http://www.youtube.com/watch?v=YUNdQ_GW9Tw&feature=related
De Mattheuspassie van Johann Sebastian Bach is opgedeeld in twee delen, die worden uitgevoerd voor en na de preek van de viering op Goede Vrijdag.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Deel I opent met het koor Kommt, ihr Töchter, helft mir klagen, waar koor I en II in een vraag-antwoord-dialoog gaan. Het stuk schets het beeld van een lam dat op het kruis geslacht wordt, en zet daarmee de toon voor de rest van het werk.
De eerste scènes spelen zich af in Jeruzalem: Jezus kondigt zijn dood aan (#2), en de plannen om hem te doden (#4) worden ook uitgedrukt. Een scène in Bethanië (#4c) vertelt over een vrouw die kostbaar water over het hoofd van Jezus giet. In de volgende scène (#7) sluit Judas Iscariot een deal over de prijs om Jezus uit te leveren. Ondertussen worden de voorbereidingen van het Paasmaal (#9) in detail beschreven, evenals het Laatste Avondmaal dat overschaduwd wordt door het nakende verraad.
Na de maaltijd gaan ze samen naar het Hof van Olijven (#14) waar Jezus voorspelt dat Petrus hem 3 maal zal verloochenen voor de haan kraait. Jezus vraagt zijn volgelingen (#18) meermaals om hem te steunen, maar ze vallen in slaap terwijl hij bidt. Het is daar ook (#26) dat hij verraden wordt door de kus van Judas, en gearresteerd wordt.
Deel I wordt afgesloten met een vierdelige koraal O Mensch, bewein dein Sünde groß, die herinnert dat Jezus geboren is uit de Maagd Maria en naar de aarde gekomen is om bemiddelaar te worden voor de mensen.
De eerste scène van deel II is een verhoor bij de hogepriester Kajafas (#37), waar twee getuigen beweren Jezus te hebben horen zeggen dat hij de Tempel zal vernietigen en in drie dagen opnieuw zal opbouwen. Jezus zwijgt, maar zijn antwoord op de vraag of hij de Zoon van God is, wordt beschouwd als heiligschennis en alzo een gegronde reden voor zijn dood. Buiten krijgt Petrus (#38) drie maal te horen dat hij bij Jezus hoort, maar tot drie maal toe ontkent hij diten dan kraait de haan.
's Morgens (#41) wordt Jezus naar Pontius Pilatus gestuurd. Judas krijgt spijt van zijn verraad en pleegt zelfmoord. Pilatus ondervraagt Jezus (#43), is onder de indruk, en is geneigd hem vrij te laten. Het is gebruikelijk één gevangene vrij te laten voor het paasfeest, en zijn vrouw steunt hem daarin. Maar als het volk moet kiezen of Jezus dan wel Barabbas (een dief en moordenaar) moet vrijgelaten worden, roept het Barabbas! Het volk wil Jezus kruisigen, en Pilatus stemt toe, en wast zijn handen in onschuld. Hij laat Jezus geselen, en levert hem over aan het volk voor de kruisiging.
Op weg naar de berg waar hij gekruisigd zal worden (#55), wordt Simon van Cyrene gedwongen het kruis te dragen. Op Golgotha (#58) wordt Jezus samen met twee rovers gekruisigd en bespot door de massa. Zelfs zijn laatste worden worden niet begrepen. Als hij Psalm 22 citeert (Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten), denken sommigen dat hij de profeet Elia roept. Als Jezus sterft, scheurt het voorhangsel van de tempel middendoor en beeft de aarde (wat Bach in muziek uitdrukt).
's Avonds (#63) vraagt Jozef van Arimathea aan Pilatus het lichaam van Jezus om het te begraven. De volgende dag (#66) herinneren medewerkers Pilatus aan het gerucht van de heropstanding en vragen ze om wachters te plaatsen bij het graf.
|