8h s morgens
en we staan helemaal zodiac-klaar op het achtersteven. We kiezen opnieuw voor
de mega high difficulty wandeling. Das goed voor het zelfvertrouwen. Waar we
in El Chalten fluitend werden voorbijgestoken door een paar arrogante pubers
tijdens onze beklimming naar Mount Fitz Roy, of toch het uitkijkpunt daarop,
kunnen we nu met één enkele welgemikte hipshake af en toe wat bejaarden in de
Patagonische laagbegroeiing doen verdwijnen als we die voorbijschieten. 5km en
280m naar boven. A walk in the (natural) park. Op onze zodiacvaart naar de oever
worden we begeleid door een 4-tal dolfijnen die synchroon naast de boot blijven
springen. Alsof we haasje-over aant spelen zijn. We draaien nog een extra
rondje en de dolfijnen volgen feilloos. Als we onze handen in het water steken
kunnen we ze bijna aanraken. Nieuwsgierig zijn ze wel.
We landen als
eerste groep samen met een 50-tal superbinken die het aangedurfd hebben de wandeling
de máxima dificultad aan te vatten. We lopen een verlaten hacienda voorbij en
beginnen aan onze klim. Bij een dam komen we alles te weten over losgelaten
Canadese bevers die heel wat verwoesting in deze bossen aanrichten. Door het
gebrek aan beren zijn ze ondertussen met veel. Een ecologisch verantwoorde
oplossing is er niet direct.
Een uurtje
later zijn we het bos door en beginnen we onze uiteindelijke klim naar het
hoogste uitzichtpunt van de wandeling. Het moet gezegd zijn, mooi, wat een
uitzicht, maar ook, wat een wind. Waar komt die zo plotseling vandaan? Nog geen
5 minuten later staan we kunstjes te doen, door schuin tegen de wind aan te
leunen. De wind wakkert nog verder aan en snoert ons de adem, we moeten gaan
zitten om ons evenwicht te bewaren. Dit is niet meer prettig en de daling wordt
meteen ingezet. Tegen dat we terug aan het bos zijn probeert iedereen zijn
hoofd te beschermen tegen vallende takken of opwaaiend kreupelhout. Als we naar
beneden kijken, zien we dat onze cruiseboot los is van zijn anker en wegvaart. Wat
moeten we daar van denken? Over het wateroppervlak zien we de windvlagen het
water de hoogte inblazen. Heel erg vreemd. Ik ben er nu van overtuigd dat we
niet eenvoudig terug aan boord gaan geraken. Draai of keer het hoe je wil, een
zodiac blijft een opblaasbootje.
Aan de oever
worden we allemaal de hacienda ingeleid, de plaats is opgekocht door de
operator en voor de gelegenheid tot museum omgebouwd. Onze gidsen hebben
contact met het moederschip en blijkbaar zijn de condities momenteel te slecht
om terug te kunnen boarden. Op het schip worden momenteel windsnelheden gemeten
van 60 knopen met vlagen tot 80 knopen. We wachten op betere
weersomstandigheden, blij dat we in het museum beschut zitten voor de wind. We
wachten in luxe, dat wel, de whiskey hot choco combinatie is wel tijdig tot
hier geraakt. Hoelang gaat dit duren? Een uur? Een dag? Ze gaan nooit genoeg
whc bij hebben. Dit is waarschijnlijk de enige dag op heel onze reis dat we
oprecht blij zijn met het thermisch ondergoed dat we meezeulen.
Na flink een
uurtje lijkt de wind even minder te zijn en de beslissing wordt genomen om de
zodiacs los te laten. Dat gaat even duren, heel de boot (170 passagiers) zit op
het eiland en er zijn 5 zodiacs die telkens een 15 man kunnen opladen. Maar nu komt
het huzarenstukje. Mothership ligt niet voor anker maar vaart op eigen kracht
rond in de kleine baai. Ze heeft zich verlegd zodat de zodiacs de wind, en dus
ook de golven, niet op kop moeten nemen. Maar de zodiacs dokken vanachter aan.
Op dat moment kan het schip zijn motoren dus niet gebruiken.
We hebben op
ons gemak onze laatste whc smaakvol genuttigd en dat maakt dat we als laatste
in de rij staan om te boarden. Dat duurt zeker een half uurtje. De wind trekt
opnieuw aan maar er wordt niet op de beslissing teruggekomen. Hier zitten we
nog ietwat beschut door het eilandje vlak voor, maar we moeten met de zodiac
het open water op, naast het eiland. We boarden en we vertrekken, we knallen
over de golven en slaan soms hard op het water. Goed vasthouden nu, al ligt dat
niet voor de hand op een zodiac, zoveel grijpbare dingen zijn er niet. Het
water wordt continu van de overslaande golven weggeblazen en we zien haast niets.
