Met zijn 9 trokken we er vrijdag morgen op een ontiegelijk vroeg erop uit. Mensen uit 3 koren, eerst nog wat vragend wat het zou kunnen zijn om je over te leveren aan de eigenzinnige kijk van uw dirigent. Voor sommigen was het een eerste keer Londen. Ik ga natuurlijk niet al onze geheimpjes te grabbel gooien. Voor de impressies zal ik maar verwijzen naar de respectieve koorblaadjes. Mij persoonlijk blijven een paar dingen bij. Er was natuurlijk de intieme grootsheid van de gezongen vespers in Westminster Abbey, een schitterend concert in Saint Martins in the Fields waar we voor de eerste keer het Bachkoor in actie zagen, het traditioneel imposante kerstconcert van John Rutter in Royal Alberthall, en de gezongen hoogmis in Saint Paul's Cathedral. We dweilden een klein stukje Londen af langs een paar van de toeristische highlights. We zorgden een paar keer voor de innerlijke mens. Maar vooral ook: het was - wat mij betreft - een heel leuke groep van mensen die mekaar leerden kennen, voor mekaar zorgden en heel de tijd zonder zeuren de grilletjes van de dirigent ondergingen. En om te besluiten zoals een opstelletje van het vierde leerjaar: moemaar tevreden ...
Woensdag hadden we het onrechtstreeks over Gustav Mahler. Eén van de grootste Mahlerinterpretors is Bernard Haitink, de dirigent wiens naam onlosmakelijk zal verbonden blijven met het Concertgebouworkest. Maar ook andere orkesten mochten zich gelukkig prijzen met zijn directie: the London Philharmonic Orchestra, de Säksische Staaskapelle Dresden, het orkest van het Royal Opera House Covent Garden in Londen en het Chicago Symphony Orchestra. In 1998 onderging hij een zware hartoperatie, maar na een korte pauze was hij "alive and kicking".
Luister eventjes naar één van zijn topprestaties, het afscheidsconcert van het Concertgebouworkest.
Op 2 januari zingt KORILE (stilaan traditioneel) de misviering in het centrum van de CM Ter Duinen (Louisweg 46) in Nieuwpoort. Mis om 10.30 u, ontbijt om 9.15 u, inzingen om 9.45 u. Ik hoop op een talrijke aanwezigheid en een evenwichtige bezetting. Het definitief programma is als volgt:
Behalve het feit dat schilderkunst zeker één van mijn grote interesses is, zijn er ook de gekende linken met muziek. Als we het dan over Oskar Kokoschka hebben, dan denkt iedereen ook aan zijn vroege periode waarin hij de minnaar was van Alma Mahler, de femme fatale van het Weense uitgangsleven. Uiteindelijk zou de alles verterende passie niet blijven duren en ging Kokoschka zo ver dat hij de pop die hij had laten maken van zijn geliefde Alma in een dronken bui in het publiek onthoofdde. In elk geval onthullen de werken van Kokoschka de meest verborgen instincten van de detormenteerde mens.
De Sint-Ursulakerk in Lanaken is op zoek naar wilde weldoeners of sponsors die het nieuwe altaar willen bekostigen: prijs 30.000 euro. Als ik zo iets lees moet ik onwillekeurig denken aan de film van Indiana Jones "The last crusade", waar hij op zoek gaat naar de Heilige Graal, in dit geval de avondmaalbeker. Tussen de tientallen schitterende exemplaren die uitgestald staan in een grot die bewaakt wordt door een oude tempelier, moet hij - op gevaar van te sterven als hij de verkeerde kiest - de juiste kelk zien te nemen. Maar Indiana Jones is een verstandig man en kiest voor het nederigste exemplaar, een houten drinknap. Ondanks de voortschrijdende ontkerkelijking, gaat de clerus door met het vertoon van pracht. En dat in een tijd waar we weer gaan herdenken dat Jezus geboren werd in een stal. Drie en dertig jaar later doet Hij het nog eens dunnetjes over: zijn koninklijke intocht in Jeruzalem doet hij op een ezel, die effe geleend is van een boer, terwijl de mensen hem toezwaaien met takken die zij van de bomen hebben afgetrokken. De boodschap is wel actueel, maar ze verdrinkt in het goud.
