Een must see als je
hier in de regio bent. Beetje op snelheid brengen. De Cerro Tronador is een
luie vulkaan waarop zich een immense gletsjer heeft ontwikkeld, in de zomer
smelt die gletsjer af en knallen de ijsmassas langs een rotswand naar beneden.
Dit continue gedonder heeft de berg zijn naam gegeven. Geef toe, dat wil je
gezien hebben. Uit gemakzucht tekenen we
in op deze standaard excursie die hier aangeboden wordt. Misschien niet zon
slecht idee om met een gids te gaan stappen met onze wandeling van gisteren in
het achterhoofd. Bottinekes vastgesjord
en op tijd aan het oppikpunt, off we go. We worden met 10 andere in een
minibusje geladen dat ons tot aan Pampa Linda brengt, het startpunt van onze
tocht. Dat ligt midden in het Nahuel Huapi National Park. Een natuurpark vol
idyllische bergen en meren van wel 7500 km2 groot. Onze gidse stelt zich voor
en belooft onderweg de route van de nodige commentaar te voorzien. Mislukt, ze
slaapt al na een kwartiertje rijden. Ook nog een job die ik zou kunnen
overwegen.
Na een half uurtje zijn we bij één van de toegangswegen van
het park en betalen we de parkwachter een fee om toegang te krijgen. Vanaf dan rijden
we op een stoffige gravelweg, 1,5h tot aan Pipa Lampa, schudden voor gebruik.
Onze gidse heeft een aangeboren talent voor flink geschud
Bergspaans. Zij opent de mond halfweg, produceert één universeel geluid dat het
midden houdt tussen alle klinkers en lispelt daar de helft van de noodzakelijke
medeklinkers tussen. Ik versta er geen jota van.
Uit de reactie van de groep maak ik op dat we vetrokken
zijn. Ik slof erachteraan, een tocht over een stoffig pad dat voornamelijk door
het bos gaat. De bomen in deze vallei worden op natuurlijke wijze beschermd. Ze
zijn immens, tot wel 1500j oud laten we ons vertellen. Nog iets ouder en JC had
hier zijn eigen plankskes kunnen komen kiezen, bedenk ik. De naam van de reuzen
werd ook meegegeven maar daar zijn we niet uitgeraakt. Blijkbaar staan er
ook varianten van in Tasmanië en Nieuw-Zeeland.
Nu dat ze het zegt lijken we ze te herkennen. Na twee uur bossen openbaart de
rotswand met overhangende gletsjer zich vlak voor ons. Wauw, hier lunchen we.
We nemen wat fotos, t is erg indrukwekkend maar het gedonder blijft uit. Één
keer zien we een blok ijs ter grote van een koelkast zich naar beneden werpen.
Eerst spat het uitéén en pas later hoor je de donder galmen tegen de
rotswanden. Ferm. We keren op onze passen terug het bos in. We kunnen het niet
meer zien maar we horen hoe ijs zich krakend losrukt en dan stilte, iedereen
houdt halt, seconden lang, tot een
knallende donderslag ons vermoeden bevestigt. We horen de knal
uitsterven in de echos. Aan het geluid op te maken vermoeden we dat dit een
ijsmassa ter grote van een auto moet geweest zijn.
1,5 uur later staan we terug aan Papi Lampi. We klauteren
terug de minibus in en rijden al hink-stap-springend het park uit. Dat zal mijn
rug geweten hebben. Blij dat we de tour geboekt hadden, t was de moeite waard.







|