Bereken de dag van de week waarop 'n bepaalde gebeurtenis uit het verleden plaatsgreep (bvb. je geboortedag) >>> Kalender
T I L D O N K
Gemeente Haacht Prov. Vl.-Brabant
4 km > Haacht
5 km > Werchter 8 km > Tremelo 11 km > Leuven
18 km > Mechelen 20 km > Aarschot 30 km > Brussel
E-MAIL
Druk op onderstaande knop om te e-mailen (vragen, suggesties, opmerkingen, toevoegingen,...).
Je kan ook de 'reageer'-knop gebruiken onder elk bericht.
GASTENBOEK
Dit is onder meer de plaats om je mening te geven over de blog 'Tilloenk vruger'. Of om te lezen wat anderen ervan vinden.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
TILLOENK VRUGER
DEZE BLOG BEGON OP 29 NOVEMBER 2005 EN STOPTE EI ZO NA OP 16 APRIL 2011 NA HET BEREIKEN VAN 1000 ITEMS OVER HET VERLEDEN VAN TILDONK.
MAAR HET BLOED KRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN,
DUS AF EN TOE MAG JE JE NOG AAN WAT MOOIS VERWACHTEN...
Jan Gordts
Aan iedereen een gelukkig en gezond 2007 toegewenst!
.
Ook nu gaan de kinderen van Tildonk van deur tot deur 'koekenzingen'. Een gebruik dat al dateert van in de 19de eeuw. Uitzonderlijk heeft het gebeuren dit jaar plaats in de voormiddag van 30 december (i.p.v. 31 december, de laatste dag van het jaar). Hou dus uw koekskesdoos maar in aanslag!
Stien Verbelen stuurde ons een oud nieuwjaarsliedje door. Is er soms iemand van de blogbezoekers die het herkent? Ook andere liedjes die men vroeger in Tildonk zong mag je doormailen.
'Toen ik zelf ging koekenzingen, leerde ik eens van een oude Tildonkenaar een origineel en oud liedje. Met dit liedje had ikzelf véél succes (ik mocht soms twee koeken nemen) en ik vind dat het niet verloren mag gaan. Het gaat als volgt:
Nieuwjaarke not, Men blokskes zijn kapot, 'k Zen te klein om nief te winnen, Daarom kom ik Nieuwjaar zingen!
* De nederlandstalige Wikipedia: 250.000 artikels al !!!
Even reklame maken voor WIKIPEDIA...
Wikipedia is een open, rechtenvrije encyclopedie. Iedereen die dat wil, kan hier informatie opzoeken of toevoegen. Aan de nederlandstalige Wikipedia werken momenteel enkele honderden vrijwilligers mee.* Deze editie van de Wikipedia ging in 2001 van start en is vandaag de op vijf na grootste editie van de online-encyclopedie, gemeten naar het aantal artikels (Engels: 1.500.000, Duits 500.000, Frans 400.000, Pools 300.000, Japans 300.000, Nederlands 250.000). Tussen al deze edities in niet minder dan 250 verschillende talen zit ook een Limburgse versie (2.700 artikels) evenals een Westvlaamse versie (1000 artikels)...
Foto: Dit plaatje dateert van 17 februari 1929 en is genomen ter hoogte van de vaartbrug te Tildonk. Het winterde toen zo streng dat de ijslaag op de vaart tientallen centimeters dik was. Een ander plaatje van toen toont ons Persoons die met zijn auto op de dichtgevroren vaartbedding rondreed (zie bijdrage nr. 130 van 16/7/06).
Kent iemand de personen op de foto hiernaast? (klik op de foto om te vergroten)
KOUDEGOLF IN FEBRUARI 1929
Die bewuste februari noteert men in de lage landen meerdere dagen achtereen temperaturen tot beneden min 15. Nederland bibbert en beeft nog meer dan ons landje; op 12 februari wordt de Elfstedentocht verreden, de winnaar komt over de meet met bevroren tenen... (1)
België 14 februari 1929: De ochtend van Sint Valentijn is ijzig. In Oostende zakt de
temperatuur tot 19,0, dit is de laagste temperatuur van vorige eeuw aan
de kust. Elders in het land zakken de minima tot 17,7 in Ukkel,
20,9 in Gembloers, 22,0 op de Baraque Michel (Jalhay), 22,7 in
Wardin (Bastogne), 22,9 in Leopoldsburg. 20 februari 1929:In Ukkel is de afgelopen decade*
niet alleen de koudste van vorige eeuw voor de maand februari
maar het is zelfs de allerkoudste decade van de ganse 20ste eeuw : de
temperatuur bedraagt gemiddeld - 8,9. Er zijn die bewuste maand niet minder dan 24 vorstdagen. Nederland 1929 :
Een strenge winter met een extreme koudegolf in februari. Op 10
februari begint met krachtige oostenwind zeer koude lucht over het land
uit te stromen, waarbij het op acht opeenvolgende nachten streng vriest.
Van die acht nachten zijn er zes opeenvolgend met zeer strenge vorst
(beneden -15) en op die dagen, van 11 t/m 16 februari, is het
etmaalgemiddelde telkens beneden -10. Overdag komt in De Bilt het kwik
tot net iets hoger dan -10...
(1) Wikipedia (Friese versie): Karst Leemburg (1889 - 1958 ) wie in Nederlânske reedrider. Hy wie de winner fan de 4e Alvestêdetocht op 12 febrewaris 1929. Op in leeftyd fan 39 jier wurdt Karst Leemburg winner fan de, yn
1929, 191 kilometer lange Alvestêdetocht. Nei 11 oere en 9 minuten komt
hy as earste oer de streek yn Ljouwert, neidat de twa oarspronklike koprinners ferkeard rieden en sa de kopposysje ferlearen oan Leemburg. -> Alvestêdetocht
Wat verkochten de Tildonkenaren zoal een goede halve eeuw
geleden? Een antwoord vonden we in de kleine advertenties van het toenmalige regionale weekblad De
Haechtenaar...
07/01/1950 Te koop: Partij vroeg WITLOOFZAAD, bij Eugeen MEULEMANS,
Mortelstraat-Ketelstraat, Tildonk.
14/01/1950 Te koop: Volle VAARS, vrij van pokken, 19 Januari den tijd
om, bij Emiel JANSSENS, Terbanckstraat 147, Tildonk.
21/1/1950 Beste witloofgrond te huur, ong. 3 Ha gelegen te Tildonk. Te koop: 22.000 kg. tarwestro, bij G. PEETERS, Kasteeltje
48,Tildonk.
21/01/1950 Te koop: Partij KANADA PLANTBOMEN, 1500 2-jarige
"Raverdeaux", 500 goede zwarte Kanada's, bij Jan VAN DEN ACKER,
Postweg 351, Tildonk.
28/01/1950 Beste WITLOOFGROND te huur, ongeveer 3 Ha, gelegen te
Tildonk. Te bevragen: G. PEETERS, Kasteeltje 48, Tildonk.
11/02/1950 Te koop: Versgekalfde KOE, 3e kalf, volle KOE, 3e kalf,
Hollands ras, einde dracht, vrij van tuberculose; STORTKAR, goede staat; paar
WIELEN voor ressortkar, zo goed als nieuw, bij VANDERLINDEN Marcel, achter het
Sas, Tildonk.
11/02/1950 Te koop: Partij VELDWORTELEN en blauw KROMBEKKEN, bij Eduard
UYTTERHOEVEN, Hambos, Tildonk.
18/02/1950 Te koop: Partij APPELEN van 2 fr., Belle-fleur van 3 en 4
fr. de kg., bij Wwe. AERTS, Sussenhoek 121, Tildonk.
25/02/1950 Te koop: Leuvense STOOF met oven, in goede staat, bij PIOT,
Kruineikestraat 21, Tildonk.
04/03/1950 Te koop: NAAIMACHIEN, zo goed als nieuw, merk
"Safé", bij Casimir DE COSTER, Kruineikestraat 18, Brug, Tildonk.
18/03/1950 Te koop: AUTO "Morris 10", nieuwe staat, 20.000 km
gereden, bij LAUWERS, Dorp, Tildonk.
25/03/1950 Te koop: MOTO Sarolea, 350 Culburateur, in zeer goede staat,
bij NACKAERTS Jules, Lipsestraat 267A, Tildonk.
01/04/1950 Te koop: Twee vette VARKENS, bij de We. ENGELBORGHS-JENNES,
Vijf Eikenstraat, Tildonk.
01/04/1950 Te huur: 10 aren WITLOOFLAND, gelegen Kruineikestraat,
Tildonk. Te bevragen: DE METS, Kruineikestraat 38, Tildonk.
08/04/1950 Te koop: Jonge VAARS, goed voor de weide, bij Jan JANSSENS,
Caubergstraat 57, Tildonk.
22/04/1950 Te koop: Houten EGGE en BEERBAK, dienstig voor poney, bij J.
Bt. VANDEN SCHRIECK, Mortelstraat 221, Tildonk.
29/04/1950 Te koop: MOTO-CYCLETTE "Northon" 500, in heel
goeden staat, zoals nieuw, bij René VOGELEER, Lipsestraat 273, Tildonk.
29/04/1950 Te koop: Een JEEP, carrosserie in hout, in heel goeden
staat, bij Juul GODTS, schrijnwerker, Dorp, Tildonk.
06/05/1950 Te koop: Schone volle VAARS, in de laatste maand, en een
partij BOONSTAKEN, bij Karel ACKERMANS-GOESSEELS, Postweg 355, Tildonk.
20/05/1950 Te koop: 2 Volle KOEIEN, 3e en 6e kalf, beiden einde dracht,
bij Emiel JANSSENS, Terbankstraat 147, Tildonk.
17/06/1950 Te koop: 100 jonge POELJEN 8 weken, witte LEGHORN, bij Jean
DE BIE, Lipsestraat 268, Tildonk.
24/06/1950 Te koop: Jonge HAANTJES, bij Gommare PEETERS, Kasteeltje,
Tildonk.
01/07/1950 Te koop: MAAIMACHIEN met PIKTOESTEL, nog in goede staat,
tegen voordelige prijs, bij Louis LAEREMANS, Postweg 353, Tildonk.
08/07/1950 Te koop: 200 POELJEN van 10 weken, voortkomend van
selectiebedrijf, bij Jean DE BIE, Lipsestraat 26, Tildonk.
29/07/1950 Te koop: Volle VAARS, laatste maand, bij Jozef VAN GORP,
Lipsestraat 150, Tildonk.
12/08/1950 Te koop, wegens vertrek: WINKELTOOG, UITSTALRAAM,
CUISINIERE, WASVAT, NAAIMACHIEN, Lange LADDER van 8,25 meter, aan voordelige
prijzen, bij HEENS Donie, schilder, Terbankstraat 122, Tildonk (Sussenhoek).
19/08/1950 Te koop: KINDERBEDJE en KINDERVOITUUR, 100 PATATTENBAKJES,
bij LAURENS Aug., Lipsestraat 171, Tildonk.
16/09/1950 Te koop: Leuvense STOOF in goede staat, bij Edward
UYTTERHOEVEN, Hambos, Tildonk.
30/09/1950 Te koop: 20 aren vroeg WITLOOF bij BISSCHOP Jozef,
Voetemstraat 130, Tildonk-Sas.
07/10/1950 Te koop: Beste volle VAARS, einde dracht, bij Frans VANDEN
BROECK, Lipsestraat 157, Tildonk.
14/10/1950 Te koop: Drie neste beste VDL-BIGGEN 20 25 kgr, alsook
jonge FOKZEUGEN, bij L. VERBELEN, Hambos, Tildonk.
14/10/1950 Drukkerij Gebrs. ARTOOS, Haacht. Alle drukwerken, Doodsbrieven binnen de 2 uur... Agent Tildonk: R. NEEFS, Dorp.
21/10/1950 Te koop: Eerste klas BIGGEN, kruising VDL met Yorkshire,
beste opbrengst op korte tijd met weinig meel per kilo vlees. De kwaliteit die heden gevraagd wordt. Varkenskwekerij Eduard PERSOONS, Lauwendries, Tildonk. Tel. 614.70 Haacht.
11/11/1950 Te koop: Schone VAARS, 15 maanden oud, bij Frans ONS,
Lipsestraat 278, Tildonk.
11/11/1950 Te koop: Schone zware volle VAARS, einde dracht 15 November,
vrij van tuberculose, bij Vict. THEUNIERS, Postweg 348, Tildonk.
18/11/1950 Te koop: Partij wassende geel WISSEN en ook jonge NOTELAARS,
bij Frans ARTOOS, achter 't Sas, Tildonk.
02/12/1950 Te koop: OLDSMOBILE met AANHANGWAGEN, in goede staat, bij
Louis WOUTERS, glazenmaker, Tildonk.
09/12/1950 Te koop: Volle KOE in de laatste maand, vrij van
tuberculose, BOTERVAT "Persoons", bij Jozef VAN GORP, Klein
Terbankstraat 75, Tildonk.
16/12/1950 Te koop: 2500 KANADA PLANTBOMEN Raverdeau's en zwarte, bij
Jan VANDEN ACKER, Postweg 351, Tildonk.
Dit jaar greep de 5de editie van de Tildonkse kerstmarkt plaats, waarvan hier een blik in de keuken van TGV (Tildonkse Gastronomische Vereniging). De Tildonkse kerstmarkt is the place to be voor echte smulpapen, zoveel is duidelijk...
Veertien blogbezoekers hadden het bij het juiste eind. Er kwam slechts 1 fout antwoord toe.
Opgave 25 -> zie rechterkolom. Rechts ziet u een kiekje in vogelperspectief van een splinternieuwe wijk Eikeblok. Op 12 juli 1969 kwam G. Breyne, toenmalig minister van Gezin en Huisvesting, naar Tildonk om er de eerste steen te leggen van een nieuw geplande woonkern. Deze nieuwe wijk zou de naam Eikeblok meekrijgen, naam die het veld al droeg in de 15de eeuw. Eikeblok betekent gewoon: stuk land waar eiken op groeien. Volgens de huidige spelling zou het eigenlijk Eikenblok moeten zijn...
Weet u soms in welk jaar de wijk Eikeblok officieel ingehuldigd werd? Was het nu 1971, 1972 of 1973?
Triptiek van de H. Maagd, de geboorte van Christus (ca. 1445) - Dirk Bouts de Oudere (° Haarlem ca. 1415, + Leuven 1475) - (Pradomuseum Madrid) http://www.wga.hu
Een zalige kerst aan alle bezoekers van TILLOENK VRUGER!
Foto: De kronijk Brabantse Yeesten van Jan van Boendale (tweede helft 13e E) kwam tot ons via diverse handschriften. Hier een pagina met mooi verluchtigd initiaal uit het handschrift van de Brusselse kopiist Hendrik vanden Damme (1444).
