Neil kent de kunst om me te doen twijfelen aan mijn eigen uitspraken. Alles is mijn fout, mijn verkeerd begrip van het Frans, mijn verkeerde interpretatie. Nooit is een probleem zijn fout.
Wat lijken ze op elkaar, Neil en Calimero... het verschil is de intentie. Maar als ik kijk naar de manier van communicatie, is het gewoon hetzelfde. Ik ga in de fout. Ik interpreteer uitspraken verkeerd. Ik trek conclusies waar ze niet zijn.
Hoe komt het dan dat ik in mijn werk hier nooit last van heb, noch in mijn privé leven? Wat betekenen die mannen voor me, dat ik dat enkel bij hen zou vertonen? Of heb ik de ongelofelijke gave om nét die mannen te kiezen die zodanig externaliseren dat ze élke oorzaak van conflict enkel bij de ander kunnen leggen?
Neil wil me geen kwaad, integendeel. Ik geloof hem als hij zegt dat mijn geluk het zijne bepaald...als het hem uitkomt. Op sommige momenten besta ik niet, en dan denkt hij niet na over hoe ik me daarbij voel. Ik moet het maar begrijpen. Maar soms ben ik het beu om altijd de "verstandige" te zijn, de "oudste dochter". Altijd maar de meest rationele zijn, degene die toegeeft, alles met de mantel der liefde bedekt.
Maar Neil heeft me niet nodig. Toch niet op elk moment. Ja, er zijn momenten dat hij naar me smacht, verlangt. Dat élke opmerking op chat gevolgd wordt door een seksuele insinuatie. Wat hij nog steeds niet doorheeft (of weigert door te hebben) is dat dat averechts werkt. Hoe groot mijn verlangen ook is: als ik bij de tweede zin al een seksuele insinuatie voor mijn kiezen krijg, blokkeer ik. Alsof ik enkel goed ben voor dat? Hij wil me, hij wil tijd met me doorbrengen, maar vooral met het perspectief van seks. Hij noemt seks een "groot deel van onze relatie". Het is gewoon de basis... zonder seks, geen relatie (wat hij me in het verleden ook voorhield van "onze vriendschap gaat boven alles").
Eigenlijk moet ik triestig zijn voor hem... een man die zijn bevestiging, zijn identiteit naar mij toe laat afhangen van zijn seksuele prestaties. Aan wie ik er maar niet in slaag om uit te leggen dat seks een neveneffect is ,maar niet het doel. Hij luistert niet. Is het cultureel bepaald? Of is het zijn persoonlijkheid, zijn nood aan bevestiging? Ik durf te hopen dat ik dat soort bevestiging niet nodig heb, maar me zeker genoeg voel van mezelf.
Is het verkeerd om soms medelijden te voelen? Deze man, 58 jaar, die zijn leven laat bepalen door eega, zoon en dochter. Ik ben slechts een zijspoor.... een zijspoor dat hij ziet als "het enige dat er enkel voor hem is". Geweldig: ik ben zijn secret garden, zijn pleziertje. Maar al de rest van de tijd plooit hij zich naar de eisen van zijn gezin. En tegenover zijn gezin ben ik altijd de verliezende partij....
Mijn emotionele investering wordt lager ,ik voel het. Is hij er.... great. Maar is hij er niet, dan is er een stuk van mij dat zegt "okee, je kan een berg administratie bijwerken". I don't care, eerlijk gezegd. I'm not at his service....
vermoeiende week achter de rug. En dat slaat niet enkel op het werk, maar ook op neil. Het begon zaterdag al, met kleine irritaties, opmerkingen, van beide kanten. Hij rekent er dan steeds weer op dat ik me om 12.30h zou kunnen vrijmaken om hem te zien als hij op het werk vertrekt. Hier is dat etenstijd... Zondag idem. De agenda met mijn vrije momenten die ik hem stuurde, was niet duidelijk genoeg, Hij irriteerde me tot op een punt dat ik hem zei "ok, vergeet dinsdagochtend (was een mogelijkheid) maar".
Een conflict om de stomste reden: jaloezie. Jaloezie op een avontuurtje, met iemand die ik soms nog wel eens zie.. Waarom nog jaloers zijn? Op wat???
