Wat een mens lijden kan. Kijk je een hele week uit naar een mooie marathonzondag, hoop je op een vleugje zon, krijg je toch wel een pak regen over je heen. Maar het was genietbare regen, zeker wanneer je daar tussen een internationaal gezelschap van 1.600 loopgekke mensen bevindt. De marathon van Kasterlee zal voor mij altijd een klassieker blijven, ik liep hem zondag voor de zesde keer en bereikte voor de vijfde keer de finish. Het was bovendien mijn 25ste, een klein jubileum dus.
Maar dat aantal verzonk in het niets toen ik vooraf even een praatje maakte met Horst Preisler, de Duitser die in Kasterlee zijn 1.800ste marathon liep, jawel DUIZENDACHTHONDERD! Maar in tegenstelling tot hem ben ik nog jong, dus kunnen er nog heel wat meer bij op mijn teller. Het leek zondag ook voortreffelijk te lopen. Hoewel ik de laatste week wat last had van stramme spieren, had ik de jongste tijd een goed gevoel tijdens het lopen en toen ik zondag heel fris opstond, had ik dan ook ontzettend veel goede moed.
Ondanks de aanhoudende regen zocht ik mijn tempo, en na een bijsturing op vier kilometer (toen het net even te snel ging) kon ik een strak tempo aanhouden van om en bij de 11 km/u. Het ging goed en de eerste ronde haspelde ik mooi af in 1:55, perfect op schema dus. Het parcours van de natuurmarathon lag er loodzwaar bij, maar toch bleef ik strak tempo houden. Tot na de eerste bevoorradingspost van de tweede ronde, na ongeveer 26 km, ik even dreigde weg te glijden, me diende te herstellen waarop er plots iets in mijn rug leek vast te zitten. Even was de pijn niet te houden, maar het nummer 25 op de borst gaf me moed om verder te gaan. Aanvankelijk was het tanden bijten, en de collega's van JC Kasterlee die me even later kwamen voorbijgelopen moest ik laten gaan. En of dat pijn deed, want ik was absoluut niet moe, alleen wilde de rug niet mee. Ik had ook geen zin om me helemaal te forceren.
Met nog tien kilometer te gaan kwam ik bij een man uit Arendonk (zie foto), die zijn eerste marathon liep en in de problemen was gekomen. Hij dacht zelfs even aan opgeven, maar ik overhaalde hem om door te gaan. In het begin speelden we even haasje over, maar daarna bleven we goed samen, tot ik helemaal op het einde voor de vele supporters in mijn hometown nog een kleine versnelling plaatste. Het was goed geweest, nummer 25 is een feit.
Na mijn blessure vorig jaar in december dacht ik even aan stoppen, maar gelukkig heb ik eind februari de draad weer opgenomen. Enkele kleine ongemakken niet te na gesproken heb ik een goed jaar achter de rug, ondanks erbarmelijke tijden op de marathon. Ik liep in een tijdspanne van zeven maanden evenveel marathons en dat stemt me tevreden. Ik ben klaar voor een even spetterend 2013, waarin ik toch een keer onder de vier uur hoop te duiken. Ook hoop ik op mijn 40ste verjaardag, die op een zondag valt, een leuke marathon, trail of ultra te lopen. Maar het belangrijkste is dat ik ervan kan genieten!
De marathon van Kasterlee komt er langzaam maar zeker aan. Zondag is het weer zo ver en dus worden het nog enkele spannende dagen. Als alles meezit kom ik voor de 25ste keer over de finish van een 42-er, van de organisatie kreeg ik daarom ook nummer 25 toegekend.
Het belooft wel een topeditie te worden, met een recordaantal deelnemers. Intussen staat de teller al boven de 1500, waarvan ruim vierhonderd marathonlopers. Dit betekent wel dat het druk zal worden in Kasterlee, want dat zijn er in totaal al driehonderd meer dan de voorbije jaren. Maar geen nood, de organisatie heeft ervaring in het lopen van marathons en meer, dus kunnen we op beide oren slapen.