De slag aan de Lips te Tildonk in 1266 Hertog Hendrik III van Brabant overleed in 1260, en liet vier minderjarige kinderen achter. Zijn weduwe Aleidis nam in eerste instantie het bewind van het hertogdom waar, bijgestaan door o.m. Wouter Berthout, heer van Mechelen. Haar oudste zoon, Hendrik, werd door haar voor deze taak onbekwaam bevonden en zij stelde de tweede zoon Jan voor. Leuven, de eerste hoofdstad van Brabant, was echter verdeeld in twee vijandige partijen. De Blanckaerten (met aan het hoofd Wouter Blanckaert) steunden de hertogin. De Colveren [1] (aangevoerd door Geert de Colvere) verdedigden de rechten van Hendrik. Beide partijen waren dikwijls handgemeen. In 1264 joegen de Blanckaerten de Colveren de stad uit. Nadien maakte Arnold van Wezemaal, toen aan het hoofd van de Colveren, zich terug meester van Leuven en leidde in 1266 een expeditie richting Mechelen waar Wouter Berthoud huisde. Deze kreeg lucht van de zaak en kwam zelf, aan het hoofd van de Mechelse en Brusselse burgerij, de tegenpartij tegemoet. Hij verdreef de Colveren tot de plaats Leeps (Tildonk), waar de oude aarden baan van Leuven op Mechelen doorheen liep. Hij nam er o.m. twee neven van Arnold van Wezemaal gevangen. Hiermee waren de heer van Wezemaal en de Leuvenaars een weinig getemd, zodanig dat zij het jaar nadien toestemden in de voorstellen van de hertogin. Onder toedoen van de voornaamste steden van het hertogdom werd daarop een plechtige verzoening getroffen en werd de rust in Leuven hersteld. Hendrik deed op 14 mei 1267 in de abdij van Kortenberg afstand van zijn erfrecht op Brabant ten voordele van zijn broeder Jan.
Hieronder een fragment uit het relaas van kronijker Jan de Klerk van Boendale (de Brabantsche Yeesten). Andere kronijkers, zoals Lodewijk van Velthem (Spieghel historiael), brachten hetzelfde verhaal. Zij vermeldden niet exact waar de plaats genaamd Leeps zich bevond: ergens tussen Mechelen en Leuven Objectief gezien komt alleen Tildonk in aanmerking. Daar stroomt immers de Lips, nog in 1650 "het Leps rivierken" genoemd, onder de oude verbindingsweg van Leuven naar Mechelen door (= de huidige Lipsestraat). Daar bevond zich het gehucht of de wijk Leeps alsook het Hof Ter Leeps, de aloude hoeve van de 'Grote Heilige Geest van Leuven' (gelegen langsheen de Lips op de grens met Delle). ----------------------------------------------------------------- [1] Er bestaat dispuut of in de documenten al dan niet Colvere of Colnere (afkomstig van Keulen?) dient gelezen te worden.
Brabantsche yeesten
door Jan van Boendale DORLOGHE TUSSCHEN DIE VAN LOVENE ENDE MIJN HEER WOUTER BERTHOUDE 14de cap.
Alsmen screef dusent dat carnation Twee hondert ende lx oec doen, Starf dese Heinric, alc ict las
1110
Die de darde van den name was,
Ende sine kindere bleven soe jonc van daghen
Dat doutste ghene wapene mochte draghen.
Heinrijc hiet sijn outse sone:
Hi bleef hertoghe, ende die gone
1115
Was soe onmachtich van leden,
Ende van sinne soe onbesneden,
Ende soe dwaes, dat hi er niet toe dochte
Dat hi tlantscap houden mochte,
Soe dat hi theerscap, bi rade sijnre moeder,
1120
Janne gaf, sinen broeder,
Als hi omtrent acht jaer
Hertoghe hadde gheweest voerwaer.
Ende onlanghe na dien tijt
Dede Heinric an moencs habijt,
1125
In Borgoenien, in ene abdie,
Ende liet der werelt heerscapie
Om te regneren ewelike,
Met Gode in hemelrike,
Ende Jan bleef gheweldich here
1130
Van Lothrike, voert ane mere,
Daer groet twist ave ruerde
Binnen lants, die langhe duerde;
Want doe die hertoghe was doot,
Ende sine kindere niet waren groot,
1135
Soe bleef sijn wijf, der kinder moeder,
Van den lande alse stierroeder,
Ende verhoede, met haren rade,
Waer si mochte, des lants scade.
Die grave van Ghelre ende bisscop Heinrijc
1140
Van Ludeke, sijn broeder, die ghelijc,
Wouden tlant vermomboren,
Alse diere toe waren gheboren.
Die vrouwe dochte, in haren moet,
Dat ten lande niet soude sijn goet,
1145
Ende werese daer af beide,
Waest hem lief ofte leide,
Alsoe dat si, met sinne,
Int leste alsoe ghevoer daer inne
Dat si die momborie cochte af,
1150
Met enen deel ghelts dat si hen gaf.
Heinrijc van Doringhen sijn oem,
Nam oec der momberscap goem,
Ende wout met crachte wesen:
Die vrouwe sach oec te desen,
1155
Ende miedene af met ghelde,
Ende hilt tlant in haren ghewelde.
Berthout was haer raet, als men seegt,
Die te Mechelen te sinte Rombouts leeght,
Die men goet hiet, als ict las,
1160
Om dat hi vroet ende vrome was:
Bi hem soe waest al bedreven
Dat Heinric moenc was begheven,
Ende dat Jan bleef hertoghe.
Hier bi wies dat orloghe
1165
Tusschen Lovene der stat
Ende heer Berthoude, omme dat
Die van Lovene openbare
Seiden dat Heinric ware
Met boesen rade daer toe bedreven,
1170
Dat hi moenc ware begheven,
Ende al haddi van sinne ghebreke,
Dat menne daerom niet en steke
Uut sinen vaderliken goede,
Ende dat dat niet wel en stoede,
1175
Ende ieghen wet ware al te male.
Ende een here, van Wesemale
Bernage hiet hi, heer Arnout,
Was des dien van Loven hout,
Ende viel ieghen Berthoude dan,
1180
Met die van Lovene, alse hoeftsman;
Want si en wouden, min noch mere,
Janne kennen over here,
Ende sloeghen oec haer porten toe
Ieghen Janne ende sijnre moeder doe.
1185
Eens worden si soe beraden
Dat si Berthoude wilden scaden,
Ende trocken uut met ghewoude,
Metten selven here Arnoude,
Tote in mijns heren Berthouts lant.
1190
Sijn volc quam daer ieghen gherant,
Ende dadense tachter soe mettien
Dat si van node moesten vlien,
Ende die viande volgheden na,
Tote in de Leeps, als ic versta,
1195
Daer sise versloeghen ende vinghen.
Dus verghinghen daer die dinghen,
Dat Jan Hertoghe bleef gheweldelike
Van Brabant ende van Lothrike,
Met spoede, ende met groter eren,
1200
Ende was sint heer der heren.
Hi wart hertoghe ende voegt van Aken,
Doe men carnatioen sach maken
Twelfhondert ende seven warf tiene
Twee min, na minen siene:
1205
Een wijf nam hi, als wijt weten,
Margriete soe was si gheheten,
Conincs Philips dochter van Vrancrike
(Die in Arragoene sterf menschelike,
Ende hi hadde weder de suster Jans,
1210
Als ic u voer seide thans).
Margriete ende haer kint beide
Storven in haren arbeide.
Een ander wijf nam hi daer na,
Hiet oec Margriete, als ict versta,
1215
Grave Ghyoeds dochter was
Van Vlaendren, alsoe ict las,
Daer hi vier kindere ane wan:
Die outste van dien die hiet Jan,
Dander broeder Godevaert hiet,
1220
Die jonc van der werelt sciet,
Ende ene Margriete, wijs van sinne,
Die was sinder keiserinne,
Als ict u hier na sal doen verstaen,
Ende ene Marie, die heeft ontfaen
1225
Die grave van Savoye te wive.
Dit es waer dat ic u scrive... (etc)
Bovenstaande rijmkroniek namen we over uit de Digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren (een prachtige bron!): http://www.dbnl.org/
* Jessa Wildemeersch speelt 'De Nacht van Margaretha'
Foto: Jessa Wildemeersch, een actrice die aktief is op twee continenten, maar met wortels in Tildonk!
Jessa kreeg onlangs een
'lifelong membership' aan de befaamde Actors Studio in New York, waar ze drie
jaar studeerde en onder meer les kreeg van Harvey Keitel en Ellen Burstyn.
Voordien studeerde ze vier jaar aan de Studio Herman Teirlinck in Antwerpen.
In het voorjaar van 2006 repeteerde Jessa Wildemeersch twee maanden in
The Actors Studio en gaf een voorstelling van Margarets
Awakening in The Martin E. Segal Theatre in New York. In juni 2006
speelde ze de Engelstalige versie eveneens in De Markten te Brussel. Nu maakt ze de
omgekeerde beweging en gaat ze het stuk De Nacht van Margaretha ook
in het Nederlands spelen. Als Jessa niet in New York is, woont ze bij haar ouders in Tildonk.
Wie snel is kan Jessa vandaag of morgen nog bewonderen in Leuven:
De Nacht van Margaretha
Spel: Jessa Wildemeersch Tekst: Kamiel Vanhole
Woensdag 20 december en donderdag 21 december 2006, telkens om 20.00u, op de Koorzolder van 30 CC-Romaanse Poort, Leuven (Brusselsestraat 63, 3000 Leuven).
Info en reservatie: 016/20 30 20.
Europa, 1500, vroege renaissance
Maximiliaan I, Keizer van Oostenrijk, voert oorlog met Frankrijk en het Ottomaanse rijk. Zijn dochter Margaretha dient als pion voor zijn politieke strategieën. Wanneer Margaretha de leeftijd van 27 jaar bereikt is ze al drie keer getrouwd en staat ze op het punt om regentes te worden van haar neefje Karel V. De Nacht van Margaretha vertelt het verhaal van een vrouw, gevangen tussen familiebelangen en haar zoektocht naar individuele vrijheid. Een monoloog over het gevecht dat een vrouw voert die zelf nooit keuzes heeft kunnen maken. Maar ook hoe ze vanuit haar beperkingen haar mogelijkheden realiseert.
Hopelijk kunnen we Jessa volgend jaar eens in Tildonk op de planken bezig zien!
Luchtfoto van het in 1763 voor 100.000 Brabantse gulden gebouwde sas van Tildonk. Sas en sashuis (de Maritime) zijn wettelijk beschermd erfgoed.
Foto overgenomen uit het fotoboek: Een andere kijk op 250 jaar Kanaal Leuven-Dijle, NV Zeekanaal, 2000. Gust Vandegoor verzorgde de teksten in het boek.
Wanneer in vroegere tijden de geldende sexuele fatsoensnormen met voeten werd getreden (bvb. bij een bedrogen jongedochter, bij verkering met meer dan één lief, bij partners van erg ongelijke leeftijd, bij verbreking van huwelijksgeloften, bij overspel, bij de geboorte van een onwettig kind, bij weglopen uit de echtelijke woning, ), dan kwam de goegemeente op straat. 's Avonds kwamen de buurtbewoners luid gerucht maken door het slaan op potten, pannen en emmers rond de woning van de buitenbeentjes. Naast het maken van lawaai om zijn ergernis te ventileren werden er ook vaak schimpliederen gezongen, die al dan niet ook op gedrukte blaadjes werden verkocht. Voor dit soort "overtredingen" op de leefregels van de gemeenschap werd er ook gescharminkeld of hondenfeesten gehouden (alhier ook 'charivari' of 'befjagen' genoemd): ketelmuziek om de overtreders aan te klagen. (1)
Ook in Tildonk kende men deze, dikwijls niet al te fraaie, praktijken. (2)
Paul Edward Van Eycken (1833-1927), koster-burgemeester van het aangrenzende Herent, zette zich er tegen af (Uit Herents verleden', p. 59) :
Het gebruik van met den avond charivari te houden aan de woning van echtelingen die in oneenigheid leefden bestaat hier ook van ouds en ofschoon het niets anders is dan een geruchtmakende afkeuring en schandvlekking van dit gedrag door de openbare meening toegediend, kunnen wij het toch niet goedkeuren, en daar er dikwijls wanorden en zelfs ongelukken kunnen uit voortkomen wordt het heden door de wetten verboden en wij zien het ook met welgevallen verdwijnen. Men noemde dit : befjagen.
(1) Zie: http://users.pandora.be/frankie.schram/plaatselijk1100d.htm (2) De Tildonkse pastoor Vandepoel schreef in1899: 'Befjagen of ketelmuziek maken in geval van huiselijken twist is een gebruik dat men hier gelijk in menige andere gemeenten aantreft.' Ook Palmyre Gordts (°1901, +1999) heeft dit gebruik nog gekend (interview 2/5/1996).
Op 16 december 2005, juist één jaar geleden dus, werd de blog Tilloenk vruger opgestart . Het was een beetje een sprong in het duister: men begint aan zoiets, maar men heeft op dat ogenblik geen flauw idee tot wat het leidt. Wie had toen gedacht dat er zoveel belangstelling voor het verleden van Tildonk leefde? Zo ontving ik tijdens het afgelopen jaar dagelijks meerdere mails van jullie. En het leuke was dat heel wat jongeren reageerden, alsook vele uitgeweken Tildonkenaren, maar ook nieuwe inwoners. De interesse en gunstige kritieken hebben mee het plan gestalte gegeven om de zaken te boek te stellen. Na het nodige gezwoeg was het in oktober zover: het boek Tilloenk vruger was een feit. Ook nu weer met de nodige belangstelling, in die mate zelfs dat het boek momenteel zo goed als uitverkocht is (wie nog een exemplaar wenst moet dus wel heel snel zijn).
En wat nu? We gaan verder. Wekelijks zal je hier nieuwe bijdragen aantreffen. Soms een foto met een onderschrift, soms een uitgewerkt verhaal. Hierbij een oproep: Bezit je interessante fotos en documenten van je familie, vereniging, dorp, of heb je een anekdote of een verhaal, laat het weten. Er is veel kans dat dit nadien op de site komt, waardoor de hele wereld er kennis van kan nemen. Nog veel plezier met Tilloenk vruger!
Jan
Tussen haakjes
Tildonk viert in 2007 zijn 900-jarig bestaan! Links en rechts zijn er al verenigingen die de nodige plannen smeden om dit niet ongemerkt voorbij te laten gaan. We zullen met deze blog met veel plezier de nodige ruchtbaarheid geven aan deze initiatieven. Laat maar komen die info...
Sigrid Joosen & Richard De Cuber verkochten vorige zondag op de kerstmarkt wenskaarten ten voordele van de restauratie van de kapel OLV-Onbevlekt in de Lipsestraat. Op deze kaarten zijn verschillende Tildonkse kapellen vereeuwigd. Tevens wordt een link gelegd met het 900-jarig bestaan van Tildonk volgend jaar.
De kaarten zijn nog steeds te bekomen aan 2,5 EUR per reeks (2x2 kaarten + bijhorende omslagen).*
Met nieuwjaar voor de deur is het nu het ideale moment om er een aantal aan te schaffen.
DOEN!!
* mail naar: risjaar@telenet.be of tel. 016/60.29.14.
Misschien heb je ook zin in wat live muziek? Voel je dan van harte
welkom! Nyirabikari zingt die zondagmiddag zwoele bossa nova, vrolijke
swingjazz, sfeervolle afro beat en hier en daar een vleugje soul...
Nyirabikari
Aurélie Lierman: vocals
Rick Deckers: piano
Bart Laisnez: gitaar
Anne Bomans: saxofoon
Maarten Lievens: drums
Lotte De Blieck: contrabas
Voel je thuis en proef er van de (h)eerlijke koffie en thee en verse
witloofsoep. Soep en drank zijn trouwens à volonté, en in de prijs inbegrepen. Inkom: 7,5 EUR. P.S. Gerd is presentatrice van Klara en verzorgde concerten in het klooster van Tildonk, o.m. van Sirin deze zomer.
