Donderdag, 08 maart 2007 Om 08.30 uur werd ik opgehaald bij de hostal en moest nog ´n stukje lopen naar de bus, die in de buurt stond te wachten. De hostal ligt namelijk aan een heel smal straatje, waar een bus nauwelijks doorheen kan. Toen ik instapte zaten er weinig mensen in de bus, maar we gingen nog bij andere opstapplaatsen langs. Uiteindelijk zat de bus vol en reden we de stad uit; het was inmiddels al 09.30 uur. In die tussentijd heb ik met een Engelse medepassagiere zitten babbelen. Zij was al ´n jaar aan het reizen en Peru was het laatste land, alvorens terug te keren naar Manchester. Ze was begonnen in Zuid-Oost Azië en had 3 maanden gewerkt als tandarts in Australië. Daar was haar vriend haar komen vergezellen en via Nieuw-Zeeland waren ze in Zuid-Amerika beland. De eerste stop was halverwege Pisaq bij een toeristische markt, waar je diverse spullen kon kopen van tassen, poncho´s, beeldjes, muziekinstrumenten, etc. etc. Ik houd helemaal niet van dit soort dingen en voelde me dan ook niet op m´n plaats. Gelukkig zijn we hier niet al te lang gebleven. Toch heb ik in een impulsieve bui een hangertje gekocht. Pisaq zelf heeft op zondag een grote en levendige kunstenaarsmarkt. We stopten in het dorp zelf en we kregen tijd, om even over een kleine uitvoering van die kunstenaarsmarkt te wandelen. Je wordt constant aangesproken, om iets te kopen en ik ben maar weer snel richting bus gewandeld, waar ik op een bankje in de zon de toeristische taferelen heb gadegeslagen. Eindelijk kwamen we aan bij het archeologische park, dat tegen een berghelling aan ligt. Dat werd dus klimmen, maar het was zeker de moeite waard. De Inca-cultuur en zeker hun manier van bouwen is iets geweldigs! Als je ziet hoe men die giga rotsblokken heeft gemodelleerd en hoe strak die vervolgens in elkaar passen..... Ongelofeloos! Zeker als je bedenkt, dat men in die tijd geen gereedschappen tot hun beschikking hadden, die wij tegenwoordig wél hebben. En zelfs dan lukt het nog niet! Ik heb enkele jaren terug ´n documentaire gezien en hierin ging men proberen om de Inca-bouwwijze na te bootsen. Het bleef bij een poging. Behalve dat je hier over de overblijfselen van een nederzetting of beter dorp heen loopt, heb je tegelijkertijd een fantastisch uitzicht over het dal. Je diende zowel te klimmen als af te dalen. Het is toch wel apart, om over die eeuwenoude paden heen te lopen. Zeker wanneer je je bedenkt dat die paden zijn ontstaan door mensen met een ongelofelijke cultuur. Soms voelde ik ook een zekere hoogtevrees opkomen. Die paden zijn af en toe héél smal en lopen soms langs diepe afgronden. Soms zijn er trappen gemaakt, om het hoogteverschil te kunnen overbruggen, maar ook liggen er losse stenen en steentjes, waarvoor je moet uitkijken om niet uit te glijden. Ook de terrassen, waar men allerlei producten verbouwde, zijn heel ingenieus aangelegd. En dan over een lengte, of beter gezegd hoogte! Gigantisch! Ten slotte moest alles wel worden bewerkt, maar zeker ook van water voorzien, zonder dat dat meteen in de rivier wegliep. Hoeveel meter ik hier omhoog ben gelopen, weet ik niet maar het was héél aanzienlijk. Ik heb al eerder verhaald over de adembenemende uitzichten, die je hier tegenkomt, nou dit was al de zoveelste van de dag. Er zouden er nog vele volgen. Na Pisaq zijn we ´n stuk verder gereden en hebben we onderweg een uitgebreid lunchbuffet gehad. Helaas was niet alles meer warm, maar het smaakte me uitstekend. De (bus)reis