In een soort 'schildpad en haas verhaal' kwamen genetici er achter wat er gebeurt wanneer positieve natuurlijke selectie sneller probeert te lopen dan mutatie: een uit de hand lopende mutatieversnelling. In PNAS,1 beschreven zij hoe gunstige mutaties in een populatie snel (dat is de haas) dominant zouden kunnen worden. En hoe uiteindelijk de schadelijke mutaties (meneer schildpad) zo toenemen dat de populatie uitsterft. Hoewel ze in de publicatie proberen het evolutiegeloof met een paar positieve kreten boven water te houden, komt de pleitzaak van meneer Darwin toch weer danig in de problemen. Ze noemden natuurlijke selectie "effectief", waar op zich iets voor te zeggen is natuurlijk, en in een ander geval "robuust". Dit zegt eerder iets over het feit dat de organismen zich effectief kunnen aanpassen aan hun omgeving. Wat meer een argument is voor een goed ontwerp dan voor evolutie. Toch schreven ze over de 'held' van evolutie (natuurlijke selectie) als een soort gevallen held. Ongunstige mutaties kunnen volgens hen 'meeliften' met goede mutaties in een organisme en de mogelijkheid tot voortplanting belemmeren. De slechte mutatie wordt dan samen met de goede mutatie gestimuleerd en wint uiteindelijk van de goede mutatie. Ze vragen zich af hoe natuurlijke selectie zoiets kan toelaten. Waarom winnen de goede mutaties niet? Omdat natuurlijke selectie geen doel voor ogen heeft, het kan niet vooruit kijken. Het kan alleen maar kijken naar de directe consequenties van een verandering. Een testenzym wat maar een klein beetje veranderd is, hoeft niet direct schadelijk te zijn voor het voortbestaan van een organisme. Maar op de lange duur wordt het effect merkbaar doordat het steeds erger wordt, en dan is de schade onherstelbaar. In dit onderzoek werd alleen gebruik gemaakt van eencellige organismen die aseksueel voortplanten. De versnelling van mutaties komt echter ook voor bij meercellige organismen. Het team gebruikte vele wiskundige modellen om te zien of natuurlijke selectie toch nog een mogelijkheid zou vinden om de schadelijke mutaties te stoppen, maar het mocht niet baten. Verbazend genoeg was het juist de gunstige mutatie die de uiteindelijke vernietiging van de populatie veroorzaakte. De goede verandering werd gestimuleerd, maar daarmee tegelijk ook de foute mutaties. In een sectie die ze "Evolutionaire implicaties" noemden, schreven ze dat het organisme geen schijn van kans had. Als de populatie zich niet aanpast, zorgt een geleidelijke toename van mutaties voor een langzame dood. Maar als er wel een aanpassing is, sterft de populatie uit door een versnelling van mutaties. Hoe konden ze hun geloof in evolutie behouden? Ze grepen naar de verwisseltruc. Hun aseksuele organismen konden het niet, dus veronderstelden ze dat het antwoord van evolutie seksuele voortplanting is geweest, omdat aseksuele voortplanting een bedreiging vormde voor de vroege levensvormen. Ze gaven echter wel toe dat dit slechts speculatie was en toonden geen modellen die het probleem op zouden kunnen lossen. Uit andere onderzoeken is overigens gebleken dat seksuele reproductie op zich ook geen weerstand kan bieden tegen de oplopende hoeveelheid mutaties. De oorsprong van seks is ook wel eens "de koningin van alle evolutieproblemen" genoemd en zelfs als evolutionisten het erover eens zouden kunnen worden waar seks precies goed voor is, moeten ze nog verklaren hoe het ooit begonnen is. De onderzoekers zagen wel een lichtpuntje: deze kennis kan misschien gebruikt worden om ziekteverwekkende cellen zover te krijgen dat ze zichzelf "doodmuteren".
1Philip J. Gerrish, Alexandre Colato, Alan S. Perelson, and Paul D. Sniegowski, "Evolution: Complete genetic linkage can subvert natural selection," Proceedings of the National Academy of Sciences USA, 10.1073/pnas.0607280104, online gepubliceerd op 3 april 2007.
Het neodarwinisme krijgt hiermee weer en ongenadig pak slaag. Het duurt niet lang meer of deze tak van 'wetenschap' muteert zichzelf dood. Denk er maar eens over na: neodarwinisten hebben al hun hoop gevestigd op "gunstige mutaties" en natuurlijke selectie die elke kleine fortuinlijke verandering moet redden van de ondergang, wat uiteindelijk moet leiden tot al de wonderlijke vormen en kleuren die we nu zien. (Zwaai hier met de magische toverstaf van miljoenen jaren.) Maar nu hebben hun mechanismen zich tegen hen gekeerd. De gunstige mutaties (als er al zoiets bestaat) en natuurlijke selectie kunnen nog steeds geen eindeloze zee van vormenvariaties produceren. Als je je hoop hebt gevestigd op het verhaal van meneer Darwin en denkt de kosmische loterij te winnen, zonder verantwoording af te leggen aan je Maker, houd dan goede moed. Je zult het hard nodig hebben.
03-04-2008
T-Rex
Eiwitten gevonden in T-Rex bot
Er zijn fragmenten van collageen (onderdeel van bindweefsel) gevonden in een dinosaurusbot dat 68 miljoen jaar oud zou zijn. Lees het verhaal in Science Daily (Engelstalig). De analyse van zacht weefsel, gevonden door Mary Schweitzer en haar team (zie presentatie en dit artikel van november vorig jaar), heeft herkenbare eiwitfragmenten opgeleverd. Er zijn ook al eiwitten ontdekt in een Mastodont die 500.000 jaar oud zou zijn. "Wanneer een dier sterft beginnen de eiwitten direct te degraderen en bij fossielen worden ze langzaam vervangen door mineralen," aldus het artikel. Men heeft steeds gedacht dat het proces van vervangen door mineralen (substitutie) na uiterlijk 1 miljoen jaar voltooid is. In de oorspronkelijke publicatie in Science1 stelde men dat het lang aangenomen is dat door het fossilisatieproces al het oorspronkelijke organische materiaal in veel minder dan een miljoen jaar onherkenbaar verandert of zelfs helemaal verdwijnt. De verbazing over deze ontdekking is dan ook enorm groot. De doorwinterde dinosaurusjager John Horner is medeauteur van deze publicatie. Hij gaat er volgens MSNBC News negen teams met in totaal meer dan 100 mensen opuit sturen om zacht weefsel te zoeken. Schweitzer bleef positief en zei dat "deze informatie ons zal helpen om meer inzicht te krijgen in evolutionaire verbanden, over hoe conservering plaatsvindt en hoe moleculen degraderen, wat belangrijke toepassingen in de geneeskunde zou kunnen hebben." Het verhaal wordt ook gebracht door National Geographic, de BBC, Associated Press en Live Science. Elk van hen richt zich op de mogelijke relatie tussen dinosauriërs en vogels. Ze zijn allemaal geschokt door deze vondst maar geen van hen trekt de 68 miljoen jaar in twijfel.
1Schweitzer et al., "Analyses of Soft Tissue from Tyrannosaurus rex Suggest the Presence of Protein," Science, 13 april 2007: Vol. 316. no. 5822, pp. 277-280, DOI: 10.1126/science.1138709.
Hoe kunnen ze de grote vraag nu nog negeren? Ze moeten ons niet gaan vertellen dat het eiwit miljoenen jaren overleefd heeft, maar hoe het kan. Waarom zou iemand nog de lange perioden accepteren als er zulk krachtig bewijs tegen is? Denken ze soms dat wij een stelletje achterlijke gladiolen zijn die alles voor zoete koek slikken, alleen omdat een 'wetenschapper' het zegt? Erger nog, journalisten verdraaien het verhaal in het voordeel van hun evolutionistische overtuiging. Ze hebben het er alleen maar over hoe het collageen zou bewijzen dat dinosauriërs verwant zijn aan kippen! Luister: dit collageen is jong, er is geen evolutionair verband, oké? Wat de wetenschappers zou moeten hebben geschokt en wat ze een nederige houding had moeten geven, heeft slechts het zachte weefsel van hun geweten gefossiliseerd. Lees de artikelen met verbijstering en ontdek dat een 'bewijs' in de wetenschap niet zo keihard is als de versteende starheid van het evolutionistische denkkader.
04-04-2008
De media.
De media blijven geloven in Darwin...
In de wetenschapsectie van kranten en in populair wetenschappelijke magazines worden vaak artikelen geplaatst die Darwinistische ideeën trachten te populariseren. De journalisten putten daarvoor uit wetenschappelijke publicaties, maar je merkt dat het gedachtegoed van Darwin vaak sterk wordt aangedikt. De wetenschappers zelf zijn in hun publicaties meestal niet zo zeker van hun zaak als de media doen voorkomen. Hier zijn een aantal voorbeelden:
Meercelligheid - Geen tegenspraak: In een scriptie in Nature van 5 augustus, speculeert Paul B. Rainey (U van Auckland) over de oorsprong van meercelligheid, die "slecht begrepen" wordt. Die goeie oude Darwinistische overleving van de sterksten schiet direct te hulp: "zou de evolutie van meercellig leven gevoed kunnen zijn door het conflict tussen de selectieve krachten die hun werk doen op verschillende niveaus van organisatie?" Het standaard antwoord zal wel 'ja' zijn, want er wordt geeneens gehint naar een eventueel alternatief (zoals ontwerp). In plaats daarvan wordt overwogen dat de moeilijkheden "een onmogelijk moeilijke uitdaging voor evolutie" opleveren, die lijkt op een "evolutionaire doodlopende weg." Hij kwam met "een plausibel scenario" en verklaarde het allemaal met de 'speltheorie', waarin cellen optreden als "meewerkers" en "valsspelers". Voila, "dit is in geen geval buiten het bereik van evolutie - gegeven dat er een toepasselijke selectieve omgeving is." Geen debat, geen commentaar, geen alternatieven. Daar moeten we het mee doen.