Ik ben razend benieuwd wat dat gaat geven eens we achter het eiland uit zijn. En
zoals te verwachten, de golven zijn nu groter dan onze zodiac lang is. Man, ik
hoop dat die mannen weten wat ze doen. Overal om ons heen slaan de golven over.
Onze bestuurder slaagt erin de schuimende koppen te ontwijken door op het
juiste moment gas bij te geven en weg te draaien. Zo komen we spectaculair maar
langzaam dichterbij het schip. Wij vinden het voorlopig allemaal nog wel spannend.
We halen het tot achter de boot en proberen onze positie te bewaren, voor ons
is al een andere zodiac aan het lossen en dat loopt moeizaam. Zij zijn klaar,
nu is het aan ons. Niet dus, ook de grote boot heeft behoorlijke last van de
storm en drijft pijlsnel af richting land terwijl de zodiacs gelost worden.
Remember dat die zijn motoren niet kan gebruiken op het moment dat er een
zodiac achter hangt
We nemen afstand en het schip start de motoren voluit om
zich opnieuw in de wind te herpositioneren. Terwijl het wegvaart voelen we ons
als weeskinderen te vondeling gelegd ergens in een woelige zee voorbij het
einde van de wereld. De dame naast me is het schreien nabij. We proberen te
volgen op een veilige afstand, de golven lijken nog groter te worden, langs
opzij te komen en de bestuurder heeft alle moeite de zodiac op koers te houden
en de overslaande golven te ontwijken. Na 10 minuten heeft het schip de motoren
stilgelegd en moeten we snelsnel naar het achtersteven om te docken. Dat is
niet zo eenvoudig. Onze zodiac danst drie meter op en neer ten opzichte van het
schip. Er wordt een stabiel moment afgewacht en iedereen wordt zo snel als
mogelijk aan boord gehesen. Fjiew, doorweekt maar veilig. Na ons is nog één
zodiac en die passagiers worden ongeveer de boot in getrokken. Nodig blijkbaar
want een nieuwe windstoot komt eraan en alle zodiacs moeten lossen van de boot.
We blijven nog even kijken maar verkleumd als we zijn, haasten we ons naar onze
cabine voor een douche en droge kledij.
Tijdens de
lunch wakkert de wind nog aan en bij momenten lijkt het of we onder water aan
het eten zijn. Het verbaast ons dat de glazen op tafel blijven staan, soms helt
het schip zo fel over
. Beangstigend en tegelijkertijd fascinerend.
Na de lunch
worden we gebriefd dat we nog steeds in dezelfde baai rondjes draaien. Twee
zodiac-bestuurders zijn nog steeds niet kunnen terugkeren en zitten nog vast op
het eiland. Ik vermoed dat een lege rubberboot nog veel vatbaarder is voor de
felle stormwinden en gemakkelijk gelift kan worden door de wind. Een uurtje
later lijkt de klus dan toch geklaard en kan er koers gezet worden naar de
kaap, slechts 50 km verder.
Vreemd, we
varen richting zon, noord dus.
We
voelen nattigheid
onze euro is aant vallen
we varen niet de juiste richting
uit. Helemaal niet. Twee uur later wordt ons vermoeden bevestigd door de
kapitein. De weersomstandigheden zijn te slecht. Aan boord zouden al windstoten
gemeten zijn van 96 knopen ( = 178km/h) en dan zijn we de fjorden nog niet uit.
Dit heeft de kapitein in zijn 10-jarig commando over dit schip nog niet
meegemaakt. Rond de Kaap Hoorn zouden de golven de 10 meter overschrijden.
Janet! besluit ik, het is verdorie een schip van 100meter en we zouden maar
twee uurtjes de open zee op zijn. Niks aan te doen. De sfeer op het schip is
minder.
De crew doet echter alsof er niets gebeurd is en gaat gewoon verder alsof dit
de meest fantastische cruise ooit was. Spijtig dat er niet rechtvaardiger
gecommuniceerd wordt, dan hadden ze vast op meer begrip van de passagiers
kunnen rekenen. Tijdens de afscheidsdrink wordt de navigatiekaart van de brug
voor een astronomisch bedrag geveild aan een Japanner die absoluut wil bewijzen
hoe de bestemming van de cruise niet gehaald werd.
We zetten koers naar
Ushuaïa waar we om middernacht al aanmeren. Geen Kaap voor ons.
We waren zooo
dichtbij.




|