naar Ollantaytambo duurde toen nog ongeveer ´n uur. Het eerste stuk volgden we de rivier en reden we door het dal (vallei) met een typisch agrarische omgeving. Dat alles omgeven door giga hoge bergen. Schitterend! Ook kwamen we door diverse kleine dorpjes en twee grotere plaatsen (Calca en Urubamba). Op ´n bepaald moment gingen we weer stijgen en hierdoor kreeg je soms uitzicht op enkele kleine dorpjes. Ook is het mooi om te zien, waar je even daarvoor nog gereden hebt. Ollantaytambo ligt op zo´n 2.800 mtr en daarmee één van de laagstgelegen plaatsen, waar we heengingen. Maar om helemaal boven te komen, hebben we zeker nog zo´n 1.000 mtr geklommen (volgens de gids). Ook hier weer adembenemende uitzichten, stijle hellingen met terrassen en ongelofelijke kunstwerken. Hier had men een gevangenis gebouwd tegen een stijle berghelling, dat houdt je niet voor mogelijk. Tevens had men uit de rots een giga groot hoofd gehakt. Dit was één van de goden en stond boven die van de zon en de maan. Hij overzag het gehele drop en had ook zicht op de terrassen, waar de boeren aan het werk waren. Boven op de bergtop staan zes imposante monolieten (= giga stenen), perfect geassembleerd en dmv kleinere maatstenen (die nóg heel groot zijn) met elkaar verbonden. Ook kregen we uitleg, hoe die gigantische blokken steen naar zulk een grote hoogte werden gesjouwd. Er was immers geen takelwerktuig of iets van dien aard, waarover men kon beschikken. Men had simpelweg een ramp gemaakt tegen de andere zijde van de berg. Maar dan nog, die giga blokken steen moesten wel over een grote afstand en naar een giga hoogte. Gezien de omvang, de hoogte en de perfecte staat van alles, maakte deze plaats tot nu toe op mij de meeste indruk. We zijn hier trouwens het langst van allemaal gebleven. Als laatste plaats stond Chinchero op het programma en om hier naar toe te gaan moesten we via Urubamba, om vandaar te gaan klimmen tot uiteindelijk zo´n 3.800 mtr. Tijdens deze klim (met de bus) kreeg je weer van die hele mooie vergezichten voorgeschoteld. Ook zag ik nu voor het eerst in Peru bergtoppen met ´eeuwige´ sneeuw; de Chicón en de Wequey Wilca, ook wel bekend als Pumasillo of Verónica. Dat het onderweg nog even regende was niet erg. Ik zat toch in de bus. In Chinchero aangekomen liep het al tegen zessen en begon het, mede vanwege de bewolking, te schemeren. Ondanks het feit dat hier ook vele terrassen en Inca-overblijfselen waren, was het doel niet zozeer de Inca-cultuur, maar meer de katholieke invloed. Hier hebben we een grote kathedraal bezocht, die op de funderingen van Inca-tempels was gebouwd. Het gebouw op zich stamde uit 1533 en de wand- en plafondschilderingen waren imposant, evenals de grote altaren en schilderijen die er aan de muren hingen. Verder deed het me niet zoveel, want ik vond en vind nog steeds, dat de Spanjaarden meer cultuur hebben vernietigd, dan dat ze naar Zuid- en Midden-Amerika hebben gebracht. Op de weg terug naar Cusco begon het te regenen en helaas bleef het regenen de hele avond. Het is hier ten slotte regenseizoen, maar ik heb alleen nog op grote hoogte in de bergen regen meegemaakt. Helaas had ik m´n regenjackje in mijn kamer liggen en dus ben ik eerst zo snel mogelijk maar iets gaan eten, in plaats van terug naar de hostal om daarna nog de stad in te gaan. Alhoewel ik het begin van de dag niet zo geweldig vond, was het toch een indrukwekkend maar tevens vermoeiend dagje, waar ik met plezier naar terugkijk.
