In de traditie van de 17e - 18e eeuw doen we vanavond bij Musica ad Nives een rondje canonzingen. Leuk dat er ook een delegatie van Korile komt meedoen en zo de banden tussen de twee koren wat aanhaalt. Voor de Leestenaars: parkeren kan je makkelijk op het Laar. Ik zorg wel dat er iemand is om je op te halen zodat je gemakkelijk naar de Reuzenpoort geloodst wordt. Ik heb een selectie gemaakt van canons die misschien iets minder bekend zijn als Broeder Jacob. Eens zien of je er in slaagt 8-stemmig te zingen vanavond.
Wees maar niet bang: de opvolger van Piet Huysentruyt (wat een ergelijke tv-figuur) is niet op komst. Behalve genieten is een zangweek ook een bezinnings- en leermoment. Dus hoop ik altijd om er ook iets van op te steken voor mijn eigen koorpraktijk.
We hebben nog maar eens gemerkt hoe belangrijk inzingen en opwarmen van de stem is. Sommige van de technieken die Sylviane ons aanreikten zijn onmiddellijk bruikbaar: je zal het geweten hebben als wxe terug met de repetities beginnen. Alhoewel ... eigenlijk volstaan tien minuten niet om effect te hebben. Zangers zouden, voor ze naar de repetitie komen, al moeten bezig zijn met hun apparaat in conditie te brengen.
En ten overvloede (zie één van de vorige blogs) onthoud ik dat ensmebles moeten aangepast zijn aan de muziek. Een orkest zal ook een andere bezetting hebben naargelang ze Mahler of Vivaldi spelen. Als je daar geen rekening mee houdt kan zelfs de mooiste muziek een draak worden.
Je moet er van houden, maar voor de atelierzangers was het vast een hele belevenis om onder leiding van Vytautas Miskinis één van zijn eigen composities te zingen: The Light Mass, mis voor koor en jazzquartet. De mis is een mix van pop, jazz en gospel. Miskinis is één van de iconen van de Baltische muziek: hij heeft meer dan 500 werken op zijn naam, zowel religieus als profaan. Hij is directeur van het nationaal koor van Litouwen. Ik kreeg de indruk dat het om een schitterende uitvoering ging, zij het dat het publiek van Briançon niet de allerhoogste waardering had voor het concert.
Voor de eerste zangweek die de koorfederatie Choralp in Briançon organiseerde werden er drie ateliers (studiegroepen) aangeboden. Hoe het er in die groepen aan toegegaan is weten we natuurlijk niet. Maar het resultaat van al dat gezwoeg kan je beluisteren in de slotconcerten die de ateliers presenteren.
Er was vooreerst een groep die werkte aan "Muziek aan het hof van koningin Elisabeth I" onder leiding van Pierre Calmelet (Frankrijk). Deze Calmelet is onder meer docent koordirectie in verschillende Franse conservatoria en coördinator van de Franse koorfederatie 'A Coeur Joie'. Het is de man aan te zien als hij met veel aplomb het programma aankondigt, en er onmiddellijk bij zegt dat Engelse koormuziek nauwelijks in Frankrijk uitgevoerd wordt. En dat zullen we geweten hebben. We hebben lijdzaam de muziek ondergaan van Dowland, Purcell, Gibbons en Dering. Calmelet bewees alleen maar door de keuze van het repertoire dat hij al evenmin iets kent van de Engelse muziek. Prachtige intiimistische werkjes (je ziet zoal de slaapkamer of de zitkamer van de koningin voor je) worden door hem gebracht met een koor van honderd man dat zich de longen uit het lijf zingt en niets heel laat van de verfijnde broderie die de componisten uitgewerkt hadden. Het publiek vond dan ook de muziek saai en de banken in de Collegiale kerk heel hard.
Pierre Calmelet was een chauvinstische keuze als atelierleider en een miskleun die hoogstens op zijn eigen conto geschreven moet worden.