Ook met de conditie gaat het redelijk goed, al lijkt er toch een kleine blessure te zijn opgetreden. Misschien is het doordat ik zondag nog even te diep ging als loper in een duo-duathlon in het Nederlandse Reusel. Op een zwaar parcours liep het voor geen meter, maar kon toch een tempo van ruim 12 km/u vasthouden, veel sneller dan mijn marathontempo. De benen voelen twee dagen later nog wat log aan, maar dat komt allemaal wel goed. Want zondag in Kasterlee telt er maar één ding, aankomen. En genieten natuurlijk! Want hoewel ik de jongste jaren al op heel wat plaatsen liep, blijft deze omloop naar het Prinsenpark een pareltje. Dat het maar snel zondag is!
Om in Kasterlee mijn 25ste marathon te lopen, moest ik er nog eentje tussendoor pakken en mijn keuze viel op de Rothaarsteig Marathon in het Duitse Fleckenberg (Schmallenberg). Het was vooral de drukke agenda die bepaalde dat het deze wedstrijd zou worden. Wat ik nog niet wist toen ik inschreef, was dat het een natuurmarathon was met meer dan achthonderd hoogtemeters, een trailmarathon dus. Maar mijn eerste en enige trail die ik ooit liep, enkele weken geleden was me ontzettend goed bevallen, al was die in de Hoge Venen maar 16km lang. Nu was het dus tijd om 42,195 km te stijgen en te dalen.
Vrijdagnamiddag vertrok ik en na wat file in het Ruhrgebied arriveerde ik tijdig in Arpe, waar ik de nacht zou doorbrengen. Eerst snel mijn nummer halen en kijken hoe het startgebeuren er uit zou zien en dan terug naar het hotelletje voor een lekkere maaltijd. Toen ik even later in bed lag, duurde het dan ook niet al te lang vooraleer ik sliep. Het resultaat was dat ik zaterdagochtend ontzettend fris en uitgerust opstond. Na een stevig ontbijt mijn valies gepakt en richting startplaats.
Een uur op voorhand was ik ter plaatse en rustig maakte ik me klaar voor wat wellicht mijn zwaarste marathon tot dusver zou worden. Gezien de tijden van mijn laatste marathons moest ik toch even slikken toen de speaker zij dat iemand die normaal vier uur nodig heeft op een vlakke wedstrijd in deze wedstrijd toch richting 4:50 - 5:00 zou gaan. Vermits ik de jongste maanden dichter tegen de vijf uur aanzit dan tegen de vier, hoopte ik dat ik voor sluitingstijd (6:00) de finish zou bereiken.
Rustig starten was dus noodzakelijk en al na minder dan vier kilometer stond iedereen te voet. Een lastige helling waarop slechts enkelen konden lopen, dat was me toch even schrikken. Na tien kilometer kwam ik door in 1:05, maar ik had de indruk dat ik op de loopstukken een egaal tempo kon aanhouden. Ik liep op de lastige stukken gemiddeld 7 min/km en hierin kon ik me best vinden. Ik wist immers dat de laatste tien kilometer in dalende lijn zouden gaan.
Vanaf dan ging het ook vrij aardig en al snel had ik door dat de tijdslimiet geen probleem zou zijn en dat ik zelfs nog aardig wat onder de vijf uur zou uitkomen. Met 4:43:46 liep ik misschien wel mijn beste marathon ooit, niet qua tijd wel wat prestatie betreft.
Maar het voornaamste was dat ik genoten heb van het parcours en de prachtige vergezichten. Lopen tussen de skipistes, mooie uitzichten op onder meer Winterberg, ongerepte natuur, ... Ik vind het beslist een aanrader en ik keer er de komende jaren zeker terug. En nu gaat de focus richting Kasterlee.