Zeeaal - Opnieuw geboren: Je zou denken dat de term 'opnieuw geboren' gepatenteerd was door christenen, maar Philippe Janvier gebruikt het in hetzelfde nummer van Nature in de titel van zijn artikel: "Evolutionaire biologie: opnieuw geboren slijmprikken." Slijmprikken zijn kaakloze zeevissen met een aalvormig lichaam, waarvan de evolutionaire geschiedenis nogal onzeker is. Hij noemt het "de slijmprik puzzel." "Paleontologie lost dit soort conflicten soms op. Maar in dit geval is het machteloos, omdat de vroegste (300 miljoen jaar oude) slijmprikken, die bewaard zijn gebleven als 'zacht weefsel afdrukken', erg veel lijken op levende exemplaren." Maar krijgen hierdoor niet-evolutie theorieën de kans om iets te zeggen? Nee hoor. Janvier richt zich op iets in de hersenen van een soort dat gewervelden in een vroeg stadium van hun evolutie "mogelijk" strijdlustiger maakte. En zo wordt, bij afwezigheid van bewijs, de Darwinistische hoop geboren uit water en geest: "Verdere analyse van de genetische ontwikkeling van slijmprikembryo's zou ons in staat kunnen stellen om te ontdekken of de anatomie van de slijmprik primitief of degeneratief is, en kan ons misschien helpen om een reconstructie te maken van de theoretische gemeenschappelijke voorouder van alle gewervelden." Duidelijk, toch?
Dierengedrag - Ongeleide intelligentie: In een boekbespreking in Nature werden de woorden "intelligent" en "ontwerp" meerdere malen genoemd, maar niet samen. Tore Slagsvold besprak een boek genaamd Animal Architects, van James L. Gould. Dit was nou een perfecte gelegenheid om de theorieën van 'intelligent ontwerp' te bespreken, maar de ondertitel van het boek verwoordt het enige discussiepunt: "Het bouwen en de evolutie van intelligentie". Het grootste gedeelte van de bespreking ging over hoe de intelligentie en de architectuur van dieren geëvolueerd zou kunnen zijn. Mensen werden hier niet buiten gelaten. Er werd gespeculeerd dat bepaalde ontwikkelingen in vogels die als intelligent beschouwd worden, zouden kunnen hebben bijgedragen aan de evolutie van het menselijk brein.
Viervoeters - Hapklare Darwinbrokken: In een publicatie in de Proceedings of the National Academy of Sciences werd gesuggereerd dat vissen het vermogen om te bijten ontwikkelden voordat ze het land opkwamen om eten te zoeken. Er werd gelijk een verhaal met plaatjes geproduceerd door Live Science: "Het vermogen om te bijten evolueerde in voorouders van vissen." Er werd geen andere mogelijkheid geboden. Jeanna Brynner vroeg zich af: "Gingen vissen het land op om te ontsnappen aan roofdieren of om nieuwe voedselbronnen te zoeken?" Een andere auteur bekende: "Onze ontdekkingen ondersteunen het idee dat ze het land op kwamen om nieuwe voedselbronnen te zoeken, maar we zijn er niet zeker van." En toch was deze suggestie goed genoeg om te publiceren.
Celbiologie - Sterf, mascotte, sterf!: Tot slot een klassiek voorbeeld: iedereen die het Darwin vs. Intelligent Design debat volgt, heeft wel eens gehoord van de moleculaire buitenboordmotoren die veel soorten bacteriën hebben, de 'flagella'. Voor de Intelligent Design beweging (IDB) is dit 'zweephaarte' als het ware de officiële mascotte geworden, sinds Michael Behe (Lehigh Universiteit) het bij het publiek onder de aandacht bracht. Hij beschreef zo'n flagellum in zijn invloedrijke boek Darwin's Black Box als 'onherleidbaar complex' en nu is het microscopisch kleine stukje techniek de vaandeldrager van de IDB. Het is ook een belangrijk onderdeel van de documentaire Unlocking the Mystery of Life. Zouden er nog wetenschappers kunnen zijn die zich hier niet van bewust zijn? En toch is er op de site van de Proceedings of the National Academy of Sciences over dit wondertje van vernuft op 16 april een artikel verschenen, waarin met geen woord gerept wordt over intelligent ontwerp. Renyi Liu en Howard Ochman doen hun best om de oorsprong van flagella volkomen te verklaren binnen het evolutionistisch denkkader. Vooraanstaande ID wetenschappers als Behe, Dembski, Johnson, Minnich en Nelson worden niet eens in een voetnoot genoemd. Toch hebben deze mensen al meer dan tien jaar de moleculaire motor gebruikt als een falsificatie van Darwinistische evolutie. Ook alternatieve verklaringen worden niet gegeven, behalve dat ze toegeven dat de oorsprong van complexe biologische structuren "een van de belangrijkste uitdagingen van evolutionaire studies" is geweest, en dat het bacteriële flagellum een "primair voorbeeld" is van een "complexe machine waarvan gebleken is dat de oorsprong en evolutionaire geschiedenis moeilijk te reconstrueren zijn." Verder zul je in het stuk geen Darwinistisch mechanisme vinden dat een functioneel flagellum kan laten ontstaan door ongeleide mutaties en blinde natuurlijke selectie. De hele zaak hangt af van homologie - overeenkomsten tussen verschillende delen. Ze zien een aantal overeenkomsten tussen gedeelten van de genen van het flagellum en een andere moleculaire motor die er wel een beetje op lijkt (ATP synthase). Ze stelden een "stapsgewijze formatie" voor, door genduplicatie en modificatie, die zou moeten hebben geleid tot het ontstaan van het flagellum. Ze gingen er verder ook niet op in dat ATP synthase op zich net zo onherleidbaar complex is als een flagellum en hoe die dan zou moeten zijn ontstaan. Alle argumenten van de ID beweging tegen dit soort spontane vorming van structuren zijn volkomen genegeerd: dat alle delen samen moeten werken (anders werkt het gewoon niet), hoe alle tussenstappen ook werkende systemen moeten zijn geweest en dat de instructies die nodig zijn om alles zo te maken nog ingewikkelder moeten zijn, om er maar een paar te noemen. De auteurs gaven wel toe dat een andere moleculaire machine (het Type-III Secretion System, TTSS) waarschijnlijk een devolutie was en niet een voorouder van het flagellum. Maar hun hele bewijsvoering rustte op overeenkomst tussen bepaalde onderdelen. Ze namen aan dat dit een gemeenschappelijke oorsprong suggereert en geen gemeenschappelijke Ontwerper.
De 'experts' spreken over dingen in hun eigen vakgebied en hopen dat andere experts uit hun vakgebied met de aanvullende informatie komen. Dit is echter zelden het geval bij het twijfelachtige vraagstuk van evolutie vs. schepping. Het flagellum zal nu wel weer flink aangevallen worden met dit nieuwe wapen: het stuk in PNAS. Maar laat je niet voor de gek houden. Als je goed oplet, zie je dat ze altijd (1) evolutie als uitgangspunt nemen en (2) de oppositie negeren. En als dat niet werkt (3) de oppositie uitmaken voor alles wat er in ze opkomt. Lees ook de lariedetector om te leren die discussietrucs te onderscheiden. De Darwinpartij zal alles in het werk stellen om hun geliefde 'theorie' te beschermen. Je ziet het in alle belangrijke wetenschappelijke vakbladen. De wetenschappers van de IDB en hun argumenten wordt belachelijk gemaakt of gewoon genegeerd. Ondertussen gaan wij gewoon door met artikelen in onze eigen media. Check regelmatig de artikelen en links op deze pagina's; en laat je geen rad voor de ogen draaien. Blijf zelf denken.
05-04-2008
Moleculaire machine FAS
FAS: een "hoge mate van architectonische complexiteit"
Drie onderzoekers van Yale hebben recentelijk in het vakblad Cell1 een gedetailleerde beschrijving gepubliceerd van de moleculaire machine FAS (Fatty Acid Synthase - een vetzuurenzym).
Het meest opvallende was volgens hen dat het zo'n "hoge mate van architectonische complexiteit" heeft - met zijn pakweg 48 actieve onderdelen, compleet met bewegende delen en alles zo klein dat je het met het blote oog niet kunt zien; 27 duizendste van een millimeter hoog en 23 duizendste van een millimeter breed. Bijna al het leven op aarde kan niet zonder deze machine. Het zit in elke cel van elk organisme, van het eenvoudigste tot het meest complexe leven, en heeft effect op veel functies in de cel. Het is echter niet in alle organismen even complex. Wonderlijk genoeg, en tot grote verbazing van de onderzoekers, is de werking het meest ingewikkeld in schimmels. De onderzoekers noemden het een "elegant mechanisme" en onthulden trots een nieuw model wat de geheimen van de werking laat zien: in elk van zes 'kamers' bevindt zich een bewegende 'robotarm' die in een precieze volgorde onderdelen aflevert op acht verschillende locaties waar reacties plaatsvinden. De prachtige plaatjes in hun verslag zijn nog niet beschikbaar, maar er is een plaatje wat een redelijk idee geeft van de vorm: klik hier. De robotarm heeft precies de goede lengte om alle acht locaties te bereiken. Door een tunnel wordt een component aangevoerd die aan de robotarm bevestigd wordt, vervolgens gaat de arm langs de verschillende actieve locaties om onderdelen op te pikken. Zo wordt er een ketting gevormd van onderdelen. Als de ketting de juiste lengte heeft (de lengte is variabel en hangt af van de behoefte), wordt hij naar de laatste actieve locatie gestuurd die de cyclus stopt, waarna het product door een kanaal wordt uitgevoerd om verder gebruikt te worden. Het meest verbazingwekkende is misschien nog wel dat de arm beweegt door elektriciteit. Niet door draden en stopcontacten natuurlijk, maar door precieze hoeveelheden positieve en negatieve ladingen. De arm wordt dan afwisselend door de verschillende actieve sites aangetrokken. Zo werkt deze 'blinde' structuur van aminozuren volgens een cyclisch patroon om een specifiek product te maken en dat af te leveren wanneer het gereed is. Daarna wordt het systeem weer klaargezet voor de volgende ronde. Het lijkt vaak een rommeltje als je zo'n machine ziet, vanwege de bobbelige structuren die in allerlei richtingen gevouwen zijn, maar die eigenschappen zijn wel van essentieel belang, anders werkt het niet. Bij elke stap vindt er een specifieke chemische reactie plaats die de lading verandert zodat de volgende stap gedaan kan worden. Die verandering van lading op elke locatie is onmisbaar in het hele proces. Dat is wat er in één kamer gebeurt. Bij de FAS machine in gist gebeurt dat in 6 kamers tegelijk en onafhankelijk van elkaar. Een andere verrassing is dat de robotarm binnenin eerst moet worden geactiveerd door een structuur die zich aan de buitenkant bevindt, voordat hij kan beginnen met werken. Dit gebeurt pas wanneer alle onderdelen van de machine op hun plaats zitten. Het is net alsof er een soort beveiliging is ingebouwd, dat de machine pas kan beginnen met werken als hij helemaal klaar is. De auteurs vermeldden niet hoe snel de productie gaat, maar als het en beetje lijkt op de andere processen in de cel, dan kun je er vanuit gaan dat de FAS machine zijn werk snel en efficiënt doet. Het leven gaat door, één molecuul tegelijk. Het bakken van een cake met gist zal voortaan een hele nieuwe belevenis zijn, als je bedenkt dat er zo'n ingewikkeld proces plaatsvindt in dat klompje deeg.
