieren niet in orde zijn en omdat ze een joodse naam heeft. Dit is
de enige manier om haar bij zich te hebben.
Achtergrond
Ik
heb heel wat opzoekwerk gedaan, geschiedenisboeken gelezen en
documentaires bekeken.
De
historische feiten zijn correct maar de personages zijn verzonnen.
Met een fotograaf en enkele modellen ben ik naar Dachau gereisd om
alles op foto vast te leggen voor mijn boek. Miriam
is Belgische met Italiaanse roots, zoals zovelen hier in de
mijnstreek. Van opleiding is ze docente Nederlands en geschiedenis
en geeft les aan een middelbare school.
Ik
werk voor een uitzendbureau. Daarnaast ben ik bezig met een eigen
bedrijf op te starten. Het heet Assodem en verleent administratieve
diensten op maat. Ik geef ook lezingen bij bedrijven over autisme.
Elk bedrijf heeft wel zo iemand in dienst. Zelf heb ik een
autismespectrumstoornis. Ik wijs hun erop hoe je het beste met autisme kunt omgaan. Het levert voor werkgever en werknemer een
win-winsituatie op.
Als
kind schreef ik al graag sprookjes en verhaaltjes. Nu ligt er een
manuscript in de la waar ik niet aan verder ben gegaan vanwege mijn
drukke werkzaamheden. Onlangs heb ik nog een tweede bachelordiploma
gehaald in avondonderwijs.
Het
weekend besteed ik het liefst aan mijn twee dochters (6 en 4) en
mijn man."
Het
boek is in eigen beheer uitgegeven en kost 15 euro.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:Boeken Tags:Miriam Perrone, Ik zal leven
06-12-2013
Zelfportret
HASSELT- 05/12/2013- Spiegeltje
spiegeltje aan de wand...Tijdens de zevende les mochten we onszelf
eens goed bekijken. Daarvoor had onze docente op iedere tafel een
spiegeltje in tegelvorm neergelegd.
Eerst leest ze ons voor uit 'Dagboek
van een dichter'. Bij Leonard Nolens is elke alinea een verhaaltje.
In 'Laat alle deuren op een kier' neemt hij in het gedicht 'Roes'
afstand van zichzelf door in de derde persoon enkelvoud te schrijven.
Al onze uiterlijke kenmerken moeten we
opschrijven, niet alleen van ons gezicht maar van ons hele lichaam.
Met of zonder kleren? vraagt Staf. Ik wist dat die vraag zou
komen!, lacht Ingeborg. Dat mag je zelf bepalen. Gegniffel
in de klas.
Daarna keren we ons naar binnen en
beschrijven de karaktereigenschappen, ook de eventueel
tegenstrijdige. Wat vind je belangrijk in je leven? Is dat je beroep?
Hoe drukt zich dat uit? Wat is de kern van jouw identiteit? Wat is
jouw leidraad? Waar sta je nu voor? Wat zijn je dromen, wensen en
verlangens? Wat voel je als je naar jezelf kijkt? dicteert
Ingeborg ons de vragen.
We mogen een totaal portret schetsen of
een deel ervan uitvergroten. Ik kies voor het laatste, terwijl de
rest van de klas het op het eerste houdt. Enige voorwaarde is dat het
over het NU gaat en niet over het verleden.
Hendrik merkt op dat je in Het
Stadsmus-het stadsmuseum- in Hasselt in verschillende spiegels kunt
kijken en er dan steeds anders uitziet. Hij schrijft zijn verhaal in
de wij-vorm. Hendrik en zijn spiegelbeeld zijn aan het woord.
Ingeborg is onder de indruk van onze
schrijfsels. Thuis mogen we het verder uitwerken.
Onze docente leest voor uit het boek
'De ontembare vrouw' van Clarissa Pinkola Estès dat gaat over de
vrouwelijke intuïtie.
Daarna mogen we ons nachtverhaal een
andere wending geven door er fictie van te maken. We leveren ons schilderij in dat we thuis hebben gemaakt.
We zijn nu over de helft van de tweede
lessenreeks. Het einde komt in zicht en dat bezorgt iedereen een
weemoedig gevoel. Er wordt een balletje opgegooid of we toch niet bij
elkaar kunnen blijven komen en zo een schrijfclub vormen.
Ingeborg raadt ons alvast het boek 'The Artist's Way' van Julia Cameron aan om alles
uit ons schrijftalent te halen. Het is de bijbel voor kunstenaars.