Woensdag, 07 maart. Ik ontmoette Manuel in de lobby en ben met hem naar boven gegaan, om te ontbijten in het restaurantje. Daar geniet ik telkens weer van het prachtige uitzicht over de stad. Hier heb ik met Manuel enkele mogelijkheden besproken en meteen enkele reisjes geboekt. Donderdag (08 mrt) heb ik een hele dag geboekt door de Valle Sagrado, ofwel de Heilige Vallei van de Inca´s. Om alles te kunnen gaan bezichtigen, moet ik in de stad nog een pas kopen die toegang geeft tot alle plaatsen, die we zullen aandoen. Het schijnt zéér de moeite waard te zijn heb van diverse mensen hier begrepen. In het begin van de avond zijn we dan weer terug in Cusco. Vrijdag, zaterdag en zondag heb ik een speciaal arrangement geboekt, inclusief twee hotelovernachtingen in Aguas Calientes. Aguas Calientes ligt in de buurt van Machu Picchu. Dit is een trip deels per bus en deels per trein, want ik voel me niet echt in staat, om zeven dagen over de Inca-trail te gaan lopen. Zeker niet op deze hoogte en met (zij het beperkte) bepakking. Bovendien is het laatste stuk zo-wie-zo te voet en redelijk stijl, heb ik begrepen. Ook in de stad loopt het soms behoorlijk stijl omhoog, of loopt een lange straat met een behoorlijk stijgingspercentage. Dus aan oefening heb ik geen gebrek. Één hele dag in Machu Picchu op zaterdag en ´s-avonds hot spring baden in Aguas Calientes. Als alles goed is, maak ik ook een héél speciale zonsondergang en -opkomst mee. Ik ben heel benieuwd naar wat ik allemaal zal gaan beleven en meemaken de komende dagen en weekend! Maar dat lezen jullie nog wel, waarschijnlijk al ´n beetje op vrijdag en de rest zal begin volgende week worden, denk ik, want ik zal weinig tijd, of misschien ook wel geen mogelijkheid, hebben om achter een PC te duiken. Ben voor ´n uitgebreide lunch weer even naar Jack´s Cafe Bar gegaan en daarna de stad in. Ik moest nog even bij de bank langs, maar daarvoor was ik net te laat en dus moet ik om 16.00 uur terug. Heb behalve dollars ook nog soles nodig. Bij slechts één bank kan ik traveler cheques inwisselen voor dollars en die kan ik dan weer beter bij één van de wisselkantoren of geldwisselaars omwisselen, want daar krijg je ´n betere koers. Bovendien valt daar ook nog ´ns over te onderhandelen. Ben vanmiddag een ander deel van de stad gaan bekijken: oa Plaza San Francisco, Santa Clara, San Pedro en de Templo San Pedro. De grote overdekte markt bij San Pedro was helaas nog gesloten, maar misschien komt er later nog ´ns een gelegenheid om daar te gaan rondstruinen. De huizen aan de straten (Santa Clara en San Pedro) zijn erg oud en hebben van die typische balkons, die ook in het historische centrum ziet. Ook zijn veel panden opgetrokken uit zg mudbricks. En dan natuurlijk al die mensen; je kijkt je ogen uit. Je ziet hier ook veel indianen in die typische Andes-kledij (vooral vrouwen). Ik vind dat prachtig, alhoewel het mijn inschatting is, dat die toch aan de onderkant van de samenleving staan. Op straat wordt je telkens aangesproken door verkopers/verkoopsters van allerlei spullen, of er wordt geprobeerd om je ´n winkel in te praten. Etenswaren, telefoonkaarten, nagelknippers, prullaria, kleding, om je schoen te poetsen, je haar of baard te laten knippen etc. etc. Op de weg terug heb ik m´n coltruitje maar aangedaan. Nu het zonnetje achter de bergtoppen is verdwenen, begint het weer behoorlijk frisjes te worden. In ´n internetcafé nog even wat toegevoegd aan mijn weblog en toen bij één van de weinige Chifa´s die ik hier ben tegengekomen (in vergelijking met Lince of Lima) lekker zitten eten. Hier heb ik ook mijn eerste Cusco-bier (Cusceño) gedronken, maar ik vind Chrystalbier toch lekkerder. Bij een kleine supermarkt nog enkele dingen ingeslagen voor morgen en bij een panedería (= warme bakker) pan integral gekocht. Op ´n gegeven moment zag ik ´n oud vrouwtje in een rolstoel met zeer vergroeide handen van de reuma/artritis, die allerlei klein spul verkocht. Ik wilde eigenlijk een klein schaartje hebben, want dat zat aan mijn mes en dat ben ik kwijt, zoals ik al eerder vertelde. Helaas had ze dat niet, maar ik zag wel ´n doosje met wattenstaafjes in de vorm van een hartje. Ik heb dat toen maar gekocht, want ik vond het toch wel knap van haar om op straat te proberen in haar levensonderhoud te voorzien. Je ziet hier namelijk ook mensen, die hun hand ophouden (bedelen) of ´n héél klein deuntje op ´n fluit spelen en dan beginnen te zeuren om geld. Toen ik vlak bij de hostal was, zag ik een winkeltje met kleding, tassen, tasjes, e.d. Hier heb ik (eindelijk) ´n nieuw tasje gekocht en ´n houder voor een waterflesje, want dat draagt toch ´n stuk makkelijker. Het tasje is wel ´n stuk kleiner, dan het katoenen ding dat ik had, maar de belangrijkste zaken passen er in en dat was voor mij het belangrijkste. Bovendien draagt het met een band om m´n schouder en dus heb ik beide handen weer vrij. In de hostal heb ik eerst mijn was uitgezocht, want alles had men op ´n hoop bij elkaar gedaan en toen naar m´n kamer. Nu zit ik in Jack´s Cafe Bar aan de koffie en te schrijven. Ga wel vroeg naar bed, want morgen wordt het waarschijnlijk een hele drukke dag met veel klim- en loopwerk. Bovendien begint mijn dag ook (weer) vroeg.