1Lomakin, Xiong en Steitz, "The Crystal Structure of Yeast Fatty Acid Synthase, a Cellular Machine with Eight Active Sites Working Together," Cell, Volume 129, nummer 2, 20 april 2007, pagina's 319-332.
Deze mate van precisie in procesbeheersing wekt een diep gevoel van verwondering op. Er is een machine die ons al die tijd in leven heeft gehouden en we wisten er niets van. Tot nu toe. Hoe zouden dit soort openbaringen de denkbeelden van Charles Darwin hebben kunnen beïnvloeden? De auteurs probeerden hun ontdekkingen niet in een evolutionair plaatje te passen, maar hadden het wel over bepaalde delen die 'geconserveerd' zijn, dat wil zeggen 'niet geëvolueerd'. Ze namen duidelijk wel aan dat er evolutie heeft plaatsgevonden. Vergeet niet dat wetenschappers die zich bezig houden met het vraagstuk van de oorsprong, nog niet eens in staat zijn om een paar simpele aminozuren te laten ontstaan en die op een zinvolle manier aan elkaar te laten 'kleven', laat staan dat ze zelfs maar de meest eenvoudige moleculaire machine zouden kunnen produceren (zie ook het artikel van 4 april 2007). Hoe verklaren ze dan in hemelsnaam zo'n ingewikkelde machine als de FAS, met zijn exacte assemblagevermogen? En het is niet alleen de machine de je moet verklaren, maar ook de bouwtekeningen en de assemblage van de machine zelf! Welk blind proces is in staat om dat allemaal voor elkaar te krijgen? Al die complexiteit, waar duizenden aminozuren bij betrokken zijn, moet worden gecodeerd in het DNA, dan moet het worden vertaald, in de juiste volgorde en op de juiste plaats worden samengesteld, anders werkt de FAS niet. En dan te bedenken dat de opslag, informatiewinning, vertaling en constructie ook afhankelijk is van de eindproducten van de FAS. We kijken hier naar een systeem van onderling afhankelijke onderdelen dat zo onvoorstelbaar complex is, dat alleen intelligent ontwerp het kan verklaren. Gist: wie had kunnen vermoeden dat iets wat zo eenvoudig lijkt, zo'n hoge mate van architectonische complexiteit en robottechnologie kon bevatten. Je kunt je afvragen waarom nu juist schimmels de meest uitgebreide architectuur hebben. Misschien is dat wel humor van de Ontwerper. Of is het Zijn manier om ons te laten zien dat er een meerwaarde zit in 'eenvoudige dingen'? Goed voer voor filosofen en theologen. De mythe van Darwin helpt ons in ieder geval geen steek verder.
06-04-2008
Krachtige regulatoren
Meer "snoepgoed" in DNA
Krachtige regulatoren die een cruciale rol spelen. Zo worden niet-coderende delen van het DNA nu genoemd. Een verhaal in Science Daily gaat over deze regionen die voorheen als 'junk DNA' (evolutionair afval) werden bestempeld. Ze blijken een rol te spelen bij het aan en uit zetten van genen, vooral gedurende de eerste 2 weken na de conceptie. De gebieden werden ook wel "genwoestijnen" genoemd, maar er blijken zoveel bruikbare stukken in te zitten dat ze nu de naam "regulatorjungles" gebruiken.
In een gerelateerde publicatie in PNAS1 praten de onderzoekers over "geconserveerde niet-coderende elementen", die schijnbaar als "isolatie" dienen en de genen op een bepaalde afstand van elkaar houden, zodat er een soort verdeling in 'domeinen' ontstaat. Anderen keken naar transposonen (springende genen), waarvan gedacht werd dat ze dingen alleen maar "in de war gooiden", maar zien ze nu als nuttig en een "belangrijk medium voor evolutionaire noviteit". Een geneticus zei dat het ontdekken van deze dingen voelt alsof je een kind bent in een pakhuis vol snoepgoed. Een andere opmerking was opmerkelijk: "grappig hoe snel dit onderzoeksgebied evolueert".
1Xie et al, "Systematic discovery of regulatory motifs in conserved regions of the human genome, including thousands of CTCF insulator sites," Proceedings of the National Academy of Sciences USA, 10.1073/pnas.0701811104, online gepubliceerd op 18 april 2007.
Niet grappig. Jarenlang hebben Darwinisten genetisch onderzoek belemmerd omdat ze dachten dat een groot deel van het DNA alleen maar bestond uit evolutionair afval. Nu blijkt dat er toch een hoge mate van slim programmeerwerk in zit, claimen ze het ineens als een belangrijke bakermat voor evolutionaire ontwikkeling. Wetenschappers zouden moeten accepteren dat alles eens perfect ontworpen is door de Schepper en dat wij dingen 'in de war hebben gegooid'. Met die gedachte als uitgangspunt kom je veel sneller tot een bruikbaar model. Ga aan de kant discipelen van Darwin, laat Intelligent Design de toon bepalen.
07-04-2008
Naturalisme
Naturalisme vind je in alle studierichtingen
Verdedigers van de evolutietheorie beweren normaal gesproken dat hun ideeën slechts wetenschappelijke benaderingen zijn die biologische objecten kunnen verklaren. Waarom worden er dan evolutionistische benaderingen gekozen voor ontastbare concepten als psychologie, ethiek, wetgeving, politiek, religie, karakter, en moraal? Hier zijn enkele recente voorbeelden om over na te denken:
1. Evolutie en het criminele brein: In een publicatie van de Public Library of Science: Biology, gaven vier evolutionisten hun naturalistische visie op "De Wet, verantwoordelijkheid, en het brein." Volgens hen moeten we naar onze mensachtige voorouders kijken om het criminele brein te kunnen begrijpen. Ze vroegen zich ook af of we "vrije wil" opnieuw moeten bekijken. Je zou denken dat dit soort onderwerpen thuishoren bij filosofen en theologen, maar hoewel ze het erover eens waren dat gewelddadigheid en asociaal gedrag door meerdere factoren wordt beïnvloed, gaven ze alleen maar naturalistische benaderingen: "Voor optimaal begrip is de medewerking vanuit vele disciplines nodig, zoals economie, sociologie, psychologie, evolutionaire biologie, cellulaire fysiologie en neurologische wetenschap." Predikanten en filosofen hebben blijkbaar geen mening die overwogen moet worden. Tenminste, als denken nog mogelijk is in hun deterministische wereld. 2. Breinbenadering: In hetzelfde nummer van PLoS Biology, genereerde Kevin J. Mitchell (Trinity College, Dublin), zij het slechts conceptueel, een brein van moleculen. Dat in zijn visie het brein niet boven de materiele wereld kan uitstijgen, blijkt uit zijn conclusie, waarin hij alleen naturalistische benaderingsmethoden noemt, zoals wiskundige methoden, modelorganismen en directe metingen. 3. Taal: Het vermogen om te spreken in concepten en abstracte termen is volgens de evolutieleer niet uitsluitend een menselijke eigenschap. Het is slechts een kwestie van gradaties. Een tweetal van Emory University bestudeerde de gebaren van chimpansees om aanwijzingen te vinden voor een naturalistische verklaring van taal. In PNAS staat hun verhaal dat begint en eindigt met Darwinistische verklaringen. Omdat apen regelmatig met hun armen gebaren, en omdat wordt aangenomen dat onze taal begonnen is met gebaren, moet daar volgens hen een gedeelte van de verklaring te vinden zijn. Populaire nieuwsmedia als Live Science en MSNBC brachten deze speculatie als gauw als een wetenschappelijke "vondst". Ker Than gaf het verhaal de titel: "Apen wijzen naar oorsprong van menselijke taal." Compleet met foto van een gebarende aap. Alternatieve zienswijzen die de naturalistische benadering tegenspreken, werden niet overwogen. 4. Natuurlijke politiek: Zelfs in politieke wetenschappen wordt de naturalistische wereldvisie gebruikt. In PNAS bespraken twee economen van Princeton "politieke polarisatie" door met een wiskundig model te laten zien hoe groepen zaken graag polariseren. De inhoud van de debatten en het gewicht van de argumenten werden niet in de vergelijking opgenomen. Het was een puur naturalistische benadering, "gebaseerd op een natuurlijke biomodaliteit van voorkeuren in politieke en economische contexten..." Het stuk zit vol met grafieken en berekeningen die de mate van polarisatie moeten voorspellen. Hoe kunnen politieke kwesties als discriminatie, immigratie, religie, mensenrechten, terrorisme, burgeroorlogen en bewapening nu met wiskundige modellen worden benaderd? Dit laatste artikel was niet overduidelijk evolutionistisch van aard, maar het behandelt mensen als wiskundige objecten die aan een stel natuurlijke wetten beantwoorden. Mensen en hun reacties plaatsen in wiskundige modellen roept grote vragen op over de mate waarin dit wel binnen de natuurlijke wetenschappen valt. Gedachteprocessen en argumenten worden op deze manier al snel volslagen zinloos.
Dit soort studies zijn vol van zelfverwijzing en schieten zichzelf in de voet. Ze zijn zinloos. Als verantwoordelijkheid een bijproduct is van evolutie, dan is het niet echt een verantwoordelijkheid. Als misdaad een bijproduct is van evolutie, dan is het niet echt misdaad. Als taal een gevolg is van gebarende apen, is het niet echt taal. En als mensen de pionnen zijn van wiskundige functies, zijn ze niet echt bewuste stemmers. Eigenlijk zijn dit soort wetenschappers pionnen van hun eigen aannames. Hun eigen gedachten worden bepaald door hun evolutionaire verleden. Als een materialist iets beweert, kun je vragen: "hoe weet je dat?" Als de werking van de geest of het brein wordt bepaald door natuurlijke processen dan worden de gedachten erover ook bepaald door dezelfde processen. Zo heeft niets wat ze zeggen enige waarde. Wat geeft evolutionisten het recht om buiten het proces te gaan staan en er absolute uitspraken over doen, terwijl er volgens hun eigen visie niets absoluut is? Zodra ze zelf in het proces meedoen hebben ze geen grip meer op de uitkomst. En zonder scheidsrechter, zonder regels, zonder standaard, zonder waarheid en zonder moraal houd je geen orde meer over; dan heb je alleen maar chaos. Gelukkig is er een standaard met woorden als "Er zij licht" en "Ik ben de Weg de Waarheid en het Leven." Nu nog wat meer wetenschappers die dit willen accepteren
08-04-2008
Ostreococcus
Klein maar fijn doet Darwin pijn
Evolutionisten zouden zo graag willen dat alle feiten netjes binnen hun theorie vielen. Helaas voor hen is dat niet zo.
