De koorwedstrijden voor Oost-Vlaanderen zijn weer achter de rug. Als Sint-Niklazenaar ben ik nogal fier op de prestatie van Gynaika, al heb ik daar geen enkele verdienste aan, maar een beetje chauvinisme mag toch wel eens. Als enige werd dit jaar Gynaika in eredivisie bevestigd. Gynaika is het meisjeskoor van Onze Lieve Vrouw Presentatie en staat sinds 1998 onder leiding van Godfried Van de Vyvere. Voordien was zuster Rita (was ze wel 1m50 groot?) de drijvende kracht. Godfried bracht echter een nieuwe dimensie en een nooit gekende artistieke kwaliteit. Van harte proficiat!
Is er een mooiere dag om je verjaardag te vieren dan Valentijn? 60 jaar geleden kwam er een klein Valentijntje ter wereld en vorige zondag mocht die in de Roma in Borgerhout zijn zestigste verjaardag beleven samen met een rits Vlaamse zangers die hun bewondering voor één van Vlaanderens iconen niet onder stoelen of banken steken. Hij leeft hard, hij is zanger, dichter, clown. In oktober 2009 hebben de luisteraars van Radio 1 "Twee meisjes" tot het beste liedje ooit verkozen. Hulde dus aan Raymond Van het Groenewoud, die nu in zoveel koren in Vlaanderen geëerd wordt tijdens de repetities voor "Zingen tot morgenvroeg".
Oostende, cultuurstad is van start geaan en het kan niet anders of James Ensor speelt daarin een belangrijke rol
James Sidney Edouard Ensor is op 13 april 1860 te Oostende geboren als oudste - één jaar later komt zus Mietche ter wereld - uit een Engelse vader James Frederic Ensor (1835-1887) en een Vlaamse moeder Marie Louise Catharine Haegheman (1835-1915), die een souvenirwinkel met o.a. schelpen en maskers drijven in de Langestraat en vanaf 1876 in de Vlaanderenstraat.
In de souvernirwinkel van zijn grootouders maakt een papegaai kabaal; het ruikt er naar schimmel en katten, maar vooral naar de zure urine van omas aapje, dat in de schelpen plast. Het beest ligt aan de ketting [ ] wanneer hij op een grote opgezette vis kruipt, is het effect bepaald duivels. Met dit soort fantastische beschrijvingen is Mins versie van het levensverhaal van James Sidney Edouard Ensor helemaal doorspekt.
Over zijn schilderkunst gaan we het niet hebben, een monografie volstaat niet om zijn genie te tonen. We wandelen wel verder in zijn huis in de Vlaanderenstraat.
De piano en het harmonium herinneren aan Ensors muzikale bedrijvigheid. Hij componeerde de balletmuziek La gamme damour en de Marche des Rotariens Ostendais. Het harmonium was een geschenk van Albin en Emma Lambotte-Protin. Emma was Ensors trouwste mecenas.
Minder bekend wellicht, zijn de muzikale ambities van de veelbesproken kunstenaar. "La Gamme d'Amour, een flirt voor marjonetten" (1911) werd zijn meest omvangrijke creatie. Hij schreef het scenario, improviseerde de hele muziekcompositie en tekende voor de decors en de kostuums.
Als deze blog dienst doet als een stuk persoonlijk dagboek, dan weet ik niet goed wat ik vandaag moet noteren omwille van ... teveel dingen die moeten vermeld worden.
Eerst nog eventjes over vorige zaterdag: de kennismakingsrepetitie van Koor en Stem met de bundel "Zingen tot morgenvroeg". Een leuke namiddag met een stevige vertegenwoordiging van KORILE en MUSICA AD NIVES. In drie uren zijn wij er in geslaagd een aanzienlijk deel van het repertorium van 2 mei door te zingen en onszelf er nog maar eens van te overtuigen dat zingen in groep keileuk kan zijn. Voor mijzelf was het al een kleine voorafbeelding van wat op grote schaal gebeurt tijdens een zangweek: ik heb er al zin in om naar Pecs te gaan. Als er nog kandidaten zijn, dan is het nu dringend het moment om mij te contacteren. Je zal niet weten wat je overkomt.