Dinsdag, 06 maart 2007. Omdat ik een andere kamer (mét badkamer) zou krijgen, moest ik even wachten totdat deze gereed was. In de tussentijd heb ik in de lobby zitten internetten. In dit hostal is dat een extra service en dus gratis. Nu heb ik een kamer met drie bedden en dus ruimte genoeg. Eigenlijk kost deze kamer 35 soles, maar ik had eerder al 25 soles bedongen per dag. Nadat ik mijn spullen had overgehuisd, ben ik de stad in gegaan en heb een vroeg lunch genuttigd in Jack´s Cafe Bar. Hier hebben ze giga en erg lekkere tosties in diverse uitvoeringen. Inmiddels begon het ook een beetje op te warmen, want ´s-morgens duurde het tot bijna tegen de middag, eer de zon te voorschijn kwam. Heb op de Plaza de Armas even lekker in het zonnetje gezeten. Heb diverse winkeltjes en shops bekeken en ook enkele overdekte markten (zg Centro Artesanal), waar men allerlei handgemaakte producten verkoopt. Ik was ook op zoek naar een tas(je), want het katoenen ding dat ik nu heb, begint het te begeven en is ook niet echt handig. Helaas heb ik nog niks naar m´n zin gevonden, maar morgen weer nieuwe kansen. Nietwaar? Dit was allemaal aan een hele lange straat (Av. El Sol) en uiteindelijk kwam ik bij het treinstation uit. Hier heb ik informatie ingewonnen betreffende de reismogelijkheden en de prijzen. Opvallend dat de prijzen hoofdzakelijk in dollars werden weergegeven. Bovendien vond ik de prijzen toch wel aan de hoge kant. Je kunt ook ´n stuk voordeliger reizen, maar dan heb je nul komfort en voor ´n reis van ´n hele dag lijkt me dat net iets te veel van het goede. Toen ik weer buiten kwam, werd ik aangesproken door een vrouw, die mij een busreis wilde verkopen. In hun ´kantoor´ er tegenover heeft ze mij de hele reis van Cusco naar Puno uitgelegd en dat klonk reuze interessant. Zo´n reis duurt een hele dag met om de 2 uur stops op diverse plaatsen, inclusief rondleidingen, bezichtingen en een uitgenreid lunchbuffet. Je vertrekt dan ´s-morgens vroeg en bent tegen de avond in Puno. Ga er vanuit dat er dan nog wel een redelijke slaapplek te vinden is. Puno ligt aan het Titicacameer en wie weet, ga ik ook nog wel een boottochtje over het meer maken. Maar voorlopig is dat allemaal nog toekomst. Eerst maar ´ns de omgeving van Cusco gaan verkennen, want dat is volgens velen zéér de moeite waard. Alles op z´n tijd en op m´n gemak. Op de weg (andere dan de heenweg) terug richting centrum kwam ik in een zijstraatje nog een leuke hospedaje tegen en ben meteen even gaan informeren naar ´n mogelijk verblijf en de kosten. Nou, dat viel me alleszinds mee en ik ga daar komende week ´n paar nachtjes verblijven. Nu zit ik nog goed en dichtbij het centrum met alles op loopafstand. In een internetcafé heb ik nog ´n berichtje op mijn weblog geplaatst en m´n meelboks nagekeken. Bij een winkeltje heb ik 10 bruine broodjes gekocht (voor 1,00 sol = +/- 0,26) en later nog ´n baquette bij een pastelería. Dat leek me wel voldoende voor een avondmaaltijd, want ik had ook nog ´n blikje tonijn. In het restaurantje van de hostal heb ik dat alles lekker op zitten peuzelen en nog ´n tijd met een franstalige Canadees zitten babbelen. Hij ging