
De Amsterdamse
dirigent Frans Brüggen is thuis op 79-jarige leeftijd overleden. Hij was al
geruime tijd ziek. Brüggens muzikale nalatenschap is immens. Frans Brüggen, in
1934 geboren in Amsterdam, was in de jaren zestig en zeventig de beroemdste
blokfluitist ter wereld. Een charismatische podiumverschijning, die in zijn
recitals een sfeer van onvoorwaardelijke concentratie wist op te roepen.
Hij speelde voornamelijk oude muziek, van Bach en Telemann, en als lid van het
trio met Gustav Leonhardt en Anner Bijlsma ook van Rameau en Couperin, maar ook
eigentijdse componisten liepen met hem weg. Berio componeerde voor hem Gesti.
Al op zijn 21ste werd hij docent aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag.
Later werd hij onder meer gastdocent aan de universiteit van Harvard.
Onder invloed van Leonhardt ontwikkelde Brüggen zich als een van de voormannen
van de oudemuziekbeweging, die er een principieel punt van maakten oude muziek
op oude instrumenten te spelen, om dichter bij de klankwereld te komen die de
componisten zich destijds hadden voorgesteld. Mede door zijn toedoen
veroorzaakte die beweging een revolutie die het muzieklandschap blijvend heeft
veranderd en internationaal een stempel heeft gedrukt op het conventionele
symfonische muziekleven.
Hij deed dat met zijn eigen Orkest van de Achttiende
Eeuw, opgericht in 1981 als middel tot verbreiding van het Brüggense evangelie.
Hij was toen inmiddels 'uitgeblokfluit', zoals hij het noemde.
Brüggens grote kracht was dat hij muziek maakte vanuit ontdekking en verbazing.
Door Beethoven vanuit Haydn te benaderen kon hij invoelbaar maken wat er zo waanzinnig
revolutionair aan Beethoven was. De musici speelden op violen met darmsnaren,
niet met stalen snaren. Het gepiep en de onzuiverheid die dat aanvankelijk met
zich meebracht, namen ze voor lief. 'In het begin was het behoorlijk
klungelig,' zei Brüggen, 'maar we zijn zoveel beter gaan spelen.'
Zijn grote kracht was zeker niet zijn
dirigeertechniek. Zelfs zijn orkestleden, die hem in overgrote meerderheid
dertig jaar trouw bleven en met wie hij meer dan honderd tournees maakte en
duizend concerten op vier continenten gaf, keken met kritische blik naar zijn
gestiek. Met kenmerkende stijve vingers (pink rechtop; net als in zijn
blokfluitjaren) was hij geen wonder van helderheid.
'Je kan het geen dirigeren noemen,' zeiden zelfs musici van zijn eigen orkest.
'Soms moet je écht niet kijken.' Maar of ze nou scherp op de dirigent letten of
niet, onder Brüggen had het Orkest van de Achttiende Eeuw een moeilijk onder
woorden te brengen eerlijke, warme, liefdevolle en avontuurlijke klank.
Brüggens muzikale nalatenschap is immens. De muziekwereld erft een ethiek en de
liefhebbers erven de vele prachtopnamen. De symfonieën van Beethoven, in 2011
nog opnieuw vastgelegd op cd. De symfonieën van Haydn. Mozart, Schubert,
Mendelssohn, Bachs Passionen. De lijst is zeer lang en indrukwekkend.
Frans Brüggen was een gigant.
https://www.youtube.com/watch?v=vQatlvFvGdM
https://www.youtube.com/watch?v=BxJ13RYkac4

|