Bij Bol.com vond ik de volgende uitleg:
Julia Cameron beschrijft in haar werkboek The Artist's Way een
praktische methode om in twaalf weken de verschillende blokkades die
onze creatieve vermogens in de weg staan, op te heffen. Gevoelens van
bijvoorbeeld angst, jaloezie, schuld en jezelf in de weg zitten, kun je
zo omvormen tot positieve gevoelens van veiligheid, kracht, integriteit,
zelfbescherming en hoop. Een waardevolle en inmiddels wereldwijd door
velen beproefde methode om (weer) in contact te komen met je eigen
creativiteit.
De mens is doorgaans geblokkeerd in zijn creativiteit; daar gaat de
auteur van dit boek in elk geval van uit. Wat zij geschreven heeft, is
een twaalfweekse cursus om de creativiteit in jezelf terug te vinden en
los te maken. De twee basisingrediënten hierbij zijn de
'ochtendpagina's' (een dagelijks bij te houden dagboek) en de
'kunstenaarsafspraakjes' (het inplannen van tijd voor jezelf en je
creatieve uitingen). Het boek gaat over veel meer dan alleen je
creativiteit (her)vinden. Het is een verhaal van bewustwording en
autogene training, verpakt in stimulerende hoofdstukken vol met aanzet
tot zelfonderzoek en gelardeerd met - bijna op elke pagina - spreuken en
gezegdes van bekende mensen uit heden en verleden. Geen gemakkelijke
kost en zeker niet geschikt om achter elkaar uit te lezen, maar dat is
ook niet de opzet van dit boek. Met literatuuropgave.
Het is elf uur 's avonds. Mijn
nachtdienst op de afdeling Chirurgie in het ziekenhuis begint. Ik was
er al een kwartier eerder om mijn uniform aan te trekken en het
rapport door te lezen. Wat heeft ons afdelingshoofd toch een
vreselijk handschrift. Hadden we toen maar al een computer. Samen met
mijn collega proberen we de zinnen te ontcijferen. Als alles
duidelijk is wensen we de collega's van de avonddienst een goede
thuiskomst.
Wij beginnen aan onze eerste ronde.
Gewapend met een zaklamp en een bloeddrukmeter starten we in de meest
afgelegen kamer. De slapende patiënten observeren we goed. Wie nog
wakker is informeren we naar hun toestand. Sommigen hebben pijn en
vragen naar een pijnstiller in de vorm van een tablet of zetpil. Een
injectie wordt alleen direct na de operatie gegeven. De pas geopereerden hangen met hun arm
aan een infuus en daarvan controleren we de druppelsnelheid . Als de
zak met fysiologisch zout of plasma leeg is moet die op tijd
gewisseld worden. Er mag absoluut geen lucht in de slang komen want
dan is er kans op een luchtembolie.
Als we patiënten hun bloeddruk moeten
meten maken we hen wakker. Bij hersenletsel is het heel belangrijk
om de pupilreactie te controleren. Dat doen we door met een fel
lampje van zeer dichtbij in hun ogen te schijnen. Wonden inspecteren
we op nabloedingen en vervangen het verband zo nodig. Kamer na kamer
komt aan de beurt.
Opeens hoor ik een alarmsignaal af
gaan. Ik kijk in de gang en zie een rode lamp branden boven een kamer
verderop in de gang. Ik ren erheen. Eerst zet ik de rode alarmbel uit
die meteen rechts om de hoek zit en druk de groene aanwezigheidsknop
in. Ik zie een gezette mevrouw languit op
haar buik op de grond liggen. Haar kamergenote heeft op de bel
gedrukt want ze kan zelf ook niet uit bed.
De gevallen patiënte zet haar
handpalmen onder haar schouders en probeert overeind te komen. Ik
kniel naast haar neer en kijk in haar gezicht. Waar hebt u pijn?
vraag ik haar. Ze kijkt me een beetje verdwaasd aan en zegt: Ik
wou alleen even naar het toilet. Gelukkig, ze is bij haar
positieven. Dat ze op zijn minst een paar blauwe plekken van haar val
overhoudt, daar ben ik van overtuigd.