Ik noteer ook alvast dat ik de komende dagen nog iets moet zeggen over Raymond Van het Groenewoud (60!) en over Oostende cultuurstad, waar onze grote schilder Ensor - die ook een niet onverdienstelijk amateurmusicus was - in de picture staat.
Twee dagen geleden stuurde onze onvergelijkelijke schatbewaarder van KORILE, Lieve Van Obbergen, een filmpje van You Tube door dat gemaakt werd op de centrale markt in Valencia (Spanje). Operazangersn vermomd als marktkramers zijn hun ding aan het doen, tot plotseling uit de luidsprekers Verdi weerklinkt en dan ... We moeten natuurlijk niet zo ver gaan, ook het Centraal Station in Antwerpen beleefde zijn eigen Sound of Music. En kijk eens hoe leuk zingen kan zijn met André Rieu De wereld wordt er vast beter van!.
Grootvorst Vladimir van Kiev kwam aan het bewind in 980.
Aan hem wordt de kerstening van Rusland toegeschreven.
In de Primary Chronicle wordt beschreven hoe Vladimir, na consultatie van zijn Bojaren, gezanten stuurde om de verschillende godsdiensten van de naburige landen te bestuderen. Hun verslagen waren opmerkelijk. De Islam viel af (er heerst alleen maar duisternis en droefheid) omwille van het alcoholverbod en het verbod op varkensvlees. Bij die gelegenheid zei Vladimir: Drinken is de vreugde van de Rus. Het Jodendom dat hij liet onderzoeken bij de Chazaren ,vond geen genade in zijn ogen omdat de val van Jeruzalem duidelijk aantoonde dat God de Joden hadverlaten.Bleef het Christendom. In de Duitse kerken zagen zijn gezanten geen schoonheid. Maar in Byzantium maakten zij een Goddelijke Liturgie mee in de Hagia Sophia en zij rapporteerden:wij wisten niet langer of wij in de hemel of op aarde waren.
In 988 laat Vladimir zich dopen in Chersonesos. Volgens de overlevering krijgt hij daarbij het gezicht terug, dat hij door een oogziekte tijdelijk verloren had. Vanaf de Krim komt hij met zijn nieuwe bruid naar Kiev terug. Deze vorm van bekering sprak veel meer tot de verbeelding van de Kievse bevolking.
Nadat hij de leden van zijn familie bekeerd heeft, en zijn vele vrouwen verstoten heeft, laat Vladimir het houten afgodsbeeld van Perun neerhalen, door paarden meeslepen en geselen voor het in de Dnejpr geworpen wordt. Hij beveelt ook alle inwoners van Kiev zich te laten dopen tijdens een massale doopplechtigheid. Iedereen werd opgeroepen naar de Dnjepr te komen, waarna de priesters vanaf de oever de doopgebeden voorlazen, waarbij hele groepen inwoners onder dezelfde naam aangeroepen werden.
Dit winterweer is bij uitstek het moment dat ik terugdenk aan de onvergetelijke momenten die ik in Sint Petersburg doorbracht. Hoe Elena, ingeduffeld in haar bontmantel, mij kwam wekken om in het ochtenddonker door de knisperende sneeuw te stappen naar de kerk van het "Vergoten bloed" en daar te luisteren naar de orthodoxe gezangen. Oude mensen die zich bekruisten, jonge moeders die hun kind de borst gaven tijdens de urenlange dienst, de statige bewegingen van de metropoliet en de popes, de berookte iconen in het halfduister. Misschien hadden mijn russische vrienden gelijk, toen ze zegden dat ik een russische ziel heb.
De idee kwam misschien oorspronkelijk van Jan Hoet, maar nu komt de rage terug overgewaaid vanuit Nederland: kunst in de huiskamer. Alhoewel heel origineel is het natuurlijk ook niet: bij de aristocratie en later ook bij de bourgeoisie bestond al lang de gewoonte om concerten te geven in het eigen "huisje". De obligate virtuoos was dan een gelegenheid om te pronken, of om mekaar gewoon te ontmoeten (vaak een leuke rendezvous plaats voor jonge mensen, die dan met smachtende blik én naar de kunstenaar én naar een verre geliefde keken). Nu is het een verregaande vorm van cocooning of customizing in de eigen omgeving. Wel leuk om in direct contact met je toehoorders een kleine performance te geven, als ... je het niet nodig hebt om de foutjes in een grote ruimte te verdoezelen.
