POLITIEKE WIL
Kris Deschouwer en Philippe Van Parijs houden in De Standaard ("Volgende keer nog erger", DS 6.11.07) nogmaals een pleidooi voor een nationale kieskring. Volgens de professoren zou zo'n kieskring, voor 15 Kamerleden, ertoe aanzetten dat er méér rekening wordt gehouden door politici van de ene taalgroep met het andere landsdeel. Volgens mij maken ze een inschattingsfout. Immers, in een systeem waarin 9 Nederlandstalige Kamerleden en 6 Franstalige Kamerleden nationaal worden verkozen, bestaat er geen enkele reden waarom nationalistische politici een andere retoriek zouden hanteren. Het aantal nationale Kamerleden per taalgroep ligt toch al vast. Mensen als Leterme, Vanhecke, Moureaux of Maingain beschikken over voldoende stemmen in hun taalgroep om zelfs in een nationale kieskring verkozen te worden. Zij zullen dus geen iota veranderen aan hun onvriendelijkheden tegenover anderstaligen. Is een nationale kieskring daarom nutteloos? Integendeel. Enkel mag er geen enkele vorm van pariteit in bestaan, zodat het er echt op aankomt de meeste stemmen in héél België te behalen. Dit gezegd zijnde, is het utopisch om te denken dat het louter bestaan van een federale kiesomschrijving een "nationale dynamiek" op gang zal brengen. Daarvoor blijft het voorgeschoven aantal zetels te beperkt. Waar het op aankomt, is dat staatsmannen politieke verantwoordelijkheid opnemen om onze Belgische meertalige democratie te doen werken. Zonder politieke wil is elke hervorming tot falen gedoemd.
|