Ik help haar op een stoel te gaan
zitten en vraag hoe ze zich voelt. Een beetje slap en een droge
mond. Voor ik met haar naar het toilet ga neem ik eerst haar
bloeddruk op die aan de lage kant is. De polssnelheid is te hoog. Die
gegevens zijn normaal in zo'n situatie. U bent waarschijnlijk
flauw gevallen. Ik breng u naar bed en geef u een glas water,
spreek ik haar geruststellend toe. Ondertussen is mijn collega bij
mij gearriveerd en praten we nog even met de twee dames. Als alles
verder in orde blijkt zetten we onze tocht voort. We maken er een
melding van in het rapport. De nachthoofdzuster van alle afdelingen
noemen we heel plastisch 'zwerfhoofd '. Ook bij haar melden we het
voorval.
Elke twee uur doen we de ronde. Om drie
uur drinken we met de collega's van de ernaast gelegen afdeling
Orthopedie samen koffie in de gemeenschappelijke keuken. Het is een
moeilijk tijdstip, voor mij toch. De slaap begint me te
overmeesteren. Sloten koffie heb ik nodig en goed sterk. Ik lach mijn
vermoeidheid weg bij het horen van amusante verhalen. Zo helpen ze
mij over het dode punt heen.
Limburgse schrijvers lezen voor uit eigen werk in provinciale bibliotheek
HASSELT- 23/11/2013-Een dertigtal mensen, had
zich ingeschreven voor 'Luistervinken'. Drie Limburgse schrijvers, Ivo
Konings, Joris Iven en Rita Jouck verzorgden de lezing. Onder leiding van moderator Dirk
Duwijn volgde eerst een kennismakingsronde voor het publiek, daarna
een voorleessessie en tenslotte een debat over het wel of niet zelf
uitgeven.
Rita Youck uit Kuringen: In
het dagelijks leven ben ik vertegenwoordigster in de informatica en
zit dus veel op de baan. Daarnaast geef ik computerles en dat is nu
mijn hoofdbezigheid. Om mijn korte verhalen en poëzie te schrijven
kruip ik zelf enkele dagen per week achter de computer. Ik heb al
dichtbundels en kinderboeken uitgegeven.
Nu lees ik iets voor uit mijn verhalenbundel 'High in midlife'. Het gaat over hoe je soms op een
verkeerd moment op de verkeerde plaats kunt zijn. De verhalen hebben
allemaal een prik uit de werkelijkheid en zijn verweven met fictie.
Ze zijn ontstaan uit de vele ontmoetingen die mijn job met zich
meebrengt.
Ivo Konings is een creatieve
duizendpoot en een spraakwaterval. Oprichter van 'Luistervinken' in
de jaren 80. Hij is beeldhouwer, schilder, columnist, zanger,
dichter, toneelauteur, choreograaf en romancier. Van origine leraar
Nederlands, daarna politicus en provincieraadslid. Hij was drie jaar
journalist voor de krant De Morgen en drie jaar columnist voor de
Nederlandse radio-omroep, choreograaf voor het festival van
Vlaanderen en.acteur met een hoofdrol in 'De Vermiste 'in de serie
'Met voorbedachte rade' en regisseur van eigen toneelstukken.
Door een 'dom' ongeval in 1992, waardoor hij
in een rolstoel terecht kwam, moest hij het beeldhouwen vaarwel
zeggen. Omdat zijn rechter handfunctie nu beperkt is, schildert en
tekent hij voornamelijk op de computer.
In 1991 heb ik de debuutprijs voor
literatuur gewonnen. Van te voren had ik al enkele theaterstukken
geschreven. Twee romans stonden op stapel maar na mijn ongeval was ik
niet in de stemming om te schrijven. Ik heb wel nog drie jaar les
gegeven. Tijdens de studie van de scholieren heb ik poëzie
geschreven over tetraplegie om zo mijn handicap te verwerken. Ik ben
nu ondervoorzitter van het Toegankelijkheidsbureau. Een
gedichtenbundel heb ik gratis ter beschikking gesteld via mijn
website aan mensen met een beperking.
Waar ik mijn inspiratie vandaan haal ?
Vrouwen ! Zij zijn de fijnste wezens (lacht). Mijn vrouw was
eens ondergoed aan het passen in een lingeriezaak in Luik. Ik zat
voor de winkel te kijken naar passerende vrouwen. Ik dacht toen wat
die mooie schepsels zouden doen in het dagelijks leven?