In de Stamboom van het Leven uit het boek van Darwin zouden kleinere organismen (bijvoorbeeld eencelligen) eenvoudiger zijn dan de grote organismen (zoogdieren). Onverwachte ontdekkingen gooien de boel op z'n kop:
1. Science Daily brengt het nieuws van een eencellig phytoplankton, genaamd Ostreococcus en bestudeerd door het Scripps Institute of Oceanography. Het komt in grote hoeveelheden voor in de oceanen en is verantwoordelijk voor de helft van alle fotosynthese op onze planeet. Een theelepel zeewater kan meer dan 100.000 van deze eencelligen bevatten. Het genoom van dit kleine wezentje heeft bijna net zoveel genen als dat van een mens. Het heeft ook bijna evenveel selenium eiwitten. Sterker nog, twee soorten Ostreococcus vertonen grote verschillen in hun genomen. Eentje heeft zelfs een extra chromosoom en een van de chromosomen laat een aanzienlijke herverdeling van genen zien. Volgens een onderzoeker zijn dit opmerkelijke verschillen die ze niet hadden verwacht. De verschillen tussen de soorten zouden langzaam geëvolueerd moeten zijn. 2. Volgens evolutionisten valt koraal onder de oudste en meest eenvoudige meercellige organismen. Oceanografen van het ARC Centre of Excellence in Australië begonnen hun persbericht met een verrassing: Het "nederige koraal" zou evenveel, of misschien zelfs meer genen hebben dan mensen. Er zijn zelfs overeenkomsten in de genen van het immuunsysteem (die ons beschermen tegen ziekten), de ontwikkeling van zenuwen, zicht en meer. "We hebben eigenlijk veel gemeen met koraal, ook al lijkt dat niet zo," zegt professor David Miller. Mensen zijn volgens evolutionisten natuurlijk veel verder ontwikkeld dan koraal, dus wat moet een koraal dan met genen voor ontwikkeling van zenuwen en zicht? Zelfs in het licht van al dit soort tegenstrijdigheden wordt evolutie nooit in twijfel getrokken. Er wordt meestal snel iets geroepen als "dit stelt ons instaat om het beter te gaan begrijpen", of "dit werpt meer licht op evolutie". Hoe dan? In dit tweede geval wordt de verklaring gezocht in het 'verliezen' van genen gedurende de evolutie. Maar natuurlijk verklaart dat niet hoe ze er in de eerste plaats gekomen zijn, of hoe ze 235 miljoen jaar onveranderd zouden zijn gebleven, terwijl de rest van al het leven continu veranderde en blijkbaar wel zonder die genen kon. Volgens professor Miller zouden de genen van koraal mogelijk niet zo complex met elkaar samenwerken als in mensen. Dat zal dan nog onderzocht moeten worden. Hoe dan ook, in hun ogen wint evolutie altijd, of je nu de feiten aan je kant hebt of niet.
Hoe vaak moeten we nog laten zien dat de feiten en het evolutiegeloof elkaar niet aanvullen? Darwin wordt steeds vaker getackeld, en niet door grote, sterke rugbyspelers, maar door die 'kleine' wondertjes van de natuur. Dat het Darwinisme onze oorsprong niet kan verklaren is geen hypothese meer, maar begint meer op een natuurwet te lijken. En alleen een wonder kan de evolutionist nog redden van de natuurwetten. Maar de wonderen zijn de wereld nog niet uit: ook een evolutionist kan zich bekeren.
09-04-2008
Het oog
Ontwerp van oog toch goed
Tientallen jaren hebben evolutionisten het netvlies van gewervelden als slecht ontwerp gezien. Ze merkten schamper op hoe de 'ontwerper' toch wel zo stom kon zijn om het achterstevoren te maken - waarbij de lichtgevoelige cellen achter een wirwar van lichtverstrooiende cellen zitten. Creationisten hebben daar altijd tegenin gebracht dat het, ondanks deze opbouw, toch goed werkt.
Een ander argument is dat de lichtgevoelige cellen de bescherming van het laagje wat ervoor zit nodig hebben als bescherming tegen schadelijke lichtstralen. Nu is er wellicht een nog beter argument bijgekomen. Duitse wetenschappers geloven dat ze een netwerk van optische vezels gevonden hebben die het licht zonder verlies naar de lichtgevoelige cellen leiden. The Register (GB) vatte de vondst van deze wetenschappers van de universiteit van Leipzig samen. Ze vonden een laag langgerekte cellen (Müller cellen) die binnenin het oog als een soort tweede lens werkt. Het licht wordt door de bedekkende laag heengeleid om precies op de goede plek te worden afgeleverd. De cellen zijn geen rechte buisjes, zoals de glasvezels die wij kennen van sfeerverlichting en signaalkabels, maar ze hebben een soort trechtervorm zodat ze meer licht kunnen verzamelen. De "natuur is zo slim", merkte een onderzoeker op, "er is genoeg ruimte in het oog voor alle neuronen en synapsen en dergelijke, maar toch kunnen de Müller cellen zoveel mogelijk licht opvangen en doorgeven." Volgens het artikel kunnen optische ontwerpers nog wat leren van dit ontwerp. Zelfs de AAAS website Science Now was onder de indruk. Ook hier ontbrak het woord "ontworpen" niet. Ze noemden het zelfs "high-tech". Maar een andere opmerking hadden ze beter achterwege kunnen laten: "geen slecht trucje voor een camera die 500 miljoen jaar geleden ontworpen is." Veel creationisten zullen wel een grimas trekken bij die laatste opmerking, maar het D-woord werd weer herhaaldelijk genoemd. Zou deze erkenning en de afwezigheid van evolutionistische verklaringen in de artikelen erop duiden dat het verhaal van 'slecht ontwerp' nu op z'n retour is? Het blijkt wel dat het ontwerp van het oog al die tijd toch slimmer was dan ze dachten.
Creationisten hoeven zich niet druk te maken over een gebrek aan bewijs. Ze hoeven alleen maar hun ogen open te houden, te vragen naar betere observaties, en er komt vanzelf meer aan het licht.
Het oog nader bekeken
De publicatie van de ontdekking van de opzienbarende optische vezelcellen kwam op 7 mei in PNAS.1 De 10 Duitse auteurs beschrijven in groot detail de optische eigenschappen van de Müller cellen en hoe ze die gemeten hebben. Ze zeiden dat elke kegelcel (lichtgevoelige cel voor kleur) één Müller cel heeft die het licht geleidt, en dat een enkele Müller cel verscheidene staafcellen (gevoelig voor zwart/wit) van licht kan voorzien. De hele voorkant van het netvlies is bedekt met de kegelvormige ingangen van de optische vezels, die het licht direct naar de lichtgevoelige cellen leidt. Hiermee wordt het licht langs de andere cellen geleidt, die anders het licht zouden verstrooien. De brekingsindex van de Müller cellen is variabel en optimaal afgestemd op het licht, zodat er nauwelijks verlies is. De auteurs vermeldden dat deze eigenschappen de cellen tot "ingenieus ontworpen lichtontvangers" maakt. Er wordt in de publicatie niet over evolutie gesproken.
1 Franze et al., "Müller cells are living optical fibers in the vertebrate retina," Proceedings of the National Academy of Sciences USA, 10.1073/pnas.0611180104, online gepubliceerd op 7 mei 2007.
Het argument van 'slecht ontwerp' van het oog is nu definitief dood. Als iemand er ooit nog over durft te beginnen, laat ze dan maar deze publicatie lezen. Wie had durven denken dat vergevorderde technieken voor lichtgeleiding in het oog van gewervelden toegepast zijn? De wetenschappers gebruikten caviaogen in hun onderzoek. Moeten wij nu geloven dat cavia's en zelfs kleinere gewervelden toonaangevend zijn in de ontwikkeling van optische instrumenten? Laat me niet lachen. We hoeven in ieder geval niet meer te luisteren naar de spottende woorden van Darwinisten die vinden dat het oog slecht ontworpen is. Het Darwinisme heeft weer een slag verloren. Het oog van gewervelden is zeer goed ontworpen.
10-04-2008
Mercurius
Mercurius mysterieus magnetisch
Mercurius heeft een magnetisch veld. Dat is raar, want voor een magnetisch veld heb je een zachte kern nodig. En als de planeet 4.6 miljard jaar oud zou zijn, had hij allang helemaal gestold moeten zijn. Astronomen hebben een nieuw model van het binnenste van de planeet gepubliceerd, waarin de kern heet en zacht genoeg is om een dynamo-effect teweeg te brengen, wat het magnetisch veld genereert. Venus heeft geen magnetisch veld en Mars en onze maan bevatten indicaties dat ze er ooit een gehad hebben.
Omdat de massa van Mercurius slechts 5% van de massa van de aarde is, had men verwacht dat de kern al helemaal solide zou zijn. Om een magnetisch veld te kunnen hebben moet op z'n minst de buitenste schil van de kern nog gesmolten zijn; het lijkt erop dat daar nu bewijs voor gevonden is.1 Het 'bewijs' dat door de knappe koppen wordt aangedragen laat inderdaad zien dat het mogelijk is om het magnetisch veld van Mercurius te verklaren, maar dat is slechts een deel van het probleem. Je moet ook verklaren hoe deze situatie 4.6 miljard jaar heeft kunnen blijven bestaan. De oplossing die gegeven wordt vereist de aanwezigheid van genoeg zwavel om de kern zo lang in een gesmolten toestand te laten blijven. Maar chemische condensatiemodellen wijzen uit dat zwavel op die afstand van de zon niet kan condenseren. Anders gezegd: er is zwavel nodig, maar die is daar vlak bij de zon niet voorradig. Dan moet die zwavel dus op een of andere manier van een grotere afstanden bij Mercurius terecht gekomen zijn, aldus Margot et al.2 Met deze oplossing wordt de leeftijd van Mercurius dus niet betwijfeld. Ze 'weten' al hoe oud hij is, dus daar hoeven we het niet over te hebben. Dan moeten ze dus maar wat anders verzinnen. Het magnetisch veld zelf is het 'bewijs' dat het verzamelen van zwavel over gigantische afstanden heeft plaatsgevonden. Een JPL persbericht bracht dit als de oplossing voor een dertig jaar durend mysterie. Het werd opgepakt door New Scientist, National Geographic, Science Daily en andere nieuwssites. Geen van hen betwijfelde de leeftijd van Mercurius of de methode waarmee de planeet oud gehouden werd en toch niet koud geworden is. Hoe deze 'oplossing' andere (evolutionaire) processen in het zonnestelsel beïnvloedt werd niet uitgediept. Het NASA ruimteschip MESSENGER is onderweg naar Mercurius, waar het in januari zal aankomen. Planetologen hopen hiermee meer metingen te kunnen doen aan de magnetische en zwaartekrachtvelden, waaruit de interne structuur verder kan worden afgeleid.
