In de politieke patstelling die nu al twee maand aansleept, heb ik nog niet veel gehoord over Brussel, zonder dat daarachter steevast Halle-Vilvoorde volgt. Maar wat met de Brusselse Vlamingen, of liever: Nederlandstalig sprekende Brusselaars? Als het kiesarrondissement wordt gesplitst, zal hooguit nog één Vlaming (in de huidige context hoogstwaarschijnlijk van extreemrechtse signatuur) verkozen geraken in het federale parlement. Was het arrondissement destijds gesplitst, dan zouden Bert Anciaux, Annemie Neyts, Jos Chabert en zoveel andere vooraanstaande Vlaamse politici alleen maar in het parlement zijn geraakt als ze zich kandidaat hadden gesteld
op een Franstalige lijst (of verhuisd waren naar Vlaanderen). De splitsing van B-H-V zal dus tot gevolg hebben dat elke Nederlandstalige sprekende Brusselaar met politieke ambities zich voortaan -net als de Turkse, Marokkaanse en andere nieuwe Belgen- zullen aansluiten bij een Franstalige partij. Vanaf eind jaren 60 is de splitsing van alle nationale partijen begonnen in Brussel (denk aan de afsplitsing van de Rode Leeuwen van de BSP in 69), omdat de Vlamingen zich gediscrimineerd voelden binnen een Franstalige meerderheid. Vandaag zijn de Brusselse (Franstalige) partijen echter multiculturele partijen geworden waarin alleen Vlamingen mankeren. Een van de uitzonderingen is Rohnny Buyens die uit de SPA werd gesloten omdat hij zich bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen op een lijst van de PS presenteerde. Je mag er donder op zeggen dat zijn voorbeeld zal worden gevolgd als het tot een splitsing van het kiesarrondissement komt. De Vlaamse partijen in Brussel zullen dan voor de keuze staan: verschrompelen tot niet-betekende sekten, of opnieuw aansluiting zoeken bij hun Franstalige zusterpartijen. Dan wordt de splitsing B-H-V misschien een voorbode van de terugkeer van federale partijen, met Brussel als laboratorium. Het ander scenario is de definitieve verfransing van Brussel.
Jean Lievens, Brussel
|