In ieder koor waar ik de vorige jaren bij betrokken was, komt ieder jaar wel eens de gedachte op om in de adventtijd ook eens naar Praag te gaan om eventueel deel te nemen aan het jaarlijkse Internationale Festival van Advents- en Kerstmuziek. In principe gaat het om een koorwedstrijd (de Petr Eben- award). Maar ik kan me evengoed voorstellen dat je tijdens het festival gewoon naar Praag gaat om eens te zien wat er te beleven is. Dit jaar ging dit door op 26-27 november. Er waren gerenommeerde koren uit Tsjechie, Denemarken, Duitsland, Rusland, Hongarije, Croatië, Noorwegen, Polen, Portugal en Singapore. Ik denk dus niet dat mijn koren onmiddellijk in aanmerking komen om daar echt aan deel te nemen. Maar Praag is altijd mooi, en de tijd voor Kerstmis is natuurlijk uitermate geschikt om deze "muziekstad" te bezoeken.
Leuke dag als de Sint voor vijf kindjes komt in de Bremstraat. Het begint de avond te voren (eigenlijk al de week ervoor als ze een grote tekening maken met z'n vieren (Juliette is er nog niet aan toe).
En dan die nacht komt hij ook echt.
's Morgens om halfzes zijn twee logés al klaarwakker, maar we slagen er in om het tot halfzeven vol te houden.
Britten schreef de Saint Nicolas Cantate in 1948 voor de viering van het honderdjarige bestaan van Lancing College, Sussex. Deze school had St. Nicolaas als patroonheilige vandaar dat een van de commissieleden destijds Britten voorstelde een "A hymn to Saint Nicolas." te schrijven. Benjamin Britten keek altijd met verlangen en plezier terug naar zijn kindertijd. "Tell me about Saint Nicolas," said Ben. So I told him the legends. Almost immediately he saw it as a series of episodes. "It will have to be a cantata, I think."
St. Nicolaas is niet alleen de heilige van zeelieden, scholieren en kinderen maar ook de patroon van Rusland, Griekenland, Sicilië en Lorraine. De meeste informatie die we over hem hebben is gebaseerd op mondelinge overlevering . Historici zijn het er over eens dat hij is geboren in een gefortuneerde familie ergens aan het einde van de 3de eeuw. De verhalen gaan dat hij zelfs als kind al wonderen kon verrichten, vastte en zijn bezittingen aan de arme mensen gaf.
De Saint Nicolas Cantate van Britten is een dramatische cantate in negen scènes over het leven van St. Nicolaas: zijn geloof, zijn wonderen en zijn nalatenschap. De cantate presenteert legendarische gebeurtenissen uit het leven van St Nicolaas. De partij van Nicolas wordt gezongen door een solo tenor. Het koor transformeert zichzelf in verschillende contrasterende karakters gedurende het drama. Het vertelt de avonturen van St. Nicolaas met de overtuiging van ooggetuigen en bindt het verhaal samen met gebeden en lofzangen. De jeugdige speelsheid in contrast met serieuze diepgang maakt de Saint Nicolas Cantata tot een uniek werk. Het serieuze gedeelte is primair toegewezen aan de tenor solist. De menselijkheid en visie van Nicolaas komen daar gepassioneerd tot uitdrukking. Zo treurt hij om de corruptie van mensen en accepteert hij op het laatst zijn eigen dood.
Dit is niet de commerciële Nicolaas zoals wij hem tegenwoordig kennen maar laat zijn kwetsbare kant zien waarmee hij het beste met de mensen voor heeft. Een nieuwe en belangrijk element in de cantate is de inzet van het publiek c.q. gemeentezang als muzikale actie. De melodieën waren in die tijd bekend bij het publiek dat opgeleid was op Engelse public schools. Het zingen van deze gezangen op school was iets dat dagelijks gebeurde. Benjamin Britten wist dat het zingen van deze gezangen het publiek deed denken aan de tijd dat ze zelf kind waren. Tegelijkertijd kan het publiek mee doen, in plaats van passief luisteren wat voor veel mensen als zeer verassend wordt ervaren. Het is een opmerkelijke verzameling van niet alledaagse muzikale elementen die een grote plek innemen als we naar het werk luisteren. Het is de nederigheid van een groot componist die serieuze muziek schrijft binnen de mogelijkheden van gewone mensen. Dit verklaart waarom het stuk nu nog steeds zeer populair is.