Ik vatte het idee op om gedichten over
hen te schrijven. Maar hoe pakte ik dat aan? Met hulp van mijn vrouw
heb ik in een jaar tijd toch dertig vrouwen kunnen interviewen. Drie
hebben er afgehaakt omdat het te confronterend was. Eén vrouw kwam
tot de bevinding dat ze door haar vader was misbruikt. Zo'n twintig
tot dertig procent van die vrouwen had te lijden onder geweld
in de vorm van incest en verkrachting. Dat was een slag in mijn
gezicht.
Mijn vader was gevangenisdirecteur. Zelf
heb ik ook eens een week in de cel gezeten om te ondervinden wat dat
betekende. Met menig gedetineerde heb ik gesproken.
Eigenlijk zijn tachtig procent van die mensen sukkelaars die
niet slechter of beter zijn dan wij.
Ik ga enkele stukjes voorlezen uit mijn
boek 'De Val'. Het bevat autobiografische elementen die aangepast of
aangedikt worden maar verder fictie is. Het eerste stuk gaat over hoe
ik als zestienjarige in de Jail House Nightclub terecht kwam.
Bij het tweede deel word ik wakker in
het ziekenhuis na mijn ongeval. Twee dagen zijn uit mijn geheugen
gewist.
Het derde stuk beschrijft hoe ik de
tijd om krijg als ik een week in de cel zit.
Joris Iven
is ziekenhuisdirecteur en dichter. Ik heb Economie dicht bij huis
gestudeerd. Daarna ben ik Sociale en Politieke Wetenschappen gaan
studeren in Antwerpen. Daar is de interesse voor literatuur en poëzie
ontstaan. Ik wou nog Germaanse Talen gaan studeren maar daar vond ik me
inmiddels te oud voor.
In
1987 debuteerde ik en kreeg de Mathias Kempprijs uitgereikt in
Maastricht.
Voor
Het Belang van Limburg schreef ik poëzierecensies. Samen met Marcel
Graus heb ik een boek geschreven over Latijns-Amerikaanse literatuur.
Mijn
eigen werk heb ik met hulp van een studente vertaald in het
Marokkaans en het Turks omdat we hier toch met grote allochtone
gemeenschappen zitten.
Vanaf
de jaren 90 schrijf ik ook Ierse gedichten.
In
1998 overleed de moeder van een Ierse vriendin op 56-jarige leeftijd
aan darmkanker. Ik kon niet bij de begrafenis zijn vanwege mijn werk
en ben het weekend daarop naar Ierland gevlogen. Zij woonde in het
kleine dorpje Mc Nulty waar 40 tot 50 huizen stonden waarvan de helft
onbewoond was. Mijn eerste gedicht beschrijft hoe ik aan haar graf
sta.
In
het volgende gedicht verwerk ik twee ervaringen.
Mijn
vader is in 2000 overleden.Tijdens de oorlog moest hij in Kassel
dwangarbeid verrichten. Hij heeft veel te lijden gehad van de
Amerikaanse en Engelse bombardementen.
Een
Joodse man die ik heb ontmoet op Poetry International vertelde hoe
hij de oorlog heeft overleefd door ondergronds in rioleringsbuizen te
vertoeven.
Kun je van het schrijversschap leven
?
Op die vraag werd
unaniem ontkennend geantwoord. Er worden meer boeken verkocht maar er
zijn andere problemen. Er heerst een prijzenslag. De boekhandels
moeten het onderspit delven tegen internetbedrijven en supermarkten.
De media maken
de schrijvers,zegt Ivo.Je moet al op een speciale manier in het
nieuws komen om de aandacht op je te vestigen. Dat heb ik gedaan met
de onderwatertentoonstelling. Die beelden zijn de hele wereld rond
gegaan. Voor poëzie is altijd weinig interesse, beaamt Joris.
Daarvoor is internet wel het ideale medium, weet Rita.
Boekhandel Markies
van Carabas in Hasselt heeft de deuren moeten sluiten en er volgen er
steeds meer in Vlaanderen. Het komt zo ver dat er nog maar één
boekhandelketen is en de boeken online kunnen worden besteld,meent
Ivo. Het is voordeliger om in eigen beheer uit te geven. De auteur
houdt een groter percentage over. Je moet dan wel zelf voor de
distributie en de promotie zorgen.
Waar zijn jullie nu mee bezig?
Rita: Ik werk aan een dichtbundel
die al heel lang ligt te rijpen.
Ivo: Ik wil samen met een onbekende een roman schrijven
.
