Van Queyrières naar Aupinhac: 'Il faut y croire!'
We vertrekken met 10 ° uit Queyrières en wandelen nog even letterlijk rond in het dorp, dat gebouwd is rond een enorme rots, bestaande uit reeksen van typisch geometrisch gelijnde basaltzuilen. We dalen van ongeveer 1200 tot 800 m over paden die soms op riviertjes lijken en langs oeroude, lage stenen kruisen met een gedrongen Christusfiguur erop. Langs de wat donkere weggetjes groeien de mossen prachtig. We komen zelfs langs een slakkenkwekerij.
Met natte voeten, ondanks behoedzaam stappen, komen we na 8 km in Saint-Julien-Chapteuil. Terwijl Marina even aan het cafeetje blijft zitten met een kop koffie loopt Paul bij de slager ernaast binnen voor wat beleg. In het babbeltje zegt Paul dat het weer naar het schijnt toch stilaan beter zal worden. "Il faut y croire!" zegt de slager aanmoedigend. Zo hoopvol klinkt dat eigenlijk niet ...
We bezoeken de indrukwekkende romaanse kerk die je al van ver ziet staan. Ze heeft niet alleen een forse toren, maar ook een meer losstaande muur waarin een aantal klokken in nissen hangen, zoals in Griekse kerken. Fijn toch dat hier bijna alle kerken langs de Camino open zijn. Doordat het begint te regenen moeten we ons bezoekje aan Saint-Julien kort houden.
We stappen dan maar fiks door naar onze bestemming van vandaag. Ook in het oude dorp Saint-Pierre-Eynac hebben ze een romaanse dorpskerk met klokjes in nissen. We raken hier ook aan een koffie om bij op te warmen en lezen in de krant dat de neerslag in Frankrijk de laatste tijd het drievoud van zijn normale niveau bereikt en : het weer zal heel langzaamaan beteren. Il faut y croire!
Ondertussen zitten de bergen nog in bleke mist. Maar in Aupinhac worden we warm ontvangen. Er zijn kranten om in de natte schoenen te stoppen, de vochtige kleding en de ondanks de hoes doorwekende rugzakken mogen tegen de radiator aan.
En je zult zien: morgen gaan de regenkappen weer af.
We zetten vandaag 20 237 stappen, waaronder veel kleine. Dat is goed voor 14 km.
Van Tence naar Queyrieres: rustigjes over het hoogste punt
Als het 's nachts al veel geregend heeft, kan het voor de volgende dag wel meer meevallen, en dat is het geval. We vertrekken met een regenjasje over een ander jasje en komen ook zo aan, maar dat heeft zeker zoveel te maken met de maximum 13 ° die we halen als met de regen. Gisteren hebben we onze spullen zelf gedragen, maar voor het traject van vandaag, met veel stijging, veroorloven we ons bagagetransport.
Bij het vertrek uit Tence merken we meteen met welk gemak we vooruit gaan zonder die bagage, ook op de hellingen.
Tot Saint-Jeure zijn het maar 8 km, daar voorzien we de voormiddagkoffie. En zo komt het ook uit. We kijken wel op dat we op een bord dat bij het naderen van het historische dorpje staat opgesteld met "Vous voici parvenus ..." worden aangesproken. Zo'n botheid tegenover brave wandelaars hadden we niet verwacht, mais enfin, passons. Aan het dorpsplein wordt het helemaal goedgemaakt met een middeleeuws kerkje. En de dorpsfontein met Jacobsschelp draagt de tekst "Respirer les parfums du mot aimer". Daar kunnen we helemaal inkomen.
Enkele km verder ligt, ook boven de 1000 m, het mooie dorp Araules. We bekijken hier de glasramen die het leven van Maria voorstellen.