Pécs (Hongarije) presenteert zich hoe langer hoe nadrukkelijker op de internationale koorscène. Na de succesvolle organisatie van Pécs Cantat in 2010, krijg ik nu de uitnodiging binnen voor zijn 22e internationale kamerkoorcompetitie van 10 tot 13 juni 2011. Deze wedstrijd staat mede in het teken van de 200e verjaardag van de geboorte van Franz Liszt. Het totaal prijzengeld bedraagt 2.300.000 forint. De jury staat onder leiding van (de ons ondertussen welbekende) Tillai Aurel. Het blijft natuurlijk moeilijk vechten tegen de alomtegenwoordigheid van Zoltan Kodaly, en in mindere mate tegen Liszt. Ook de taalbarrière is niet gemakkelijk te overwinnen. Maar voor onze betere (kamer)koren en vocale ensembles is het toch een gelegenheid om de wereld van het voormalige Oostblok open te breken en te laten zien dat wij ook wel iets te bieden hebben, naast Baltische en andere landen.
Met zo een weer is het moment aangebrooken om je wintermuziek boven te halen. Iedereen kent natuurlijk de "Winter" uit de Vier Seizoenen van Vivaldi, waar je de sneeuw zo hoort knisperen. Maar er zijn er ook andere: ook de rus Glazunoc schreef "Seizoenen". En misschien moet je eens luisteren naar de Mid-Wintersongs van Morten Lauridsen. Rimsky-Korsakov schreef dan weer een opera getiteld "The Snowmaiden". Of hou het vrolijk en geniet van Emile Waldteufel's "Les patineurs".
Engeland, Tunesië, Sicilië, Amsterdam, de Verenigde Staten, Ierland ...
Engeland heet Angelsaksisch te zijn, Saksers en Denen overrompelden het land nog voor de Fransen uit Normandië er definitief het land in handen namen. Sicilië werd één van de grote koninkrijken in de Middeleeuwen nadat de Vikingen er zich gevestigd hadden. Tunesië kreeg een grote gemeenschap van Europse Joden over de vloer nadat ze gewapenderhand uit het Iberisch schiereiland werden verdreven. En wat ze er ook over denken, de welvaart van Amsterdam kwam voor een groot deel van Antwerpenaars die asiel zochten toen de Spanjaarden onze contreien probeerden katholiek te houden. De Verenigde Staten van Amerika werden het land bij uitstek voor migranten uit heel Europa (Ierland, Italië ...) en Japan. En vandaag denken weer heel wat Ieren er over om te emigreren, omwille van de belabberde economische situatie. Migratie, helemaal niet nieuw! En wellicht ook niet te stoppen, als je je geschiedenis een beetje kent.
Ondanks een kleine sneeuwdreiging (maar wie is daar nu bang voor?) hebben we gisterenavond een goede bestuursvergadering gehad met KORILE. Behalve de evaluatie van de evenementen van de laatste vier maanden, hebben we nu al gelijk goede huisvaders en - moeders de planning op zijn pootjes gezet voor 2011. We hebben wat gebrainstormd over 2 januari (met o.m. optreden in Nieuwpoort - allen daarheen!). De bassen zorgen voor het koorfeest in februari, wij denken al vooruit aan de opening van het festival van Vlaanderen, wij voorzien in 2011 een adventsconcert, voorafgegaan door een koordag. En we zijn benieuwd hoe de oproep voor kandidaturen voor het gedeeltelijk te hernieuwen bestuur zal beantwoord worden. KORILE leeft meer dan ooit
Op vrijdag 10 december gaan we om 17.00 naar de Evensong in Westminster Abbey. De Evensong is het equivalent van Vespers in de katholieke kerk. Zij hebben een tamelijk vast verloop: een gezongen intrede van priesters en koor, gebeden, een gezongen psalm (alle psalmen worden in de Anglicaanse liturgie dag na dag één voor één afgewerkt), het Magnificat en een slotzang (anthem).
Aan de grote kathedralen wordt deze dienst verzorgd door het eigen koor. De koorknapen zijn intern en zingen elke dag de Evensong en op zondag de hoogmis. Wij gaan wat vroeger naar de Abbey en met een beetje geluk kunnen we mee aanschuiven in het koorgestoelte zodat we vlakbij de zangers en de priesters zitten.
Op 10 december zou het programma er als volgt uitzien:
Intredezang:Humphrey Clucas (°1941) : Prepare ye the way of the Lord
Responsoria en gezangen : Thomas Tomkins (1572-1656)
Anthem: Palestrina (1525-1594): Canite tuba in Sion.
Zondag 12 december gaan we om 11.30 naar de hoogmis in Saint Pauls Cathedral. Het kyriale is de Mis voor 4 stemmen van William Byrd (1553-1626). De anthem is Ecce Dominus veniet van da Vittoria (1549-1611).