De Nacht van Vlaanderen was opnieuw geen succes voor mij. Ik weet niet hoe het komt, maar ik loop ontzettend graag in Torhout en het lukt me er nooit om een deftige prestatie neer te zetten. Afgelopen vrijdag was het weer van dat. De benen voelden weliswaar voor aanvang al wat vermoeid aan, maar 's avonds om acht uur is dat niet abnormaal. In de start rustig mijn tempo gezocht en vrij snel de goede cadans gevonden. Het lukte me om een strak tempo aan te houden (10km - 0:55; 20km -1:55; 30km - 2:54) maar na dertig kilometer staken krampen de kop op. Dit overkomt me niet zo vaak, maar in Torhout is het meestal wel van dat. Zou het komen door de afkoeling, het fenomeen nacht dat komt opzetten of is het gewoon een gebrek aan training? Wie zal het zeggen? Nooit was ik beter voorbereid als afgelopen vrijdag. Feit is wel dat ik niet meer vooruit kwam en vooral bovenaan de kuit pijnscheuten kreeg.
Ach het belangrijkste is dat nummer 21 op de teller staat. Toch hoop ik dat het over enkele weken in Stockholm een pak beter gaat.
Binnen 24 uur hoop ik aaardig op weg te zijn in mijn vierde Nacht van Vlaanderen. Vanavond doe ik het rustig aan, morgenvroeg nog even doorwerken en dan opnieuw rusten. Ik kijk er echt al naar uit. Na een weekje rust heeft het uurtje met JC Kasterlee dinsdag ontzettend veel deugd gedaan. Dat geeft me vertrouwen om vrijdagavond in Torhout een lap op te geven.
Vanochtend gaan lopen in Mol-Achterbos, een natuurloop in Salus Nostra ten voordele van de Muco-vereniging. Mijn loopmaat stuurde 's morgens om zeven uur al een sms met de melding dat hij niet mee ging, wegens gisteren te veel gedronken. Dan maar iets rustiger aan gedaan, rustig ontbeten en rond een uur of negen richting Achterbos getrokken. Daar aangekomen koos ik voor de twintig kilometer, na de gehuchtenloop van vorige week (35km) en de jogging van De Mast (13,5 km) afgelopen vrijdag, zou dit mijn laatste duurloop zijn voor de marathon van Torhout. Wegens drukke werkzaamheden is het volgende week noodgedwongen rusten, maar misschien is dat nog niet zo'n slecht idee. Ik koos voor een rustige start en had de indruk dat er weinig volk was. De enige die mijn pad kruiste was een grote egel die niet geneigd was opzij te gaan. Het was dus werkelijk een natuurloop en zo heb ik ze graag, heel veel bossen en plaatsen waar ik nooit eerder kwam. Na een kilometer of vier kwam ik de eerste lopers tegen, twee keuvelende dames die volgens mij de tien kilometer liepen. Een kilometer verderop was de drankpost, waar de man me vertelde dat er toch al meer dan tweehonderd lopers gepasseerd waren. Bij deze drankpost kwam ik Leo Smets en zijn echtgenote tegen, we geraakten aan de babbel en ik liep met hen mee. Toen ik op mijn klok keek, merkte ik dat we tegen een kleine 13 km/uur liepen, toch net iets te snel voor een duurloop. Aan de volgende drankpost, na tien kilometer aan Sas 7, liet ik ze gaan. Dan maar rustig mijn weg verdergezet en langs mooie plekjes vrij vlot het einde gehaald, toch een gemiddelde van meer dan elf kilometer per uur. Ik denk dat de conditie goed zit, hopelijk kan ik die nog enkele weken vasthouden, tot Stockholm half juli, maar eerst en vooral tot in Torhout!
Ik ben vanochtend opgestaan met wat stramme spieren. De Jogging De Mast gisteren in Kasterlee heeft daar wellicht mee te maken. Na een drukke dag op een loodzwaar maar heel mooi parcours dertien kilometer voorgeschoteld krijgen, het is wel wat. De kinderen moesten al om halfzeven aan de slag, zelf moest ik pas om halfacht vertrekken. De benen voelden dan niet super, ik had er wel echt zin in. Welgekomen ontspanning!