We kunnen er natuurlijk niet langs: vandaag is het de zeventigste verjaardag van één van Vlaanderens meest gekende liedzangers, zeker bij de net iets oudere generaties: WILLEM VERMANDERE. Het is niet zo zeker dat hij zichzelf ook in de eerste plaats als liedzanger beschouwt. Deze filosoof uit Veurne vindt dat hij eigenlijk beeldend kunstenaar is. Van zijn liedjes zitten er sommige in het collectief geheugen van Vlaanderen, van zijn beelden vindt hij dat ze eeuwigheidswaarde hebben. Of hij indertijd een goede godsdienstleraar was, weet ik niet. Maar dat hij de snaren van je ziel kan raken daar ben ik zeker van. ls je naar Wikipedia kijkt dan worden daar enkele van zijn voornaamste liederen opgesomd, en wellicht is dat lijstje nog juist ook. Maar voor mij blijft onvergetelijk het lied dat hij schreef bij de dood van zijn kleinkind Runeke.
Ik weet niet of het bij andere koren en verenigingen ook zo is, maar ik word de laatste tijd overstelpt met allerlei reclame voor marketingprodcten, waarmee je je koor in de kijker kan zetten. Ik weet het wel, onbekend is onbemind. En wat doet een mens al niet om te laten weten aan de buitenwereld dat je er bent. Amateurkoren (al zijn ze nog zo talrijk in ons Vlaanderland) teren inderdaad vaak op een eigen kring van trouwe aanhangers en supporters, maar dat is niet de meest vruchtbare grond om nieuwe leden te werven. Vandaar ... t-shirts, flyers, leuke uitnodigingskaarten, een website ... : baat het niet, dan schaadt het niet. En het geeft in elk geval (ook tegenover de eigen leden) een gevoel van jeugdigheid en dynamiek. Je moet echt wel wat creatief zijn in je relaties met de buitenwereld, want anders zullen die nooit ontdekken hoe leuk het wel bij een koor kan zijn.
Vraag: wat zat er zaterdag in de Marmiet? Antwoord: het was een reuzenlekker stoofpotje met een leuke bende zangers en hun respctieve partners, een rits knappe organisatoren- tenoren, een eeuwigjonge Europareiziger Jef, en dat alles temidden van een Bourgondisch-Vlaams buffet dat de meest hongerige van de aanwezigen nog kon bevredigen. Zoiets vind je alleen bij KORILE. Dus ... wie goed wil feesten en ook nog een beetje wil zingen ........
Natuurlijk is het nog geen Pasen, de eieren zijn nog volop in de maak, en in Aalst moeten eerst nog de voil jeanette op straat komen om carnaval te vieren. Maar een koor moet nu eenmaal vooruit kijken. Dus denk ik dat ik zo ongeveer klaar ben met het programma voor de Paasviering van Musica ad Nives. Nog een beetje studeren en polijsten, en we kunnen beginnen aan het programma voor Pinksteren, om nog maar te zwijgen over 'Zingen tot morgenvroeg'.
Intredelied:De Heer is waarlijk opgestaan
Kyrie:Messe breve n° 7 Gounod
Gloria:Messe breve n° 7 Gounod
Tussenzang: Alleluia (Mancini) Dit is de dag Alleluia
Evangelie acclamatie:Alleluia (Mancini)
Offerandezang: Psalm 150 ( Schutz)
Sanctus:Messe breve n° 7 Gounod
Agnus Dei:Messe breve n° 7 Gounod
Communie:Ave verum Elgar
Slotlied:Nu moet gij alle vrolijk zijn (H. Heirbaut)
Morgenavond is het weer koorfeest bij KORILE, ditmaal verzorgd door de tenoren. Zorg dat je op post bent want anders overkomt je wat de Romeinse geschiedschrijver Plinius de Jongere 2000 jaar geleden aan zijn vriend Septicius Clarus schreef:
Hallo zeg, je zou komen eten en je verschijnt niet! Daar staat straf op: je betaalt mijn onkosten terug tot de laatste cent, en die zijn niet kinderachtig.Op het menu stond een krop sla per persoon, een kwartdozijn escargots, twee eieren, havergortbrij metsneeuwgekoelde honingwijn de sneeuw komt ook op de rekening, wat zeg ik, die vooral want die is op het dienbord ter ziele gegaan olijven, bietjes, pompoenen, uitjes en duizend andere gerechten, allemaal even geraffineerd.Je had naar een komediespeler kunnen luisteren, een voordrachtkunstenaar of een luitspeler, misschien alle drie want je weet hoe royaal ik ben. Maar jij wilde liever naar Joost mag weten wie voor de oesters, de gevulde zeugbaarmoeders, zee-egels en Spaanse danseresjes.