Joris: Ik ben
een roman aan het herschrijven die ik al jaren heb liggen.
Vorige week viel de les uit want onze
docente was ziek. Begin januari krijgen we een inhaalsessie.
Als we in het leslokaal binnen komen
brandt er op elke tafel een kaarsje. We zijn benieuwd wat Ingeborg nu
weer voor ons in petto heeft. Ook horen we zachte muziek op de
achtergrond. Gaan we mediteren? Nee, we moeten in het donker onze
gedachten laten gaan over het thema NACHT.
Daarna mogen we onze associaties
hiermee opschrijven. Daaruit kiezen we een woord of enkele woorden
waarmee we weer nieuwe associaties vormen. We krijgen dan een half
uur om ons verhaal op papier te zetten. Ik vertel over mijn
nachtdienst in het ziekenhuis.
Intermezzo
Na de pauze konden we niet meteen
verder met de les omdat de receptioniste vast hing in de lift.
Jeanne maakte hier melding van waarop
Ingeborg en Hendrik mee naar de gang liepen. De vrouw had haar
leesbril en mobieltje niet bij zich. Wij belden 112. De brandweer was
onderweg.
Ondertussen kwamen in de klas de
verhalen los over DE LIFT. Ik vertelde over mijn claustrofobie en dat
ik nooit in een lift stap. Toen ik op de twaalfde verdieping woonde
nam ik altijd de trap. De boodschappen zette ik erin en drukte
vervolgens op knop 12 in de hoop dat ze hun bestemming zouden
bereiken. Mijn conditie was indertijd top!
Opdracht
Haal thuis verf en kwast tevoorschijn
en maak een schilderij waarop je de sfeer van je nachtverhaal
uitdrukt.
We wonen op de twaalfde
etage van een flatgebouw. Het is
winter. Bij elke windvlaag rammelt de ijzeren balustrade. De
feestdagen zijn achter de rug. Twee dagen na de positieve
zwangerschapstest begint de misselijkheid. Het braken beperkt zich
niet tot de ochtend maar wordt steeds heviger en gaat dag en nacht
door. Ik heb dorst. Zelfs een slok water kan ik nog niet binnen
houden. Mijn slokdarm en keel staan in brand. Hier lig ik dan in bed,
te ziek om eruit te komen. In de aanpalende woonkamer hoor ik de klok
tikken. De uren kruipen voorbij. De wind en het getik zijn
zenuwslopend en ik krijg barstende hoofdpijn.
Na
een week komt de huisarts. Ik moet naar het ziekenhuis want ik ben
uitgedroogd. Mijn man Bert helpt me aankleden. Hij ondersteunt me terwijl
we naar de deur lopen. Eenmaal buiten op de galerij hoor ik een
gesuis in mijn oren en zak ik door mijn knieën. Ik voel hoe ik naar
de lift wordt gedragen en in de auto wordt gelegd. In het ziekenhuis
beland ik in een rolstoel en kom ik terecht op de afdeling
Gynaecologie en Obstetrie. Mijn gezicht heeft een asgrauwe kleur.
Ik
lig alleen op een kamer. Elk uur brengt de verpleegster een
medicijnpotje met 20 milliliter water . Vierentwintig uur per dag,
zeven op zeven. Er mag niemand op bezoek komen, ook mijn man niet. De
gordijnen zijn dicht en zullen pas na weken weer open gaan. Geen
radio, geen TV, geen lectuur, geen bloemetje. Elke prikkel vermijden.
Alleen nog sterven, denk ik.
Geleidelijk aan mag ik
meer drinken. De aanhoudende dorst bezorgt me visioenen van
geconserveerd fruit met veel sap dat ik gulzig opdrink. Dromen over
ijsjes in allerlei kleuren en smaken dringen zich in me op om het
brandende gevoel in mijn keel te blussen. Als ik wakker word voelt
mijn voorhoofd warm aan. Mijn lippen zijn gesprongen. Ik neem nog
maar eens een ijsklontje om op te zuigen. Eén gedachte tolt door
mijn hoofd: waar ben ik aan begonnen?
Mijn bed wordt opgemaakt
en ik moet op de weegschaal gaan staan. De wijzer blijft steken op
tweeënveertig kilo, zes kilo minder dan toen ik trouwde. Bert mag
officieel weer op bezoek komen. Het valt hem op dat ik
mijn trouwring niet meer draag. Verschrikt kijk ik naar mijn
rechterhand.We zoeken tussen de
lakens, onder het bed en in het nachtkastje maar we vinden hem niet.