Jules vraagt me waarom ik niets meer schrijf. De reden is simpel: ik heb het gevoel me steeds maar weer te herhalen. De geschiedenis herhaalt zich, en ik lijk er maar niet van te leren. Toch wil hij graag lezen hoe het met mij en Neil gaat. Omdat het lezen van de troubles van een ander je even je eigen troubles doet vergeten. Hij heeft gelijk. Daarom dat ik steeds weer naar hém luister. Dat ik naar iedereen luister. Om even niét te moeten nadenken over mij en Neil.
Soms gaat het goed. Of moet ik eerlijk zijn: het gaat goed zolang ik geen golven veroorzaak. Zolang ik niets in twijfel trek, de incoherenties in zijn uitspraken niet aankaart. Zolang ik zwijg.
Dus leer ik te zwijgen. En elke keer dat ik zwijg, neem ik een beetje afscheid. Geen afscheid van Neil. Daarvoor zie ik hem te graag. Want nét zoals hij bang is om mij te verliezen, ben ik bang hem te verliezen. Hij ziet me echt graag, daar twijfel ik niet meer aan. Noemt het "houden van". En dat zal op zijn manier zeker waar zijn.
Maar ik neem afscheid van een gelijkwaardige relatie. Een relatie waarin ik mezelf kan zijn. Elke keer dat ik zwijg, hol ik mezelf uit. Ik verword tot een leeg omhulsel, een schaal waarin elk de reflectie ziet van zijn wensen, in de gedachte dat ik dat ben. Zelf voel ik mezelf beetje bij beetje verdwijnen...tot ik ooit volledig verdwenen zal zijn. Misschien zal ik die dag éindelijk rust kennen?
Neil besliste, 6 dagen geleden: het énige contact tussen ons dat de moeite waard is (buiten samen zijn) is verbaal én visueel contact. Videochat. Alle berichten ten spijt, interesseren die hem niet. Dus ik heb gezegd: prima. Mijn beloning: "goede leerling". Wat die kleine berichtjes, lieve woordjes, iets laten weten...voor mij betekenden, wordt niet bevraagd. Dus ik doe precies wat er me gezegd werd. Ik zwijg heel de dag. Heb recht op een videochat 's morgens, 's middags en/of 's avonds tijdens zijn 12-minuten durende rit. Soms minder, dan lees ik een "hallo?" om 2 minuten later al te krijgen "te laat, ben thuis". Is het vreemd om me dan af te vragen wélk telefoontje geen 10 minuten kon wachten, en de korte tijd dat we konden bellen innam?
Ik stuur niets meer spontaan. Dus weet hij een hele boel dingen niet van mij deze week. Hij weet niét dat ik volgende donderdag mijn eerste vaccin krijg. Hij weet niét of ik nog steeds pijn heb aan mijn heup. Hij weet niét dat ik donderdag een doorbraak had in een dossier. Hij weet niét dat mijn nieuwe bril (die we samen zijn gaan kopen, hij zijn bril, en ik samen met 2 kids onze brillen) intussen is aangekomen. Hij weet niét hoe ik me voel. En ik vertel het hem niet. Ik zwijg. Tot hij me weer eens belt...en hij vertelt. Over zijn verkouden kleinzoon, zijn gevallen schoonvader, zijn werk, zijn plannen... en ik krijg er amper een verhaal tussen. Zelfs het goede nieuws dat mijn schoonmoeder's metastasen allemaal non-actief zijn geworden, wordt onderbroken door zijn verhalen.
Dàt zijn de momenten dat ik Calimero mis. Want op dat vlak waren we gelijken. We prààtten, communiceerden, en luisterden naar elkaar. Verder mocht dan wel alles mis gaan, maar op een zekere manier was er meer gelijkheid.
Gisteren viel me iets anders op dat Neil gemeen heeft met Calimero. Beiden leven in de toekomst. Steeds weer klinkt het "morgen/volgende week/maand/jaar zal alles beter gaan", zowel in hun leven als naar hun vrijheid met mij toe. Als er één ding is dat Covid ons had moeten leren, is dat we van het heden moeten genieten, er alles uit moeten halen, en niet moeten rekenen op "later". Ik leef vandaag, niet morgen.
de koude oorlog heeft geduurd. Ok, ik had aan Jules beloofd om een hele week geen contact op te nemen, en dàt lukte me niet. We probeerden te praten, maar het eindigde steeds weer op dezelfde manier. Met verwijten, onbegrip, ...
