- 8 pladijsfilets - 100 gr. gekookte ham, in blokjes - 100 gr. groene tomaat, ontvemd en ontpit - 300 gr. risottorijst - 4 sjalotjes - 1 l. lichte gevogeltebouillon - 2 dl. WW - 6 el olijfolie - panko (Japans broodkruim) - 1 teentje knoflook - foreleitjes - bieslook - peper en zout - eventueel verse garnalen
De sjalot fijnsnijden, de look hakken en dit mengsel gaarstoven in één derde van de olijfolie. Onder voortdurend roeren de rijst toevoegen en glazig stoven.
Wijn en bouillon toevoegen en alles onder deksel laten garen.
De vis door de panko halen en kruiden met peper en zout.
De tomaten in blokjes snijden, de bieslook versnipperen.
De visfilets in de resterende olijfolie op hoog vuur bakken; ze laten uitlekken op keukenpapier.
De hamblokjes en de tomaten door de risotto roeren en op smaak brengen.
De vis op warme borden serveren met de risotto ernaast geschikt.
Garneren met bieslook, foreleitjes en eventueel garnalen.
Het geeuwen verklaard : het helpt mensen om zich mentaal "bij de zaak te houden". Het is dus geen uiting van vermoeidheid, maar een manier om slaap uit te stellen en om frisse lucht op te doen en zo zuurstof naar de hersenen te sturen.
Ook het geeuwen in groep wordt zo verklaard. Het is een manier om mekaar wakker te houden en in tijden van nood allen geconcentreerd te blijven.
Hoet het geeuwen vermijden ? Adem door de neus, want daarin zitten bloedvaten die de zuurstof rechtstreeks naar de hersenen voeren.
- 4 pladijzen, met vel - 100 gr. rauwmelkse boter - 2 rijpe tomaten - 1 lepel kappertjes - 1 kg. mosselen - srukje selder, fijngesneden - 2 uien, fijngesneden - 2 dl. witte wijn - bloem - takje peterselie - peper en zout - 40 gr. boter
De vis spoelen, droogdeppen en door gekruide bloem halen.
De mosselen spoelen, ze twee/derde gaar stoven met de witte wijn, de selder, de ui en een peterselietakje. De mosselen uit de schelp halen en apart houden. Het kookvocht filteren en tot twee deciliter laten inkoken.
De tomaten ontvellen en ontpitten en in blokjes snijden.
De pladijzen à la meunière bakken, dus in boter, met bloem bestoven.
De vis uit de pan halen, de bakjus verwijderen en de pan blussen met het kookvocht van de mosselen.
Kort laten inkoken en dan de boter, de mosselen, de tomaten en de kappertjes toevoegen.
Op smaak brengen met peper en zout, en serveren met gekookte aardappeltjes.
Twee eierdooiers loskloppen met 20 gr fijne suiker en 1 tl cacaopoeder. Eén dl melk aan de kook brengen. De melk in een straaltje bij de dooiers gieten en stevig blijven kloppen. Het mengsel over 12 schaaltjes verdelen en deze 10 minuten in een voorverwarmde oven van 160 °C zetten.
Abrikozentaart is lekker met witte chocolade-saus. honderdvijftig gram witte chocolade smelten en vermengen met één deciliter room. Wel zeer calorierijk.
Niet-rijpe abrikozen leg je op de vensterbank. In de koelkast bewaarde abrikozen laat je best voor gebruik op temperatuur komen. Ze smaken dan veel zoeter.
Om abrikozen te pocheren, gebruik je best een basissiroop van vijf deciliter water met 120 à 220 gram suiker. Hier kan nog steranijs, vanillepeulen, kaneelpijpjes, kardemom of gember aan toegevoegd worden. De vruchten kort koken zodat ze niet inzakken. De vruchten uit de pan halen en de siroop verder laten inkoken. Deze siroop over de vruchten scheppen.
Slaatje van witloof, radicchio en kalfszwezerik (4 p)
- 1 kalfszwezerik - 1/2 kilo witloof - 1 radicchio - 50 gr. veldsla - 1 dl. kalfsfond - 4 el witte wijn - bloem - peper en zout - citroensap - plantaardige olie - boter
De zwezerik onder koud stromend water heel goed afspoelen. Geduerende vier minuten blanceheren en laten schrikken in ijskoud water. De vliesjes verwijderen. De zwezerik op een bord leggen, afdekken met een theedoek, een gewicht erop plaatsen, en in de koelkast zetten (liefst gedurende een nacht).
Het witloof, de radicchio en de veldsla in reepjes snijden en vemengen met olie, citroensap, peper en zout.
De zwezerik in plakjes snijden en bestrooien met wat bloem en peper en zout. De plakjes krokant bakken ien een mengsel van boter en olie.
De pan deglaceren met de witte wijn en de kalfsfond, even laten inkoken en op smaak brengen met peper, zout en enkele druppels citroensap.