Het hotel op
de foto is het voormalige hotel Sainte-Ursule, gelegen in de huidige
Pastoor Lambertzdreef.
Dit familiepension werd slechts korte tijd uitgebaat (periode 1930-1940). Het gebouw
werd nadien bewoond door o.m. koster Gust Pardon en momenteel door Wilfried
Mommaerts.
Van de twaalf inzendingen waren er negen juist.
Opgave 24-> zie rechterkolom.
Deze keer tonen we u een beeld uit de Tildonkse kerstmarkt die vandaag, 10
december 2006, op haar traditionele plaats langs de Zuiddijk gehouden werd.Tal van verenigingen baatten er onder een grote belangstelling een stand uit. Op de foto zie je enkele Boergondiërs van het gezelschap TGV.
Weet je ook de hoeveelste editie van de markt (initiatief
KLJ, de Brousse) dit jaar plaatsvond?
Deze foto uit het begin van de jaren '70 stond ooit afgedrukt in Het Laatste Nieuws en is afkomstig uit het archief van streekreporter Jan Van Goethem uit Haacht. Allemaal leden van duivenmaatschappij De Tortelduif, deze telgen van de families Artoos, De Plee, De Wolf, Engelborghs, Evers, Heusdent, Moelants, Scheers, Vandenhoudt, Vanlangendonck, Vanhorenbeek, ... Welke webbezoeker zet ze op de juiste plaats? (mail maar eens door)
Een poging: Zittend: Guillaume De Plee Rechtstaand (L-r): Frans Moelants, Engelborghs, 'Frakke' Waerseggers, beenhouwer Winksele-Delle, Jules Artoos, Frans De Wolf, Pierre Heusdent (lokaalhouder), Jaak Vanlangendonck, Modest Vanhorenbeek, Danny Artoos, Albert Van den Houdt, Camille Moelants, René Evers, Hubert Evers, ?, Gust Scheers, Louis Gordts.
De voltallige lagere jongensschool van 1955, samen met Sinterklaas en Zwarte Piet
Achteraan links ontwaren we het toenmalige lerarenkorps: René Engelborghs, Arthur Stroobants en Jozef Bisschop. Wat was iedereen onder de indruk van het bezoek van Sint en Piet! We kregen een zak snoep én een grote plaasteren sinterklaas toegestopt . Is er soms nog iemand in bezit van deze 'sinterklaas'??
Foto: De brief die meester René indertijd naar de ouders stuurde ter gelegenheid van Sint-Niklaas. Zelfs 51 jaar later is de foto nog de moeite waard om te bekijken. (zie 192b)
°Tildonk 6 juli 1840* +Tildonk 14 januari 1909 dochter van Guilielmus Lens en van Maria Elisabeth Van Essche xTildonk 20 augustus 1873 met August de Behault du Carmois, (°Tildonk, 5 november 1831 - +Tildonk, 15 februari 1898), dokter, burgemeester van Tildonk 1869-1898.
Zij bewoonde het landgoed op de hoek van de Mortelstraat met de Woeringstraat (nu Simonart) en overleed aldaar kinderloos. * Op haar doodsprentje staat de geboortedatum 20 juni 1840 vermeld.
Foto: De Rijmenamse heemkundige kring dankt zijn naam aan de oude herberg In het Hoefijser op het van origine Frankische dorpsplein. De herberg is verdwenen, maar de prachtige gevelsteen met naam en jaartal, bleef in de gevel bewaard.
Vorige week hadden we het hier nog over de nieuwe weblog van de Heemkundige kring Ravensteyn uit Hever (www.bloggen.be/ravensteyn). Ondertussen dient zich een nieuwe* heemkundige vereniging uit de streek aan op het web, namelijk Heemkring 't Hoefijser uit Rijmenam. We kunnen deze initiatieven alleen maar toejuichen!
Ontdek de nieuwe blog: http://www.bloggen.be/hoefijser/
*We bedoelen uiteraard nieuw op het web.'t Hoefijser is een van de oudste heemkundige verenigingen van de streek, want reeds opgericht in 1965.
Het boek van François en Roger De Coster (+) dat bij EPO verscheen is geen opwekkende lectuur, zoveel is zeker!
In de nacht van 2 op 3 maart 1944 werden beide broers, samen met hun vader Jozef en broer Willy, in hun woning te Wespelaar opgepakt door de Gestapo. Hetzelfde overkwam tientallen andere personen uit Wespelaar, Tildonk, Herent en andere dorpen uit het Leuvense. Jozef en Willy De Coster zouden de kampen niet overleven.
De auteurs brengen verslag uit over hun lijdensweg vanaf die bewuste nacht. Eerst Breendonk, dan Buchenwald, Ellrich en Dora; van de ene verschrikking in de andere. We lezen er ook het relaas van Tildonkenaar Louis De Becker die de dodenmars vanuit Dora meemaakte. Het hele boek door worden we geconfronteerd met de mensonterende toestanden die ze ondergingen in de concentratiekampen. Het is gewoonweg niet te vatten wat mensen andere mensen aandeden! Van Breendonk naar Ellrich-Dora telt 303 bladzijden en tevens een 20-tal fotos en is eenvoudig doch indringend geschreven. Het boek kan besteld worden bij HAGOK (info@hagok.be) of via 'Tilloenk vruger' (jan@gordts.be) tegen de prijs van 15 EUR.
NASCHRIFTHet boek is volledig uitverkocht! Je kan het wel integraal lezen op het net:
In een bijlage zijn de namen weergegeven van de oorlogsslachtoffers van Groot-Haacht. Voor Tildonk noteren we:
- Gesneuvelden 18-daagse veldtocht, mei 1940: Felix Lauwers en Gerard Mommaerts;
- Gestorven in de concentratiekampen, 1944: Joannes Massant (overleden in Ellrich); Maurice Neefs (vermist tijdens de dodenmarsen); René Van de Goor (vermist tijdens de dodenmarsen); Louis Van der Mosen (overleden in Ellrich); Jan-Baptist Verdonck (overleden in Sachsenhausen);
- Overlevenden uit de concentratiekampen en de gevangenis van Sint-Gillis: Louis De Becker (Dora), Lucienne De Keuster (Ravensbruck), Maria Engelborghs (Sint-Gillis), Ludovica Jennes (Sint-Gillis), Jozef Nackaerts (Buchenwald), Leon Neuhard (Sachsenhausen), Jules Persoons (Ellrich), Albert Segers (Sint-Gillis), André Simonart (Buchenwald), Jozef Van Gorp (Buchenwald), Elisabeth Van Ransbeek (Ravensbruck).
Deze indertijd bekende Tildonkse figuur met de flinke moustache was Jomme Janssens. Officieel noemde hij Guilielmus (of Guillaume in 't Frans). In Tildonk werd dat 'Jomme'. Guilielmus Bernardus Janssens (°Tildonk 11 september 1865, +Leuven 11 februari 1935) was de zoon van Franciscus Janssens en van Maria Anna Persoons. De ouderlijke boerderij was gevestigd in de dorpskom van Tildonk, nl. tussen de Dorpsstraat, de Ambachtstraat en het 'Straatje'. In 1940 werd daar de zagerij Peeters opgericht, recent kwamen er nieuwe woongelegenheden. Jomme trouwde op 11 mei 1892 met met Catharina Ludovica Albert (°Tildonk 10 december 1863, +Tildonk 18 januari 1939). Ze vestigden zich in de Postweg nabij de ouderlijke woning van de bruid. Zij hadden zes kinderen: Joanna Antonia, Joannes Josephus (Jef), Josephus Carolus (Charel), Josephus Juliaan (Jules), René en Constant. Charel werd 'hoellenboer' en vier van de broers kom je dan ook tegen op de foto in bijdrage nr. 32 (20/1/06):'Kolenlossers op 't schip'.
Zoals we stelden heeft deze foto + de duidelijk leesbare handtekening, maandenlang de zijkant van de blog versierd. We ontvingen 7 juiste antwoorden en 3 foute. Opgave 23 -> zie rechterkolom. Deze keer tonen we u een fragment van een van de voormalige Tildonkse hotels. Aan u om dit hotel te achterhalen!
We schreven het reeds* dat sterartiest Stan Van Samangs grootvader koster was in Tildonk, en dat de appel bijgevolg niet ver van de boom viel...
Bijgaande foto en onderschrift, waarin de loftrompet gezwaaid wordt over grootvader Gust, hebben we gelicht uit Wespelaar-Tildonk in oude prentkaarten, deel 2 van André ver Elst, Europese bibliotheek, Zaltbommel, 1982. * bijdrage 10/11/06.
Foto: Postkaart van de kerk van Tildonk ca. 1901. Let op de dorpspomp die voor het gemeentehuis stond.
SYMBOLEN ROND HET KERKGEBOUW (*)
De kerk stond vroeger in het midden van het dorp, letterlijk en figuurlijk. Het kerkgebouw torende meestal hoog uit boven de andere aardse bouwwerken. Ook in Tildonk hebben ze hun best gedaan met de toren. Dat moest, 'want de toren straalde het opperste gezag van God uit'. Het ganse kerkgebouw zit trouwens vol symboliek:
De fundamenten: het geloof dat rotsvast is en aanneemt zonder te zien. Het dak: de liefde die de zonde bedekt. De vloer: nederigheid want zij laat zich met de voeten treden. De stenen: zijn de gelovigen die samen de Kerk uitmaken. De mortel: die de stenen samenhoudt is het Woord Gods en staat voor de samenhorigheid. De pilaren: zijn de heiligen die de kerk schragen. De klokken: zijn de stem van God die Zijn woord verkondigen en de gelovigen naar de kerk roepen. De toren: het opperste gezag van God die boven de mensen staat. De kerk is in een kruisvorm gebouwd, het koor symboliseert de hemel, het schip de wereld. DE TILDONKSE PATROONHEILIGEN Ook de heiligen werden op een bepaalde manier uitgebeeld. De symboliek is ook hier niet ver weg. Johannes de Doper: afgebeeld in dierenvel met banier in de hand en lam met nimbus over de schouder, naast zich of in de armen. Vertrapt soms een serpent of een vos. Ook afgebeeld met zijn hoofd op een schotel in zijn handen dragend met naast zich zwaard of bijl (hij werd onthoofd). Barbara: afgebeeld met toren, kelk en palmtak. De palmtak staat voor haar maagdelijkheid. Zij wordt aanroepen tegen de plotse dood. Is de patrones van de gevangenen en van de metselaars (daarom de toren).
(1) Voor dit stukje zijn we te rade gegaan bij de interessante website van de heemkundige kring 'Het Land van Beveren' (auteur Richard Willems): http://home.scarlet.be/~hlvb/het%20land%20van%20beveren/index2.htm
Foto: Binnenzicht van de imposante neogotische kloosterkerk met haar prachtige glas-in-lood-ramen en houten sculptuurwerk. Een onvermoed gaaf gebouw binnen het uitgestrekte kloostercomplex!
Foto: In de ontspanningsruimte van de zusters hangt het bekende portret van pastoor Lambertz, de stichter van 'de orde der ursulinen van Tildonk', door F. Van Schendel. Onderaan ontwaren we naast het mariabeeld onder stolp een foto van zr. Emilie (Vrebos) zaliger. Vooraan liggen de kruisjes van de onlangs overleden zusters.
Foto: O.-L.-V.- in den Kogelenkrans. De muur met de kogelinslagen uit 1914 heeft men al die jaren zo gelaten. Lees meer hierover in onze bijdrage nr. 112 (9/6/06 en 10/6/06), 'Een Tildonks mirakelgedicht'.
Foto: Zuster Bernadette was onze gids. Hier geeft ze uitleg bij een reeks 'schilderijen' die de evolutie van het klooster schetsen vanaf het ontstaan. Er wordt beweerd dat het afgeknipte hoofdhaar van de novicen werd gebezigd in deze werkjes...
Het staat nu definitief vast: de Tildonkse ursulinen verdwijnen uit het klooster na 188 jaar aanwezigheid! Om iedereen nog eens de kans te geven om het klooster te bezichtigen werden op zondag 5 november rondleidingen ingericht in het kloostergebouw door de KWB. Gidsen waren lic. gesch. Hugo Spelmans en zuster Bernadette. Gezien de zeer grote belangstelling werd een tweede cyclus georganiseerd op zondag 12 november.
Een foto geplukt uit de nieuwe weblog van de Heemkundige kring Ravensteyn: de Heverse Sint-Sebastiaansgilde tijdens het interbellum.
Graag had ik jullie aandacht gevestigd op een nieuwe weblog die uitgaat van de Heemkundige kring Ravensteyn uit Hever. Man achter de schermen is bezige bij Jan Peeters. Volgend weekend (25-26 november) organiseert de kring haar 8ste Stamboomweekend in de Oude Pastorij te Hever.
Surf eens een keertje naar: http://www.bloggen.be/ravensteyn/
In De Haechtenaar van 19 september 1970 stonden de kandidatenlijsten voor de Tildonkse gemeenteraadsverkiezingen afgedrukt. In Tildonk kwamen drie lijsten op: lijst A (de lijst van burgemeester de Behault, de vroegere 'Varkens'), lijst B (de CVP) en lijst C (de BSP). We hebben de latere verkozenen in het vetjes aangeduid. De BSP die de twee vorige coalities scheepgegaan was met de lijst de Behault kwam deze keer in de oppositie terecht. Dr. Raymond de Behault du Carmois volgde zichzelf op als burgemeester doch overleed 2 jaar nadien (12/9/1972). Hij was ruim 25 jaar ononderbroken eerste burger van Tildonk geweest. Op 10 januari 1973 legde Gustaaf Verbiest de eed af in handen van arrondissementscommissaris Vercruysse als de nieuwe, maar ook laatste, burgemeester van Tildonk. Want bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen was het gedaan met de 'gemeente' Tildonk...
Zo zag de voorlaatste brug van Tildonk er uit. Zij was van het type 'ophaalbrug'[1]. De brug werd manueel opengedraaid, hetgeen mogelijk gemaakt werd door het 'contergewicht' bovenaan. Deze brug stond opgesteld ten noorden van het huidig exemplaar, langs de andere kant van het brughuis, richting Kampenhout dus. De laatste jaren ontstonden er dikwijls lange wachtrijen omdat slechts één auto tegelijkertijd over de brug kon rijden. Er kwam een nieuwe, elektrisch bediende, brug in de plaats met twee rijvakken. Deze was van het type 'basculebrug', waarbij het contragewicht weggewerkt zit in een kelder onder de rijweg .
Deze kelder is eens onder water gelopen toen onbekenden de schotten in de sasdeuren verderop hadden opengedraaid waardoor het waterpeil in de vaart ineens steeg. De gevolgen waren enorm. Men kreeg de nieuwe brug niet meer op de normale manier omhoog; het opendraaien duurde telkens ettelijke minuten met ellenlange files als gevolg. Maanden heeft die miserie geduurd, het prijskaartje om de zaak op te lossen was navenant...
Bekende Tildonkse 'brugdraaiers' waren Jozef Mommaers ('Jef van de brug') en Emiel Vermeulen ('Miel van de brug'). Het strategisch gelegen brughuis was tevens volkscafé; daar viel indertijd wat te beleven!