De start vond plaats aan de sporthal van Kasterlee en van daaruit had de organisatie een mooie omloop uitgestippeld. Het begon met een bergaf om dan op een gegeven moment richting Kleine Nete te lopen, tot aan de o zo mooie Millekesbrug om dan weer een hele tijd bergop te lopen. In de bossen achter de sporthal kwam dan de climax met een lastige klim op het einde. Op zich allemaal heel mooi, maar vanaf de derde keer kroop het toch in de kleren. Uiteindelijk is het allemaal toch goed verlopen.Ik had gehoopt om ongeveer zeventien minuten over een ronde van 3,250 te doen en daar ben ik aardig in geslaagd. Met een gemiddelde van net geen 12 km/u ziet het er naar uit dat ik langzaam maar zeker mijn oude niveau bereik. Alleen kost het nu wel heel wat meer inspanningen dan een jaar of vijf geleden. Leeftijd zeker?
Volgende week ga ik een weekje rust inlassen, althans op loopvlak. Van maandag tot komende week zondag ben ik van dienst bij Gazet van Antwerpen en moet ik uitrukken bij eventuele branden, ongevallen en andere minder prettige aangelegenheden. Maar met de Marathon van Torhout een week later op het programma is dat misschien nog niet zo slecht. Vorige week zondag liep ik er 35, vrijdag dus 13 en zondagochtend trek ik naar Mol-Achterbos voor een natuurloop over twintig kilometer. Hier kijk ik echt al naar uit.
De Gehuchtenloop van gisteren over 35 kilometer was er zeker geen voor watjes. In de gietende regen gingen we met ongeveer vijftig lopers van start. De meesten waren warm aangekleed, ik was natuurlijk mijn shirt met lange mouwen vergeten. Maar het is bijna zomer, dus lukt het ook wel met korte mouwen. De eerste kilometer voelde de regen wel koud aan, maar na een kleine tien minuten ondervond ik er nog weinig hinder van. Het bleef maar regenen zodat toch alles doorweekt zou zijn.
Mijn bedoeling was aanvankelijk om 21 of 28 kilometer te lopen, maar uiteindelijk liep ik de volledige afstand. Ik voelde me de ganse tijd eigenlijk best goed en de benen strubbelden niet tegen, net als de knie die goed standhield. Het meest hinderlijke was dat de schoenen al meteen vol water stonden, maar ik veronderstel dat dit bij iedereen wel het geval was. Heel even had ik het wat moeilijk toen we na de bevoorrading op 28 km hadden stilgestaan en de wind door de open vlakte me helemaal deed verkleumen. Maar met de aankomst in zicht werd ook dit obstakel overwonnen, na enkele kilometers had ik het terug warm. En zo kwam ik eigenlijk nog goed binnen, dat moet vertrouwen geven voor de komende weken.
Ik kan het blijkbaar niet laten, maar de Nacht van West-Vlaanderen laat me maar niet los. Weken, zelfs maanden had ik er niet aan durven denken om hier opnieuw aan de start te komen, maar deze week dan toch maar ingeschreven.
Met het oog om in Stockholm een degelijke prestatie neer te zetten na de toch wel kwakkele marathons van Antwerpen en Zeeuws-Vlaanderen, dacht ik er aan om me degelijk voor te bereiden, met wat meer te trainen en enkele kilo's kwijt te geraken. Na een weekje rust wilde ik meteen de trainingsintensiteit opvoeren en amper vijfentwintig kilometer later stond mijn naam tussen de deelnemers. En ik heb er maar meteen een familie-aangelegenheid van gemaakt, door een B&B te boeken op een kleine twee kilometer van start en aankomst. Zo spaar ik een moeizame verplaatsing uit en kunnen we zaterdag en zondag het Brugse Ommeland en een gedeelte van de Westhoek verkennen. En nu maar hopen dat het mooi weer wordt...