De volgende 5 km begint de klim over het massif du Meygal. Rustigjes stappend valt dat best mee. Vaak is het pad wel in een beekje veranderd, de voeten droog houden is er niet bij. Door de nevel hebben we uiterst zelden een kijkje op de typisch bolle vulkanen ("sucs") van deze streek. Maar wat lager kijkend zien we van alles: zich ontrollende varens, ongewone mossen in soorten, schitterende sedums.
Op de hoogte zien we onze adem vliegen, zuidelijk Frankrijk op 1 juni ... En dan passeren we het hoogste punt van de via Gebennensis, 1276 m. In de Pyreneeën wordt het nog wel wat hoger, zeker?
Al voor 4 uur komen we in het schitterend gelegen dorp Queyrières. Veel zien we er niet van. Er staat langs de weg wel een vierkoppig ontvangstcomité voor ons klaar! En onze Duitse gastheer maakt voor ons de houtkachel aan. Of die gaat helpen om onze doorweekte sokken en schoenen helemaal droog te krijgen, valt af te wachten. Een uur later wordt onze bagage afgeleverd, door een man met het woord "ambulance" op zijn pet en schouders. Alles onder controle!
We zetten vandaag 27 633 stappen, goed voor 19 km.
Van Montfaucon-en-Velay naar Tence: door violetjesland
Op deze zeer frisse dag (maximum 13 °) hebben we geen grote afstand af te leggen, zodat we aan een aangenaam tempo hellinkje-op-hellinkje-af kunnen sjokken. Ook bij dit sombere weer, met geregeld wat regen, blijft de natuur mooi. De bloemen die we nu zien bloeien, zijn er heel andere dan op de trajecten rond Pasen en in de herfst. Op deze wat zure maar toch vruchtbare gronden stelen de brem en het fluitekruid de show, en de wilde violetjes groeien hier zelfs op de pannen van de daken!
Af en toe ontwaren we in de verte al de bolle vulkanen waar we binnenkort tussendoor zullen wandelen.
Tence is een weer wat doods stadje. Leuk is wel dat men ons hier met vrolijke witte, blauwe en gele linten, wimpels en bloemen verwelkomt. De banketbakker laat zich opmerken met een Sint-Jakobsbeeld in chocolade. Als we dat van dichtbij bekijken, zien we ook de sablés au chocolat in schelpvorm aan de voet ervan. Na al die kou van vandaag veroorloven we ons 100 gram. Is zo'n Sint-Jakobssableetje bij een café au lait geen heel passende manier om krachten op te doen voor morgen?
We zetten vandaag 18 701 stappen, goed voor 12,5 km.
Onze gastvrouw in Les herbes sauvages is een bijzondere dame. Ze doet niet alleen de naam van haar chambre d'hôtes eer aan met haar schitterende bergtuin, haar kennis van kruiden en de bijzondere keuken, ze is ook voorzitster van de erfgoedvereniging. En zo kunnen wij 's morgens met haar een kijkje nemen in de moeilijk te bezoeken Abbaye Notre-Dame de Clavas. Ook brengt ze onze bagage naar Montfoucault, zodat we weer met lichte voet kunnen stappen.
We vertrekken na het abdijbezoek bij 9 °. Het blijft een frisse dag, met 2 keer een korte regenbui. Goed om te stappen, toch. Voorbij het gehuchtje Lhermut stopt een auto naast ons. De man heeft de Compostelaschelp op Paul zijn rugzak gezien en zegt ons dat we verkeerd aan het stappen zijn. Hij stelt meteen voor ons 2 km terug te voeren. Paul, met rugzakje, kiest vooraan positie naast de chauffeur. Marina geraakt, ondanks een geblokkeerde voorstoel achteraan in de auto en slaagt erin handig tegen de rand van een gevulde kuip mortel te balanceren tot we zijn afgezet waar we verkeerdelijk rechtdoor liepen. We zijn de man heel dankbaar. Wat een toeval ook dat 1 van de 5 à 7 auto's die we op dit hele dagtraject tegenkomen (buiten de aankomst in Montfaucon) ons nog goed op tijd passeerde.