[1] Een ophaalbrug heeft twee scharnieren: aan het onderste scharnier is het wegdek verbonden. Boven het scharnier staat een portaal. Aan dit portaal is een draaiende arm, de balans bevestigd. Aan de ene kant van de balans hangt het contragewicht, de balanskist, aan de andere kant is de arm verbonden met de punt van het brugdek. Als de brug omhoog gaat, draaien de balans en het brugdek dus parallel. (bron: Wikipedia)
De Tildonkse ursulinen bestaan 188 jaar! Het is inderdaad in 1818 dat de basis gelegd werd van de 'congregatie der ursulinen van Tildonk' toen twee Tildonkse jonge meisjes, Anna Maria Van Grunderbeeck en Catharina van den Schrieck, samen met de pastoorsmeid Maria Cornelia Van Ackerbroeck beslisten om een kloostergemeente te vormen en onderwijs te verschaffen. De grote promotoren waren de Tildonkse pastoor Lambertz (1785-1869) en zijn vriend Arnoldus Schuermans, onderpastoor in het Groot-Begijnhof te Leuven, maar afkomstig van Tildonk. Vanuit Tildonk werden nog tijdens het leven van pastoor Lambertz niet minder dan 40 andere kloostergemeenten opgericht. Veel juiste antwoorden deze keer (14), ook 2 foutieve.
Opgave 22 -> zie rechterkolom. Hij heeft een hele tijd de fotogalerij rechts van deze weblog gesierd. Zijn duidelijk leesbare handtekening stond al die tijd boven de foto. Deze is nu uiteraard verdwenen (wat had je gedacht?).
Weten jullie welke bekende Tildonkenaar hier geportretteerd staat?
Van Hubert Van den Goor ontvingen we volgende foto. Hij werd indertijd genomen voor de herberg-winkel van Fikke Van den Goor op de hoek van de Hambosstraat en de Waterstraat. Fikke was een van de kopstukken van de Verenigde Vrienden ofte de 'Varkens' en jarenlang gemeenteraadslid. Op de foto zien we het uitstalraam van de winkel.
HEBBEN JULLIE VANAVOND SOMS OOK GEKEKEN NAAR 'STERACTEUR STERARTIEST' OP EEN?
Ik ben er nogal laat achter gekomen dat twee van de sterartiesten ook Tildonkse roots hebben, nl. Steph Goossens, die de kleinzoon is van Jean De Bie en Simonne Lemaire en Stan Van Samang, die de kleinzoon is van August Pardon en Maria De Wit. De sympathieke acteur Steph Goossens speelde twee weken terug nog twee voorstellingen van zijn theatermonoloog 'Maurice' in een uitverkochte zaal Familia. Bij Stan Van Samang geldt het spreekwoord: de appel valt niet ver van de boom. De stem van grootvader, koster Gust Pardon, weergalmde ooit elke zondag vanuit het okzaal in de kerk van Tildonk. En de bloglezer verbetere me, maar was het niet de moeder van Stan die indertijd tijdens de middernachtmis met kerstmis telkens de kerkgangers in vervoering bracht met haar sublieme vertolking van 'Susa nina'?
Foto:
Rond de jaren '50-'60 was het helemaal geen probleem om in het midden
van de Lipsestraat te poseren. De fotograaf mocht gerust zijn tijd
nemen... Wie kent deze personen?
Zo zag de dorpskom van Tildonk er uit omstreeks 1850 (detail uit de Popp-kaart).
Legende
1. De vaartdijk 2. De kerk 3. Het klooster 4. Het vroegere dorpsplein 5. De pastorie 6. De Lipsestraat (toen: Oudevoortstraet) 7. De Woeringstraat (toen: Woerinkxstraet)
Volgende straten staan eveneens aangeduid: de Dorpstraat, de Deugnietstraat, de Ambachtstraat, de Bukenstraat, de Kouterstraat, de Molenweg (-> nu Postweg en 7de Liniestraat) en de blijkbaar gedeeltelijk teloorgegane Lipseweg. Merk op: - dat kerk en kerkhof nog omgeven waren door straatjes; - dat we tussen de kerk en het klooster nog duidelijk de resten van het driehoekig dorpsplein met drenkplaats zien (de vroegere 'plaetse'); - dat de Kouterstraat nadien (rond 1900) opgeschoven is naar de Eikeblok toe, wegens uitbreiding van het klooster; - dat er op de hoek van de Dorpsstraat (verlengde van de Deugnietstraat) en de huidige Kruineikestraat een enorme L-vormige vijver lag*. * Op deze plaats bevond zich twee eeuwen voordien nog een statig stenen huis met trapgevel en drie verdiepingen. We hebben daar tot nu toe bitterweinig kunnen van achterhalen. Een afbeelding ervan komt kortelings op deze blog.
De mannen van de Katholieke Arbeidersjeugd (KAJ) op een feestwagen
(L-R): André Van den houdt, Jos Dams, Frans Vanbedts, Edgard Van Meerbeeck. Op een affiche lezen we 'Roma 1957', we gaan er dus van uit dat de foto uit die periode dateert. Ter welker gelegenheid? Inhaling van pastoor Van Hoof in 1959? De hoofdrolspelers van toen kunnen het ons vertellen...
wij onderschre(ve)nen kennen voldaen te sijn van acht guldens en drij stuijvers soo van taxaet als costen (handtekening) jaspar goerdts (ploegje) .. t merck van louis van bolle aenden concherge voorde rechten van het over brengen vanden processe -- xxv st (JG, 25 stuivers) den procur(eur) voor t ver soecken van taxaet -- vj st (JG, 6 stuivers) den sec(retar)is (?) voor d acte -- vj st den clercq -- vj st solvit Jaspar Gorts
Zie: J. Gordts, 'Het ploeg-handmerk van Louis van Bolle, schepen van Tildonk (1664)', HOGT 15 (2000) 121-125.
Wie regelmatig grasduint in de archieven wordt soms eens beloond met een onvermoede vondst. Zo een toevallig juweeltje is ons in de schoot geworpen toen we het oude archief van de C. O. O. van Leuven in het Algemeen Rijksarchief te Brussel doornamen bij opzoekingen naar de verdwenen Tildonkse hoeve het hof Ter Leeps, vroeger eigendom van de Leuvense 'Grote Heilige-Geest'.
In een document (een onkostennota) uit 1664 i.v.m. de betwisting van een cijnsbelasting (1) komen twee Tildonkse schepenen voor: Jaspar Go(e)rdts, mijn rechtstreekse voorvader (2), alsook ene Louis Van Bolle. Het document is door beiden ondertekend : Jaspar zet een sierlijke en goed leesbare handtekening neer, Louis tekent evenwel een kleine figuur, die bij nader toezieneen ploeg blijkt te zijn, gevolgd door de tekst'.. t merck van louis van bolle'! We vonden het de moeite waard om dit eens onder de aandacht van de bezoeker van deze blog te brengen, temeer omdat het gebruik van dergelijke 'merktekens' vrijwel uitgestorven was in de tweede helft van de XVIIde eeuw.
Wie was Louis Van Bolle (Van Bollé)?
Zijn geboorteplaats en -datum konden we niet achterhalen (3). Hij was getrouwd met Catharina FIRENS, geboorteplaats en -datum eveneens onbekend. In de doopregisters van Tildonk komen volgende kinderen voor: Elisabeth (Bolle), gedoopt 14/08/1644; Petrus, gedoopt 17/03/1647; Anna, gedoopt 04/05/1653; Catharina, gedoopt 14/10/1655. In de zielenlijst uit 1638 waarin pastoor Jan Eghericx zijn parochianen noteerde vinden we het gezin van Louis niet terug. Waarschijnlijk waren ze nog niet getrouwd of nog niet in Tildonk gearriveerd. We dienen echter voorzichtig te zijn, het zou kunnen dat de lijst onvolledig is, hij bevat slechts 27 gezinnen. In de haardtelling van Tildonk in 1663 vinden we wel een spoor (5): Louijs van Bollé huijs ende hoff groot een halff boender rege(noten) Peeter Mommens ter i°, Machiel Heijnsmans ter ij°, de straete tegen het kerckhoff ter iij°. In dezelfde haardtelling komt hij driemaal voor als regenoot (= aanpalend eigenaar): van Aert Janssens (aan den Alboomdriesch), van Machiel Heijnsmans (aan de Dormaelhoeve), van Peeter Mommens (aan de Kerckhoffstraete). De schepenen van Tildonk werden meestal verkozen onder de grote boeren of pachters (6). Ook het feit dat Louis gronden in eigendom bezat duidt op een zekere status. In 1663 woonde hij blijkbaar in het dorpscentrum, langs de straat tegen het kerkhof aan. We zijn er verder nog niet helemaal van overtuigd dat hij echt ongeletterd was, die ploeg is bijlange niet slecht getekend!
(1) ARAB - C.O.O. Leuven, n° 1690,Proces voor de schepenen van Tildonk in eerste instantie en voor de tweede Kamer (van de schepenen van Leuven ?) i.v.m. een cijns belast op de eigendommen van de Grote Heilige-Geest van Leuven , gesitueerd'Op de Putte' onder Tildonk, ten gunste van het Sint-Pieterskapittel te Leuven (1661-1664). (2) Jaspar Gordts (+1680), pachter op de hoeve van Heetvelde te Voetem (Tildonk); zie J. Gordts, De Godskes van Tilloenk, 1998, uitgave in eigen beheer. (3) Mogelijk is hij afkomstig van Kampenhout. (4) J. Gordts, Inventaris van het kerkarchief van Tildonk, Hagok, 1997. (5) ARAB, Familiearchief de Lalaing, n° 1633. (6) A. Troch, Het graafschap Tildonk onder de familie de Lalaing in de 18de eeuw, onuitgegeven licentiaatsverhandeling , K.U. Leuven, 1977, 77.
Zo'n goede maand geleden (28 september, bijdrage 165d) toonden we hier een foto van het staakkapelletje midden in de velden langs de Ketelstraat. Helemaal verkommerd, zonder beeldje...
En kijk eens wat Kurt Roeckx ons vandaag toestuurde! Blijkbaar heeft 'een goede ziel' zich de zaken ter harte genomen en alvast een nieuw beeldje aangebracht.
Wie kent de ware geschiedenis van dit kapelletje? We ontvingen al aanwijzingen dat het indertijd door iemand van de familie Vandenschrieck (Mortelstraat) opgericht werd. Als basis werd een oude melkkruik gebezigd. Oorspronkelijk stond het staakkapelletje op de hoek van de Ketelstraat en het veldspoor. In de jaren '60 was het nog volledig intact. Wie weet er meer over (wanneer, door wie, waarom,...) of bezit een foto van vroeger?
Reactie Tom Gordts (14/7/2013 Beetje laat maar toch, dit kapelletje is gemaakt door Jan-Baptist Vandenschrieck °1909 de vader van mijn grootmoeder Mariette Vandenschrieck (°1932), die heeft het gemaakt achter aan zijn weide, ter genezing van zijn zoon Lucien (°1942) die tijdens een wedstrijd met voetbalclub Verenigde Vrienden een virus had opgelopen in z'n been en zo bijna een jaar aan zijn bed gekluisterd was... Ons bobonne denkt rond het jaar 1960. En idd zij woonden in de Mortelstraat (t.o. René Evers).
- 1957: eerste officiële publieke optreden als
Mocules op Sint-Pietersberg, Gent
- 1960: trekt in Valenciennes een VW met vier
personen 100 m verder
- 1963: wordt professioneel circusartiest
-1965: begint aan tournee in Zweden met
Circus Colorado
-1967: eerste vermelding in het Guinness boek
der wereldrecords; trekt in Brusselse Heizel een tram van 15 ton met zijn
tanden voort; breekt het record van Makovec en sleept 36 ton 15 meter
verder
-1968: tournee doorheen Italië met Circus
Moira Orfai
-1969: houdt in Tokio een vliegtuig met 200
paardekracht op 2100 toeren vast
-1971: tournee met Circus Amar in Frankrijk
-1972: houdt in Grimbergen een vliegtuig van
700 paardekracht op 1800 toeren tegen
-1974: trekt een paar Metropolitan M1 Cars 95
ton voort in Morris Park, USA; is te gast in de David Frost Show
-1975: reist met zijn stunts van Amerika tot
Japan
-1976: verplaatst in Gent als eerste man een
locomotief van 121 ton met tanden; expositie metaalkunst in Assenede
-1977: heft in Parijs met tanden 233 kg 15 cm
van de grond; trekt met eigen circus naar de Vlaamse kust
-1978: trekt in Stockholm 3 treinwagons van
126,3 ton, 3,5 m ver; houdt in Schepdaal als eerste man een luchtballon
aan de grond; wordt ontvangen in de Joe Franklin Show in New York
-1979: houdt als eerste met tanden een
helikopter 170 pk. aan de grond in Hollywood
We schrijven 1985 en de fanfare de Verenigde Vrienden richtte voor de tweede maal een Handelsbeurs in. Deze greep plaats op het toenmalige PAKT-terrein in de Kouterstraat. 't Was in september, de week na Leuven-kermis.
Om het gebeuren wat meer glans te geven werd krachtpatser (en grote muil) John Massis ingehuurd. Met zijn tanden trok die meneer een zware vrachtwagen vooruit in de Kouterstraat. Half Tildonk en omgeving stond er met open mond naar te kijken...
Nog tijdens het weekend van 4 en 5 november richt het
collectief TILDONK LEEFT! een grootse kunsttentoonstelling in waarop werken
worden getoond van Sigrid Joosen en Jos Hermans. Beide kunstenaars zijn
inwoners van Tildonk en zijn niet aan hun proefstuk toe.
Lokatie is de
prachtige Mariazaal van het ursulinenklooster van Tildonk (Kruineikestraat). De tentoonstelling
is gratis te bezoeken; openingsuren zijns zaterdags van 14u tot 20u en s
zondags van 10u tot 20u.
Er is een cafetaria voorzien, alsook
een tombola met geschonken werken van de kunstenaars en de auteur. De opbrengst
hiervan gaat integraal naar de restauratie van de Lipsestraatkapel. Logistieke hulp komt er van de groep Tildonk Bloemendorp, het Sint-Angela-instituut en de gemeente Haacht.
Dit wordt zonder twijfel hét Tildonkse
evenement van 2006 waarop vele Tildonkenaren en ex-Tildonkenaren mekaar
terug kunnen ontmoeten in het unieke kader van het geklasseerde klooster. Een
mooie aanloop ook voor 2007 wanneer Tildonk zijn 900-jarig bestaan viert!
Tijdens deze tentoonstelling kunnen de voorintekenaars
het boek Tilloenk vruger komen afhalen. Bijkomende exemplaren van het boek (eindejaarsgeschenk!) zijn tevens verkrijgbaar aan 34.