Afstandslopers die in team een prestatie willen neerzetten moeten beslist eens deelnemen aan de Ronde van België. Ik kreeg tussen 16 en 20 mei de kans om van deze unieke wedstrijd te genieten. Samen met de Kasteellopers uit Vorselaar maakte ik voor Gazet van Antwerpen een reportage over deze ronde, die in 1000 (!) kilometer in estafettevorm het ganse land afdweilt.
De organisatie is in handen van de joggingclub van Ganshoren en daar ging op woensdagavond de wedstrijd van start. Elk team bestaat uit tien deelnemers en lost elkaar vrij af, het zijn vijftig etappes van ongeveer twintig kilometer. Aan het einde van de Ronde, zondagmiddag rond 15.30 uur, heeft elke loper dus ongeveer honderd kilometer afgelegd.
Maar het lopen is in deze ronde niet echt de moeilijkheid, er komt veel meer bij kijken. Planning is nog veel belangrijker, zodat elke loper de nodige rust heeft en een slaapplaats ter beschikking heeft, want ook hiervoor moet je als team zelf voor alles zorgen. Je loop zowel overdag als 's nachts en ik kan je verzekeren dat dit laatste in de donkere Ardennen soms wel angstaanjagend, maar tegelijk ook prachtig is. Je geniet intens van de omgeving, want er is niets mooier dan tussen Bastogne en Virton al lopend de zon zien opkomen.
Kortom, het was een prachtige ervaring, waarin ikzelf een veertig kilometer mee liep. De Kasteellopers liepen met hun ervaring vlot naar de overwinning. Proficiat!
De marathon van Zeeuws-Vlaanderen zit er weer op! Nummer twintig is binnen, maar dat het niet zonder slag of stoot ging, dat kan ik u wel verzekeren. Met een zeshonderd lopers gingen we van start in het mooie stadje Hulst. De eerste kilometers gaan over de stadsvesten en dat geeft wel een prachtig zicht, maar ik had moeite om in het juiste ritme te komen. In tegenstelling tot Antwerpen was het constant vechten tegen mezelf om de benen in een gelijkmatige tred voort te bewegen. Het parcours was nu niet echt gemakkelijk, want na een kilometer of vijf doken we de bossen in. Na een kwart wedstrijd dacht ik het juiste ritme te hebben gevonden, maar het lastige parcours en een opspelende knie maakten het me niet gemakkelijk. Opgeven was er vandaag niet bij, want op je verjaardag doe je wat er van je verwacht wordt.
Halfweg zat ik nog goed op schema (2u), maar ik voelde toen al dat er geen toptijd in zou zitten. Toch heb ik kunnen genieten van de prachtige omgeving in enkele natuurgebieden. Ik blijf Z-Vl het mooiste parcours vinden dat ik ooit liep. Maar na 28 kilometer brak de veer, toen we tot over onze enkels in het slijk moesten. Van dan af was het harken tot aan de finish!
Uiteindelijk heb ik die ook gehaald in een tijd die niet om over naar huis te schrijven is. Maar het belangrijkste is dat ik er opnieuw een streepje mag bijzetten. Ik ben tot het besef gekomen, dat wanneer ik in Stockholm deftig voor de dag wil komen, er nog flink getraind moet worden.
