Ik ben Ria Coeckelberghs, en gebruik soms ook wel de schuilnaam RiCo.
Ik ben een vrouw en woon in Houthalen-Helchteren (België) en mijn beroep is Freelancejournalist.
Ik ben geboren op 05/11/1956 en ben nu dus 68 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Lezen, schrijven, fotograferen, decoreren, koken.
Mijn moeder vond een paar weken geleden
een oude foto op zolder ter grootte van een A4. Het is een
zwart-witfoto en de onderste helft is beschadigd door vocht. Mijn
toen nog jonge overgroot- ouders van vaders kant poseren er op. Het
tafereel doet denken aan de vlucht naar Egypte van Jozef en Maria met
het kindje Jezus. Mijn overgrootmoeder, Maria Cartoos, zit in
amazonezit op een ezel met gesloten ogen en een zwarte hoofddoek om
die achter in de nek is geknoopt. Ze draagt een grijs truitje en een
lange witte rok met daaroverheen een lange zwarte schort. Haar
rechterhand klemt het zadel vast. In haar linkerarm draagt ze een pop
zo groot als een baby die een een wit mutsje en jurkje aan heeft. Mijn overgrootvader,
Frederik Coeckelberghs, staat naast de ezel aan de zijde van Maria
haar benen. Met zijn rechterhand grijpt hij de teugels vast. Op zijn
linkerschouder rust een tak ter dikte van een bezemsteel die hij met
zijn linkerhand vasthoudt. Op het eind maakt de stok een buiging naar
boven waaraan een groot pakket hangt. Het lijkt op een deken die is
ingepakt met postpapier en touw. Frederik draagt een lichtgrijs
gestreept overhemd met lange mouwen. Daarover een kort zwart jasje en
een lange grijze broek. Om zijn hals draagt hij een gestreepte
zakdoek die diagonaal is gevouwen. Mijn grootvader heeft kort licht
haar en een snor. Het valt op dat mijn oudste broer Johnny als twee
druppels water op hem lijkt.
"Wat moet ik op mijn oude dag nog
meemaken! Na ruim veertig jaar werd ik met een aardappelschilmesje
van mijn ski geamputeerd. Er werd aan mijn tong getrokken en aan mijn
ogen gepeuterd. De tijd heeft wel zijn sporen nagelaten. Mijn lijf
kraakt en overal heb ik ouderdomsvlekken. Een lekkere massage met
olie zou me goed doen. Misschien word ik dan weer net zo soepel als
in mijn jonge jaren. Toen stond ik te glimmen op de toonbank van een
grootwarenhuis naast mijn broertjes en zusjes. Van iedereen oogstte
ik bewonderende blikken. Af en toe kreeg ik een aai over mijn bol,
dan weer werd ik stevig beetgepakt. Soms drong een gebreide sok naar
binnen waarin een te grote voet zat en mijn naden op spanning kwamen
te staan. Gelukkig duurde dat niet lang. Een meisje van een jaar of
tien wou mij graag hebben en zo kwam ik met mijn wederhelft in een
donkere doos te liggen en bedacht welk avontuur ik tegemoet zou gaan.
Eerst werd er een schapenvacht op mijn binnenzool gelegd. Vervolgens
kreeg ik een wolk uit een spuitbus over me heen waar ik enorm van
moest hoesten. Destijds werd er nog geen rekening gehouden met de
Ozonlaag ! De kleine voetjes van het meisje boorden zich in mijn
lijf en aansluitend werd mijn korset dicht geregen zodat ik haast geen
lucht meer kreeg. Mijn eigenares duwde mijn neus in een gleuf die behoorlijk werd geplet. Vervolgens legde ze een spiraaldraad met rubber om mijn hak en trok er hard aan. Ik was opgelucht toen ze de veer voor op de ski vastklikte. Sjonge, wat een gedoe, maar nu ben ik klaar voor het grote
sneeuwspektakel".
WESTENDE-BAD- Zomer 1961- Uittreksel 'Brief aan mijn broer'
Johnny, weet je nog die keer dat we een
kinderlokker waren tegengekomen? We zijn nog nooit zo snel naar huis
gerend! Onder in de hal stond een ouderwetse kinderwagen waarin ik had me had
verstopt en jij hield je schuil onder de trap. Ik had het dekentje
tot over mijn oren omhoog getrokken. Doodstil hield ik me tot er
iemand aan de koets kwam rammelen. Mijn hart bonsde van angst toen
het dekentje werd weggetrokken. Ik keek in de ogen van... de buurman.
Gelukkig was het niet de kinderlokker!