Buiten die enkele auto's zien we op de hele wandeling precies 1 mens, met hond. Verder wat koeien en paarden (waarvan er een nogal wat van Brigitte Bardot heeft, zij het dat het nog even naar de kapper moet).
De Via Gebennensis slingert zich door dit heuvelend hoogplateau tussen minieme gehuchten op 1000 m hoogt en valleien op 900 m, met af en toe een doorkijk naar verre uitgedoofde vulkanen voor ons. Maar meestal wandelen we in oude, donkere dennenbossen.
Montfaucon, met zijn 1300 inwoners een plaatselijk centrum, biedt een nogal triest beeld met een hoofdstraat waarin zeker de helft van de winkels verlaten is. We moeten terugdenken aan Noord-Oost-Frankrijk.
Een verrassing is hier wel de verzameling van 12 laat-16de-eeuwse schilderijen van de Brabander Abel Grimmer in de Notre-Damekerk. Doordat we goed op tijd aangekomen zijn, kunnen we ze bijna een uur lang bekijken. Hoe zijn die Samaritaanse vrouw, die parabel van de vijgenboom, die vlucht naar Egypte in deze afgelegen bosstreek beland? Twee Vlaamse Compostelagangers weten het niet eens goed van zichzelf wanneer men hen hier vraagt hoe ze tussen de (nog schaarse) Zwitserse en Duitse doorreizigers terechtgekomen zijn. Maar zeker is: ook deze 39ste dag van onze Compostelatocht, al was hij wat eentoniger, schakelt zich aan al die dagen om niet te vergeten.
We zetten vandaag 25 870 stappen, door even verkeerd te lopen waren het 19 km.
Vandaag zijn er 19 km te stappen en aan het hoogteschema zien we dat het deze keer aanhoudend stijgen is. En juist nu moet het stormachtige regenweer er gaan aankomen. We zijn dus wat blij dat onze gastvrouw ons vertelt dat ze onze bagage wil vervoeren tot bij haar goede kennis die onze volgende gastvrouw zal zijn! En inderdaad: zonder bagage scheelt de inspanning enorm, zeker op de hellingen.
Om half negen zijn we al de deur uit, met regenbroek en regenjasje en verder alleen wat lichte dingen in de rugzak. Het regent en dat zal het, op een klein uurtje na, de hele dag doen. Maar soms is de regen licht en wind is er maar af en toe. In de vele gehuchten tegen de hellingen van de vallei van Saint-Sauveur-en-rue zie je nooit iemand. Alleen tevreden grazende koeien kijken even naar ons op. Hoewel we goed vorderen, worden we ingehaald door twee Zuid-Afrikaanse dames. Ze vragen hoe we het doen Compostelaganger te zijn zonder bagage en vinden het voor ons "baaie lekker" (zeer fijn) op die manier. Dat vinden wij ook!
We wandelen een tijdje over een gewezen spoortraject tegen de berg aan. We picknicken in de abri d'Aiguebelle en daar zitten onze Zuid-Afrikaanse dames al hetzelfde te doen. We wandelen almaar hoger, door hooggelegen naaldbossen. Op de Col de la Tracol, de waterscheiding tussen Middellandse Zee en Atlantische Oceaan, komen we in het departement Haute-Loire. Nog even klimmen tot aan de Suc du Tronche op 1204 m en het daalt alweer lichtjes naar het dorpje Les Sétoux. Hier branden we een kaarsje voor onze beschermer op deze tochten.
Nog 2 km tot het gehucht Clavas en tegen drieën zijn we, met stilaan nat wordende voeten, de regen uit. We warmen helemaal op bij koffie en brioche. Onze gastvrouw spiest onze schoenen op lange stokken boven de kachel. Wat kunnen eenvoudige dingen heerlijk zijn!
Van Sainte-Blandine naar Bourg-Argental: mooi, hoewel ...
