Eén keer in
de vier jaar is er een schrikkeljaar. Het jaar telt dan 366 dagen in plaats van
365 dagen. Dit is gedaan omdat anders de seizoenen niet meer kloppen. De lente
zou dan steeds vroeger beginnen. Eens in de vier jaar is er iets bijzonders aan
de hand: na 28 februari komt niet zoals in andere jaren 1 maart, maar 29
februari. Het jaar telt dan geen 365 maar 366 dagen.
Onze
huidige, Gregoriaanse kalender is in 1582 tot stand gekomen, maar is in feite
een bijgestelde versie van de veel oudere, door Julius Caesar ingevoerde
Juliaanse kalender, gebaseerd op de stand van de zon en de maan. Het is een
ingewikkeld rekensommetje: het 'Gregoriaanse jaar' duurt 365,2425 dagen, 26
seconden langer dan de kalender zou zijn als je alleen naar de stand van de zon
en de maan kijkt. Dat zijn 86.400 seconden teveel in 3333 jaar, en dat scheelt
precies een dag. Daarom is het schrikkeljaar ingevoerd. Elk jaartal dat
deelbaar is door 4, duidt een schrikkeljaar van 366 dagen aan. Toch klopt dit
sommetje ook niet helemaal. Per 400 jaar zouden er drie dagen teveel zijn. Hier
hebben ze ook iets slims op bedacht. Alleen de eeuwjaren die je kunt delen door
400 (zoals het jaar 2000) zijn schrikkeljaren en de andere eeuwjaren niet.
Leuk weetje:
In Amerika is er een speciale club waarvan je alleen lid kunt worden als je op
29 februari jarig bent: de Honor Society of Leap Year Day Babies (Eregenootschap
van Schrikkeldag Babys).
|