Thomas Morley werd geboren als zoon van een brouwer in Norwich en begon zijn muzikale loopbaan als koorknaap in de kathedraal aldaar. In 1583 werd hij er koorleider en organist. In de tussenliggende periode moet hij naar eigen zeggen gestudeerd hebben bij William Byrd, de bekendste componist van religieuze muziek uit die tijd. In 1588 behaalde Morley een graad in de muziek aan de universiteit van Oxford. Kennelijk vond Morley rond deze tijd zijn roeping als componist; kort daarna begon hij zijn eigen collectie madrigalen uit te geven (11 in totaal). Hij werkte als organist in St. Pauls Cathedral in Londen en wordt in de registers van de St. Helens-parochie in Bishopsgate in dezelfde stad vermeld als muzikant. Morley stond vanaf 1590 in hoog aanzien en had als componist gemakkelijk toegang tot de theaterkringen.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
In 1592 werd Morley benoemd tot Gentleman bij de Chapel Royal. Vier jaar later verleende koningin Elizabeth hem het monopolie op het drukken van muziekpartituren, een alleenrecht dat voorheen aan William Byrd had toebehoord.
Naast madrigalen schreef Morley instrumentale muziek, waaronder werk voor toetsinstrumenten en stukken voor het typische English Consort, bestaande uit twee violen, fluit, luit, cittern en bandora. Morleys Plaine and Easie Introduction to Practicall Musicke (1597) was tot 200 jaar na zijn dood populair als leermethode en wordt tot op de dag van vandaag geraadpleegd over compositie en uitvoeringspraktijk in de 16e eeuw. Morley zette voor de uitvaart van Elizabeth I de begrafenisriten uit het Book of Common Prayer op muziek, en deze werden gedurende de 17de eeuw standaard gezongen op begrafenissen in Westminster Abbey.
http://www.youtube.com/watch?v=3nTE64kwD1M&list=PL6B3463816AF1F7FB
|