ik gun mezelf nog een uurtje... een uurtje om mijn hoofd terug om te schakelen naar "thuis". Even nadenken over de afgelopen 40 uren.
En die terugblik zit vol gemengde gevoelens. Neil deed zijn best om er zo veel mogelijk te zijn. Het resultaat is dat we van vrijdagavond 19u tot zondagmiddag 11.30h samen doorbrachten, op 3 uurtjes na dat hij toch even moest gaan werken. Een blik in zijn normale leven. Want in tegenstelling tot zijn grootse plannen gingen we niét uit dansen of naar een club. Om meerdere redenen... niet in het minst omdat hij verkouden is. Maar het heeft me toegestaan om te beseffen hoe hij leeft.
Enkele weken geleden noemde ik hem een "enfant roi". Hij vond het beledigend, alsof ik hem een verwend kind noemde. Maar hoe moet je een man van bijna 60j, die niét weet hoe hij in de diepvries of kasten ingrediënten kan vinden om een maaltijd te bereiden, anders noemen? Die, zelfs ziek, liever uit gaat eten dan samen iets klaar te maken? Die me opdraagt om niét af te wassen of op te ruimen, want "dat zou verdacht zijn"? Die weigert de fles champagne die ik meebracht te drinken, omdat er géén lege fles in huis mag liggen die niet hun gewoonlijke cava is?
Hij bepaalt wàt er op tv komt. Zapt urenlang langs 100 kanalen. Wil zijn favoriete jazz-nummers op you tube laten horen. Slechts na lang aandringen is hij akkoord om één band op te zoeken, een Spaanse moderne jazz band. Een band die hij zou kunnen gaan zien wanneer ze in Spanje zijn. Het soort muziek waarvan ik weet dat hij ze kan appreciëren. Maar het is alsof enkel zijn ideeën, zijn gedachten, zijn interesses tellen. Er mag geen stilte zijn. Overal speelt er wel iets: tv in de woonkamer, Ipad in de slaap- en badkamer. Wandelen is praten. Als ik stil ben, en dat ben ik best wel regelmatig, komt de vraag of alles wel goed is.
Ik houd van stilte. Niet altijd, en niet op elk moment. Maar ik kan genieten van stilte, in stilte wandelen, in stilte tv kijken, in stilte naast iemand zitten en gewoon zijn hand vasthouden of schouder aan schouder genieten. Hij vult elk moment op met praten. Grote theorieën over de macht van China, die de wereld willen overnemen. Over de invasie door moslims. Over de geschiedenis van de wereld, ecologie, oorsprong van groenten en fruit... je kan het zo gek niet bedenken of hij heeft er een theorie over.
Hij maakt dat ik me dom voel, ongeïnteresseerd. Correctie: hij zegt me dit laatste. Komt de rest van het weekend, bij elk gesprek dat ik initieer, terug op het feit dat de technologische invasie door China me niets kan schelen. Domineert.
En tegelijkertijd worden beslissingen voortdurend naar mij geschoven. Wat wil ik doen? Waar wil ik gaan eten? Wat wil ik kijken op tv? Om dan mijn voorstel opzij te schuiven en met zijn eigen idee te komen. Hij noemt mij een routine-beest. Maar nergens wil hij van zijn gewoonlijke paden afwijken. Zelfs de pizzeria waar we uiteindelijk op zaterdagavond heen rijden, is een restaurant waar hij al met zijn echtgenote ging eten. We rijden richting Gent op zaterdagmiddag omdat hij zin heeft in paling in het groen. Hij geeft me instructies om een bepaald restaurant aan het Donk op te zoeken, te bellen tot hoe laat we er kunnen eten. Om dan, ter plaatse, tot de conclusie te komen dat het niét het restaurant is waar hij al eerder kwam, waardoor de maaltijd ook niét aan zijn eisen kan voldoen.
Toch was het weekend ook zalig. Naast hem in slaap vallen én wakker worden. Midden in de nacht een arm rond mijn middel voelen, of een zoen in mijn hals. Vrijen, natuurlijk. Samen eten. Vertellen. Luisteren. Tijd hebben en eens niét voortdurend op onze horloge kijken. Gewone dingen doen, zoals kijken hoe hij het gras maait (ik mag niet in de tuin komen, want de buren mogen me niet zien, dus ik kijk toe vanuit de veranda, terwijl ik een boek lees).
Maar zijn leven is niet het mijne. Een huis zonder orde, zonder stilte. Te veel objecten, te veel geluiden, te veel foto's, te veel alles. Te midden van dat alles zwijg ik. Geen enkel woord dat opgepakt zou kunnen worden als kritiek, als een oordeel. Ik zwijg, en verklaarde mijn zwijgen met "ik luister".
Alles verandert. Weg is de magie, de verwondering. Ik pas in zijn leven, zoals hij alles in zijn leven een plekje gaf. Amper 6 maanden geleden belde hij me telkens wanneer we afscheid namen, of we elkaar nu 10 minuten of een uur zagen. Zodra hij in de auto zat, belde hij even, om te zeggen dat het fijn was om me te zien, om me nog een fijne dag of avond te wensen. Vandaag zette hij me terug af aan mijn auto, gaf me een zoen, en vertrok. Ik wachtte 2 minuten, en besliste toen om hem zelf even te bellen. Geen antwoord meer, hij was al aan het bellen naar iedereen. Een kwartier later een bericht, dat hij inderdaad aan de lijn hing. Geen "dank je voor alles" of "fijne dag".
Hij maakt ontnuchteren gemakkelijk. En -hoe vreemd het ook mag klinken- hij maakt dat ik er naar uitkijk om zo dadelijk naar huis te gaan. Naar een huis waar het me wél is toegestaan om orde te scheppen in de chaos, hoezeer dat ook een Sisyphus-arbeid is. Naar een huis vol geluid, maar waar ik ruimte krijg om stilte op te zoeken. Naar een huis waar we leven in compromis, in luisteren naar elkaar, in rekening houden met elkaar.
Kon ik hem maar zeggen dat hij nooit bang moet zijn dat ik wil dat hij zijn echtgenote verlaat. We zijn minnaars, maar geen partners.
12-05-2019 om 13:05
geschreven door just a woman
|