1Sean C. Solomon, "Hot News on Mercury's Core," Science, 4 mei 2007: Vol. 316. no. 5825, pp. 702-703, DOI: 10.1126/science.1142328. 2Margot, Peale, Jurgens, Slade and Holin, "Large Longitude Libration of Mercury Reveals a Molten Core," Science
Zien we hier niet een soort patroon? Bepaalde 'feiten' van de wetenschap, zoals evolutie en miljarden jaren, zijn opgeborgen in een kluis en worden er nooit uitgehaald om nader onderzocht te worden. Het wordt verslaggevers niet toegestaan om het ware woord van de wetenschappers te betwijfelen, omdat zij het 'wel zullen weten'. Alles in het universum, en zelfs in verzonnen meervoudige universa, mag betwijfeld worden, maar niet die fundamentele stellingen. Er is iets niet helemaal pluis in beterwetenschapsland.
11-04-2008
Fotosynthese
Nieuw licht op fotosynthese
Fotosynthese is lang een 'zwarte doos' geweest. Nu er steeds meer mogelijkheden komen om op moleculaire schaal dingen te onderzoeken, wordt er ook steeds meer bekend over hoe het eigenlijk werkt. In een recente publicatie in Nature1 werd het PhotoSystem I complex (PSI) van planten op bijna atomair niveau beschreven.
De volgende dag werden in een publicatie in Science2 de interacties tussen eiwitten beschreven die optreden wanneer planten licht in energie omzetten. Beide publicaties prezen de uitmuntende efficiëntie van "de meest efficiënte nano- fotochemische machine in de natuur." De processen werden in complexe technische termen beschreven, waarbij het woord efficiënt wel acht keer genoemd werd. De efficiëntie is zo groot dat bijna elke foton effectief gebruikt wordt. Er is dus nauwelijks verlies. Het licht wordt voor bijna 100% omgezet in bruikbare energie. De auteurs waagden het slechts één keer om evolutie te noemen als verklaring voor het bestaan van bepaalde structuren, maar dat werd dogmatisch vastgesteld en verder niet verklaard.
1Amuntz, Drory en Nelson, "The structure of a plant photosystem I supercomplex at 3.4-angstrom resolution," Nature 447, 58-63 (3 mei 2007) | doi:10.1038/nature05687. 2Skourtis en Beratan, "Photosynthesis from the Protein's Perspective," Science, 4 mei 2007: Vol. 316. no. 5825, pp. 703-704, doi: 10.1126/science.1142330.
Wie twintig jaar geleden biologie heeft gestudeerd en het daarna niet heeft opgehaald kan nu van harte zijn hart ophalen. De feiten die bijna dagelijks aan het licht komen zijn verbluffend, wonderbaarlijk en schitterend. Toen zagen we licht naar binnen gaan en aan de andere kant suikers ontstaan, maar we wisten niets van de magie van de interne processen. De zwarte doos gaat nu open en we zien de ongelooflijk efficiënte reeks moleculaire machines die er al die tijd al waren. De auteurs van de genoemde publicaties prezen de efficiëntie. Maar ik zeg: ere wie ere toekomt. Prijs de Maker!
12-04-2008
Ontwerper
Ontwerp zonder ontwerper
Blijkbaar denkt Francisco Ayala (Universiteit van Californië, Irvine) dat er geen discussie meer mogelijk is wanneer je iets dogmatisch stelt.
Zijn publicatie in PNAS1 geeft zo'n groots en breed uitgemeten 'zo is het nu eenmaal' verhaal, dat filosofen en theologen van de hele wereld er nog jaren mee zoet kunnen zijn. Maar Ayala deponeert gewoon zijn mening, zonder enige vorm van dispuut, en plakt er het zegel van de National Academy of Sciences op. Hij noemt zijn relaas botweg: "De grootste ontdekking van Darwin: Ontwerp zonder een ontwerper". Met Darwins "ontdekking van natuurlijke selectie" zou volgens hem de "oorsprong en aanpassingen van organismen binnen het gebied van de wetenschap" terecht gekomen zijn. Het vermogen van organismen om zichzelf aan te passen kan nu uitgelegd worden als een normaal natuurlijk proces, "zonder daarbij terug te vallen op een Intelligente Ontwerper". Darwin's theorie van natuurlijke selectie is volgens Ayala voldoende om het ontwerp van organismen "en hun wonderbaarlijke diversiteit" te verklaren "als resultaat van natuurlijke processen, de geleidelijke opeenstapeling van spontaan ontstane variaties (mutaties) gesorteerd door natuurlijke selectie... Mutatie en selectie hebben samen het wonderlijke proces gedreven dat, beginnend bij microscopische organismen, heeft geleid tot orchideeën, vogels en mensen..." "Dit was Darwins fundamentele ontdekking, dat er een proces is dat creatief is, maar niet zelfbewust." Die dingen werden dus zomaar door Ayala beweerd zonder stil te staan bij alle argumenten die er door sommige van de grootste denkers van de afgelopen eeuwen tegenin gebracht zijn. Toch stelde hij deze dingen als feiten van de wetenschap en als "ontdekking" van Charles Darwin. Hij negeerde de Cambrische explosie en dook zo de evolutionaire geschiedenis in met alle levende wezens van het Cambrium, zonder verklaring van hun herkomst. Het zou volgens hem makkelijk te begrijpen zijn hoe "miljoenen kleine, functioneel voordelige veranderingen, opmerkelijk complexe en adaptieve organen, zoals het oog, zouden kunnen voortbrengen." Zo zou alles ontstaan zijn; zelfs "mensen die denken en liefhebben, die begiftigd zijn met een vrije wil en creatieve vermogens, en die in staat zijn om het evolutionaire proces dat hen heeft voortgebracht te analyseren." Dit alles zonder te verblikken of verblozen. Hoe kan een product van een proces wat geen zelfbewustzijn heeft nu de juistheid van deze uitspraak bepalen? En kan "bewustzijn" eigenlijk wel een eindproduct zijn van een niet-zelfbewust proces? Blijkbaar zijn die vragen niet van belang, want daar gaat Ayala niet op in.
Het lijkt wel of ze het nooit leren. Hoe kunnen ze nu, na zovele jaren van debatten, boeken, documentaires, bekeringen van wetenschappers en internationale aandacht voor de controverse, nog steeds botweg en onveranderd hun propaganda publiceren? Ze zijn echt onverbeterlijk. Als ze de kritieken nou eens zouden erkennen en met gedegen antwoorden zouden komen... Maar ze geven niet eens toe dat de tegenwerpingen bestaan. En als ze al praten over de kritiek dan halen ze steeds weer dezelfde antieke argumenten uit de kast. Ze zijn echt niet meer van deze tijd. Dit is het informatietijdperk, het tijdperk van de moleculaire machines en biomimetrics en rationeel ontwerp. Ayala kan niet zomaar aannemen dat het Darwinisme de beste verklaring geeft. Zijn woordgebruik roept enorm veel vragen op, zoals: wat is ontwerp, wat zijn natuurwetten, en kan overlevingsdrang rationaliteit produceren? Volgens Ayala is dat allemaal geen probleem. Gewoon genoeg woorden gebruiken, zelfverzekerd overkomen en het komt allemaal dik voor elkaar. In z'n eigen hoofd wel ja. Maar zolang hij de dingen die hij moet bewijzen al bij voorbaat aanneemt en presenteert als een gegeven, zal hij alleen weerklank vinden bij zijn mede evolutiegelovigen. Kunnen creationisten dan bewijzen dat alles gemaakt is door God? Nee. Maar het wordt tijd dat evolutionisten gaan erkennen dat de oorsprong der soorten volgens hun denkkader totaal niet voor de hand ligt. Geloof in een creatieve Ontwerper is misschien 'niet wetenschappelijk' volgens hun boekje, maar als je kijkt naar de mate van vernuft en onherleidbare complexiteit in de natuur, dan is het wel de meest logische conclusie. Lezers die een uitdaging zoeken (en goed Engels kunnen lezen) zouden het stuk van Ayala eens moeten doorlezen met de Lariedetector ernaast, en dan alle propagandatechnieken en denkfouten eruit vissen. Presenteert hij werkelijk wetenschappelijk bewijs dat orchideeën, vogels en mensen konden ontstaan door willekeur en noodzaak? (Houd in gedachten dat kleine veranderingen niet zomaar geëxtrapoleerd kunnen worden en dat uit resistentie van bacteriën tegen antibiotica niet volgt dat mensen van bacteriën afstammen.)
13-04-2008
Aegyptopithecus zeuxis
Wanneer is een primaat onze voorouder?
Er is een fossiel van een uitgestorven apensoort ontdekt, genaamd Aegyptopithecus zeuxis. Het aapje had hersens die niet groter waren dan een limoen, kleiner dan moderne lemuren.
Waarom brengen de nieuwsmedia het dan als een voorouder van mensen? Dit nieuwe exemplaar is completer dan vorige exemplaren en het brengt twee verrassingen met zich mee: de mate waarin mannetje en vrouwtje van elkaar verschillen en dat de hersenen kleiner zijn dan was verwacht. Dit exemplaar lijkt zelfs minder op mensen dan alle andere exemplaren. Ondanks de verrassingen valt het op hoe fanatiek de nieuwsberichten deze vondst als voorouder van mensen brengen. De verrassingen laten schijnbaar niemand twijfelen aan de connectie tussen deze aapjes en moderne mensen. De titel op EurekAlert was misschien wel de mildste, door een beetje de aandacht te vestigen op het probleem: "Hersenen, grootte en geslacht verrassen in nieuwste fossiel dat mensen, mensapen en apen verbindt." National Geographic was gewoon bot: "Menselijke voorouder had hersenen ter grootte van limoen." Ook zo bij Live Science: "Menselijke voorouder had doperwt-hersenen." In deze artikelen zul je tevergeefs zoeken naar twijfels over onze afstamming van deze uitgestorven lemuren. Jeanna Brynner schreef in Live Science botweg: "De schedel was van een gemeenschappelijke voorouder van mensen, apen en mensapen." National Geographic gooide de volgorde door elkaar waardoor niet duidelijk was wie nu uit wie is ontstaan: "mensapen, mensen en apen." Maar hoe kan de ontdekking van zulke kleine hersenen gebruikt worden als bewijs voor een evolutionair verband met mensen? National Geographic legde het zo uit: "De schedel - van een soort die familie is van mensapen, mensen en apen - is bewijs dat de meer ontwikkelde en grotere hersenen van Afrikaanse primaten later ontwikkeld zijn dan voorheen werd geloofd, zeiden onderzoekers."
