Onderzoek naar de invloed van gravitatie op antimaterie
Experimentele fysici van het CERN hebben voor de eerste maal proeven uitgevoerd met betrekking tot de invloed van de zwaartekracht op antimaterie.
Indien antimaterie in aanraking komt met zichtbare materie volgt een proces, genaamd 'annihilatie'. Meer bepaald worden het deeltje en zijn antideeltje omgezet in energie. Enkel deeltjesversnellers slagen erin om dit te omzeilen. Het project kwam tot stand met behulp van de onderzoeksgroep 'Alpha experiment', die deel uitmaakt van CERN, in samenwerking met natuurkundigen van de Universiteit in Berkeley.
Antiwaterstof werd in vrije val gebracht, een toestand waarin het object in kwestie gewichtloos is. De stof is opgebouwd uit een anti-proton met negatieve lading en een positief positron, de tegenhanger van het elektron.
Deze test is op poten gezet omdat wordt aangenomen dat materie en antimaterie een gelijke massa hebben, maar hiervoor ontbreekt nog het vereiste bewijsmateriaal. Aangezien de grootheid geldt als een belangrijke factor in mathematische onderbouwingen van gravitatie, wordt het gedrag van de deeltjes onder invloed van zwaartekracht ook nauwgezet bestudeerd. Het experiment heeft nog een relatief grote foutmarge en wordt de komende jaren nog meer aangescherpt om nauwkeurige resultaten af te leveren. Er is wel reeds vrijgegeven dat antiwaterstof circa 110 keer zwaarder is dan 'gewone' waterstof. Ook is de hypothese dat antideeltjes een massa met negatieve waarden zouden hebben nog niet ontkracht. Indien die deeltjes inderdaad bijzondere eigenschappen bezitten om in de richting te vallen die tegengesteld is aan de aardse gravitatievector ( dus omhoog vallen), dan doen ze dat onder alle omstandigheden met een snelheid die een waarde heeft van minder dan 65 maal de valversnelling.