Door in Antwerpen de finish te halen heb ik de negentiende 42-er achter mijn naam staan. Het voornaamste doel was de Grote Markt bereiken en ik ben dus in mijn opzet geslaagd, maar zo simpel was het allemaal niet. Nochtans liep het van 's morgens vroeg allemaal naar wens. Ik was op tijd wakker, een paar krentenboterhammen met Luikse stroop gegeten, de broodnodige koffie achter de kiezen gegoten en tijdig op de trein naar Antwerpen. Daar was het wel even zoeken naar een metroticket, maar toen ook dat in orde was, zoefden we met de ondergrondse richting Linkeroever. Het was vrij fris en de donkere wolken stapelden zich op, dus maar lang genoeg in de kleedkamers blijven zitten vooraleer naar de start te trekken. Nog een banaantje binnenwerken, een stuk peperkoek en een stroopwafel en dat moest volstaan. De knoop over lange of korte mouwen was snel doorgehakt, ik was mijn thermisch onderlijfke met lange mouwen vergeten. Dus moest het in korte tenue. In de start vond ik ergens een plaatsje in de achterste helft van het pak. Ik ken mijn grenzen en wist dat ik niet over benen beschikte die mee konden doen voor een scherpe tijd. Dus rustig begonnen, al is rustig relatief, want al na enkele kilometers, in de Waaslandtunnel, moest ik naar adem happen. Gelukkig geraakte ik vrij snel terug in het juiste ritme en ook het zonnetje kwam erdoor. Wat was ik blij dat ik in korte mouwen kon lopen. De eerste helft ging goed, misschien wel net iets te goed, want in het eerste uur had ik elf kilometer afgelegd, een tempo dat ik ook in het tweede uur kon aanhouden. Maar nog voor halfweg kreeg ik last van blaren op de zool van mijn voet. Wellicht heb ik de verkeerde sokken genomen, waardoor er wrijvingen ontstonden in mijn schoen. Noodgedwongen moest ik na halfweg het tempo wat laten zakken, om nog voor kilometer dertig regelmatig te stappen. De pijn door de blaren was niet te houden. Maar opgeven was geen optie, zeker niet omdat het Rivierenhof er aan zat te komen. Dit (samen met de aankomst voor het stadhuis) was voor mij zeker een uitschieter in het overigens matige parcours. Van genieten was echter geen sprake, het was werkelijk slenteren naar het einde. Een hagelbui op één van de minst gezellige stroken in de buurt van het Sportpaleis kon me op vijf kilometer van het einde niet meer deren. Het doel was in zicht en de opdracht volbracht. Over mijn tijd van 4:23:15 ben ik niet echt tevreden, maar ik ben ervan overtuigd dat ik met het oog op de Marathon van Zeeuws-Vlaanderen een goede training achter de rug heb. Nu enkele dagen rusten om dan nummer twintig voor te bereiden.
De Afstandslopers uit Vosselaar slagen er elk jaar in een geslaagde bosloop te organiseren in de buurt (en ten voordele van) het Giels Bos. Zondag was het niet anders en niet minder dan vierhonderd lopers kwamen opdagen voor een gezellige bosloop met vrij vertrek.
Zelf werd ik even over acht opgehaald en amper een half uur later stonden Rigo en ik vertrekkensklaar aan de start. We namen een rustige start en onderhielden de ganse tijd het tempo. Dit lag net iets boven de tien kilometer per uur, voor mij eigenlijk het ideale marathontempo, of toch wat ik zondag in de marathon van Antwerpen wil lopen. Het was een mooi en gevarieerd parcours in het Giels Bos zelf, aan de Lilse Bergen en omgeving en een aangenaam park aan de overkant van de weg. Er moest slechts twee keer een grote baan worden overgestoken, ook hier was dus over nagedacht. Wij liepen de vijftien kilometer en dat ging eigenlijk zonder problemen. We waren terug binnen op 1:24 uur, dus eigenlijk goed gelopen voor een rustige duurloop. Hopelijk ben ik nu klaar voor de marathon van zondag. Ik ga proberen deze week nog een rustig loopje te doen en dat moet het dan zijn.
Een ijskoude douche was zondag wel dat het water in de douche ijskoud was! Maar toen wij vertrokken werd er hard aan gewerkt om dit euvel te herstellen. Maar dat was in mijn ogen dan ook het enige wat er zondag misliep.