In de vierde les
mogen we in groepjes van vier onze brief voorlezen.De vrouwen zijn in de meerderheid. Per
groep is er slechts één man.
Daarna krijgt iedereen een kopie van
het schilderij 'Hoofdweg en zijwegen' van Paul Klee. Aan de hand daarvan mogen we onze eigen
hoofdweg en zijwegen tekenen en inkleuren op een vel tekenpapier. Van
te voren moesten we een opsomming maken van hoe die wegen eruit zagen
en welke 'verkeersborden' we tegen kwamen. Zo creëerden we het
landschap van ons leven.
Na de pauze beginnen we te schrijven
over één van die wegen of een overzicht van allemaal. Daarbij moeten we zo beschrijvend
mogelijk te werk gaan.Ieder leest na een kwartier zijn stukje
tekst voor. Ik schrijf over mijn eerste kind. We mogen er thuis aan verder werken tot een lengte van
een A4-tje. We mailen het dan naar onze docente ter correctie.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:Schrijfcursus Tags:Hoofdweg en zijwegen, Paul Klee,
Brief aan vriend Rainer
Wat ben ik blij dat je me na 37 jaar op
Facebook hebt gevonden. Dank zij jou is het contact met onze vrienden
in Brakel weer hersteld. Het voelt alsof ik mijn familie terug heb. Ik ben onbeschrijflijk gelukkig.
Toen ik de eerste keer na al die jaren
bij jou op bezoek kwam raakten we niet uitgepraat. Er was ook zoveel
gebeurd. Zo vertelde je dat je zelf ook onze vrienden uit het oog had
verloren omdat je 12 kilometer verderop in Bad Driburg was gaan
wonen. Je had een goede baan gekregen als huismeester in het kasteel
van de graaf en de gravin von Oeyenhausen-Sierstorpff.
Je woonde bijna dertig jaar met je
vrouw Silvia op het landgoed in een houten rentmeesterwoning en was
zeven op zeven dag en nacht beschikbaar voor de adellijke familie. Er
liepen reeën rond die jullie in de zomer op het terras bij het
ontbijt kwamen begroeten. De honden van de graaf waren dol op jou en
dat gold niet alleen voor hen. Ook bij de gravin kon je een potje
breken. Je was haar vertrouwenspersoon. In het boek dat ze heeft geschreven, richtte ze in het voorwoord een speciaal dankwoord tot
jou. Door jouw alertheid en ingrijpen is het kasteel van een
uitslaande brand gespaard gebleven en heb je de familie in veiligheid
kunnen brengen.
Koningin Beatrix en prins Claus kwamen
regelmatig logeren omdat Beatrix een tante is. Haar moeder Juliana heette met haar
meisjesnaam ook von Oeyenhausen. Je leerde het hoog bezoek van een
andere kant kennen en maakte grapjes met prins Claus.
Jammer dat aan die mooie tijd een einde
kwam doordat zoon Marcus het roer overnam. Hij trouwde als eerste met een
burgermeisje, Annabelle Hünermann, ondanks de afkeuring van zijn
ouders. Na de dood van de graaf en de gravin werden alle oudgedienden
afgedankt, waaronder ook jij, en vervangen door jong personeel. Er
waaide een nieuwe wind. De huidige familie is de zevende generatie
die sinds 225 jaar op het landgoed woont. Het 60 hectare grote park
is toegankelijk voor het publiek. Ze bezitten vier
revalidatieklinieken, een luxehotel met wellness en een natuurlijke
waterbron. Er is voor 25 miljoen euro gerenoveerd. Het betekende een
nieuwe doorstart of het faillissement. Inmiddels heeft het paar drie
kinderen die de traditie van kuuroord kunnen voortzetten.
Je keerde terug naar Brakel en betrok
je voormalig ouderlijk huis. Ondertussen was ook jouw vader
overleden en je hulpbehoevende moeder kwam onder de hoede van je zus
Helga.
Toen je veertien jaar was wilde je een
opleiding tot bakker volgen maar dat mocht niet van je vader. Je
moest gaan werken omdat er acht kindermonden te voeden waren en je
ouders het geld hard nodig hadden.
