De wekker loopt
weer af als het nog donker is. Om 7u staat de taxi klaar om ons naar de
luchthaven te brengen. Gisterenavond alles al ingepakt zodat we om 6u30 het
ontbijt nog kunnen meepikken. Als we stipt om half 7 op het terras staan, is er
van ontbijt nog geen spoor te bespeuren. Dat was de vorige dagen ook niet het
geval, maar nu wel belangrijk. Ik verspeel geen tijd en loop recht naar de
keuken en zeg dat nu het moment gekomen is om dat beste beentje voor te zetten,
we hebben immers een vlucht te halen. Het menu wordt direct gebracht en onze
bestelling opgenomen. Op het terras zat ook al een ander koppel, Fransen. Als
de vrouw ziet dat wij bediend worden, gaat ze ook van haar oren maken, ook zij
hebben een taxi om 7u. Echter pakt ze het op een andere manier aan. Zij vraagt
waar het buffet blijft. Buffet wordt enkel geserveerd als er groepen zijn, zegt
het meisje van de keuken. De menu biedt dezelfde opties. De française verheft
haar stem hoe langer hoe meer, verspeelt 10 minuten van haar kostbare tijd door
het dienstmeisje uit te kafferen (daartegen hadden wij onze koffie en onze
eikes al). Als het meisje dan uiteindelijk vraagt wat ze willen eten, antwoordt
ze Alles, zoals het buffet. Dus zowel papayasap als appelsiensap, en zowel
omelet als roerei? ALLES, zegt de française. Ondertussen is het 10 voor 7 en
hebben wij gedaan met eten. Dat mens gaat nog afzien hier in Peru.
In de
luchthaven komen we een berekend half uur te laat aan zodat we minder lang moeten
wachten. Bij de online incheck waren bijna alle plaatsen ingenomen, wij zitten
op de achterste rij. Het zij zo. Dit moet een prachtige vlucht van slecht 45
minuten zijn, rakelings over de toppen van de Andes. Dat belooft. Als we
boarden merken we dat de achterste rij van onze Airbus geen raam heeft
dat
wist ik niet, maar zal ik niet vlug vergeten.
Nog geen uur na
het opstijgen zitten we in taxi1 die ons naar taxi2 brengt, die ons, eens we
met 4 zijn, op zijn beurt twee uur verder tot in Curahuasi gaat brengen. We
delen de taxi met een moeder en dochter, hond en kat. Kon erger, deze dieren
zijn op zijn minst huisdieren.
De rit gaat,
eens we de sloppen rond de stad uit zijn, uiteraard los door de Andes. Man hoe
mooi, hoe groot en groen. Het gaat moeite kosten de Alpen terug naar waarde te
kunnen schatten. Onze chauffeur lijkt gehaast en heeft er geen enkel probleem
mee om in te halen op de minst voor de hand liggende plaatsen, hellingen,
haarspeldbochten, recht naar boven, no problemo, dat lukt allemaal. Hier kan
een rollercoaster eens ver achter komen.
In het dorp
contacteren we Stefanie die haar man stuurt om ons op te pikken. Ze heeft hier
een organisatie opgericht die zich ontfermt over kinderen met een beperking. Zo
probeert ze die kinderen van de straat en het veld af te houden door
buitenschoolse kwalitatieve opvang en onderwijs aan te bieden. Stefanie is
nauwelijks 30, merkwaardig dat iemand zo jong al zoveel initiatief heeft weten
te realiseren. Een team van bij 10 enthousiaste vrijwilligers helpen haar
hierbij. Hieronder ook Raquel Rodriguez. Zij werkt ook in Antwerpen, in de
sociale opvang en blijkt een verre collega te zijn van Ilse. Daar moet ge dan
voor tot in een uithoek van de Peruaanse Andes reizen
Yannick is dan weer
actief in de Edegemse scouts en kent Ruth haar 2 nichten Kaat en Floor. De
wereld is klein.
De
kleuterschool wordt omringd door een groot domein met honden, paarden, kippen,
koeien, varken en duizenden vervelende zandvliegjes. We hebben uitzicht op de
oneindig pieken van de Andes die uitsteken tussen de ultra hoge gletsjers.
Als we toekomen
zijn alle voorbereidingen aan de gang voor het feestje van Kim, zij gaat hier
haar laatste week tegemoet. We sluiten aan, drinken het typisch aperitief in
het veld en wat later kneden we onze eigen Papas Rellenas. Om 18h wordt de
generator gestart voor elektriciteit. Iedereen rept zich om alle laders aan te
sluiten. Om 21h gaat die weer uit en wordt een kaars ontstoken voor licht.
De dingen gaan
hier anders dan bij ons.


|