met de bus van 20.00 uur naar Lima, om dan vandaaruit terug te vliegen naar Quebec. Hij zag ´n beetje op tegen de lange reis, zeker de busreis, maar voor hem was een prima vakantie helaas ten einde gekomen. Ben later nog even terug gegaan naar Jack´s Cafe Bar en heb aan de bar koffie met een groot stuk sinaasappelgebak en verse aardbeien genuttigd. Heel erg lekker! Onderwijl zat ik, met onderbrekingen, te babbelen met een jongen achter de bar. Heel leuk en gezellig. Tegen elven was ik weer terug op m´n kamer en ben niet lang daarna naar bed gegaan, om vrijwel direct in coma te vallen.
Allereerst wil ik iedereen, die mij via deze weblog of via meel heeft geïnformeerd betreffende Bolivia, heel hartelijk bedanken voor de informatie. Ik heb min of meer besloten, om Bolivia voorlopig uit mijn reisprogramma te schrappen. Wie weet komt dat later nog eens.
Maandagmiddag kwam ik dus om 15.30 uur aan in Cusco. Nadat ik mijn rugzak had opgehaald, heb ik het busstation verlaten en ben op zoek gegaan naar een hostal of hospedaje. Dat viel in eerste instantie nog niet mee. Óf de prijs was te hoog voor het gebodene óf het geheel stond me niet aan. Ben te voet verder richting centrum gewandeld en zag onderweg wel enkele hotels, maar deze vond ik véél te duur. Het gaat mij om een redelijk goed onderdak, maar het hoeft nou ook weer geen luxe tent te zijn. In het centrum werd ik aangesproken door ene Manuel, die mij meteen een foldertje in de handen drukte. Ik bekeek dat foldertje en volgens de foto´s die erin stonden zag het er redelijk chique uit. Dus zei ik, dat dit waarschijnlijk te duur zou zijn voor mij. Dat weerlegde hij en uiteindelijk ben ik met hem meegegaan naar hostal Tu Hogar in San Blas, dat tegen het centrum van Cusco aanligt. Hij bood mij in eerste een kamer aan zonder badkamer voor 15,00 soles (= +/- 4,00) om de volgende dag een kamer mét badkamer te betrekken voor 25,00 soles. Dit alles inclusief een simpel ontbijt (broodjes met jam en koffie of thee). Ik heb dat toen geaccepteerd en het bevalt me prima. Alles ziet er redelijk schoon uit en zo ook de gemeenschappelijke badkamer. In het restaurantje op de bovenverdieping hebben we thee gedronken met enkele andere mensen en heeft Manuel het eea uitgelegd over Cusco en de omgeving. Ook over de eventuele toeristische mogelijkheden in en om Cusco. Vanuit het restaurantje heb je een schitterend uitzicht over de stad. Niet alleen overdag, maar zeker ook ´s-avonds met alle lichtjes die doorlopen tegen de hellingen van bergen. Na mezelf wat opgefrist te hebben, ben ik Cusco in gegaan om even de sfeer te proeven en rond te kijken en op zoek te gaan naar een eettentje. Die zijn er in overvloed en op straat wordt je door diverse mensen aangesproken, die je één van die gelegenheden proberen binnen te praten. Ik heb in een z.g. balkonrestaurantje niet alleen zitten genieten van het uitzicht over Plaza de Armas, maar ook van een eenvoudige edoch voedzame maaltijd (Sopa de verduras, spaghetti Napoli en koffie met chocoladetaart na). Ondanks dat dit een menuutje was, was het meteen de duurste maaltijd, die ik in Peru tot nu toe had genuttigd, nl 15,00 soles.