WESTENDE-BAD- Zomer 1962- Toen ik vijf jaar oud was woonden we
aan de zee. Mijn broertje, die twee jaar jonger was dan ik, vond het
leuk om met mij langs het strand te wandelen en zeesterren te rapen.
Bij eb was er van alles te vinden. We waren echte strandjutters. De
levende zeesterren verzamelden we in een emmer en als die vol was
gingen we ermee langs de deuren. Nee, niet om te verkopen, wel om ze
gratis uit te delen. We vroegen niet aan de mensen of zij ze wel
wilden hebben. Elke deur had een brievenbus en daar duwden we ze
doorheen. Toen de emmer leeg was gingen we naar huis,tevreden over
onze goede daad. Ik kan me niet meer herinneren of we dat hebben
verteld aan onze moeder, waarschijnlijk wel, want we zijn daarna
nooit meer op sterrenjacht geweest...
Als ik een pseudoniem moest kiezen zou het worden: Marianna Zang. De voornaam van mijn overgrootmoeder langs vaders zijde was Maria. Mijn oma langs moeders kant heette Anna. De eerste twee voornamen van mij zijn Maria en Anna. De meisjesnaam van mijn oma was Vogelzang. Ik heb dus het tweede deel van haar achternaam genomen. Mijn overgrootmoeder en oma zijn heel belangrijk voor mij geweest.
Ingeborg Manshoven geeft cursus autobiografisch schrijven
HASSELT- 07/01/2013- Voor de eerste keer geeft Vormingsplus Limburg een cursus van zes weken over autobiografisch schrijven. Docent 'Creatief schrijven' is Ingeborg Manshoven (46) die in 2008 aan de academie van Hasselt afstudeerde. Met haar eindwerk 'De Trapeze' behaalde ze de eerste prijs van de Hendrik Prijs te Sint-Truiden.Voor poppentheater Ellebieke schreef ze het scenario van 'Flor en de bende van de bakfiets'. In 2009 publiceerde ze 'Prinses Priscilla' in 'Als figuren leven' van Opendoek/Creatief schrijven.
Zeven vrouwen en twee mannen in de leeftijd tussen veertig en zeventig jaar meldden zich voor de eerste les. "De werkwijze voor het schrijven van een biografie kun je vergelijken met het stuk gooien van een bord en nadien alle delen aan elkaar lijmen", begon Ingeborg haar uiteenzetting. Elke herinnering is de moeite van het vermelden waard." Ze verzocht ieder om vijf woorden op te schrijven die op jezelf van toepassing zijn. Vervolgens mocht je je voornaam op het kaartje schrijven. "Schrijf nu je naam in het midden van het blad en maak associaties eromheen", verzocht Ingeborg. Daarna kregen we maximaal twintig minuten om een verhaal te bedenken over onze voornaam. Dat leverde heel wat leuke reacties op. Na de pauze was het de beurt aan een fictieve naam die je wel of niet voor jezelf zou kiezen, eventueel als pseudoniem. Zou je je ook anders voelen en je ernaar gedragen met die nieuwe identiteit, was de hamvraag. Daar kwamen ook hele boeiende schrijfsels uit voort. Tot slot moesten we in onze vroegste herinneringen gaan graven en die aan onze buurvrouw vertellen om het daarna op schrift te zetten. Daar werden dan nog details aan toegevoegd waardoor het verhaal heel levendig werd. De schrijfopdracht voor thuis luidde: 'Schrijf een brief naar iemand die in je verhaal over je jeugdherinnering voorkomt.' Ook moeten we de volgende les een kledingstuk meebrengen waar een herinnering aan kleeft. "Ik zou de cursus liever over een jaar uitstrijken en dan om de twee
weken bij elkaar komen", aldus de schrijfster. "Dat blijkt hier echter organisatorisch niet haalbaar te zijn. Er zou wat meer tijd
voor bezinning zijn en om thuis schrijfopdrachten te maken."Twee leestips gaf ze alvast mee: "Leven om het te vertellen" van Gabriel Garcia Márquez en 'Rouwdagboek'van Roland Barthes.Wie de smaak te pakken heeft kan nog naar het conservatorium in Hasselt of de kunstacademie in Genk voor de driejarige hogere opleiding 'Woord'. In Leuven biedt de Universitaire Werkgroep Literatuur en Media een vierjarige opleiding in schrijftechnieken aan. Bij Creatief schrijven vzw kan je naar de Schrijvers Academie in
Antwerpen.. Dit is eveneens een vierjarige opleiding voor gevorderden die met
literair schrijven hun brood willen verdienen.