Zondagochtend een tochtje gedaan van twintig kilometer in de Desselse natuur. Een bosloop met vrij vertrek (altijd de moeite) is altijd leuk en als het dan nog in de bossen kan, des te beter. Enkele dagen voordien met Rigo contact opgenomen en hij zag een rustige duurloop ook wel zitten. Dus zondagochtend rond acht uur (nieuwe tijd!) pikte ik hem op om naar de sporthal van Brasel te rijden. Het was er opvallend rustig bij de inschrijvingen, maar dat is niet erg wanneer je van plan bent om een 'rustige' duurloop te doen. Slechts een handvol deelnemers waren ons voorafgegaan. Het begon in de bossen achter de sporthal met enkele pittige hellingen en veel draaien en keren. Gedeeltelijk liepen we over het MTB-pad, dus valt dit wel te begrijpen. Al na minder dan vier kilometer kwamen we aan bij een eerste drankpost, waar ook de splitsing van de toer van vijf kilometer was. Rigo liep bijna de verkeerde kant op, maar voor vijf kilometer te lopen trek ik niet naar Dessel. Dus keerde hij weer om en liepen we verder, richting Witgoor. Rond de put achter Sas 5 was het plezant lopen. De mist was nog niet helemaal opgetrokken en het was werkelijk genieten, net als toen we na de tweede bevoorrading opnieuw het bos indoken. Daarna ging het langs het kanaal een heel stuk, maar toen we met nog een kilometer of vijf te gaan het bos van Sibelco indoken, kwamen de haren recht omhoog. Smalle paadjes, kronkelend tussen de bomen, omhoog en omlaag, werkelijk schitterend! De tocht eindigde in de rustgevende weiden aan de Boeretang, waar ooit Graspop plaatsvond. Op exact twee uur hadden we er twintig opzitten en meteen hadden we de zondag met een zalig gevoel ingezet.
Het gaat de goede kant op! Ik heb zondag Scherpenheuvel bereikt al ging het niet zonder slag of stoot. Niet zo zeer de nog niet helemaal op punt zijnde conditie gooide bijna roet in het eten, wel enkele telefoontjes onderweg die me helemaal uit het ritme brachten en een serieuze inspanning vergden. Het kostte uiteindelijk bloed, zweet en tranen om een bekend citaat te gebruiken, maar het doel is toch bereikt. In kwam in Scherpenheuvel aan, weliswaar een kwartiertje na de anderen. Met een man of acht waren we in Kasterlee vertrokken en ik voelde me goed, al kwam het steeds weerkerende dipje rond kilometer vijf toch ook nu de kop opsteken. Maar eenmaal in Geel aan het station aangekomen, voelde ik me weer kiplekker en ik had ook helemaal geen problemen met het tempo van om en bij de elf kilometer per uur. Dat veranderde toen ik na een korte sanitaire pauze opnieuw was komen aansluiten bij de intussen uitgebreide groep en Eva, die ons met de fiets begeleidde, meldde dat ik een telefoontje moest doen Dat werden er uiteindelijk drie en ik zag de groep langzaam verder uitlopen. Toen ik er opnieuw aan begon hing ik toch al een kleine tweehonderd meter achter en zonder overhaasting liep ik terug tot bij de vaderdaglopers van Joggingclub Kasterlee. Nog voor we Veerle binnenkwamen had ik de aansluiting gevonden, maar ik voelde toch dat het te veel krachten had gekost. Ik dacht er zelfs aan om er in de ijskreemstraat in Averbode de brui aan te geven. In Averbode liet ik de groep gaan, maar opgeven vond ik toch jammer. En een beetje doorzettingsvermogen zou goed zijn voor de conditie. Terwijl ik de groep nog lange tijd voor me zag uitlopen zette ik op een net iets lager tempo koers verder richting Zichem. Van daaruit ging het dan verder naar Scherpenheuvel over lastige slotkilometers. Van ver zag ik de basiliek al staan, maar ik wist dat het nog een eindje was, tot ik dan even voor half één dan toch de top bereikte van de scherpe heuvel. Trots, maar tegelijk ook doodop!