Cusco is giga toeristisch en dat merk je aan alles, vooral aan de prijzen. Ook voor onderdak liggen de prijzen hier hoger, dan in bv Lince. Ook heb ik hier meer toeristen gezien, dan tot nu toe in die ruim 3.1/2 week. Ook struikel je hier over de vele winkeltjes, shops, restaurant(je)s, hotels, hostals, hospedajes, internetcafé´s en markten met handgemaakte artikelen (de zg Centro Artesanal). Bovendien kijk je je ogen uit naar alle historische gebouwen, kerken, etc. Op ´n bepaald moment zag ik ´Jack´s Cafe Bar´. Hier ben ik naar binnen gestapt en het zag er heel gezellig uit. Na een grote bak koffie te hebben gedronken, heb ik nog ´n hele tijd zitten babbelen met twee jonge vrouwen, die hier al ruim drie maanden wonen/werken en nu bezig zijn aan de laatste maand in Cusco. Eentje kwam er uit Gent (België) en de andere uit Kaatsheuvel. Ze hadden elkaar ontmoet op het vliegveld van Quito (Equador) en hebben eerst samen gereisd, alvorens af te zakken naar Peru en uiteindelijk Cusco. Ik vroeg hun naar de dingen, die ik zeker moest gaan bekijken en doen en vertelde wat Manuel mij al had verteld. Daar waren ze het helemaal mee eens en ik zou dat zeker moeten overwegen om te doen. Na afscheid te hebben genomen, ben ik terug gegaan naar mijn kamer en ben tegen 23.00 uur op m´n rug gaan staan. Ik viel bijna meteen in coma en werd pas tegen half zes voor de eerste keer wakker. Daarna nog doorgeslapen tot tegen negenen. Had de nacht ervoor in een rijdende bus doorgebracht en dat slaapt toch ´n heel stuk minder prettig dan in een goed bed. Ook moet gezegd, dat ik heel goed merk dat ik op ´n behoorlijke hoogte zit. Cusco ligt op bijna 3.500 mtr. in een dal en de straten gaan óf omhoog óf omlaag en soms heb je zelfs trappen, omdat het anders te stijl is. Zeker met die soms hoge trappen merk ik dat ik toch wel zuurstof te kort kom. Ik moet dan even stoppen om rustig adem te halen. Ook was ik blij dat ik een jasje aan had gedaan, want het is hier behoorlijk fris. Zeker in vergelijking met Lima of omgeving, want daar liep ik de hele dag in T-shirt rond en sliep ik ´s-nachts onder slechts een dun lakentje. Overdag met en in het zonnetje is het lekker, maar ´s-morgens en ´s-avonds koelt het behoorlijk af met ´s-nachts temperaturen tussen 0 en 5 graden. Ben blij dat ik hier enkele dikke dekens tot mijn beschikking heb.
Zondagmiddag om 17.30 uur begint de reis naar Cusco. Ook weer per luxe touringcar, ditmaal van Cruz del Sur. Dat mocht ook wel, want de reis duurde ruim22 uur (!), inclusief enkele korte stops. Vandaag was het nagenoeg de hele dag bewolkt en heb ik dus weinig zon gezien. We reden het eerste deel van de reis langs de kust en heb daardoor wel een mooie zonsondergang kunnen beleven. Ook kwamen we voorbij enkele plaatsen, waar ik al eens eerder was geweest, zoals bv Lurin, Punta Negra en San Bartolo. Bij één van de stops ben ik er even uitgeweest, om de benen te strekken. Was trouwens wel nodig, want het valt niet mee om zo lang in min of meer dezelfde houding te zitten.Je kunt dan wel je stoel in enkele standen achterover zetten, het is en blijft een berperkte bewegingsruimte die tot je beschikking staat. Nadat de eerste film was afgelopen, werd er ´n smakelijk, zij het wel beperkt diner aan boord geserveerd. Hierna kon je helaas geen koffie of thee bestellen. Eventueel wel frisdrank, waarvoorje overigens moest betalen,maar aan een fles suiker heb ik geen behoefte en water had ik zelf nog bij me. ´s-Morgens om zeven uur werd er muziek opgezet en ´n goed half uurtje later een klein ontbijtje geserveerd, bestaande uit één broodje en ´n plak cake met koffie of thee. Helaas