Vanuit ons verblijf op de hoogte kan het alleen maar omlaag gaan naar het dorp met de onwaarschijnlijke naam Saint- Julien-Molin-Molette. We vinden dat het landschap van deze streek op dat van het Zwarte Woud lijkt. En ja, geregeld beginnen er zich ook koekoeken aan te melden, uit verschillende richtingen en de hele voormiddag lang. Maar in Saint-Julien-M.-M. staat het halve dorp op zaterdagvoormiddag op het dorpsplein te jeu-de-boulen: dit is echt wel la France.
Alles helemaal in orde dus. Hoewel ... Marina kan hier niet anders dan belangstelling vertonen voor de plaatselijke pharmacie. Die haar meest gegeerde pelgrimsproduct gaat al snel over de toonbank: blarenplakkers. Die moeten vervolgens netjes aangebracht worden. Een bij elk wandeltraject terugkerend probleem, die voeten! Gelukkig moeten we vandaag echter niet ver.
's Middags, bij het naderen van Bourg-Argental, vinden we in diepe schaduw een goede picknickplaats. De chambre d'hôtes hier is een meevaller. Er geldt zelfs een verlaagd tarief voor Compostelagangers. Hoewel ... een kleurige schildering op de tuinmuur vertelt dat we nu op 1693 km van Compostela zijn. Dat is 93 km meer dan gisterenmorgen en 69 meer dan gisterenmiddag! Het is nu volkomen duidelijk dat we de verkeerde kant uit stappen. Zouden we vanaf morgen niet beter in de andere richting beginnen te wandelen?
We zullen het een nachtje laten bezinken. We zetten vandaag maar 18 317 stappen, goed voor 12 km. En dat mag ook wel eens.
Van Chavanay naar Sainte-Blandine: nog 1000 mijl, hum ... 1015 mijl
In Chavanay gooien we bij ons vertrek de sleutel in de brievenbus. Hier springen we over op de via Gebennensis (voie de Genève), waarlangs Zwitsers en Zuid-Duitsers zich naar Le Puy en vervolgens naar Compostela begeven. We moeten vandaag van aan de rivieroever tot op 690 m. Van aan een uitzichtspunt nemen we afscheid van de Rhône. Het wordt een warme dag (27 ° in de schaduw), waarop we, al is de weg goed in orde en rijkelijk bewegwijzerd, veel meer in de zon dan in de schaduw en meer op asfaltweggetjes dan op zachte ondergrond lopen. Die 2 bijkomende kilo's aan water, onderweg nog aangevuld, zijn echt nodig!
Een beschilderde steen langs de weg zegt dat we nog 1600 km van Compostela zijn, in Engelse mijlen geteld zijn dat er 1000, zo klinkt het toch al wat minder, he?
Het overgangsgebied naar het montagne du Pilat heeft kleurige graanvelden: nu eens zijn die half korenbloemenblauw, dan weer deels papaverrood. Langs de weg geeft een gietijzeren kruis met vele symbolen het lijden van Christus beeldend weer. In het dorpje Bessey ontmoeten we Sven, een zeer sympathieke Zwitserse dertiger op weg naar Compostela, die in dezelfde gîte als wij zal overnachten. Hier krijgen we ook een kleine opdoffer: een nogal officieel ogende wegwijzer vertelt dat we nu 1624 km van "Saint-Jacques de Compostela" zijn. Bij al ons gestap wordt de afstand dus groter! Nu merken we ook dat de eerste steen naar Saint-Jean (!) de Compostela verwees. Misschien hadden we wel gewoon Jacques niet met Jan mogen verwarren??
De gehuchten volgen mekaar snel op. Van ver denken we, in een weidevlak op de hoogtes, de bergboerderij te zien waar we zullen overnachten. Maar de laatste loodjes blijken de zwaarste wanneer we in de laatste 3 km nog flink moeten stijgen. Maar wat een mooie plek, deze ecologische boerderij in de Pilat, binnen strak ingericht. Het contrast met het kasteeltje aan de Rhône kan niet groter. Eén ding hebben ze gemeen: geen wifi.
