
De folklore van vroeger is niet meer: de tjeven en
de rooien met elk een fanfare in het dorp. Don Camillo, die de klokken luidt om
Peppone het spreken onmogelijk te maken, de bisschop die op de kansel met
doodzonde en hel dreigt wanneer men op een bepaalde partij stemt. Niet langer
is de zuil het allesbepalende adagium om op één bepaalde partij te stemmen. Nooit
was het aantal zwevende kiezers zo groot, evenals het aantal mensen dat niet
gaat stemmen, of het aantal dat ongelukkig is omdat ze geen tekeningentjes meer
kunnen maken op hun stembiljet.
Buikgevoel haalt het op de rede, populisme op de
doordachte redenering. Misschien moeten we dat afstraffen als we in het
stemhokje staan, eerder dan te denken aan de beste pose voor een selfie.

|