Van Santa Marin~a tot O Logoso: 20 koeien per inwoner
De weersvoorspelling voor vandaag was negatief. Wanneer Paul de man van ons verblijf vroeg of het zou gaan regenen, antwoordde die binnen de twee seconden "No!" En hij krijgt gelijk. Het is bewolkt, 18°, nevelig boven de hoogtes, maar droog.
's Morgens passeren we de laatste berg van onze tocht de Monte Aro.Hoger dan tot 450m hoeven we niet.
In deze dunbevolkte streek met minuscule dorpjes staan er ongelooflijk veel reusachtige runderstallen, telkens met een bandencentrale ernaast. Verder is er alleen ´ogen de keuken van de koeien: eindeloze maïsvelden.
De bergen, soms met brem en heide bedekt, zien er heel stoer uit, al zijn ze hier geen 500m meer hoog. In Olveiroa, het iets grotere dorp waar we langskomen, zien we voor het eerst één van de heel grote horreos die vanaf nu voorkomen. Het ding is 10m lang, volledig uit natuursteen en staat op poten waarlangs zelfs de flinkste rat ´iet naar boven geraakt. We zijn in drie dagen zeker langs wel 100 horreos gestapt.
Sint Jakob en de beleving omtrent Compostela zijn la gsm de Camino de Fistera niet meer zo sterk aanwezig. We zien wel eens een gedachtenisplaatje waar mensen een foto of kaartje achterlaten van een dierbare die ze verloren hebben.
We eindigen met een echte hoogteweg boven de Rio Xallas, weer langs heuvels die bergen lijken. In O Logoso stoppen we in bergnevel.
Van Negreira tot Santa Marin~a: brem en varens, maar ook palmen en citroenen.
Negreira is een wat zielloos stadje, maar er is wel een oude stadspoort bewaard. Daar zien we een bijzonder beeld: hoewel een broer hem probeert tegen te houden en moeder treurig achterblijft, gaat een jonge kerel gedecideerd op tocht. Al is hij geworteld in zijn geboortestreek, de wijde wereld zit in zijn hoofd en hij zal verbeten verdergaan.
Mooi voor ons, toch? Het was gisteren een nogal zwaar traject, maar we doen er ´ogen zo één bovenop.
De hele voormiddag volgen we typisch galicische correidores: beschaduwde paden langs de vele gehuchten, tussen natuurstenen muurtjes, varens en brem. Die wordt hier soms wel 4 m hoog. Maar evengoed groeien er palmen en citroenen. En eucalyptusbossen natuurlijk, waar de geur zo indringend is dat onze neus er telkens van begint te lopen.
Na de middag, vanaf Vilaserio, lopen we dikwijls langs het asfalt. Gelukkig wordt het niet te warm en rijdt er tussen de doodser wordende gehuchten maar zelden een auto. Het landschap, heuvelend tot boven de 400 m is mooi.
Tegen vijven komen we in Santa Marin~a. Natuurlijk hoort bij de aankomst in dit voor ons bijzondere plaatsje een kleine fotosessie.
We zetten vandaag 30 194 stappen, goed voor 20,5 km.