Nog vol van een week met muziek, zijn we stilaan terug met onze voetjes op de grond aan het komen. De voorbije dagen waren geweldig: leuk gezelschap, een gedreven dirigent, mooie muziek, gastvrije mensen van Choralp. Als we wat nuchterder zijn, komen we wel eens terug op deze zangweek. Nu drijft alleen maar boven dat ons concert een triomf was, een Haydn van de bovenste plank onder de bezielende leiding van Hans-Ruedi Kämpfert en met een droom van een begeleidend ensemble (Il Falcone uit Genua). De maar durende ovatie van een enthousiast publiek beloonde al het werk van de voorbije week. Ik wou dat ik dat gevoel van geluk met jullie kon delen.
Morgen zijn we er vandoor : terug rond 1 augustus. Met al de beslommeringen van deze week heb ik deze keer niet de kans gehad om voor de komende dagen een blogje voor te bereiden. Echt terug mag je mij opnieuw verwachten op 1 of 2 augustus. Wil je in gedachten bij ons zijn, dan is hier voor de komende dagen wat wij zullen opvoeren op zaterdag 30 juli. Njammie!
Ik weet niet of ik er echt vrolijk moet van worden, nu er ons maar een paar dagen scheiden van ons vertrek naar Briançon. Zuiderse temperaturen zijn er niet te verwachten. De Ronde van Frankrijk die ook in de Alpen zit, houdt zijn hart vast in het vooruitzicht van een besneeuwde Galibier. Toch niet vergeten dat Briançon de hoogst gelegen stad van Europa is. Een dikke pull, veel repeteren ('s morgens én 's namiddags) en het komt wel allemaal goed. Ik heb zo ng ooit in Tarragona gezongen bij temperaturen tussen de 35 en 40 °. Dat was ook niet alles. En verwarmt muziek niet je hart?
Voor je agenda: 4 augustus in de Reuzenpoort in Borgerhout om 20 uur een "rondje" canons zingen voor de liefhebbers. Een oud gebruik dat in de 18e eeuw heel populair was, vooral in Engeland. In familiekring of met een groepje vrienden samenkomen om zogenaamde rounds of catches te zingen. Wij doen er een serietje, enkele populaire, en daarna Mozart, Eberwein, Boyce en Tallis. Mochten er mensen van Korile zin hebben om te komen, altijd van harte welkom. Musica ad Nives is heel gastvrij.
In 1490 kon kardinaal Domenico della Rovere zijn zin doordrukken met een mooie kathedraal als resultaat; de Duomo San Giovanni Battista. Velen treden tot hun verrassing binnen in een echt renaissancegebouw, wat in Torino (Turijn) zeer uitzonderlijk is. In de tweede kapel rechts is het veelluik van Crispinus en Crispinianus, dat in 18 taferelen het leven van de heiligen vertelt, een gerenommeerd kunstwerk.
Bekender echter dan de kerk is de fameuze kapel Cappella della Santa Sindone met de omstreden lijkwade van Christus. Hoewel de bidplaats vroeger bij de Palazzo Reale hoorde, is hij nu toegankelijk vanuit de Dom via een trap naast het hoofdaltaar. De zwartmarmeren Cappella della Sindone, ontworpen door Guarino Guarini, is één van de belangrijkste voorbeelden van barokke architectuur. Raar maar waar, de koepel is niet alleen groter maar ook waardevoller dan die van de Dom. De lijkwade zelf ligt opgerold in een urn op het monumentale altaar.
Gisterenavond hadden we als vakantieactiviteit bij Musica ad Nives een luisteravond met als thema "Het Requiem in de muziek". De opkomst was een stuk hoger dan verwacht. Ik hoop maar dat de gevraagde zware inspanning - bijna twee uur naar muziek luisteren - de mensen toch niet teveel ontgoocheld heeft. Aan de aanwezigen werd ook gevraagd om een score te geven, een appreciatie, voor de muziek die beluisterd werd. De uitslag (rangorde) zag er ongeveer als volgt uit:
1. Gabriel Fauré - In paradisum 2. W.A. Mozart - Lacrimosa 3. Abide with me 4. John Tavener - Song for Athene ..... 12. G. Verdi - Dies irae , Tuba mirum
Dat Fauré het haalt beantwoordt een beetje aan mijn eigen gevoelens bij een thema als de dood. Dat MaN het ooit ook nog zelf gezongen heeft, zal wel bijgedragen hebben tot de appreciatie bij deze "aha-erlebnis". Verrassend maar ook verheugend is dat John Tavener het in de eindsprint bijna haalde van Mozart en de evergreen Abide with me. Moderne muziek hoeft niet noodzakelijk als onbegrijpelijk ervaren te worden. En dat Verdi laatst staat bewijst alleen maar dat de mensen bij de dood geen theater willen.
