Woensdagochtend neem ik al een ontbijtje in de pueblo, een tostada con tomate want ik wil verder schilderen tot dat mijn verfpot leeg is.
Na de schilderwerken neem ik al een kleine siesta want om 15u30 moet ik naar de spaanse les vertrekken.
We zijn met zes in de klas, braven Hendrik Parkinson begint de les met zijn vragenuurtje en ik teken ondertussen mannekes op mijn huiswerk, daarna vraagt de duitse seniele Ursula om voor de derde keer nog is het gebruik van pronombres complemento uit te leggen want ze heeft het nog altijd niet begrepen terwijl dit poepsimpel is en ik vraag me af wat ik hier eigenlijk zit te doen. Als conversatieonderwerp komt de profesora af met de nieuwe trend van thuiswerken terwijl we dit vorig jaar al is hadden besproken. Ursula en Bruno die zonder internet, email etc door het leven ploeteren vinden thuiswerken dan ook maar niks en Ursula zegt dat zij nog postkaarten stuurt naar haar familie bij feest en verjaardagen en ik kan mijn niet inhouden en vraag of ze die dan per postduif opstuurt ook. Volgende woensdag ga ik brossen want dan kijk ik liever naar Nokere koerse.
Vandaag hadden we een uitstapje gepland, L wou wel is iets in de buurt bezoeken waar we nog niet eerder kwamen en ik had haar voorgesteld om naar Tabarca te gaan, het kleinste bewoonde eiland hier in de buurt waar je met een bootje naartoe kan varen vanuit Alicante of Santa Pola; Alhoewel het maar een kwartiertje varen is kan de zee toch woelig genoeg zijn om kotszakjes nodig te hebben zodat ze toch maar liever een andere bestemming koos. De keuze viel dan maar op het Safari park Aitaina, 1000 meter hoog gelegen op de gelijknamige berg. Het Safari park opent om 11 u en je kan er met je eigen wagen doorrijden, als je om 11 u of 15 u begint kan je mee het voederen volgen en mag je onder begeleiding van de verzorger uitstappen behalve bij de tijgers en leeuwen.
Via het dorpje Sella klimmen we omhoog de met haarspeldbochten bezaaide klim van de Port de Tudons tot we iets voor de top kunnen afslaan richting ingang van het park. Zoals verwacht is er weinig volk op een doordeweekse donderdag, enkel waren we er pas om iets voor 12 want eer L klaar was om te vertrekken was het al ver 11 u.
Dus rijden we op eigen houtje voorbij de struisvogels, geiten, ezels, bizons, ponys enz tot we de andere bezoekers tegenkomen bij de giraffen en van hier kunnen we nog meevolgen met het voederen.
Bij de nijlpaarden mag je zelf met mandarijntjes proberen in hun opengesperde bek te mikken en vervolgens ontmoeten we de 2 olifanten die hier al meer dan 40 jaar verblijven, ze werden als wees kalf vanuit Africa ingevoerd toen ze 7 maand waren en zijn mensen gewoon dus mag je ze ook aanraken aan hun slurf en kop. Maar L durft niet heel dichtbij te komen met haar hand tot de olifantenbewaker haar arm vastpak en tegen de slurf wrijft waarna ze het bijna besterft van schrik en op een lopen zet. Gelukkig moeten we bij de doortocht van het tijger en leeuwenverblijf in de auto blijven met ramen dicht zodat L wat kan bekomen.
Daarna nemen we nog een kijkje in het bijhorend daktari park waar dieren zitten die niet los kunnen of ziek zijn maar buiten een paar grote stekelvarkens, papegaaien, konijnen, hangbuikzwijntjes, lynxen en 2 apen is er niet zoveel te zien in dit stuk. Onze magen beginnen te knorren en we besluiten tot in El Albir te rijden om een chineeske te doen en daarna thuis een siestake.
Tegen 18 u ga ik met X nog een blokje om, niet te ver want ik stootte vanmorgen met 2 tenen tegen een muurke en hoorde iets kraken en naar beneden stappen is nogal pijn lijk momenteel.








|