Wat me wél lukte (of niet lukte, het is maar hoe je het bekijkt) is geen seks te hebben gedurende ruim 2 weken. Kusjes, knuffels... ok, maar zodra het iets verder ging, kwamen al die harde woorden weer in mijn hoofd "je ne suis qu'un serviteur de sexe, et tu dirais tout pour en avoir".
Ik heb in die bijna 2 en een halve week gemerkt dat ik zonder seks kan. Perfect zelfs. Ik heb er véél plezier aan om iets met hem te eten, beetje te knuffelen, en elkaar dan een fijne dag te wensen. Hij...hij werd er zot van. Elke chat werd een allusie op... elk gesprek idem. Schreef ik dat ik graag in zijn armen wilde slapen, reageerde hij met "je dois te faire l'amour avant être capable de te laisser dormir dans mes bras". Ik heb intussen geleerd om deze opmerkingen gewoon compleet te negeren, er een uur over te laten gaan, en terug te komen met een ander onderwerp.
Ik vond een toepasselijke quote, die ik wijselijk niét stuurde: "quand une femme devient indifferente, vous saurez que vous l'avez perdu. Là, où il y a ni colère, ni haine, ni amour surtout. Quand l'indifference s'installe, plus de retour, pas de regrets. Le contraire de l'amour n'est pas la haine, mais l'indifférence".
Maar het is een stukje waarheid. Ik zie hem graag, zeg tegen mezelf dat dit nog steeds de man is waar ik al met al zielsveel van houd. Maar als ik 's morgens geen "bonjour" krijg, wacht ik. Het lijkt een krachtsspel te worden: wié stuurt als eerste die "bonjour"??? Standaard was hij dat, omdat hij gewoonlijk een uur voor mij wakker wordt, rond 5.30h. Tegenwoordig wordt het 7 uur, 8 uur, soms 9 uur... Soms zet ik de eerste stap, en stuur hem die bonjour. Dan krijg ik meestal binnen de paar minuten reactie (teken dat hij checkt, want ons chatprogramma maakt geen enkel geluid op zijn gsm, dus hij moet actief checken). Dus het is echt een machtstrijd. En we zijn absoluut aan elkaar gewaagd...
Want tot die conclusie kwam hij intussen: we lijken zo veel op elkaar dat het regelmatig botst. Ik denk dat het niet ver van de waarheid is. Want ook ik heb mijn trots, mijn koppigheid, net zoals hij. Maar ik denk dat mijn opvoeding me christelijker heeft opgevoed dan hem, die zich zo gelovig waant. Ik ben opgevoed met de kunst van dankbaarheid, terwijl hij me vlakaf kan zeggen (dom voorbeeld hoor) dat zijn favoriete biertje dat ik voor hem kocht vanmiddag bij de lunch niet koud genoeg was. Zijn eerste reactie op zijn cadeau (een sjaal, waar hij me al lang over sprak, dat hij graag een mooie sjaal zou hebben voor de winter) was "we hadden die samen moeten uitkiezen" ipv "dankjewel" te zeggen. Ik heb hem gelaten en er niets over gezegd, en die "dankjewel" is de volgende dag wél gekomen. Maar dankbaarheid voor alles wat een ander voor je doet, kent hij niet. Als het niet naar zijn "normen" als prins is (want hij heeft geleerd dat hij het recht heeft om als prins behandeld te worden), moet hij nl geen dankbaarheid tonen.
Hij zijn opvoeding, ik de mijne. Hij zijn cultuur, ik de mijne. Ik blijf overtuigd dat mijn opvoeding meer waarde heeft, mij de kans heeft gegeven om me open te stellen voor mensen van alle slag, los van cultuur, religie, taal. Hij is trots dat hij racist is naar moslims toe, en overstelpt me met redenen om moslims niét in mijn leven toe te laten. Ik blijf bij mijn standpunt "kijk naar de persoon, niet naar zijn origine".
Toch zijn we verbonden. En niet enkel door seks. We kunnen enorm genieten van samenzijn, praten, samen eten. Ik droom ervan om samen met hem zijn regio in Spanje te ontdekken, want verder zullen we samen nooit geraken. Er zitten zo veel limieten in deze relatie, en toch doen we voort. Omdat we beiden ook weten dat er ergens iéts is dat ons bindt... een verloren droom van hoe het had kunnen zijn.