Een zeer zwarte zondag
De belangrijkste les uit deze verkiezingen is m.i. de volgende. Abstractie makend van het Waals en het Brussels Gewest, kunnen we m.i. het volgende vaststellen.
In mei 2003 stemden ca. 1800,000 mensen op partijen die - in meer of in mindere mate - Vlaamse onafhankelijkheid voorstaan (te weten CD&V, N-VA en het toenmalige Vlaams Blok). Op Rijksniveau ging dat over 27%.
Vandaag zijn we 4 jaar later, bedraagt dit aantal (wellicht) 35% - d.i. alleszins méér dan 2 miljoen stemmen die CD&V-N-VA, VB en LDD wisten te verzamelen. De democratische partijen - socialisten, ecologisten en liberalen - zijn zeer zwaar afgestraft.
Nochtans bleek uit een peiling (12 maart 2007) van DE STANDAARD dat 92% van de Vlamingen niét wil dat België barst. Vele peilingen bevestigen dit. Een sterke fascistoïde strekking in het noorden staat nu tegen een Zuiden waar liberalen en socialisten wél standhouden. Het CVP-programma van 1961 heeft gewaarschuwd voor de mogelijkheid waarin in een duaal federalisme een overwegend christen-democratisch Vlaanderen tegen een socialistisch Wallonië ging komen te staan. Terecht, zo zal blijken. En nu?
|