De foto is genomen in de Putbosstraat. Deze straat is gelegen tussen de Hambosstraat en de Wakkerzeelsebaan, een uiterste puntje van Tildonk, grenzend aan Wijgmaal en Kelfs. In deze omgeving tref je de Hambosbeek aan die uitmondt in de Putbosbeek. In de nabijheid van de Putbosstraat werden bij terreinprospecties in 1987 een groot aantal Gallo-Romeinse scherven, dakpan- en mortelfragmenten gevonden uit de periode 150-250 na Chr. De ligging van de site (zuidoosthelling, beek, Romeinse baan in de omgeving) en de aard van de gevonden stukken, zouden wijzen op een landelijke nederzetting aldaar. Meer noordelijk heb je het Kesterveld, waarvan de naam (kester > castrum) eveneens in de richting van de Romeinen wijst. Nog tot in de 18de eeuw was er hier sprake van het Putbos. Zo bezat de Groote Taeffele van den Heiligen Geest der parochie Sinte Peeters binnen Loven, voorloper van de latere Leuvense Commissie van Openbare Onderstand (COO), in 1673 een bos op de Cauterpoel oft Putte, acht en half bunderen groot*, dat grensde aan de toenmalige Putstraete. Na de troebelen ten tijde van de Oostenrijkse Successieoorlog (1741-1748) werd de waarde geschat der boomen ghecapt door de Fransche trouppen onder de Baronnie van Herent (waaronder ook Kelfs en Wijgmaal ressorteerden). Daartussen was onder meer sprake van schaarhout op de Puttebosschen. (* 8,5 bunderen komen overeen met 11 hectare, de roede gerekend aan 20 Leuvense voet.) Ook deze keer bleek de opgave wat moeilijk. De foto was ook niet heel duidelijk. 4 juiste antwoorden, 2 foutieve.
Opgave 21 -> zie rechterkolom. Weldra zullen de laatste Tildonkse zusters het klooster verlaten. Hiermee valt weer eens het doek over een belangrijke periode in de geschiedenis van het dorp.
Weet u hoeveel jaar de Tildonkse ursulinen bestaan?
Foto: L-R: Jan Gordts (Tildonk leeft!), pianovirtuoos Vitaly Samohsko en Gerd Cavents (Klara).
Het klooster van Tildonk, cultuurtempel van de gemeente Haacht! Zondag 29 oktober 2006
Naast de kunsttentoonstelling in de Mariazaal van Sigrid Joosen en Jos Hermans en de voorstelling van het boek Tilloenk vruger door ondergetekende (alledrie leden van het collectief 'Tildonk leeft!'), greep op de middag in de wondermooie kloosterkerk het pianonconcert plaats van ons aller Vitaly Samohsko. Hoeft het gezegd dat we in onze nopjes waren om achteraf samen met de virtuoos op de foto te kunnen!
Foto: De artistieke veelzijdigheid van
Vitaly Samohsko liet tijdens de voorbije editie van de Koningin
Elisabethwedstrijd voor piano grote indruk na. Voor de pauze speelt hij
twee late pianosonates van van Beethoven waarvoor een grote muzikale
intelligentie vereist is. Na de pauze kan Samohsko zijn virtuositeit en
grote expressie trefzeker tentoon spreiden met karakterstukken van
Chopin en Skriabin. Zijn indrukwekkende présence, zijn stilistische
maturiteit en zijn respect voor de oorspronkelijke partituur maken het
plaatje van eerste klasse pianist volledig.
Festival van Vlaanderen
Vitaly Samoshko komt naar Tildonk! Men zegge het voort...
Op zondag 29 oktober om 11u30 in de kloosterkerk van de ursulinen (Kruineikestraat)
Kaarten:
7,50 (6,50 voor jongeren en groepen;
kassa : 10 )
Programma
Ludwig van Beethoven
Klaviersonate in mi groot op. 109
Klaviersonate
in la mol groot op. 110
Frédéric Chopin
Ballade nr. 4 in fa klein
op. 52
Alexander Skriabin
Etudes op. 8
Een mooie gelegenheid om ook eens langs te lopen op de kunsttentoonstelling van Sigrid Joosen en Jos Hermans (Tildonk leeft!).
Jos Hermans is een te Tremelo geboren autodidact die zijn klassiek hedendaagse werken met een realistische en licht getint impressionistische weergave tracht aan de man te brengen. Na 35 jaar in Tildonk te wonen is dit dorp hem gaan inspireren tot de schilderkunst. Je kan hem omschrijven als een dorpsschilder die met gevoel een visueel beeld weergeeft van zijn omgeving. Naast landschappen zijn mens en dier ook als variatie in zijn werken te zien. De door hem gehanteerde technieken variëren. Op dit ogenblik schildert hij het liefst met aquarel en gewassen pastel. Jos combineert zijn picturale werken ook af en toe met eigen teksten, waardoor je zijn kunstwerken niet enkel ziet maar ook beter begrijpt. Een appreciatie van zijn werk voedt zijn eergevoel en motiveert hem om verder te experimenteren. Deze tentoonstelling is voor Jos reeds de zoveelste in een rij. Enkele jaren terug hield hij nog een welgesmaakte duotentoonstelling met de Tildonkse kalligrafiste Myriam Sunt in de pastorie alhier.
Sigrid Joosen is geboren in Beveren-Waas in 1954. Zij behaalde verschillende diplomas waaronder hoger kunstonderwijs vrije grafiek in Sint-Lucas Brussel en keramiek in de academie van Leuven. Momenteel is zij docente aan het atelier voor volwassenen van het Haachtse Kunstoverleg. Als kind reeds resulteerde haar fascinatie voor paarden in tekeningen. In verschillende technieken en formaten probeert zij de ziel van het paard in al zijn vrijheid te vatten. Met een degelijke kennis van anatomie werkt zij in een gedetailleerde en toch soepele stijl. Als inwijkeling geraakte zij vlug ingeburgerd en leerden Richard en Jan haar de geschiedenis en de mooie plekjes van Tildonk kennen. Het resultaat hiervan zijn etsen, enkele linosneden, verschillende illustraties over de vaart in het boek 'Het kanaal Leuven Mechelen in heden en verleden. 1750 2000' van Gust Vandegoor, de schildjes voor Tildonk Bloemendorp, ...
174) DE GOUDEN EN DIAMANTEN JUBILEE VAN PIE PLEET EN MARIE VANDERSIJPEN
Niets dan vrolijke gezichten in het gemeentehuis van Tildonk ter gelegenheid van de gouden jubilee van Pië Pleet (Petrus Pletinckx) en Marie Vander Sijpen. Op de voorste rij ontwaren we (L-R): burgemeester Raymond de Behault du Carmois, Petrus Pletinckx, Marie Vander Sijpen. Op het achterplan herkennen we onder meer Ivonne Van Aerschot, Victorine Pletinckx, Omer Wollebrants, ... Tien jaar later werd het echtpaar opnieuw ontvangen op het gemeentehuis, ditmaal voor hun diamanten jubilee. De Haechtenaar van 2 september 1961 bracht volgend verslag:
Diamanten bruiloft Verleden week vierde het echtpaar Petrus PLETINCKX en Maria VANDER SIJPEN de zestigste verjaardag van hun huwelijk. Petrus werd geboren te Leuven op 8 september 1879, terwijl Marie afkomstig is van Korbeek-Dijle, waar zij in de registers van de burgerlijke stand staat geboekt met de geboortedatum van 15 januari 1876. Uit het huwelijk van Petrus en Marie sproten 5 kinderen. Vervolgens kwamen 8 kleinkinderen en 3 achterkleinkinderen hun grootouders omringen. De familie Pletinckx heeft ook vier geslachten in mannelijke lijn. Het zijn de 83 jarige jubilaris Petrus, Jozef 53, Pierre 29 en Jozef 2 jaar. Deze niet alledaagse viering van een diamanten huwelijk werd te Tildonk, in het Dorp, waar de jubilarissen woonachtig zijn, niet onopgemerkt voorbijgegaan. Van de avond voordien galmden de vreugdeschoten reeds door het luchtruim, terwijl de buren voor een mooie versiering hadden gezorgd en passende opschriften waren aangebracht.In de voormiddag werden de kranige jubilarissen door burgemeester de Behault du Carmois op het gemeentehuis ontvangen. In de namiddag werd het feest in familiekring voortgezet en door de 10 jarige Mejuffer Suzanne Van Langendonck volgend mooi gedichtje voorgedragen:
Wij wensen Petrus en Marie Nog vele jaren bij ons hier We minnen U allemaal En zeggen te gaar Een gebuur als Pee Zo bestaan er geen twee Nu voeg ik er nog bij, In naam van de smed, Heel veel pret!
's Avonds bracht de Fanfare De Verenigde Vrienden, waarvan Petrus een van de oudste leden is, een puike serenade aan de jubilarissen. De heer Arthur Peeters sprak daarna de rede.
Foto: De prachtige lindendreef met zicht op de pastorie in 1905. Vijfenvijftig jaar later was het lot beschoren van de ondertussen flink uit de kluiten gewassen lindebomen. Dom.
Gelezen in De Haechtenaar van 23 januari 1960:
Not. P. Van Dievoet, Wespelaar, zal op dinsdag 2 februari te 4 uur namiddag openbaar verkopen, ten Gemeentehuize van Tildonk, wegens de Gemeente Tildonk:
19 LINDE BOMEN, onder Tildonk, staande in het Dorp, in de Dreef, getekend van 1 tot 19.
Aanwijzer: Mr. Jozef De Coster, veldwachter, Tildonk-Dorp. 15 % voor kosten.
Ziehier het roemloze einde van de eens zo prachtige dubbele bomenrij in het centrum van Tildonk. De afvallende bladeren verstopten naar het schijnt soms de dakgoten van aanpalende woningen. Ik ben er van overtuigd dat men zich nu tweemaal zou bedenken vooraleer de botte bijl te hanteren...
Foto: In 1920 overleed August de Behault du Carmois (kopman van de 'Varkens' en burgemeester van Tildonk tussen 1899 en 1911). De begrafenisstoet was een nooit geziene vertoning in Tildonk. Het jaar daarop waren het gemeenteraadsverkiezingen. Nu de 'Varkens' hun kopman kwijt waren werd er een strijd gevoerd op leven en dood. De 'douairière' weduwe A. de Behault du Carmois kwam aan het hoofd te staan van de lijst doch kon niet verhinderen dat de tegenpartij 'De Beren' de burgemeesterssjerp opnieuw binnenhaalde (Jules I Persoons). Zie -> 166) De keus van 1921.
de begrafenisstoet
KEN JE DORP (oplossing opgave 19)
De foto is genomen in de Woeringstraat
(op de hoek met de Lipsestraat, ter hoogte van Electro Marien). Je
herkent zeker de linkse rij huizen die nog steeds bestaan. Alleen
de schuur van de smidse Bidee, links vooraan, werd mettertijd
afgebroken.
6 juiste antwoorden, 3 foutieve.
Opgave 20 -> zie rechterkolom. Met het voorbije mooie wandelweer zijn velen misschien eens de uithoekjes van ons dorp gaan verkennen. Herkent
u soms waar deze foto genomen werd? Het is een plekje waar ook weer een
mooie geschiedenis aan verbonden is. Meer daarover binnen veertien dagen.
Maar eerst verwacht ik jullie antwoord...
Foto: Timmermans Jos., "De heilige pastoor van Thildonck" en zijn stichting in Nederland, Venlo, Drukkerij H.Lebesque, 1920. 255pp. Een vrije bewerking van de Franse uitgave van Saintrain met uitgebreide behandeling van de kloosters in Nederland en zijn koloniën.
Foto: Frontpagina van de beknopte brochure die de Tildonkse onderpastoor Alfons Simons bij drukkerij Altiora te Antwerpen uitbracht in 1940: De heilige pastoor van Tildonk. Joannes-Cornelius-Martinus Lambertz. De brochure was gebaseerd op het boek van Holemans. De brochure is waarschijnlijk door een aantal bezoekers aan deze blog gekend, zij werd indertijd op grote oplage verspreid aan een kostprijs van 2 fr.
Foto: De Franstalige uitgave: 'Le Saint Curé de Thildonck' (1926) door F. Holemans. Drukkerij A. De Bièvre, Brasschaat. Druktechnisch gezien is dit boek van een mindere kwaliteit.
Foto: 'De Heilige pastoor van Thildonck' door Fr. Holemans (1922). E.H. François Holemans was directeur van het klooster en werkte aan het boek tijdens zijn gedwongen verblijf in de gevangenis van Sint-Gillis tussen 2 oktober en 24 december 1915.
In het boek was een brief gevoegd van Mgr. Rutten, bisschop van Luik en Eupen-Malmedy, gedateerd 11 mei 1922, waarin hij aanspoorde om de procedure tot heiligverklaring van de Tildonkse dorpspastoor in gang te zetten.
Foto: Titelbladzijde van het boek 'Jean-Corneille-Martin Lambertz. etc...' van Henri Saintrain (1892). Op de linkerbladzijde werd een prent ingeplakt van het bekende schilderij van Van Schendel dat een knielende pastoor Lambertz weergeeft.
Kennen jullie le père Henri Saintrain?
Waarschijnlijk niet. Nochtans heeft die man ooit een boek geschreven over de Tildonkse pastoor Lambertz. Jean-Corneille-Martin Lambertz. Curé de Thildonck en Brabant. Fondateur de la congrégation des Ursulines dites de Thildonck. Mort en odeur de sainteté en 1869, luidt de titel voluit.
Het boek verscheen in 1892, 23 jaar na de dood van pastoor Lambertz, en heeft duidelijk model gestaan voor het beter gekende boek van kloosterdirecteur F. Holemans De Heilige pastoor van Tildonk. Joannes Lambertz dat in 1922 op de markt kwam. (*) Het originele boek van Saintrain, uitgegeven bij de gerenommeerde uitgeverij Casterman in Doornik (met bijhuizen in Parijs en Leipzig), is echter van een veel betere drukkwaliteit en afwerking dan de latere werken van Holemans. Het bevat een voorwoord van de toenmalige kardinaal Goossens en bestaat uit vier delen:
I. Depuis la naissance du fondateur jusqua lérection canonique de son institut (1785-1831). II. Depuis lérection canonique de linstitut des Ursulines jusqu'à la retraite de M. Lambertz (1836-1866). III. Le curé.Le missionnaire. Dernière années. Mort. IV. Vertus de M. Lambertz. Quelques graces obtenues pas son intercession. Réputation de sainteté.
Zijdelings komen we erin ook een en ander te weten over het 19de eeuwse Tildonk.
Het exemplaar dat we recent op een internetveiling konden verwerven is mooi afgewerkt met een harde, gemarmerde kaft met rug in leder en goudopdruk en bevat nog een korte boodschap op de eerste binnenbladzijde : Hommage respectueux. Ursulines de Thildonck. Op de titelbladzijde bevindt zich een stempel van de: Monialen Redemptoristinnen, Katelijnestraat, 105 8000 Brugge. Zo weten we meteen in welke bibliotheek deze stichtende lectuur terechtkwam. Hier dient opgemerkt te worden dat het boek nog in onberispelijke staat verkeert. Stukgelezen werd het zeker niet
(*) Holemans was evenwel kritisch voor het werk van Saintrain: dit boek is wel opgesteld, maar het is zeer onvolledig, schreef hij. Is misschien wel zo, maar na (weliswaar diagonale) lezing kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat vooral Holemans ganse passages overgenomen heeft van Saintrain In 1921 verscheen een Nederlandse vertaling van het boek van Saintrain door Jos. Timmermans (Venlo) met nieuwe inlichtingen over de oorsprong en de ontwikkeling van de Hollandse kloosters: De Heilige pastoor van Thildonck en zijn Stichting in Nederland. In 1926 schreef Holemans een Franstalige versie van zijn boek uit 1922: Le Saint Curé de Thildonck. J.C.M. Lambertz. Ene Mother Mary Clare verzorgde in 1933 de Engelstalige versie: The curé of Thildonck, uitgegeven te Londen bij Burns Oates & Washbourne. Ruim verspreid en dus zeer gekend is de beknopte brochure die de Tildonkse onderpastoor Alfons Simons bij drukkerij Altiora te Antwerpen uitbracht in 1940: De heilige pastoor van Tildonk. Joannes-Cornelius-Martinus Lambertz. Hij baseerde zich voor deze brochure op het boek van Holemans.