Zie je nu hoe ze het doen? Evolutie wordt nooit in twijfel getrokken. Evolutie is een feit. Dit IS een menselijke voorouder en NIETS anders, duidelijk? Zo, nu ben je genoeg gehersenspoeld om te geloven dat feiten die niet meewerken wel in het verhaal gepast kunnen worden. Ze veranderen het plot gewoon een beetje: grote hersenen evolueerden wat later in de volgorde van primaten die uiteindelijk leidden tot mensen. Het komt nooit in hun botte hersens op dat deze uitgestorven aap, die eens de status van menselijke voorouder kreeg, misschien helemaal niet relevant is in de stamboom van Beethoven en Einstein. Maar de journalisten aapten elkaar weer lekker na en volgden het script precies: (1) Neem evolutie aan, (2) observeer een feit en (3) verzin een verhaal om het feit in de aanname te passen. Dat werkt misschien wel op papier of in een gehoorzaal vol ja-knikkers, maar breng het maar eens naar buiten, in het licht van de werkelijkheid. Het ontwerp van deze wereld is daar overduidelijk.
14-04-2008
Computer
Studie naar oorsprong stelt computer boven scheikunde
Bij het lezen van een recente publicatie in PNAS1 over de oorsprong van het leven, krijg je de indruk dat de auteurs experimenten hebben gedaan met echte chemicaliën en echte diepzee situaties. Als je wat verder kijkt zie je echter dat hun model alleen maar werkt in de virtuele wereld. Dit roept vragen op over de betrouwbaarheid van simulaties als vervanging voor het proefondervindelijk verkrijgen van onderzoeksgegevens. Hun beweringen waren dramatisch - een toename van bouwstenen voor het leven met factoren van 100 miljoen en meer. Ze verkondigden optimistisch dat er in bepaalde diepzeeformaties grote concentraties "nucleotiden" en biochemische elementen kunnen voorkomen.
Ze vermeldden het experiment van Miller en Urey, die gebruik maakten van echt laboratoriumgereedschap, maar noemden zelf pas aan het einde van hun publicatie dat ze gebruik hadden gemaakt van computersimulaties. Ja, het woord "gesimuleerd" kwam wel een aantal keer voor, maar gedurende het hele verhaal leek het net of het over echte chemicaliën ging. Alle elementen in de onderzoeken waren echter geprogrammeerd in computerprogramma's. De grootte van de elementen, hun eigenschappen, de meters en de uiteindelijke resultaten, die de mogelijkheid voor het spontaan ontstaan van de chemische bouwstenen van het leven suggereerden, waren allemaal gesimuleerd. Er werden geen tests gedaan met eventuele complicaties, die in de natuur uiteraard regelmatig optreden. Om een betrouwbare testomgeving (simulatie) te krijgen, moet je de hele situatie en alle mogelijke complicaties meenemen in de opstelling (het programma). Maar rekening houden met eventuele storende factoren vonden ze blijkbaar niet nodig.
1Baaske, Weinert, Duhr, Lemke, Russell en Braun, "Extreme accumulation of nucleotides in simulated hydrothermal pore systems," Proceedings of the National Academy of Sciences USA, 10.1073/pnas.0609592104, online gepubliceerd op 9 mei 2007.
Modellen zijn goed bruikbaar, ze worden dan ook veel toegepast in de wetenschap. Maar keihard bluffen om iets te bewijzen, zoals dat in deze publicatie gebeurt, is ongehoord. Ze kunnen zichzelf wel verdedigen door te zeggen dat ze toch "gezegd" hebben dat het slechts een simulatie was, maar dat zou je niet denken als je het stuk leest. Er zijn maar weinig mensen die de saaie opsomming van gebruikte materialen en methoden aan het einde van zo'n publicatie lezen. Al met al doet het stuk vermoeden dat leven, onder de juiste omstandigheden, zomaar zonder problemen kan ontstaan op de bodem van de zee. Nu maar hopen dat het uitermate intelligent ontworpen besturingssysteem van de testcomputer geen last krijgt van het beruchte 'blue screen of death' (het blauwe scherm des doods - ja, dit is cynisch bedoeld - red.)
15-04-2008
Vleermuis
De evolutie van het zesde zintuig
Of: Van de muis die bij een val uit een boom de echo ontdekte en het op een slimme manier wist te combineren met het ontwikkelen van vleugeltjes... Geplaatst: 21 mei 2007
National Geographic maakte het weer lekker bont. (Vleermuizenbont wel te verstaan.) In het artikel worden vleermuizen geprezen als meestervliegers, met betere aërodynamische vaardigheden dan vogels.1 Hun vleugels veranderen steeds van vorm, zodat ze zowel bij de neerwaartse slag als bij terugbewegen van de vleugels een effectieve opwaartse kracht bewerkstelligen. Ze hebben een subliem verfijnd zintuig (echolocatie) wat ze in staat stelt om details waar te nemen die zo klein zijn als een vissenvin die net boven het water uitsteekt. Met deze techniek van echolocatie kunnen ze in het donker vliegen en verbazingwekkende luchtcapriolen uithalen, de vissenvin lokaliseren en de vis zo uit het water trekken. Er staat een verhaal in het juninummer van National Geographic Magazine, over de vleermuizen van Panama, waarin foto's staan van vissende, insecten vangende en fruit etende vleermuizen. De 'oudste' vleermuizen (volgens de tijdrekening van evolutionisten) hadden al het vermogen om te vliegen en zijn over 'miljoenen jaren' niet of nauwelijks veranderd. Er is geen bewijs dat ze geleidelijk zouden zijn ontstaan uit een niet-vliegend zoogdier. Jennifer Holland kon dus niets anders doen dan een evolutieverhaaltje verzinnen, waarin ze het volgende beweerde: "Zestig miljoen jaar geleden, op een planeet waar het wemelde van de zoogdieren, verrees een boombewoner op papierdunne vleugels boven de massa. Zo gaat het verhaal van de voorouderlijke vleermuizen, die, voorzien van vliegvermogen en een zesde zintuig wat echolocatie genoemd wordt, de nachtelijke lucht veroverde en zich ontplooide." (NG juni 2007, p. 142) Holland vermeldde verder niet wie die voorouderlijke vleermuizen dan wel waren, of welk bewijs ze had voor het bestaan van deze voorouders. Haar verhaal lijkt op een instant evolutie van meervoudige, complete, complexe, interactieve systemen. Haar verhaal bevat ook geen uitleg over hoe die ene "boombewoner", zo goed voorzien van nieuwe vermogens, voor vruchtbaar nakroost kon zorgen.
1Zie de technische publicatie over vleermuis aërodynamica in Science, 11 mei 2007.
Op een dag zullen we onszelf een hoedje lachen als we aan die maffe Darwinisten denken. We zullen dit soort belachelijke opmerkingen blijven verzamelen, zodat ze later in spotprenten en stripjes verwerkt kunnen worden. Nu moet het Darwinisme alleen nog even uitsterven...
16-04-2008
Kikkers
Waarom maakte God giftige kikkers?
Die vraag lijkt gerechtvaardigd, als je er vanuit gaat dat ze altijd giftig geweest zijn. Maar misschien is dat helemaal niet zo. In een artikel van National Geographic wordt gesproken over het gif op de huid van bepaalde kikkers.
Het blijkt dat de kikkers door het eten van mijten bepaalde chemische stoffen (alkaloïden) verzamelen die zich concentreren op de huid. De mijten pikken de stoffen op van bladafval. Sommige kikkers gaan er alleen maar bitter van smaken, anderen worden er zeer giftig van. Het giftig zijn van bepaalde kikkers lijkt dus een gevolg van een natuurlijk concentratieproces, wat niets te maken heeft met de bouw (de genen) van de kikker. Volgens een gerelateerd verhaal van National Geographic lijkt het erop dat de sappen in de kikkerhuid gebruikt kunnen worden om insecten af te weren en dat ze de kikker gezond houden.
Sommige mensen staan zo snel klaar met hun oordeel. Maar dingen zijn niet altijd wat ze lijken. Zoals het vermeende 'slechte ontwerp van het oog'. Volgens de Bijbel heeft God de wereld 'zeer goed' gemaakt. Als iets nu niet 'zeer goed' is, dan moet daar een goede reden voor zijn.
17-04-2008
DNA taal.
Verschoven lezing van DNA komt vaker voor
Stel je een boek voor dat geschreven is in een taal zonder spaties, waarbij ieder woord uit 3 letters bestaat en het alfabet uit 4 letters. En probeer je dan voor te stellen dat je het ene verhaal krijgt door met de eerste letter te beginnen, dat je een totaal ander verhaal krijgt wanneer je met de tweede letter begint en weer een ander verhaal wanneer je met de derde letter begint. Zo is het ook met een aantal genen in de genetische code. Een stuk DNA bevat de instructies voor het maken van een bepaald eiwit, beginnend bij een bepaalde letter. Maar het bevat ook instructies voor een ander eiwit, door te beginnen bij een andere letter (nucleotide) in hetzelfde stuk (gen). De taal in het DNA heeft drie nucleotiden ('letters') per codon ('woord'). De nucleotiden zitten paarsgewijs tegenover elkaar in de dubbele schroefvorm van het DNA. Voordat de stukken DNA kunnen worden gelezen, moeten de twee helften eerst van elkaar worden losgemaakt, waardoor er twee 'regels' ontstaan. De regels kunnen allebei gelezen worden, zodat er in totaal zes verschillende lezingen kunnen zijn. Hoe vaak komen die alternatieve lezingen in organismen voor? Volgens een publicatie in PLoS Computational Biology zouden er legio voorbeelden van deze "alternate reading frames" (ARFs) kunnen zijn. Van ARFs werd voorheen gedacht dat ze zeldzaam zouden zijn in hogere levensvormen. Een internationaal team vond 40 gevallen in het menselijk genoom, maar de onderzoekers gaven aan dat het een zeer voorzichtige schatting was en dat het werkelijke aantal waarschijnlijk veel hoger ligt. De reden dat de ARFs nooit eerder gevonden zijn is eenvoudig volgens de onderzoekers: het ligt in onze aard "...we geloven gewoon niet dat dubbel gecodeerde genen voorkomen in eukaryoten..." Volgens het artikel is de kans dat zulke ARFs spontaan ontstaan bijna nul, "nagenoeg onmogelijk". Ze zeiden dat het een grote verrassing was om zoveel ARFs te vinden, omdat het door natuurlijke selectie instandhouden van ARFs zeer "kostbaar" is. Dat wil zeggen: mutaties in de ene lezing hebben direct invloed op de ander lezing. Vaak zijn de eiwitten die ontstaan uit alternatieve lezingen gerelateerd aan eenzelfde functie of proces in de cel. De onderzoekers vergeleken bekende ARFs van mensen, muizen en enkele andere zoogdieren en ontdekten dat ze zeer goed "geconserveerd" waren (daarmee bedoelen ze niet-geëvolueerd).