Maar vandaag was het mooiste traject tot nu toe van onze Compostelatocht. Bij het inslapen horen we het krekelconcert, een verre kikker-bariton valt op de juiste wijze in. We denken aan wat iemand voor ons in het gastenboek schreef:" Les choses les plus importantes du chemin ne sont pas à Compostela. Elles sont sur le chemin même."
We zetten vandaag 23 588 stappen, goed voor 17 km.
Van Vienne naar Chavanay: langs de Rhône tot in ... de Loire
Voor het wandeltraject dat we vandaag starten, warmen we een dagje op met een vlakke dagetappe langs de Rhône. In het station wurmen we ons tegen het bordje Vienne aan, waar we in de herfst de laatste foto namen. De bewijsfoto is immers het eerste om te doen.
Vienne is best bijzonder met, plompverloren in de stad, zijn Liviatempel en ook zijn Romeins forum waarachter je de bedevaartskapel op de heuvel ziet liggen. Maar we begeven ons bij heerlijk weer, net niet te warm door de meestal versluierde zon, op weg langs het langeafstandspad ViaRhona. Rechts hebben we aanhoudend met wijngaarden begroeide heuvels, links is de Rhône meestal onze gezel.
Voor ons duikt het montagne du Pilat op, waar we als het weerbericht zijn belofte houdt, met nogal wat stortbuien zullen door moeten. Vandaag worden we alvast verrast door dikke witte vlokken. Het zijn pluizen van de vele populieren die aan de rivierboorden staan. Ze komen als sneeuw aan de kant van de weg terecht.
Voorbij Condrieu komen we, braafjes de Rhône volgend, in het departement Loire. Zijn hier niet die beroemde kastelen van de Loire te bezoeken??
Ons verblijf in Chavanay, chambres d'hôtes "Chateau de la gorge" ziet er in vele opzichten 18de-eeuws uit, met interieurs van 250 jaar geleden. Wifi was er toen nog niet, vandaar uitgesteld blog-nieuws.
We zetten vandaag 28 304 stappen, goed voor een flinke 20 km.
Klaar voor het vijfde traject: van Vienne tot �
Na een (alweer) flinke onderbreking nemen we de Compostela-draad weer op. Eind mei - begin juni trekken we verder zuidwestwaarts vanuit Vienne.
Vorig jaar zijn we in een lente- en in een herfsttraject flink naar het zuiden gefietst, daarbij al te bergachtige gebieden mijdend. Nu moeten we echt wel naar het westen draaien willen we niet in de Camargue uitkomen! Dat betekent dat we het Franse Centraal Massief in moeten. Het wordt dus opnieuw stappen, want we zijn niet zón sportieve fietsers dat we op het stalen ros het gebergte gaan overwinnen. En stappen is eigenlijk de mooiste vorm van pelgrimeren.
We hopen de volgende twee weken vooral door het departement Haute-Loire te trekken. We zullen al vlug de Rhônevallei verlaten ,in Chavannay, waar de via Gebennensis ( de voie de Genève of französischer Jakobsweg ) de Rhône kruist. Tot Le Puy-en-Velay, voor velen de vertrekplaats naar Compostela, zijn het nog zon 200 kilometer. Geleidelijk komen dan de vulkaangebieden van de zuidelijke Auvergne. Volgens sommige van onze vrienden is het een prachtige streek, anderen zeggen ons dat het daar wat somber is. We zullen zien en weer dagelijks vertellen hoe wij het allemaal beleven. Na enkele dagen zijn we zeker weer helemaal in de pelgrimsmood.
We hebben de voorbije weken onze voeten flink getraind door dagelijks een stukje te stappen. Maar hopen dat de beide Sint-Jakobs ons weer zullen helpen nu we door toch wat serieuzer gebergte gaan sjokken!