zat er al suiker in, maar ach je kunt niet alles hebben. Overigens zijn de mensen hier (en ook in Venezuela) echte zoutekauwen, want als je ziet hoeveel soorten snoep, taarten, cakes en andere zoetigheid er hier genuttigd wordt.... En dan niet te vergeten het aantal pasteleria´s, waar je van taart tot zoete broodjes of snacks kunt kopen. Ook op straat trouwens.Ongelofeloos! De reis op zich duurde dan misschien wel lang, maar de adembenemende uitzichten maakten heel veel goed. ´s-Nachts kwamen we door of langs kleine dorpjes en daar zag je op sommige plaatsen, dat de mensen tot vrij laat gezellig buiten vertoefden. En soms kreeg je ´n idee van de hoogteverschillen doordat er overal lichtjes schenen in de bergen. Alhoewel we de echte hoogtes nog voor de boeg hadden. Het valt dan niet mee om te slapen en op het toilet (aan boord van de bus) kon je het beste gaan zitten, want door al die bochten slingerd het nogal. ´s-Morgens rond half zes begint het hier weer licht te worden enwerd ook het uitzicht beter. Soms waren we konstant aan het stijgen over redelijk goede wegen, maar wel heel erg bochtig en dan gaat het langzaam. En dan de omgeving waar we doorheen reden!!! Ik zei al adembenemende uitzichten en dat is eigenlijk niet altijd het juiste woord ervoor. Soms kon je hele stukken van de wegzien, van waar we kwamen of waar we naar toe gingen. Ook reden we op bepaalde momentendoor (en boven) de wolken. Ja ik schrijf ´en boven´ de wolken, want deze hingen soms veel lager dan wij ons bevonden. Het was dan wel jammer, dat je uitzicht niet altijd volledig was en dus beperkt. Ook kregen we regelmatig te maken met regen. Ik weet niet tot op welke hoogten we allemaal gereden hebben, maar dat moet op enkele plaatsen tot toch wel zeker 4.000 mtr. zijn geweest. Één keer heb ik een bord gezien met daarop de tekst:´Altitud 3.850 mtr.´ en toen waren we nog steeds aan het stijgen! Je begrijpt dat de uitzichten soms onbeschrijfelijk en adembenemend kunnen zijn en zelfs op die hoogte is het groen. Ook hadden we er stukken bij, dat we konstant aan het dalen waren. Ook hierbij ongelofeloze mooie plaatjes. Zeker toen we weer´ns´n hele tijd langs een riviertje en over een min over meer vlak gebiedreden. Dankijk jesoms tussen twee of meer bergen door en krijg je ook ´n beetje een idee van wat een kolossale hoogtendeze hebben. Ook kreeg ik diverse watervalletjes te zien, maarenkele hadden toch wel een behoorlijk hoogteverschil. Het is heel moeilijk in te schatten hoe hoog ze waren, want ook de kleintjes waren zeker minstens 10 of 12 meter.De laatste twee uren van de reis hebben we bijna onafgebroken in stijgende lijn doorgebracht.Her en der zie je terrasvormige landjes, waarop mensen aan het werk waren; meestal met oogsten en af en toe met ossen aan het ploegen. Wat ik wel heel leuk en opvallend vond; ik heb ´n paar keer kinderen/tieners met hun varkens aan een touw aan de wandel gezien. Ook zag ik soms in één wei diverse dieren bij elkaar: koeien, schapen, varkens, kippen enpaarden. Erg leuk en in Nederland ondenkbaar. Op ´n bepaald moment kwamen we over een bergrug heen en zagen we in een groot dal een behoorlijke grote plaats liggen. Dit moest dus Cusco zijn en ik vroeg aan m´n buurman of dat zo was en hij beaamde dat. Maar eerst moesten we nog een stuk dalen en tegen15.30 uur reden we Cuscobinnen. In mijn beleving reed de chauffeur kris kras door Cusco, maar later bleken dit de voorsteden te zijn. Cusco zelf is een plaats van zo´n 250.000 inwoners, maar als je alles meetelt zijn dat er zo´n 450.000. In ieder geval héél wat minder, dan de ruim 11 miljoen die in groot-Lima wonen en leven.