Ik bewonder je dat je het toch nog zo
ver hebt geschopt, mede door je flair en omgangskunde. Al die mooie ervaringen kun je
koesteren als je het prachtig geïllustreerde boek van de oude gravin
nog eens ter hand neemt.
LEUVEN- 20/06/1956- Janineke (8) overlijdt aan meningitis
Vandaag gedenken we onze dierbaren
die niet meer onder ons zijn. Het ergste dat een ouder kan overkomen
is zijn kind verliezen. Het overkwam mijn grootouders langs vaders
kant in 1956, het jaar waarin ik ben geboren. Het veertien jaar jongere zusje van
mijn vader, Jeanineke, kwam op woensdag 19 juni thuis van school met
hevige hoofdpijn. Toen hadden de kinderen nog hele dagen les. Ook
leek het of ze een beetje verkouden was. "Als je morgen nog niet in orde bent blijf je maar thuis
want het is toch bijna vakantie", opperde mijn grootmoeder
Amelie.
De volgende ochtend troffen ze haar ijlend van de koorts
in bed aan. Mijn overgrootmoeder, die naast hen woonde, werd erbij
gehaald. Na een blik op haar kleindochter te hebben geworpen zei ze:
"Ga de pastoor maar halen want dat kind is stervende." Mijn
tante Monique, toen zestien jaar, werd erop uit gestuurd. Het was
tien uur toen ze bij het bed van Jeanineke arriveerden. Helaas was ze al overleden.Aan hersenvliesontsteking zoals later zou blijken. "Vader was helemaal in shock, vertelt tante Monique."
's Avonds gingen mama en mijn jongere zus Jacqueline boven slapen. Ik
bleef met papa beneden in de keuken zitten. Een groot koksmes uit zijn restaurant lag voor hem op tafel. Hij pakte het beet en wees ermee in mijn richting."Ik heb jullie allemaal niet meer nodig,
brieste hij. "Ik omarmde hem. Luid snikkend stortte hij compleet in. Zijn verdriet was overweldigend. De hele nacht ben ik
bij hem gebleven.
HASSELT-23/10/2013- Tijdens
onze derde les autobiografisch schrijven werd er nagedacht en
gesproken over het thema vriendschap. We moesten op een A3-vel een
tijdlijn uitzetten met jaartallen waarin we vriendschappen hadden
gesloten, wie dat waren en waarom. Ook moesten we aangeven of het
vanuit een positieve dan wel negatieve ervaring was ontstaan. Dus
boven de horizontale lijn of eronder. Daaruit kozen we één persoon
of een groepje waaromheen we associaties maakten. Na de pauze gingen
we aan de slag met ons verhaal.
Ware vrienden
SEPTEMBER 2010 Ik krijg een
vriendschapsverzoek op Facebook. Mijn mond valt open van verbazing.
Het is Rainer, één van onze boezemvrienden van mijn broer en mij
uit onze kindertijd. Dat is toch wel 37 jaar geleden ! Meteen
accepteer ik hem en er ontstaat een chatgesprek.
Eindelijk heb ik je gevonden,
roept hij uit als we later op Skype zitten. We praten twee uur lang
want er is zoveel gebeurd in bijna vier decennia.Ik wist niet hoe
ik je moeilijke achternaam moest spellen op Facebook. Ik heb van
alles geprobeerd maar het is uiteindelijk gelukt. Zijn woordenstroom is niet te stoppen. Plots was je weg, verhuisd zonder
afscheid te nemen, klonk er een licht verwijt en droefheid in zijn
stem. Ja, het ging toen allemaal zo snel. We maakten plannen om
elkaar te ontmoeten en het jaar daarop zou ik op vakantie naar Brakel gaan. De
herinneringen en heimwee naar mijn fantastische jeugd zijn altijd
gebleven. In gedachten ga ik terug naar 1965. Mijn vader, die
beroepsmilitair was, werd daar in dat idyllische dorp gestationeerd.
Lopend naar de lagere school kwamen we altijd langs een huis waar
veel kinderen speelden. Het was het ouderlijk huis van Rainer waar
hij woonde met zijn twee broers en vijf zussen. We bleven er wel eens
hangen als we van school kwamen. Zij waren al eerder klaar omdat ze
ook vroeger begonnen. Rainer nam ons mee naar zijn vriend Franz die
op een boerderij woonde. Daar mochten we op de hooizolder spelen en
in de koeien-en paardenstallen kijken. Van de boerin kregen we
rijstpap met bruine suiker. Later maakten we een ritje op hun
paarden. Mèt teugels maar zonder zadel. Wat voelde ik de volgende
dag mijn staartbeentje!