Op 4 februari 1894 stierf Adolphe Sax in Parijs. 80 jaar ervoor was hij in Dinant geboren in een gezin met 11 kinderen. Zijn vader had een blaasinstrumentenfabriek in Brussel, en niet van de minste want hij was een tijdje hofleverancier van koning Willem I van Oranje, die wij in 1830 bedankten voor de bewezen diensten door onafhankelijk te worden.
Adolphe was de pechvogel van dienst in het gezin. Hij kon amper staan, of hij viel drie verdiepingen naar beneden, waarbij hij zijn hoofd hard stootte tegen een steen. Men dacht toen dat hij dood was. Op zijn drie jaar dronk hij een kopje gif, daarna at hij een speld op. Nog later verbrandde hij zich ernstig bij de explosie van kruit voor geweren. Hij ontsnapte ook aan vergiftiging door arsenicum, aan de verdrinkingsdood en hij verbrandde zich aan een pan. Zijn moeder beweerde dat hij voor het ongeluk geboren was, en dat hij niet lang zou leven. Men noemde hem 'de kleine geest'.
Dat alles belette hem niet om in de galerij der grote Belgen terecht te komen dankzij het bouwen van de SAXOFOON. Zijn nieuwe instrument zou heel gauw de wereld veroveren. Je komt de saxofoon overal tegen: in klassieke muziek (Berlioz was de eerste om hem aan te wenden), in populaire muziek en in jazz.
Als hij het nog niet gevoeld heeft dat Vlaanderen zich voorbereidt om zijn zestigste verjaardag mee te vieren, dan zal Raymond van het Groenewoud g isterenavond de "vibes" wel gevoeld hebben die uitgingen van KORILE tijdens de eerste repetitie van zijn "Twee meisjes op het strand". Eigenlijk wel leuk hoe deftige gesettelde mensen meedoen met het ondeugend voyeurisme van onzeVlaamse bard. Dat het allemaal niet zo simpel is, is ondertussen wel gebleken: tijd en tegentijd, leadstem en begeleidingsstem: het moet allemaal passen in die ogenschijnlijk onschuldige vertelling. In elk geval een voltreffer en een goede keuze van Koor & Stem: zo gaan wij zingen tot morgenvroeg, ook al gaat dat ten koste van het gemakkelijk inslapen. Het melodietje blijft doorzinderen, lang nadat de repetitie gestopt is.
Voor Pinksteren heeft MaN Schubert's Deutsche Messe geprogrammeerd.