Zoveel staat vast: de voorouders van componist Ludwig van Beethoven waren Vlamingen. Meer nog, ze waren afkomstig uit onze streek (Kampenhout, Bertem, Haacht, Mechelen,...).
HAGOK &
heemkring Het Hoefijzer
ORGANISEREN
Donderdag 12 oktober om 20 u.
een voordracht door Rudi De Mets, o.m. stadsgids te Mechelen in het museumzaaltje van t Smiske, Hoogstraat 52A te Rijmenam
De Brabantse en Mechelse roots van Ludwig van Beethoven
Mogelijkheid tot proeven van een van Beethoven-wijntje Iedereen is hartelijk welkom, zowel leden als niet-leden Inkom gratis Tussen haakjes:
Wisten jullie dat het Tildonkse hof Ten Bettenrode (de Bertrodehoeve) door dr. Jos Cools indertijd vooropgesteld werd als de mogelijke bakermat van de van Beethovenstam?!
Het is wel degelijk van Beethoven, ondanks Duitse pogingen om er von Beethoven van te maken! Stanley Kubrick had dat goed begrepen. In zijn cultfilm 'A clockwork orange' werd immers voortdurend gerefereerd naar 'Ludwig van' ('ven' uitgesproken op zijn amerikaans).
171) REPETITIE BIJ DE VERENIGDE VRIENDEN (ca. 1955)
De fanfare De Verenigde Vrienden had haar lokaal in de Concordia bij Mon Fillet. Gerepeteerd werd er achter zware houten pupiters op de plancher van het zaaltje. De kachel stond in het midden van de ruimte opgesteld, ernaast bemerken we het 'verhoog' voor de muziekmeester. We herkennen volgende muzikanten:
Vooraan links (bijna buiten beeld): muziekmeester Albert Vanderwielen uit Haacht. Het jongetje vooraan rechts: Mon Fillet (de huidige Haachtse burgervader, jaja). Zittend vooraan: Eduard Engelborghs ('Waar van Jommeke'), achter de pupiter Raymond Bisschop, Eduard Van Roost, Georges Gilis, Frits Vandenberghe, August Piot, Luc Vandenschrieck, Gust Verbiest. Zittend achteraan: Jozef Pashuyzen, Modest Van Horenbeeck, Jan Fillet, en ervoor Armand Devue, Gustaaf Hermans ('Staf van de Congo'). Staand achteraan: Marcel Engelborghs, Rere Nackaerts (?), Roger Gordts, Robert Brixy, Rik Poffé, Louis Gordts ('Coppi' - met de groskès), Victor Van Meerbeeck ('Fikke Kieze')...
De Tildonkse muzikanten kregen ook nog versterking van buiten de gemeente, zoals: Eduard Vanderwielen-Vandezande (Haacht), Vandenheuvel (Buken), Ceulemans (Haacht).
Foto: Het schutblad van de hieronder beschreven 'goedenisbrief' (16/1/1761) is versierd met een kunstig papierknipsel waar het zegel van graaf de Lalaing werd ingedrukt. Prachtig, niet?
Het familiearchief de Lalaing bevat bijzonder veel informatie over het vroegere Tildonk. De graven de Lalaing waren immers in de 18e en 19e eeuw in bezit van de heerlijkheden Tildonk, Nieuwenborg en Lauwendries. Op 10 september 1699 werd Tildonk tot graafschap verheven door patentbrief van Karel II in handen van graaf Charles L'Archier. Deze titel was erfelijk. Het patent werd hem toegewezen omdat zowel zijn grootvader, zijn vader als hijzelf het koninklijk huis trouw hadden gediend, zowel in bestuursambten in vredestijd als tijdens de oorlogen. Charles L'Archier woonde op de Zavel te Brussel. Zijn dochter, Marie-Catharine L'Archier, trouwde op 12 juni 1703 met graaf Maximiliaan-Jozef de Lalaing, en zo belandde het eerste lid van de familie de Lalaing in het graafschap Tildonk Verschillende leden van deze familie regeerden als heren der heerlijkheid Tildonk; allen stamden af uit de tak de Lalaing d'Audenarde, de enige tak van de Lalaings die de achttiende eeuw haalde. (*)
Een zeer interessant document uit 1761 is een 'Goedenissebrief van de landen, meerschen ende andere partijen allodiael, deel maeckende van 't goedt van Nieuwenbourgh tot Tildonck, ten profijte van den heere graeve van Lalaing ende van Tildoncq'. (**) In dit document wordt de verkoop beschreven van het hof van Nieuwenborg (het huidige Kasteeltje) met de bijhorende velden, cijns- en leenboeken, aan graaf de Lalaing. (***) Deze laatste diende 18.274 gulden en 4 stuivers op tafel te leggen, doch hetgeen hij voor dat bedrag ontving was niet min. Leest u even mee:
' Een hof van plaisantie met verschijde opper als nedercaemers, keucken, solders, kelder &a, genoempt het hoff van Nieuwenborgh, gelegen tegens de Lovensche vaert tot Tildonck, in sijne waeteringen, met de pachters schuere, stallingen ende de voordere edificien;
... (item) den hoff boomgaert, landen, wijden, dreven, soo van eijcke als buecke boomen, houtwaschen &a, alle in verschijde parceelen, gelegen van beijde de kanten tegens de voorschreve vaert, groot in t geheel ontrent de een en twintigh a twee en twintigh bunderen[1]salvo justo ende der juiste maete onbegrepen ende sonder in eenige maeten gehouden te sijn te moeten presteren de voorschreve landen ene weijden in huere gebruijckt wordende bij Hendrik Gordts ten prijse van drijhondert ende vijftigh guldens s jaers vrij geldt;
... (item) daertoe eenen (h)eerelijcken leenboeck inhoudende elf manschappen ofte smalle lenen, eenen (h)eerelijcken laethove met den chijnsboeck inhoudende ontrent de vier en vijftigh items met het soo genoempt recht van peertskeuren ofte gichten, renderende s jaerelijckx bij fractie ontrent de hondert guldens salvo justo, met het recht van te stellen eenen meijer, stadthouder, greffier, leenmannen, schepenen ofte laethen, die recht hebben van te goeden ende te ontgoeden, soo wel de leen als chijnsgoederen '
[1] 21 a 22 bunderen = 27 à 28 ha (roede à 20 Leuvense voet)
(*) Tuur Troch, Het graafschap Tildonk onder de familie de Lalaing (18de eeuw), licentiaatsverhandeling KU Leuven, 1977. (**) Goedenisbrief = brief van wettelijke toeëigening (van Emstede, Glossarium Iuris Brabantica 1222-1781). (***) Algemeen Rijksarchief Brussel, Archief familie de Lalaing, n° 1676.
In de jaren '70 kwamen de oude volkssporten terug in de belangstelling. Zo konden verenigingen materiaalkoffers lenen van organisaties als Bloso, waarin tal van oude spelen zaten zoals een sjoelbak. Ook in Tildonk werd toen duchtig gesjoelbakt o.m. door de turnvereniging Germinal. Op de foto links met de beker staat Miel Van Aerschot, die blijkbaar kampioen speelde. Op de foto rechts zien we Miel in actie, nauwlettend gadegeslagen door Roger Hanssens. Achter Roger menen we Jaak Vanlangendonck, toenmalig gemeentesecretaris van Tildonk, te herkennen.
De sjoelbak: een houten bak, ca. 2 m. lang, met achteraan 4 poorten met openingen. Elke opening is goed voor een aantal punten. Het is de bedoeling om kleine ronde houten schijven door deze openingen te schuiven. Dit volksspel zou reeds 500 jaar geleden voorgekomen zijn in onze streken.
Vier kookessenin de weer in de Concordia (jaren '60)
Zowat elke vereniging hield vroeger haar jaarlijkse teerfeest, zijnde een eetfestijn voor de leden. Meestal brachten deze leden dan hun eigen bestek mee. Het eten zelf werd bereid door vrijwilligsters-kokkinnen (in Tildonk sprak men van 'kookessen'). We herkennen op de foto van L-R: Leontine Lambrechts (Tinne Stek), Yvonne Vanmeerbeek (Yvonne van Muskes), Suzanne Kregersman en Simonne Moons (Simonne Fillet).
Er waren 9 zitjes te verdelen. De Tildonkenaren konden kiezen tussen twee lijsten:
Lijst 1 (de Verenigde Vrienden, beter gekend als de 'Varkens') 1. Mevrouw wed. August de Behault du Carmois 2. Engelborghs 3. Goovaerts 4. Jozef Bisschop 5. Van Essche 6. Vandenheuvel 7. Vandevelde 8. Vanmalcot 9. De Becker
Lijst 2 (de 'Beren'): 1. Jules Persoons 2. Jozef Mommaers 3. Decoster 4. Sus Artoos 5. Van Gorp 6. Serneels 7. Corbeel 8. Segers 9. Vanlangendonck
Foto: Een verkiezingspamflet van de 'Beren' (lijst nr. 2) in 1921.
Tildonk stond op zijn kop tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 1921
Dr. August II de Behault du Carmois (°Tildonk 25 november 1869) stierf op 29 juni 1920. Daarmee waren de 'Varkens' hun kopman kwijt en werd de lijst noodgedwongen getrokken door zijn weduwe de douairière Gabrielle Dison. August de Behault was burgemeester van Tildonk tussen 1899 en 1911 en tevens provincieraadslid van Brabant voor de Katholieke partij. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd hij in het klooster opgesloten door de Duitse bezetter, waarna hij ziek werd. Gabrielle Dison diende het op te nemen tegen Jules I Persoons van de 'Beren', uittredend burgemeester. Jules Persoons won opnieuw de verkiezingen en zou nog burgemeester blijven tot 1929, toen hij ontslag gaf wegens te drukke beroepsbezigheden.
Als je de pamfletten van toen leest kan je moeilijk anders dan de huidige kiescampagnes als lauw bestempelen. Toen werd nog man en paard genoemd, de aanvallen waren dikwijls heel persoonlijk en weinig subtiel.
Deze fameuze verbodsplaten staan opgesteld op de vaartdijk ter hoogte van Tildonk-sas.
Vinden jullie het ook lachwekkend? Eerst plaatst men er een galvanisé kot overhoeks over de fietsweg, om nadien te constateren dat de fietsers mekaar niet meer zien aankomen!
Minder amusant wordt het als je leest dat de beruchte waterkrachtcentrale die eronder schuilt zon slordige 1 miljoen euro kostte!
Sas en sashuis zijn een wettelijk beschermd monument. In deze rustieke omgeving poot men dan een pseudo-postmodernistisch bouwsel neer. Een op zijn minst betwistbare keuze!
Enkele cijfers: (bron: De Streekkrant, 21/9/06)
De 4 centrales op de vaart, Boortmeerbeek, Kampenhout, Tildonk en Battel, leveren 1800 MWh/jaar groene energie (blijkbaar genoeg om 510 gezinnen jaarlijks van elektriciteit te voorzien) en hebben samen vier miljoen euro gekost.
De centrale in Tildonk zou energie leveren, genoeg voor 72 gezinnen op jaarbasis.
Wie van de lezers kan eens uitknobbelen aan de hand van bovenstaande cijfers hoeveel jaren er nodig zijn om deze constructie te kunnen afschrijven?
Mij geeft het stellig de indruk dat hier een prestigeproject werd neergezet. De NV Waterwegen en Zeekanaal, een hybride geval - half overheid, half privé -, die sinds 1995 de Leuvense vaart uitbaat, beschikt blijkbaar over onuitputtelijke financiële middelen
Er kwam deze keer weinig respons: 6 antwoorden, wel allemaal juist.
Opgave 19 -> zie rechterkolom. In 1920 overleed August de Behault du Carmois (kopman van de 'Varkens' en burgemeester van Tildonk tussen 1899 en 1911). De begrafenisstoet was een nooit geziene vertoning in Tildonk. Wie kan achterhalen waar deze foto genomen werd?
Een laatste foto in deze serie: de gids verschaft uitleg over de Sint-Jozefkapel aan de vaartbrug. De toehoorders zijn aandachtig. Ook hier zijn de nieuwe eigenaars fier over hun kapel. En zo hoort het ook. In het omliggende zijn, wegens gebrek aan belangstelling, maar al te vaak kapelletjes verdwenen. Verwaarloosd, vervallen en afgebroken... Dikwijls eenvoudige bouwsels, soms ook echte pareltjes. Allemaal waren ze echter de getuigen van het vroegere culturele leven en de devotie in onze dorpen.
Het 'Janssens-kapelletje' in de 7de Liniestraat. Deze kapel werd opgetrokken in 1852 uit dankbaarheid (de sterfte van de veestapel werd gestopt). Dit gebedshuis werd recent door de nazaten van de familie Janssens grondig gerestaureerd. Het was vooral Simonne Lemaire die zich over de kapel ontfermde .
In 1848 werd op het Galgenveld een kapelletje gebouwd door de familie Van Gorp-Pardon uit dankbaarheid voor een genezing. Het kapelletje leunde aan bij een lindenboom, die het gebouwtje enige beschutting bood, maar mettertijd ook de ondergang ervan betekende: de wortels tilden het kapelletje op zodat het gevaarlijk naar de straat overhelde. De huidige eigenaars besloten daarom om het oude kapelletje af te breken en enkele meters verder een gloednieuwe kapel op te richten (2003).
De kapel O.-L.-V. Onbevlekt in de Lipsestraat ging ei zo na tegen de vlakte. Samen hebben we dat echter kunnen verhinderen! De kerkfabriek heeft de kapel gekocht en ijvert voor de restauratie ervan. Met de hulp van de inwoners van Tildonk en de verenigingen zal deze kapel er terug in al haar glorie staan. De foto liegt niet, hier is werk aan de winkel!
Hetgeen er overblijft van het staakkapelletje in de Ketelstraat... Met vrij beperkte middelen zou dit kleinood terug in goede staat kunnen gezet worden. Wie kent de voorgeschiedenis van dit kapelletje?
Kapel O.-L.-Vrouw van Troost op de Hambos. Een blik, door de open deur, op het interieur. De kapel is een beschermd monument, doch de restauratie ervan dreigt een lijdensweg te worden...
Vorige zondag organiseerde KVLV een kapelletjesfietstocht. Meer dan 40 sportievelingen bestegen de fiets; ondergetekende speelde voor gids.
De route en de bezochte Tildonkse kapellen:
- We vertrokken aan de Familia, Kouterstraat: (1) gevelkapel klooster; (2) kapel familie Vangestel. - Via de Zuiddijk bereikten we de brug: (3) kapel Sint-Jozef. - De brug over, Vaartdijk, Kasteeldreef, IJzerenwegstraat, station Hambos: (4) OLV van Troost. - Sas, Terbankstraat, Lipsestraat: (5) kapel familie Van Gorp. - Bosstraat, Ketelstraat: (6) staakkapelletje. - Mortelstraat: (7) kapel Simonart (OLV van Banneux), (8) kapel OLV Lourdes. - Lipsestraat: (9) muurkapelletje hoekhuis, (10) kapel OLV Onbevlekt. - 7de Liniestraat: (11) Janssenskapelletje.
De weergoden waren ons goedgezind, we hebben er dan ook een fijne namiddag aan overgehouden. Hier enkele sfeerbeelden (fotograaf van dienst: Roger Van den houdt).