Opdracht: schrijf een brief naar deze dierbare vriend(en).
In bijlage URL: 'Vriendschap is een illusie' van Het Goede Doel
LEUVEN 1964- Mijn eerste herinneringen
aan de ontluikende liefde voor lezen gaan terug naar de derde klas
van de lagere school. Ik woonde toen in Ijzerenwegstraat 2 in de wijk
Blauwput in Kessel-Lo en mocht regelmatig in het weekend bij mijn
overgrootmoeder op de Trolieberg 86 (Boven-Lo) logeren. De vroegere
jongenskamer van drie bij vier meter lag aan de voorzijde van het vierbloksrijtjeshuis. Het kleine
raam keek uit op de weg met hobbelige kasseien waarvan ik dacht dat het
een oude Romeinse heirbaan was. Daarachter uitgestrekte velden en bos.Ik sliep in een bed dat men nu
een twijfelaar noemt. Het was te breed voor een éénpersoonsbed en
te smal voor een tweepersoons. De matrasvulling van kapok voelde aan
alsof ik op een zak met stro lag. Mijn tengere lichaam liet er een
afdruk na als een voet in het zand. Met een stok klopte Moeke het
matras 's anderendaags op zodat ik de volgende nacht weer op een
gladde ondergrond kon liggen.
Boven het bed hing een plank waar
voorraad op stond. Naast de Sunlightzeep vond ik een stapeltje
stripverhalen in oblongformaat van Eric de Noorman. De cover van de
Reis naar Atlantis trok mijn aandacht en ik sloeg het boekje open. De
bovenste helft van het blad was voor tekeningen en daaronder stond
het verhaal geschreven. Gelukkig kon ik al goed lezen en werd ik
meteen meegezogen in het avontuur. De historische tekenverhalen over
die stoere Viking zijn me altijd bij gebleven. Nu vraag ik me af
waarom die boekjes daar lagen? Misschien behoorden ze wel toe aan één
van haar vier zonen, zeker niet aan mijn overgrootvader want die was
analfabeet. Moeke kon wèl lezen en schrijven. Ze deed de
huisadministratie en verzorgde de post. Ik ben een beetje
geleerder dan mijn man, lachte ze terwijl ze ons van boven haar
leesbril aankeek.
Eric de Noorman was een Nederlandse tekststripreeks,
getekend door Hans
G. Kresse, die van 1946 tot 1964 als krantenstrip werd
gepubliceerd. De verhalen draaien rond een vikingkoning,
Eric, en zijn avonturen overzee. Vanaf 1948 werden ze in
oblongformaat
tegen 75 cent in grote oplagen verspreid, wat mede het grote
verkoopsucces verklaart.
Samen met Kapitein
Rob en Tom
Poes behoort "Eric de Noorman" tot de 'grote
drie' uit de Nederlandse stripgeschiedenis. De goed gedocumenteerde
verhalen en tekentechnische kwaliteit worden nog steeds geroemd en
beïnvloedden vele andere Europese stripauteurs. "Eric de
Noorman" is ook één van de weinige Nederlandse strips die
ook in het buitenland populair was. In Vlaanderen werd de serie in
Het
Laatste Nieuws en De
Nieuwe Gazet gepubliceerd.
Blauwput is gelegen in het westen van
Kessel-Lo en aan de achterzijde van het station
van Leuven. Het gebied is zich gaan ontwikkelen vanaf het
midden van de 19e
eeuw. De ontwikkeling voltrok zich, mede door het station, veel
sneller dan in de rest van Kessel-Lo dat lange tijd meer landelijk
bleef. Oorspronkelijk hing het gebied af van de parochie Vlierbeek
die de hele gemeente Kessel-Lo bestreek.
In 1877
was het gebied voldoende gegroeid zodat een nieuwe parochie met de
naam Blauwput ontstond. In de 20e
eeuw ontwikkelde de wijk zich verder, mede dankzij de
onmiddellijke nabijheid van het Leuvense stadscentrum, en zou
Blauwput volledig vergroeien met het stadscentrum. In 1941,
tijdens de Tweede
Wereldoorlog, werd de wijk grotendeels verwoest maar ze werd in
korte tijd weer heropgebouwd.