Probeer maar eens een paragraaf te schrijven die op drie verschillende manieren gelezen kan worden, afhankelijk van de beginletter. Zelfs voor een doorwinterde puzzelaar zal dat nog wel de nodige hoofdbrekens kosten. Als straks blijkt dat dit in de genetische code een normaal verschijnsel is, openbaart het een verbazingwekkend hoog niveau van intelligent ontwerp. Hoe en waarom zou een blind proces zoiets doen? Heb je gemerkt dat genetici niet zochten naar deze mate van complexiteit, omdat ze niet 'geloofden' dat het mogelijk was? Door deze intelligente vorm van datacompressie zou de functionele informatie van het genoom nog wel eens veel groter kunnen zijn dan genetici ooit hebben durven geloven. Over 'geconserveerde genen' gesproken, die zijn ook niet zeldzaam. Er zijn grote stukken DNA die hetzelfde zijn bij bijvoorbeeld vogels en mensen. Dat is erg vreemd, als je bedenkt hoe ver vogels en mensen van elkaar 'verwijderd' zijn volgens de evolutietheorie. Waarom zouden die stukken onveranderd blijven, als ze (zoals blijkt bij sommige stukken) niet belangrijk zijn voor overleving? Net als bij overeenkomsten in bouw is het veel logischer om hierbij te denken aan een gemeenschappelijke Ontwerper.
DNA Molecule: Het organische leven is gebaseerd op een ongelooflijk complexe informatiecode. Net zoals de tegenwoordige software code.
Hoe is het ooit zover gekomen dat de mensen die door velen als de 'knapste koppen van de aarde' gezien worden (wetenschappers), het idee kunnen blijven handhaven dat alles vanzelf gegaan is? Hier enkele recente voorbeelden van hun denkwijze:
1. Het brein van een mier is wel het toppunt van softwarecompressie. Hoe kan zoveel software in zo'n kleine ruimte worden gestouwd? Het brein van een mier kan niet erg groot zijn, toch kan het wonderbaarlijke dingen doen. BBC News en Science Daily hadden het allebei over de vermogens van mieren om hun weg te vinden. Ze vinden niet alleen de beste route naar hun doel, maar ze 'repareren' gaten in de weg door er zelf in te gaan zitten. De vrijwilligers die een levende brug vormen, om zo over zich te laten lopen, zijn zij die precies groot genoeg zijn om het gat te vullen, zo ontdekten wetenschappers van de universiteit van Bristol. Een teamlid zei: "Wanneer het gaat om wegreparaties, hebben de mieren hun eigen doe-het-zelf ministerie van verkeer en waterstaat." Mieren kunnen ook nog eens vooruit plannen voor hun eigen manschappen. Science Daily meldde dat mieren, "een van de meest ultieme zelforganiserende soorten van de natuur, optimale aantallen van elk type werker voortbrengen om het glad functioneren van de kolonie te verzekeren." Ze hebben het onvoorstelbare vermogen om een volgende generatie precies de juiste eigenschappen mee te geven die het nodig heeft. Hoe ze dat doen is een mysterie, maar een evolutionair bioloog wist zeker dat Darwin het kon verklaren: "Het lijkt erop dat mieren hun eigen oplossing voor dit probleem hebben geëvolueerd." 2. Rood zien is rood doen. Apen kregen rood haar, omdat ze het vermogen ontwikkelden om de kleur rood te zien. Dat is de conclusie die wordt getrokken in de volgende artikelen van de universiteit van Ohio, Science Daily en Live Science. "Een nieuw onderzoek toont aan dat apen eerst het vermogen evolueerden om kleuren te zien, om ze te helpen bij het zoeken naar voedsel, waarna de natuur van rood de meest sexy kleur maakte die er was, en de evolutionaire stamboom van de apen verfraaide met rode haren en huid." 3. Wat is er mis met de volgende zin uit een artikel van de New York Times? "Elke eigenschap van een vlinder of mot, gedurende zijn hele leven van ei tot volwassene, is voor specifieke doeleinden gevormd, gedurende miljoenen jaren van evolutie. Voor suggesties moet je de lariedetector nog maar eens doorlezen. (Er staan overigens wel prachtige plaatjes van vlinders en motten in het artikel.)
Begrijp ik het verkeerd als ik opmerk dat de media ons nog steeds het idee voorschotelen dat alles vanzelf gegaan is? Eerst was er niets, toen was er ineens een grote chaos die zichzelf organiseerde, een dode massa die ging leven, een hersenloze materie die oplossingen verzon voor problemen en bewust werd vanuit een niet-bewuste toestand? Als er een lichtstraal zou zijn, maar niemand om hem te zien, zou hij dan nog steeds rood zijn? Soms moeten we gewoon de meest recente evolutionistische kronkels op een rijtje zetten om te zien hoe sommige mensen, die anderszins toch wel erg slim zijn, zichzelf voor aap zetten. Of zoals de apen zeggen: "beter rood dan dood". Ze hadden het over een doe-het-zelf ministerie en zelforganiserende soorten. Hebben mieren een zelfbewustzijn? Klagen ze wanneer er over hen gelopen wordt, zoals mensen doen? Het zijn miniatuurrobots die precies weten wat ze moeten doen en al die informatie zit in dat hele kleine koppie. En ze zeggen dat de mieren dit al 100 miljoen jaar doen. Maar verklaren waar mieren vandaan komen, of hoe ze zijn geëvolueerd, kunnen ze niet. (Zelf zeggen ze natuurlijk liever: nog niet. Dat klinkt bijna als: nog even en we hebben de oplossing gevonden... hm hm.) Let ook op hoe ze hun materialistische theorie graag brengen in personifiërende termen: zus-en-zo evolueerde een oplossing. Het vermogen om kleuren te zien of zo. Kunnen organismen die zich niet bewust zijn van iets, dat bewustzijn zomaar ontwikkelen? Waar is dat dan vandaan gekomen? Laat een evolutionist je niet voor de gek houden door zaken te verwarren met zulke personificaties. Hun verklaringen zijn geen gebaande wegen, maar kronkelweggetjes met grote gaten. De gaten zijn te groot om op te vullen door er zelf in te gaan zitten, zelfs al zouden ze er met z'n allen in gaan zitten. (Het zou toch niet veel helpen, want ze hebben geen idee waar hun weg naartoe gaat, behalve de uiteindelijke hittedood van het heelal.)
19-04-2008
Voorouders
Ook apen liepen op twee benen
Een kort, maar veelzeggend stukje op Nu.nl laat zien hoe het evolutieverhaal in de media is geïnfiltreerd. Er wordt niet eens meer bij nagedacht. In het hoofd van veel wetenschappers en menig doorsnee burger zit de formule aap = voorouder van mens helemaal vastgeroest. Aap evolueerde uit 'een viervoetig landdier', ging rechtop lopen, scheren, stropdas om en achter de computer zitten. Na de vreemde gedachtekronkel 'rood zien is rood doen' (artikel 29 mei, item 2), komt Science Daily nu met het verhaal dat het rechtoplopen van apen tot nu toe steeds gebruikt werd als een aanwijzing dat ze op weg waren naar een meer mensachtige vorm.
En dat een Britse studie nu uitwijst dat apen "die miljoenen jaren geleden in bomen leefden" al op twee benen konden lopen. Hoe ze weten dat de dieren miljoenen jaren geleden leefden blijft altijd een raadsel. Op de botjes staat geen datum, ze kunnen niet praten en niemand was erbij. Maar afgezien van die onmogelijk te bewijzen aanname, heeft het onderzoek wel weer een extra hindernis opgeleverd voor de verstokte aanhangers van de 'geschoren aap met de stropdas' - theorie. Nu.nl eindigt met: "De onderzoekers baseren hun theorie op observatie van orang-oetans in de jungle van Borneo." (Science Daily had het over Sumatra - red.) "Deze mensapen brengen het grootste deel van hun leven door in bomen en kunnen daarom volgens de Britten dienen als modellen voor de menselijke voorvaderen van miljoenen jaren geleden." Wat is dat nu voor een 'bewijs'? De oerapen leefden (ook) in bomen en daarom zijn het onze voorvaderen? Om de larie van dit soort redenaties te detecteren hoef je niet eens de lariedetector te lezen. "Als wij gelijk krijgen, betekent het dat je niet meer kunt vertouwen op tweevoetigheid om te bepalen of je kijkt naar een voorouder van een mens of een andere aap. Het werd al steeds moeilijker voor ons om te bepalen wat nu een mens of een aap is, en ons werk maakt dat nog veel erger." Aldus Robin Crompton van de Universiteit van Liverpool, een van de schrijvers van de studie.