Op 4 augustus gaan we de tweede vakantieactiviteit opzetten; zangers, maakt u gereed om een stel nieuwe canons te zingen.
Op een of andere manier spookt al heel de dag door mijn hoofd de reportage op de radio van vanmorgen over kinderen van 9-10 jaar die helemaal alleen in Oostende rondzwerven, dakloos, zonder ouders of familie, op de vlucht voor de ellende in hun land, hopend op het paradijs dat Engeland zou moeten zijn. Ik kan het mij nauwelijks voorstellen als ik denk aan mijn oudste kleinkinderen, respectievelijk bijna 10, 8 en 7 jaar. Nu is kinderleed van alle tijden. Achter een musical als Oliver, die moet dienen voor het vermaak van de goegemeente, schuilde ook het verhaal van een kind dat misbruikt werd en alleen moest overleven in een harde wereld. Maar toch ... in onze cocon van welvaart en geluk gaan wij te vaak voorbij aan mensonwaardige toestanden.
Om een of andere reden blijft de vakantie voor mij, ook al ben ik met pensioen, dé periode bij uitstek om nog wat meer te lezen dan gewoonlijk. Maar in tegenstelling tot de tijd door het jaar komt nu het wat lichtere genre aan bod. Je kan ook bezwaarlijk een turfvan meer dan een kilo meezeulen naar een luie strandzetel. Nu ligt op mij te wachten "De tuin van Puccini" (uitgegeven door De Geus 2011) een boek dat het midden houdt tussen een documentaire biografie en een roman, waarin de schrijver Helmut Krausser ons een uitgebreide blik gunt in het uitgebreide en getormenteerde liefdesleven van Puccini, op het moment dat hij al wereldberoemd was.
"En iedere vrouw met wie ik heb geslapen, eindigt in mij als een melodie" is een veronderstelde uitlating van Puccini. Puccini zou zijn inspiratie voor zijn opera's gevonden hebben in de vrouwen die hij beminde.
Er zijn nogal wat wetenschappers die zich met de regelmaat van een klok buigen over de dood van beroemde personen. Heelder boekwerken zijn gevuld met speculaties omtrent de dood van een Beethoven, Napoleon en Mozart. Zo is er bvb. een tijdschrift met de veelzeggende titel "Medical Problems of performing artists". Nu duikt er een nieuwe theorie op over het vroegtijdig overlijden van Wolfgang Amadeus Mozart, ditmaal van de Amerikaan William Grant. Deze man schuift als hypothese naar voor dat Mozart extra gevoelig was voor infecties omdat hij veel 's nachts werkte en overdag sliep. Zijn lichaam zou als gevolg van tekort aan zonlicht te weinig vitamine D geproduceerd hebben. Mozart leed onder meer aan chronische nierziekte, bindvliesontsteking en veelvuldige keelontstekingen.
Volgens Grant blijkt uit de artikelen dat de musicus vooral in de winter vaak ziek was, als er weinig zonlicht was in zijn woonplaats Wenen. Mozart stierf uiteindelijk op 5 december 1791, in een tijd van het jaar waarin hij waarschijnlijk al twee maanden niet veel zonlicht had gezien.Grant gelooft dan ook dat er een verband is tussen de dood van Mozart en het gebrek aan vitamine D dat de componist waarschijnlijk ontwikkelde in de winter.
Zijn vitamine D niveau moet in de tijd dat hij stierf erg laag zijn geweest, schrijft Grant. Dat tekort aan vitamine D verhoogde het risico op veel ziektes die in de tijd van Mozart tot de belangrijkste doodsoorzaken behoorden, zoals tuberculose, kanker en hartfalen.
Volgen Grant kunnen mensen die veel binnen zitten een les trekken uit de dood van Mozart.Veel moderne ziektes hebben eveneens een verband met een gebrek aan vitamine D, verklaart de wetenschapper. Ook moderne musici zijn zich mogelijk niet bewust van het feit dat ze een tekort aan vitamine D opbouwen als ze te lang binnen blijven om te componeren."
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.