Vanavond de laatste (misschien morgen nog wat loslopen en de auto gaan halen in Kasterlee) training gedaan met het oog op de Vaderdagloop van zondag naar Scherpenheuvel. Na een week gedwongen rust (wegens te druk) voelde het aanvankelijk wat stram aan, maar uiteindelijk legde ik toch zonder problemen meer dan dertien kilometer af. Natuurlijk is dat niet te vergelijken met de drieëndertig die ik zondag te verduren krijg. Maar een degelijke basis en een goed gevoel kunnen me al aardig op weg helpen, de rest zal op karakter moeten gebeuren. Zondagmiddag weten we meer!
Afgelopen zondag kreeg ik de vraag waarom ik niets meer op mijn blog zette en het antwoord hierop is vrij duidelijk. Half december wilde ik in Kampenhout een nieuwe marathon ten einde brengen en twee keer ging ik door de knie, een keer na anderhalve kilometer en even voor halfweg. Twee maanden was ik op de sukkel, maar sinds vorige week zondag ben ik terug actief en is ook de zin om iets op deze blog te schrijven opnieuw geactiveerd. De laatste zondag van februari besloot ik dus na een afwezigheid van meer dan tien weken opnieuw te lopen. Ik besloot om dit met de joggingclub van Kasterlee te doen omwille van het gezelschap en het haalbare tempo. Ik koos voor mijn (heel) oude schoenen, want ik had het gevoel dat de demping van mijn laatste paar het plots had begeven en dat daardoor de blessure de kop was komen opsteken. Maar zeker was ik hier niet van, dus toch maar de oude aangetrokken. En ik had nagenoeg geen pijn in de knie, dus ging ik twee dagen later het allernieuwste model van de Gel Nimbus halen, iets wat ik dezelfde avond nog uitprobeerde. De pijn bleef weg, dus was de trein weer vertrokken. Intussen liep ik al vijf keer, weliswaar met een maximum van een elf à twaalf kilometer, maar ik krijg steeds een beter gevoel tijdens het lopen. Enkel zondag was het iets minder, maar daar had een overdosis Orval de avond voordien wel wat mee te maken. Morgen probeer ik er eens een vijftien of zestien te lopen en dan zondag probeer ik nog eens wat ik waard ben in een halve marathon. Als dat meezit kan ik waarschijnlijk ook volgende week de trip naar Scherpenheuvel meemaken en dan lijkt een nieuwe marathon dichterbij dan tot voor enkele weken verwacht. Maar we zullen maar niet op de feiten vooruit lopen. Wel een leuke vaststelling is dat ik de jongste tien dagen al meer trainingskilometers aflegde dan twee jaar geleden in drie maanden voor de marathon van Rotterdam. Hopelijk kan ik dit volhouden!
Ik woon nu bijna een jaar in Lichtaart en sinds kort weet ik dat er ook hier op zondagochtend in groep wordt gelopen. Dus had ik eens geïnformeerd bij de buren en gisteren liep ik voor de eerste keer mee. Precies om negen uur werd gestart in groep met ongeveer vijftien personen. Vanaf de gemeenteschool ging het in een rustig tempo naar de Lichtaartse bossen. Eenmaal goed en wel in de bossen splitste de groep in twee, een rustige groep en een ietwat sneller groepje. Zelf koos ik voor de snelste groep, maar tot mijn verbazing splitste enkele honderden meters verder ook dit zestal in twee. Ik zag een duo wat versnellen en voor ik het goed en wel besefte liepen ze een vijftig meter voor mij uit. Het tempo in de tweede groep lag net iets te laag, dus besloot ik naar dit tweetal toe te lopen. Het kostte al heel wat kracht om hen bij te benen en ik kon geruime tijd standhouden. Naar het einde toe moest ik toch de rol lossen, maar gelukkig kende ik vanaf toen mijn weg. Het was best een aangename training, die iets sneller gaat dan in Kasterlee. Maar ik weet nu dat er een goed alternatief is en zo kan ik elke week kiezen.