Schuberts Deutsche Messe
Over het leven en het werk van Franz Peter Schubert, de grote Weense componist die leefde van 1797 tot 1828, is tamelijk veel bekend, omdat er veel onderzoek naar is gepleegd. In alle levensbeschrijvingen komt naar voren dat hij arm was, nogal teruggetrokken, klein van stuk, drager van een brilletje en een buikje, gek op een glas wijn en groot vereerder van Van Beethoven naast wie hij op zijn verzoek begraven werd. Toch is er over de achtergrond van zijn meest populaire koorcompositie, de Deutsche Messe, weinig te melden. Men weet dat de tekst, die niet die van de klassieke misgezangen is, is gemaakt door Johann Philipp Neumann, een professor van de Technische Hochschule in Wenen, maar wat de aanleiding geweest is tot het maken ervan en tot het geven van de compositieopdracht door Neumann aan Schubert valt niet meer te achterhalen. Schubert heeft eraan gewerkt enkele jaren vóór zijn dood, in 1826, en noemde zijn eerst door de geestelijkheid niet hartelijk begroette werkstuk Gesänge zur Feier des heiligen Opfers der Messe. Het registratienummer is Deutsch 872. Men heeft wel gedacht dat de compositie bedoeld was voor het koor van de genoemde Technische Hogeschool, maar inmiddels weten we dat daar alleen een mannenkoor was, terwijl de muziek geschreven is voor vierstemmig gemengd koor met blazers, pauken, timpaan en orgel. Kennelijk om een feestelijke gelegenheid op te luisteren in een redelijk grote parochiekerk. We weten wel dat de tekstschrijver en de componist handelden in de geest van keizer Joseph II (1741-1790), die progressieve ideeën had en de volkstaal propageerde voor de liturgie op zijn grondgebied. Dat de geestelijkheid eerst niet enthousiast reageerde, kwam niet daardoor maar door het gevaar dat de populaire, maar gemakkelijk tot oppervlakkige en sentimentele uitvoering leidende gezangen het meer hoogstaande repertoire zouden verdringen, vooral toen het werk werd bewerkt voor alleen mannenkoor en voor éénstemmige volkszang. De muziek is in haar oorsprong al zeer eenvoudig, men herkent de liederencomponist in de betrekkelijk gemakkelijke en emotionele melodieën.
Toen de componist tien jaar was, was hij koorknaap in het keizerlijk Stadtkonvikt van Wenen waarvan het koor later de beroemde Wiener Sängerknaben zou worden, op zeventienjarige leeftijd componeerde hij zijn eerste mis (in F, 1814) voor zijn geboorteplaats Liechtental (nu opgenomen als stadswijk in Wenen) en in zijn sterfjaar (1828) creëerde hij nog enkele Latijnse Motetten. Hij heeft uiteindelijk zes missen gecomponeerd waaronder de Missa Solemnis van 1822. Hieruit blijkt dat hij zijn leven lang de kerkmuziek een warm hart heeft toegedragen -misschien ook om den brode-, maar zijn religiositeit werd in de loop van zijn leven steeds meer ondogmatisch en vrijzinnig van karakter, wat ook blijkt uit de teksten van deze Deutsche Messe. Of paste dit soort poëzie meer bij Neumann dan bij hem en was hij tegen betaling overal voor in? De muziek is typisch voor Schubert: enigszins melancholisch soms, soms uitbundig en steeds melodieus met onverwachte wendingen.
Na KORILE eind vorig jaar, was het nu de beurt aan Musica ad Nives om een viering op te luisteren in Hof ter Schelde: een speciale viering, omdat tijdens de mis aan nogal wat bewoners de ziekenzalving werd gegeven. Het is niet alleen om de dagelijkse sleur te doorbreken, maar ook omdat het toch een speciaal moment is, dat het heel goed is om met een koor speciale aandacht te besteden aan een sterk liturgisch moment. En als we de immer enthousiaste Hilda mogen geloven, dan waren de bewoners echt wel tevreden over ons optreden. Na de viering werd ons in elk geval al hartelijk toegewenst "tot de volgende keer". Eventjes lieten we horen dat het nog vroeg in de morgen was, maar over het algemeen kon diegene die voor het koor stond (of zat) toch mooie dingen horen. Als we nu nog afleren van te schrikken als we in een andere dan de ons vertrouwde ruimtes zingen, dan komt het heel goed met ons.
Effe voor de verandering de fiere grootvader uithangen: als mijn gekke droom van voor mijn huwelijk om vijf dochters te hebben dan al niet uitkwam (wat achteraf gezien nog maar best was), dan ben ik nu toch op weg met vier mooie kleindochters.
Ik ga je vandaag op weg zetten naar een absolute must op je pc. In je Googlescherm is er een plaatsje voor favorieten. Er is sinds een paar dagen een nieuwe website die je daar (vind ik) absoluut moet bij zetten als je op een of andere manier een sprankeltje interesse hebt voor cultuur (in de allerbreedste zin van het woord). Begin dus maar om eens een bezoekje te brengen aan de website van VRT "Cobra". Simpel hoor: intikken www.cobra.be en je bent er. Niet te versmaden voor liefhebbers van muziek, literatuur, film, dans, theater.
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.