Vandaag lazen we het onderstaande relaas in een krant van 115 jaar geleden... Nu nog uitknobbelen wie boswachter Orgaan (Organe?) was. Weet iemand van de lezers het soms? Boswachters waren niet direct de meest geliefde personen, zoveel is duidelijk...
(Het Land, dinsdag 24 maart 1891)
Holsbeek Moordpoging Op den 12en Meert werd in de gemeente Holsbeek, gelijk Het Land het reeds gemeld heeft, een moordaanslag gepleegd op den genaamden Orgaan, boschwachter van den heer Janssens van Leuven en woonachtig te Tildonck. Het parket van Leuven, dat ter plaatse gekomen was vond nog eenige voetstappen op eenige meters van daar en drukte ze af. De ieverige opzoekingen gedaan om te ontdekken wie ze ingedrukt had, hadden voor gevolg dat men in het huis van den genaamden Prosper Waelbroeck een paar botten ontdekte die juist met de afdruksels overeenkwamen. Waelbroeck werd aanstonds ondervraagd en zijne antwoorden deden den argwaan van het gerecht ontstaan tegen den genaamden Smout, die sinds de moordpoging aangehouden geweest is en voor landloperij veroordeeld. De genaamde Waelbroeck die te Kessel-Loo woonde, is in hechtenis genomen.
Alle voorintekenaars op het boek 'Tilloenk vruger'!
Jan Gordts
- - - Indien nog vragen, nabestellingen,... Je kan me steeds mailen - - -
Het boek is heel wat lijviger geworden dan hetgeen vooropgesteld werd (224 blz. i.p.v. 200; 280 foto's i.pv. 200). De prijs na intekening blijft evenwel ongewijzigd: 34 (+ evt. 4 verzendingskosten).
Luchtfoto van een stukje Hambos, genomen op een mistige dag op het eind van de jaren '70....
In het midden van de foto onderaan zie je de historische hoeve van Terbank (ook Boomwortelhof genoemd)*, een beetje hoger ligt de spoorlijn Mechelen-Leuven en nog wat hoger het betonbedrijf Limbo (voordien respectievelijk Egmal, Engema, Encoba)**, toen naast Trebos het enige bedrijf in de industriezone. Helemaal bovenaan bemerk je de Leuvense vaart, die omzoomd wordt door kanadabomen. Deze foto heb ik indertijd genomen als passagier van een sportvliegtuigje. Ik herinner me dat we slechts 1 minuut boven Tildonk mochten rondcirkelen van de verkeersleiding van Zaventem, we bevonden ons immers binnen de 'landingscorridor' van de lijnvluchten! Tijdens die minuut heb ik toen een volledig filmrolletje verschoten. Slechts enkele foto's bleken achteraf bruikbaar... Bovendien was het die dag vrij mistig, zodat het uitgesloten was om scherpe beelden te bekomen.
Toch vind ik dit snapshot, qua compositie, geen ongeslaagde foto. Drie krachtlijnen, de IJzerenwegstraat, de spoorlijn, de vaart, leiden naar een punt links buiten het beeld. We kunnen slechts gissen wat er zich daar, waar de drie lijnen mekaar zullen tegenkomen, afspeelt...
* Men begreep de betekenis van het aldaar voorkomende toponiem Bomorter (morter= drassige grond) niet meer in de 19de eeuw (Popp) en maakte er dan maar ineens Boomwortel van. ** Met dank aan Paul Uytterhoeven voor de gedetailleerde info over de industriezone.
Wisten jullie dat de huishoudschool van de Tildonkse ursulinen ooit een kookboek heeft uitgegeven?
Je hebt waarschijnlijk al wel eens horen spreken van de fameuze 'Tildonkse taart' en 'Tildonkse koek'?
Wel, in dit boekje vind je de recepten ervan weer. Deze 'herziene en vermeerderde uitgave' uit 1941, uitgegeven door 'Drukkerij-boekbinderij Tuerlinckx-Boeyé, Grote Markt 2 - Aarschot', hebben we recent op de kop kunnen tikken. Uit 1950 stamt dan weer de vierde Vlaamse uitgave: 'Keukenrecepten voor beroeps- en huishoudscholen', eveneens van de Tildonkse ursulinen. Hiervoor was 'Uitgeverij Jozef Van In, Lier' verantwoordelijk. Weet iemand of er nog latere edities uitkwamen van dit receptenboek?
De recepten van de enige, echte, onvervalste Tildonkse taart en Tildonkse koek staan ook afgedrukt in het nieuwe boek 'Tilloenk vruger'.
161) HET TESTAMENT VAN KANUNNIK VAN 'T SESTICH (1763)
Foto: Het barokke epitaaf van kanunnik Philippus Van 't Sestich (+Tildonk 15/10/1764) in de Collegiale O.-L.-Vrouwekerk te Dendermonde, met bovenaan het familiewapenschild, links en rechts geflankeerd door de wapenschilden van zijn 16 kwartieren. In zijn testament beschreef de kanunnik tot in de kleinste details hoe zijn graf en het epitaaf er dienden uit te zien. Kanunnik Van 't Sestich had bovendien aandacht voor de symboliek van zijn familienaam. Zo wilde hij dat op zijn graf de letters LX (= 60) in koper werden aangebracht en diende men op meerdere plaatsen telkens 60 missen te lezen na zijn overlijden!
Kanunnik Philippus van t Sestich, afstammeling van een vooraanstaande Leuvense patriciërsfamilie, was eigenaar van het kasteeldomein Ter Elstte Tildonk in de 18de eeuw (op de plaats waar nu Trebos gelegen is). In het rijke archief van baron Snoy op het kasteel van Bois-Seigneur-Isaac (Ophain) berust een kopie van het testament van de kanunnik. Een 17 bladzijden lange opsomming, gevolgd door een codicil, nog eens goed voor 25 paginas
Dankzij dit testament konden we het aloude hof Ter Elst, dat ooit toebehoorde aan de abdij van Affligem en waarvan niemand de juiste ligging nog kende, lokaliseren! We geven hieronder een beknopte samenvatting, waarin o.m. de goederen die de kanunnik bezat te Tildonk en Herent voorkomen. Neem je mee een duik in het 'Nederlands' van het Ancien Régime?
21 meij 1763 In den naem ons Heeren Amen. Op heden den een en twintighsten Mije seventhien hondert drij en sestigh is voor mij, Thomas de Lantheere, not. publ. (Dendermonde) present geweest den Eerw. ende Edelen Heere Philippus T'Sestich, heere van Ophem, prot. apost., presbyter, cantor ende canonick des Collegiale van onse Lieve Vrouwe binnen de voornoemde stadt Dendermonde, &a.... gesont van lichaem, gaende en staende, als mede gebruijckende sijne sinnen, verstant ende memorie... heeft hij t'effecte dies uijt vrijen en liberen wille ende onbedwonghen van iemandt, verclaert te maecken dit sijn testament...
Voor eerst recommenderende den Heere testateur sijne ziel soo haest die bij den wille godts uijt sijn sterfelijck lichaem sal comen te scheijden, in de grondeloose bermhertigheijt van haeren schepper ende salighmaeker, onder de crachtighe voorspraecke van de Alderheijlighste maghet ende moeder godts Maria ende van gheheel het hemels geselschap ende sijne doodt lichaem ter geweijde aerde, willende dat tselve sal begraeven worden in den hooghen choor der voorseijde collegiale kercke, recht over den pilaer ende voor den koperen kandelaer, staende ter seijden den hooghen authaer naer den kant van het Evangelie.
Item dat sijn graef sal moeten gemetst ende gewelt worden soodaenigh dat de doodtkiste begrijpen can sonder nochtans het merbele pavement te schenden ende dat int midden van tselve graef in eenen van de witte ofte blauwe merbelen steenen sal ingeleijt worden eene kopere LX. Item dat den voorseijden pilaer, staende in de marbere balestrade, daer onse Lieve Vrouwe aen is, die men wat hoogher sal hanghen, sal becleedt worden met merber volghens de hooghde ende leeghde van de selve balestrade, wel verstaen dat t bekleetsel int midden sal moeten gebeuren met witte merber ende daerop gesneden ofte ingecapt s'heere testateurs epitaphium[1] stellende boven tselve sijn wapen ende van wederseiden sijne quartieren ofte branches, geblasonneert even ende gelijckvormig aen den sercksteen van den heere Bruxelles, staende recht teghen den muer int heijligh graef binnen de voorseijde Collegiale kercke.
Item wilt ende begeirdt den heere testateur dat t sijnder intentie ende ziele laefenisse in de voorschreven collegiale kercke sullen gecelebreert worden t'sestigh missen van requiem bij de eerweerde paters Augustijnen, Capucienen ende Discalsen[2] binnen dese stadt, in ieder clooster oock tot t'sestigh, ende in de parochiale kercke van St Cathelijne tot Mechelen, insgelijckx tot t'sestich, alsmede t'sestigh gelijcke missen van requiem in de parochiael kercke van St Quintens binnen Loven die aldaer moeten gecelebreerd worden door de drij heeren van de drij deservitorien, in deselve kercke gefondeert door wijlent joncker Joannes T Sestich, stellende den heere testateur voor ieder des vooren gemelde missen tot acht stuijvers. Item heeft den heere testateur bij desen verclaert tot maecken, jonnnen ende legateren aende voornoemde Collegiale kercke van onse Lieve Vrouwe binnen de voorseijde stadt Dendermonde, tot eene somme van drij hondert guldens wisselgeldt, beneffens sijnen casuijfvel, stool, manupel et velum, voor ende in consideratie van s'heere testateurs voorgemelde begraefplaetse met het maecken, metsen ende toelegghen van het graef, alsmede t'inlegghenende altijdts onderhouden van de kopere XL op de forme breeder hiervooren vermelt sonder meer... Item maeckt ende legateert den heere testateur aen joncker Philippus Snoij sijnen kleijnen neve over den welcken hij vontpeter in t Doopsel is geweest eene sijne silvere vergulde schotel ende lampet van achter op deselve schotel geteeckent hic verbis illust. R.DNO.ARCHIEPO MECHIL DD COMITAT: ALOSTENSIS. Item maeckt ende legateert oock aen joncker Philippus Ludovicus Crabbeels sijnen clijnen neve ende over denwelck hij insgelijckx vondtpeter is geweest eene sijne andere silvere schotel ende lampet.
Item maeckt, jont ende legateert hij heere testateur aen Philippine Truijpens, ghebortigh van Velseke, sijne dienstmaerte, ingevalle sij bij hem tot sijnen overleijden blijft woonen ende andersints niet, eene lijfrente van vierentwintigh guldens wisselgelt t sjaers, inganck te nemen met den dagh van t'overleijden van hem heere testateur ende alsoo te continueren haer leven gedurende, boven het volle jaer huere t'gene ten daeghe van t'selve overleijden sal ingetreden sijn. Item van gelijcken aen Thomas Lardinoij sijnene dienst knecht bij aldien hij oock tot sijnen overleijden bij hem woondt, eene lijfrente van achtien guldens t sjaers, inganck te nemen en te continueren sijn leven geduerende boven een volle jaer huere gelijck voorseijt is. Waer mede den heere testateur comende tot dispositie van de naerbeschreven sijne tijdelijcke goederen... soo hij maeckt, jont ende legateert bij desen aen joncker Franciscus Romanus T'Sestich, heere van Winxel, Ophem &a, sijnen heere broeder, een sijn pachthof geleghen tot Thildonck bij de Lovensche vaert ontrent het Sas, ghenaempt het hof ter Helst met alle de landerijen, bempden, meerschen, bosschen daer mede gaende, soo ende gelijck Jan Baptista Michiels actuelen pachter alle het selve van hem heere testateur in huere genomen heeft. Item... noch aen den voorn. sijnen heere broeder neghen daghmaelen elsenbosch geleghen tot Herent, genaempt den Quabosch, regenoten s'heere straete ende den grooten H Geest van Loven in twee zeijden. Ditte eenighlijck op last dat den voorgemelde sijnen heere broeder sal moeten doen celebreren eene eeuwighen maendelijcke misse onder de primen inden choor van de Collegiale kercke van Onse Lieve Vrouwe voorseijt met den Miserere den Deprofundus ende Coll: door eenen heere canoninck van het Cappitel des voorseijde Collegiale kercke daer vooren laetende aen den selve tot twelf stuijvers van elke misse die sal moeten beseth ende behoorelijck versekert worden... (JG, hij stipuleert verder dat als zijn broer voor hem sterft het pachthof en de 9 D bos te Herent zullen toekomen aan zijn nicht "de jeghenwoordighe vrouwe gheselnede vanden heere Raedt Snoij tot Mechelen") Aen joncker Philippus Ludovicus ende jouffr. Clara Carolina Crabeels(JG, kinderen van wijlen Urbanus Franciscus en vrouwe Dorothea Henriette Jacobs, de dochter van jonker Jacobs "heere van Kerrebeeck ende Moersieke" en vrouwe Marie Angelique T'Sestich, zuster van de kanunnik): - een rente van 100 gl/jaar - 5 dagmaal, het Schransblock (Tildonk, JG), "wesende leen", regenoten 1. s'heere straete, 2. Godtshuijs van de Witte vrouwen tot Loven, 3. den Teenmeuter, 4. het Diefstraetjen - 5 dagmaal en 14 roeden, Bulinckx ofte Quirinsblock (Tildonk, JG), regenoten 1,2. s'heere straete, 3. den Roeckeloos, 4. de Commanderije van Chantraine; belast aan t'Capittel van Ste Pieter tot Loven met cijns 4 cappuijnen en twee deniers s'jaers - een half bunder, het Trooneveldeken (Tildonk, JG), regenoten 1,2. Jan van Veltem, 3. s'heere straete, 4. Jan Lauwers - een half dagmaal, Broeck (Herent, JG), weijde in het Hemrijck, regenoten 1. Paulus Muls, 2,3. den heere Adonia - 6 vierendeelen weijde, Broeck (Herent, JG), regenoten 1. het Broeckgat naest het Hemrijck Zijn broer Franciscus Romanus T'Sestich bekomt eveneens de rest van zijn goederen "onder de provintie van Brabandt geleghen" evenals de familiepapieren en schilderijen: "maeckende ende laetende aen den selven boven alle t'gene voorschreven, alle sijne papieren ende documenten raeckende hunne familie ende andersints soo gebonden als ongebonden, beneffens de portraiten van de selve hunne familie". Hij stelt als uitvoerders van het testament aan E. H. Louis Joseph van Outheusden D'Elst, eveneens kanunnik in de Collegiale kerk van Dendermonde en de heer Raedt Snoij.
Aldus gedaen ende gepasseert binnen de voorseijde stadt Dendermonde, get. notaris T. De Lantsheere. Copie, J. Mintart 1764. Gecollationeerd, 11/9/1789, notaris P. G. Picard
[2] Discalsen: Ongeschoeide karmelieten (Ordo Carmelitarum Discalceatorum); de orde werd in 1797 afgeschaft, de kerk werd nadien gebruikt als "Tempel van de Rede" http://www.dendermonde.be/cult/monu/dend23.htm
We ontvingen vandaag van de drukkerij het ontwerp van de stofwikkel van het boek. De foto toont de omgeving van Tildonk-brug in 1906, juist 100 jaar geleden dus. De ruisende bomen typeren het Tildonk van toen, met zijn vele dreven, bossen en zijn niet onbelangrijke houtindustrie. De vaart domineert het Tildonkse landschap, sinds halverwege de achttiende eeuw. De toenmalige brug en het brughuis zijn al lang verdwenen, de vaart ligt er nog steeds.