Nog maar eens ten overvloede, want er bestaan nogal wat misverstanden over het begrip ademsteun en het soort ademhaling dat je gebruikt tijdens het zingen. Terecht merkt Jeanine Lambrechts, stempedagoge en uitvoerend artiste, op dat ademen ons niet mag opspannen maar ons a.h.w. een goed gevoel moet laten ervaren. Inademing laat je longen vollopen zodat eerst je buit en je flanken uitzetten en dan je borstkas. Schouders heb je niet vandoen, moeten ook niet omhoog gaan. Ademsteun is die mooie inademingshouding zo lang mogelijk aanhouden, zodat je middenrif als het ware plat blijft.
Makkelijk hé, als je er maar heeeeel veel op geoefend hebt. Dat kan je natuurlijk niet alleen tijdens een koorrepetitie, maar vooral thuis en liefst op aangeven van een goede pedagoog of zangleraar.
Op kerstdag zal Musica ad Nives als slotlied van de hoogmis het slotkoor uit het kerstoratorium van Camille Saint-Saëns brengen. Voor nogal wat koorleden was Saint-Saëns een blinde vlek op hun muzikale landkaart. Nochtans was deze Franse grootmeester één van de reuzen van de 19e-eeuwse Franse (religieuze) muziek. Ik hoop ooit nog eens het volledige oratorium ten gehore te kunnen brengen. Dat, in combinatie met bvb. zijn 3e (orgel)symfonie zou wellicht bijzonder goed tot zijn recht komen in de kerk van Onze Lieve Vrouw ter Sneeuw.
Ik weet niet echt hoe het komt; maar van de repetitie van gisterenavond houd ik een heel warm gevoel over. Het echt vastgrijpen kan je niet, maar soms zijn er zo van die momenten dat je zegt: hier is iets mooi aan het ontkiemen. Voor mij is dat natuurlijk de essentie van bezig zijn met een koor. De uitvoering is één ding, maar het opbouwen van een klein muzikaal architectuurtje is eigenlijk nog veel leuker. Natuurlijk moet je je licht niet onder de korenmaat zetten en af en toe eens naar buiten komen om te bevestigen hoe goed je bezig bent. Maar al eeuwen lang is het musiceren in de eigen kring een klein feestje. Vroeger was dat voorbehouden aan de "betere" kringen: er werd kamermuziek gemaakt, of met een groepje vrienden kwam je samen om te zingen (het ontstaan van de canons, de "rounds"). Reden genoeg dus om dankbaar te zijn, en gisteren was dat dus met Musica ad Nives.
In het altijd beluisterenswaardig programma "De Ambassadeurs" op Klara, was vanmiddag Frank Raes te gast. De meesten onder ons (al zeker de mannen) kennen hem als voetbalreporter en als gastheer in programma's op de tv als "Extra Time". Dat hij ook nog een grote interesse heeft voor de klassieke muziek was nieuw voor mij. Hij komt dan ook uit een muzikale familie en zijn broer is intendant van het Concertgebouworkest. Wanneer hij zijn voorkeuren moest opgeven kwamen daar toch wat verrassende dingen uit: van zijn vader kreeg hij de smaak voor Richerd Wagner mee, van zijn moeder hield hij de appreciatie voor clavecimbelmuziek over. Maar zijn echte voorkeur gaat naar de Amerikaanse klassieke componist Charles Ives (1874-1954). Tijdens zijn leven werd deze musicus weinig gespeeld. Het is maar door o.a. Bernstein dat zijn oeuvre volop in de belangstelling kwam en naar waarde werd geschat. Wat vinden jullie daar van?
Zoals de naam Stradivarius onlosmakelijk verbonden is met het hoogtepunt van de vioolbouw, zo is de naam van Cavaillé-Coll gebonden aan de reus van de orgelbouwers. Aristide Cavaillé-Coll (1811-1899) wordt beschouwd als de grootste orgelbouwer van de 19e eeuw. Zijn grootste en bekendste orgel staat in de Saint Sulpice in Parijs. Dit magistrale orgel met 100 registers en 5 klavieren, dat bovendien nog in vrijwel authentieke staat verkeert, staat op de lijst van de genomineerden van het werelderfgoed van de UNESCO. In het toneelstuk van "Kinderen van een mindere God", dat gaat over de gevoelens van een doof meisje, wordt verhaald hoe zij 's zondags naar de mis moest en iedere keer beefde als het orgel speelde: zij dacht dat het de stem van God was die zij hoorde. En dat is exact wat je voelt als het majestueuze instrument de Saint Sulpice vult: 100 registers als even zo veel stemmen van een onvatbare God.
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.