Romeins oogstfeest voor Pomona
'Het feest van Samhain nam deels een nieuwe wending toen de Romeinen het land van de Kelten veroverden en bezetten. Het resultaat was dat de tradities van twee verschillende culturen samenvloeiden of werden gewijzigd.

Voor de Romeinen was de periode rond 1 november ook belangrijk. Er werd een oogstfeest gehouden, gewijd aan de godin Pomona. Zij gold in het oude Rome als de godin van het fruit en de tuinen en de geliefde van vele oude Romeinse, boerse godheden. Haar speciale priester in Rome was - hoe zou het anders kunnen - Pomonalis. Voorts stond Pomona als godin van de oogst ook symbool voor mildheid en vruchtbaarheid. Vandaar dat zij in de kunst voorgesteld wordt als zittende op een grote korf van fruit en bloemen, met een hoorn van overvloed op haar voet. Anderen meten haar als voornaamste attribuut het snoeimes toe. Appels waren het gewijde fruit van Pomona. In streken die behoorden tot het Romeinse rijk, ontstond op Samhain dan ook al vlug de gewoonte om fruit te eten en weg te geven, vanzelfsprekend vooral appels.
Dat allerhande spelletjes met betrekking tot de waarzeggerij, zoals het bijten naar appels, die nu nog altijd met het huidige Halloween verbonden zijn, tot Pomona terug te brengen zijn, leidt geen twijfel.'
(Bron: Lauvrijs B., Een jaar vol feesten, oorsprong, geschiedenis en gebruiken van de belangrijkste jaarfeesten, Antwerpen, 2004, p. 250.)

|