Miljoenen jaren, apen als voorouders, evolutie is een feit, dat zijn de kreten die we steeds weer horen. Maar is het ook waar? Moeten we de stellingen van meneer Darwin, die na 150 jaar van wetenschappelijk onderzoek nog niet te onderbouwen zijn, niet eens aan de kant zetten? Of zelfs het Neo-Darwinisme, na 50 jaar DNA onderzoek en de verbluffende en verbazingwekkende ontdekkingen van moleculaire motors, meervoudige lezing van het DNA en het totale onvermogen om ook maar de meest 'eenvoudige' cel uit dode materie te doen verrijzen? (Eenvoudige cellen bestaan niet eens. Elke cel, hoe 'primitief' ook, is een complete fabriek, met aanvoer van grondstoffen, een gigantische bibliotheek met 'werktekeningen', assemblage door robots en export van functionele producten.) Maar als er weer een 'bewijs' voor je theorie wegvalt, dan verzin je toch gewoon een verhaaltje om het gat te vullen: Een van de onderzoekers zei dat tweevoetigheid "hele sterke adaptieve voordelen heeft. Dus we hoeven niet te verklaren hoe onze voorouders van viervoetigheid naar tweevoetigheid overgingen." Nou vraag ik je!... Is dat niet het toppunt van struisvogelpolitiek? Hoe lossen we het probleem van de eerste cel op? Geen probleem: de combinatie van water, wat chemische stoffen en warmte, die we gewoon even simuleren in een computer (artikel van 16 mei), heeft zulke sterke adaptieve voordelen; dat hoeven we helemaal niet te verklaren...
Give me that ol' time religion. It's good enough for me.
20-04-2008
Algen
Oorsprong van meercelligheid: terug naar de tekentafel
Er is micro-RNA gevonden in groene algen. Nou en? Wat is daar nou zo bijzonder aan? Als je de opmerkingen in Nature,1 leest, lijkt het erop dat evolutiebiologen het heel bijzonder vinden:
1. De ontdekking is in twee onafhankelijke laboratoria gedaan en "ontmantelt de populaire theorie dat de regulerende rol van micro-RNA bij de uitdrukking van genen verband houdt met de evolutie van meercelligheid". 2. De vondst is "net zo schokkend" als de ontdekking dat de rondworm Caenorhabditis elegans (dat was de eerste meercellige eukaryoot wiens genoom volledig in kaart werd gebracht) 19.000 genen heeft. Dat zijn er maar 1000 minder dan bij de mens. 3. Als het al schokkend was dat het genoom van deze 'eenvoudige' wormen zo complex is, dan is het nog schokkender dat "het RNA in eencellige wezens net zo complex zou kunnen zijn als in hogere levensvormen". 4. Men dacht eerst dat micro-RNA "onafhankelijk in planten en dieren geëvolueerd" is, maar nu blijkt dat het ook in 'lagere organismen' voorkomt, moet worden aangenomen dat deze complexe regulerende mechanismen zich al 'eerder' hebben ontwikkeld. 5. Volgens Jim Umen van het Salk Instituut in La Jolla, Californie, kan het misleidend zijn om op grond van een paar modelorganismen conclusies te trekken over evolutionaire processen. (O, echt waar? - red.) 6. "Niemand weet waarom een dergelijk eenvoudig organisme micro-RNA nodig heeft, noch hoe en wanneer het voor het eerst verscheen". (Ik kan wel een hint geven - red.) Eén ding stond echter niet ter discussie: evolutie. "Wat hun rol ook was, de aanwezigheid duidt aan dat micro-RNA veel ouder is dan men voorheen dacht; het heeft misschien al wel meer dan een miljard jaar bestaan."
1Lucy Odling-Smee, "Complex set of RNAs found in simple green algae: Single-celled organisms aren't as basic as they seem," Nature 447, 518 (31 mei 2007) | doi:10.1038/447518b.
En alweer wordt aangetoond hoe ongezeglijk Darwinisten zijn (zie het artikel van 14 mei). Het maakt niet uit hoe krachtig het tegendeel bewezen wordt, de greep van het evolutionistisch denken blijft ijzersterk. Om het publiek van deze beschamende feiten af te schermen moeten ze flink wat podiumrook en special effects produceren - in de vorm van moeilijke woorden en ingewikkelde zinnen die niemand begrijpt, behalve hun vakgenoten (zie ook 15 mei). The show must go on!
21-04-2008
Zeekatten
Kleurenblinde zeekatten kunstig met kleur Roger Hanlon heeft een studie gemaakt van octopussen, inktvissen en zeekatten. Hij verbaast zich erover hoe goed ze zich kunnen camoufleren. In een artikel in Current Biology1 gaat hij in op de magische trucs die deze diersoort uithaalt om zich te vermommen en soms nagenoeg onzichtbaar te maken voor jagers.
Op dit YouTube filmpje is een zeekat in actie te zien. Hij kan zijn huid in een oogwenk van gestippeld, gestreept gekleurd en gerimpeld veranderen in glad wit, en dan weer in een andere kleur, om vervolgens op te gaan in zijn omgeving. Hier is er nog een. Hoe wonderlijk en onvoorstelbaar ingenieus het ook gemaakt is, zelfs na een jarenlange studie van deze beesten kan Hanlon toch nog met een stalen gezicht beweren dat het beestje deze fantastische eigenschappen zelf "geëvolueerd heeft". Hoor uit zijn eigen mond hoe hij zonder verblikken of verblozen een van de meest verbluffende diersoorten beschrijft als een product van spontane, ongestuurde processen. In het artikel in Current Biology vertelt hij nog meer over zijn bevindingen. Het is dus niet alleen de kleur van de huid die kan veranderen, maar ook de patronen en de structuur. De huid kan gerimpeld, licht, donker, gestreept en gevlekt zijn, in verschillende vormen, gradaties en richtingen. De huid bevat speciale cellen voor kleur- en vormverandering. Die cellen zijn verbonden met zenuwcellen die snel kunnen reageren en een enorm scala van patronen mogelijk maken. De hersenen van deze beestjes moeten ook heel bijzonder zijn omdat ze ongeveer 20 miljoen pigmentcellen, reflecterende cellen en vervormende cellen moeten besturen. Hanlons team heeft vijf jaar lang experimenten gedaan met zeekatten, door ze tegen allerlei soorten achtergronden te houden en te kijken hoe hun camouflagesysteem reageert. Het meest verrassende is wel dat ze kleurenblind blijken te zijn. Toch is het vermogen om de kleur van de achtergrond over te nemen zeer nauwkeurig. Hoe doen ze dat? Helaas kan Hanlon daar nog geen antwoord op geven, maar ze blijven zoeken, dus nog even geduld a.u.b. Nog een interessante eigenschap is dat ze gepolariseerd licht kunnen zien en weerkaatsen; iets wat hun vijanden niet kunnen. Ze hebben dit blijkbaar ook onder controle, dus is het mogelijk dat ze elkaar 'verborgen boodschappen' sturen. Ook dit moet nog verder onderzocht worden. Een octopus kan zelfs zijn hele vorm veranderen om te lijken op iets anders. Ze nemen de vorm van een andere vissoort aan om niet op te vallen. Zelfs de vinnen en de snelheid wordt nagebootst. (Zie ook dit artikel: MarineBio.com) Interessant detail: "Een sepia (zeekat) heeft geen botten, alleen een interne skeletschelp, deze schelp, bekend als zeeschuim of het knaagspeeltje in de kanariekooi, spoelt zeker in de zomer volop aan op de Nederlandse en Belgische stranden... In de poreuze schelp zit kalk die de vogels nodig hebben bij het leggen van eieren en voor hun bloedsomloop." (wikipedia.nl)
1Roger Hanlon, "Primer: Cephalopod dynamic camouflage," Current Biology, Volume 17, nummer 11, 5 juni 2007, pagina's R400-R404, doi:10.1016/j.cub.2007.03.034.
Ach, wat moeten we er nog van zeggen? Deze prachtig ontworpen beesten verdienen het om onderzocht te worden. Maar nog veel meer verdient de Maker het om ervoor geprezen te worden. Dat een man als Hanlon zich laat verleiden tot het napraten van zijn evolutiegelovige collega's is triest. Met je neus bovenop een wonder zitten en nog zeggen dat het allemaal vanzelf gegaan is, gaat mijn begrip te boven. Het enige wat je hoort is "hij is geëvolueerd". Er wordt geen enkele moeite gedaan om die loze bewering te staven met bewijzen, of zelfs maar te speculeren hoe dat dan wel gegaan zou moeten zijn. Je hoort alleen maar dat het gebeurd is, en daar kun je het mee doen. In het YouTube filmpje noemt hij het slechts één keer, maar in het genoemde artikel veel vaker. Als een soort mantra doet hij uitspraken als: "zijn geëvolueerd", "evolutie heeft geproduceerd", "evolutie van deze vorm van camouflage" en "patronen die geëvolueerd zijn". Het ergste is dat hij tot besluit de eigenschappen van deze beesten vergelijkt met kunst, fotografie en architectuur, vanwege de manier waarop licht en vormen worden gemanipuleerd, om vervolgens te zeggen: "...het maakt je nederig en toch is het intrigerend om te bedenken dat zo'n oeroude geslachtslijn als die van weekdieren zo'n geavanceerd systeem heeft geëvolueerd, waarmee camouflage getest kan worden." Hoe kan een intelligent persoon zulke dingen zeggen, zonder stil te staan bij de noodzaak om deze ongefundeerde uitspraken te verklaren? Ernstig gehersenspoeld door de Darwinpartij als je het mij vraagt. Wanneer de bewijslast straks een kritiek punt bereikt, en ze niet meer kunnen ontkennen dat het evolutiegeloof onhoudbaar is geworden, zouden dit soort mensen dan naar een afkickcentrum moeten?
Genengroei: Er is geen genengroei en genen 'adopteren' geen wezenlijke nieuwe functies.
DNA Molecule: Het organische leven is gebaseerd op een ongelooflijk complexe informatiecode. Net zoals de tegenwoordige software code.
Bewijs Voor Schepping: Bewijs dat de evolutietheorie in diskrediet brengt. Het ontbreken van een natuurlijk mechanisme. Het ontbreken van fossiele tussenvormen. Onacceptabele modellen volgens de regels van de wetenschap.
Onreduceerbare Complexiteit: Er bestaan complexe organen en microscopische machines die onmogelijk door talrijke, opeenvolgende, kleine modificaties konden zijn gevormd.
Het Menselijk Oog: Een perfect en intergerelateerd systeem van ongeveer 40 individuele subsystemen, waaronder het netvlies, de pupil, de iris, het hoornvlies, de lens en de optische zenuw. Het perfecte oog
Bewijs Voor God: Wat zou bewijs voor God inhouden? Ontdek het ongelooflijke bewijs voor Intelligent Ontwerp, gebruik makend van fundamentele methodologie voor de detectie van ontwerp!
Een goed functionerend systeem ontstaat nooit vanzelf. Alle organismen op onze planeet bestaan uit systemen. Onze hersenen, ons zenuwstelsel of ons hart zijn maar enkele voorbeelden. Een levende cel bevat zoveel informatie als vijfhonderd boeken.