Ik hoop dat jullie het ontwerp eveneens geslaagd vinden...
het boerderijtje... KEN JE DORP (oplossing opgave 17) Dit pittoreske boerderijtje was gelegen in de Postweg, bijna op de hoek met de Woeringstraat. De naam van de vroegere bewoonster, 'Nette Grauwels', doet ongetwijfeld bij veel oudere Tildonkenaren een belletje rinkelen. Toch ontvingen we slechts 4 inzendingen deze keer (wel allevier juist).
Opgave 18 -> zie rechterkolom. Deze keer tonen we u een verkeersbord dat nog maar zeer recent aangebracht werd. Een wel uitzonderlijk lage maximumsnelheid mag je hier slechts doen. Weet u ook waar zich dit nieuwe verkeersbord bevindt ?
Geene heete assche of koolen zal mogen gebragt worden op de straeten, grachten of op daer toe niet behoorlijk en met voorzorg geschikte andere plaetsen.
Artikel 17
Het is verboden, geheel of gedeeltelijk naekt zijnde, te zwemmen of baeden in waters bevindende omtrent de publieke baenen, straeten ofte wegen.
Artikel 18
Alle hoegenaemde bijzondere vergaederingen, als ook alle persoonen bij eene openbaere verzaemeling van volk zullen, int algemeijn, gansch ongewapend en vreedzaem moeten weezen.
Artikel 19
De overtredingen der bepaelingenvan de negen laest voorgaende artikel, zullen naer gelang de omtstandigheden, gestraft worden met eene boete van een tot vijf francs behoudens het regt van confiscatie en gevangenis straffe overeenkomstig de bepalingen van het Boek IV van het Strafwetboek voor de omstandigheden erbij vermeld.
Artikel 20
De hervalling in de overtreding der bepaelingen van dit reglement zal gestraft worden ook overeenkomstig de bepaelingen van het vermeld Boek IV van het Strafwettboek, voor alle de omstandigheden erbij vermeld, en voor alle de andere gevallen zal de boete dobbel zijn behoudens het vermogen der gevangenis vastgesteld bij de Wet van 6 Meert 1818. De straffen bepaeldof uijtgedrukt bij het tegenwoordig Réglement zullen zonder nadeel zijn, aen andere vervolgingen indien de overtredingen ofte feijten ertoe aenleijding geeven volgens de wetten en Réglementen van algemeene of Provinciaele bestuering.
Artikel 21
De vaders, en ook de moeders, wanneer den man overleden is, de Voogden, de Meesters, de onderwijzers en werkbazen, zijn borgerlijk verantwoordelijk voor de schaedeloosstellingen en kosten uijtgesproken tegen hunne minderjarige kinderen, pupillen, dienstboden, leerlingen en kweekelingen in den zin bepaeld door het Derde Boek, vierden Titel, tweede hoofdstuk, vanden Burgerlijken Wetboek.
Den Borgemeester, den Schepen gelast met de Policie, den Veldwagter der gemeijnte, en alle andere ambtenaeren van Policie hier toe benoemd en int algemeijn alle uijtvoerders van de publieke magt zijn gelast, ieder voor het geene hem betreft, met de handhaeving en uijtvoering van het tegenwoordig uijtgeroepen en aengeplakt worden overeenkomend den artikel 102 der gemeijntewet vanden 30 Meert 1836.
Aldus gedaen, besloten en staende . opgesteld in zitting van den gemeijntenraed van Thildonck de Vijftienden Junius 1800 zevenendertig. Tegenwoordig, M.M. Guilielmus Deconinck Burgemeester president, Philippus Debehault du Carmois, J. Franciscus Dewit, schepenen; Joannes Baptista Puijts, Joannes Franciscus Vanhamme, Joannes Baptista Vandenheuvel, Guilielmus Mommaers, Guilielmus Lens, Raedsleden, en Franciscus Elsen, secretaris der gemeijnte, dewelke na voorlezing het origineel deezer alle hebben geteekend.
Artikel 7 Er wordt uijtdrukkelijk verboden, aen de plakbiljetten der overheyd of degeene met derzelve toelaeting ten toon geplakt, te scheuren, bederven, afdekken, op straf eener boete van zes francs, of van eenen dag gevangenis; op de zelfde straf word er ook verboden uijttedoen de teekens der nummers gesteld of te stellen op de huijzen en gebouwen.
Artikel 8 Er word aen een ider verboden van kwaeddoende of ongetemde dieren, peerden, stieren, koeijen en ander vee als mede kwaed willige honden ophouden die voorbijgangers vervolgen, los te laeten loopen, op straf van eene boete van zes tot tien francs, bij artikel 475 van t strafwetboek uijtgedrukt.
Artikel 9 De voerlieden, karrelieden, voerders van rijtuijgen hoegenaemd of van lastdieren zijn verpligt zich gedurende bij hunne peerden trek of lastdieren en rijtuijgen te houden, en staet van dezelve te stieren en te geleijden, eenen kant alleen te houden van de straeten, wegen en publieke doortogten, zich voor alle ander rijtuijgen af te wenden of te schikken en op derzelver nadering hun ten minste de helft van de straeten, baenen, wegen en doortogten te laeten op straf van eene boete als int laetst voorgaende artikel is vermeld.
Artikel 10 Er word verboden op de publieke straeten en wegen, openbaere plaetsen en kerkhoven te werpen of te laeten, het bloed, de overblijfsels en vuijligheden van dieren of vee en in t algemeijn al wat stinkende en ongezonde uijtwaesemingen zoude konnen voorbrengen als mede van er eenige daed te verrigten, welke door derzelve onbetaemelijkheijd of ongeruijmdheijd het publiek zoude konnen beledigen of door slegte reuken verhinderen of den doortogt onaengenaem maeken.
Artikel 11 De doode dieren zullen door de zorg der eijgenaers, binnen de 24 ueren begraeven worden op twee meters diepte en op deszelfs grond of op de plaetsen door het gemeijntebestier aen te wijzen.
Artikel 12 De inwooners wiens woonplaets van vooren naest de openbaere plaetsen, . (onleesbaar), dier woonhuijzen alle zaterdaen moeten afkeeren en de vuijligheijd die er van voortskomt op hunnen grond brengen of op dengeenen door het gemeijntebestier aen te wijzen.
Artikel 13 Er wordt verboden van binnende bepaelde breede der publieke baenen of wegen of op de openbaere plaetsen er rijtuijgen, mest, steen, leem, mortel, kalk, hout of andere voorwerpen en waeren te plaetsen, die de doortogt op eeniger wijze zoude konnen belemmeren, zonder daer toe voorgaendelijk schriftelijk verlof bekoomen te hebben van den Burgemeester of schepenen.
Artikel 14 Geene springbussen, vuerpijlen, kunst of andere vuerwerken, snaphaenen of pistoolen zullen mogen worden ontsteeken of afgeschoten, noch bijzonder gerugt of geschreeuw gemaekt worden tot openbaere of bijzondere vermaeken dan met autorisatie van het Collegie van Burgemeester en Schepenen en in de door haer aen te wijzene plaets bestekken.
In de notulen van de Tildonkse gemeenteraad uit de periode net na de Belgischeonafhankelijkheid, vonden we het hiernavolgend politiereglement.
De overheid stond onder meer argwanend tegenover personen vreemd aan de gemeente en was tevens beducht voor een verstoring van de openbare orde. Maar men had ook schrik voor brand en er was een bekommernis in verband met de openbare hygiëne en zeden.
Met dergelijk politiereglement kon men optreden tegenover de overtreders.
We geven de tekst ervan hieronder integraal weer. Veel leesplezier gewenst!
Policie-Réglement
Den gemeenten raed van de gemeynte van Thildonck, Provincie Braband,
Overweegende dat het van zijn pligt is de goede orde te handhaeven, de gerustheyd der Borgers te verzekeren, af te wenden al hetgeene derzelver veyligheyd zoude konnen in gevaer stellen, en dus de misdrijven voor te komen de welcke de verzuymenis eener wel ingerigte Policie zoude konnen begaen worden,
Besluyt en Bericht:
Artikel 1
Er word bevoolen aen alle herbergiers, weerden, logementhouders of verhuerders van gemeubeleerde huyzen of kamers, ter stond op een regelmaetig gehouden Register, vervolgens en zonder eenige openlaeting van plaets in te schrijven de naemen, hoedanigheden, Domicilie, dagteekening van aenkomst en vertrek, van iederen persoon, welken binnen hunnen huyzen zal slaepen of vernagten, overeenkomstig artikel 5, eersten tittel der wet van 19-22 julius 1791.
Alle acht dagen zullen zij gehouden zijn een exctract van t gemeld register in het secretariaet der gemeijnte over te brengen, meergemeld register op elke verzoeking der Borgemeester of van eenen der scheepenen te vertoonen, alles op straf van eene boete van zes tot tien francs inclus, bepaeld bij artikel 475 par. 2 van het Strafwetboek.
Artikel 2
Er word aen de bovengemelde persoonen uitdrukkelijk verboden, mitsgaders aen alle herbergiers, cafféhuyshouders en aen alle uijtverkoopers van Wijn, Bier, Brandenwijn, genever en andere dranken of liqueuren hoegenaemd, van na de uere van aftogt dewelke gedurende de maenden November, Décember, Januarius en februarius bij deeze is bepaeld, ten negen ueren, en geduerende de maenden Meert, April, Mey, Junius, Julius, Augustus, September en October, ten tien ueren des avond, dranken te verkoopen, of te deibitéeren om binnen of omtrend hun huijzen gedronken te worden, op straf van eene boete van drij francs of van eenen dag gevangenis, zoowel tegen de weerden deezer huijzen, als tegen ieder van de persoonen die, na de uere, aldaer zoude bevonden worden en niet woonagtig zijn. Dit verbod is niet toepassselijk ten aenzien van vremdelingen, bij huns gehuijsvest, dewelke voorgaendelijk op hun register moeten ingeschreven zijn, overeenkomstig artikel een.
Artikel 3
Er word aen de bovengemelde persooen of weerden verboden voor het publiek eenige spelen, danspartijen, toneelen, vertooningen te geven of op te rigten, alsook aen eenider van vergaderingen te houden onder den blouwen hemel, zonder voorafgaende toestemming van het College van Borgemeester en Schepenen bekoomen te hebben, op straf tegen, de eerstgemelde persoonen van zes francs, en tegen de andere als in het voorgaende artikel is bepaeld.
Artikel 4
Het is verboden aen alle inwooners andere als degeene in het eerste artikel vermeld, van zelfs voor eenen nagt persoonen te huysvesten, welke aen de gemeynte vremd zijn, zonder aen den Borgemeester of aen zijn vervangende schepen er aengifte te hebben van gedaen, ten langste des anderdags van teerste nagtverblijf vanden vremdeling, op straf van eene boete van twee tot zes francs.
Artikel 5
Er word bevoolen aen alle vremdelingen welke zichin deeze gemeynte zullen verlangen te vestigen, zich binnen de dry dagen aen het plaetselijk bestier te vertoonen om er hunnen persoon en middelen van bestaen bekend te maeken, na voorzien te zijn van behoorlijke aenteekenen, bij aldien zij verlangen om er hun domicilie te vestigen, op straf van eene boete als in het voorgaende artikel is uytgedruckt.
Artikel 6
De zelfde straf is toepasselijk aen allen inwooner die dienstboden houd, welke in de gemeynte hunne domicilie niet zoude hebben bij aldien, met bijlaege van behoorlijke attestatien, hij verzuijmd zoo als hierboven vastgesteld er de aengifte van te doen en op het register de inwooners te doen aenteekenen.
Blijkbaar kan niets meer gratis. Jammer. 'Bloggen.be' geeft ons webruimte voor de weblog. In ruil worden we echter opgezadeld met een reclameflash bovenaan de blog. Is geen ramp, zolang het niet al té opdringerig wordt. Maar het weze duidelijk: zelf heeft de beheerder van de blog (ondergetekende dus) niet de minste medezeggenschap in, noch inkomsten uit, deze publiciteitsboodschappen.
Laat die, al dan niet ongewenste, reclame echter je bezoek aan deze blog niet vergallen, je skipt er toch zo voorbij...
Naast remedies werden ook 'nuttige recepten' opgenomen in 'De Geneesheer der Armen'. In een van de recepten gaf men het geheim prijs om thuis 'goed bier' te brouwen. Er was wel een probleem: het duurde een volle maand vooraleer men ervan kon proeven...
PS 'Twee knepen' staat blijkbaar voor twee handvollen. In het Tildonks spreekt men van 'grepen' (enkelvoud 'grop').
(Uit: Beauvillard, De Geneesheer der Armen, Uitg. Féron & Beauvillard, Parijs, 1928)
Onderstaande brief ontvingen we van de Stichting Nederlandse Dialecten. Zoals je weet ligt het dialect ons nauw aan het hart. In Tildonk maakte men bijvoorbeeld onderscheid tussen de soorten knikkers; men sprak van 'jèrrebolle' en 'mêrrebolle'. De eersten waren van aarde, de tweede van steen of marmer. Maar we gaven ook specifieke benamingen aan grote en kleine knikkers, enz. Dus, wie wil, kan meedoen aan de enquête. En, mail ons je bevindingen ook eens door...
Beste vrienden, collega's,
taalliefhebbers,
De
Stichting Nederlandse Dialecten organiseert in maart 2007 voor de negende keer
een grote Vlaams-Nederlandse Dialectendag. Deze editie zal plaats hebben in het
Belgische Mechelen (kinderstad bij uitstek) en heeft als onderwerp dialect en/in
kinderspel. U kunt ons helpen door een enquête in te vullen over kinderspelen en
speelgoed van vroeger en nu en de benamingen die uzelf daarvoor gebruikt(e). Het
maakt niet uit of u dialectspreker bent of niet, iedereen uit heel Nederland en
Vlaanderen en van alle leeftijden kan en mag deze enquête invullen. Dat kan
enkel via internet. U vindt de enquête op www.dialectendag.beof op www.dialectendag.nl. Invullen is heel
gemakkelijk, help ons dus alstublieft, zodat we in maart 2007 weer interessante,
verrassende resultaten voor elke dialectregio van het taalgebied aan u kunnen
voorstellen. Mogen wij u
tegelijk vragen om dit bericht aan zoveel mogelijk andere geïnteresseerden te
bezorgen, zodat we gegevens voor zoveel mogelijk plaatsen en uit alle
leeftijdsgroepen kunnen verzamelen ?
Bij
voorbaat onze dank voor uw medewerking, Het bestuur
van de Stichting Nederlandse Dialecten
Deze foto werd op 6 oktober 1915 vanuit bezet België naar Nederland verstuurd. De geadresseerde was Frans Magits, bij H. van Meirienboer Heinsberg - Oud-Gastel (bij Rozendael) - Holland. Dergelijke fotokaarten werden veelvuldig verstuurd naar familieleden om te laten zien dat alles goed ging.
'Met deze laaten wij U weeten dat wij ons nog in goede gezondheid bevinden en hoopen van U hetzelfde', lezen we op de achterzijde.
Op de foto de vier gezusters Magits (L-R: Elisa, Rosalie, Marie en Bertha) met in hun midden de kleine Ferdinand Van Gorp, zoontje van Rosalie Magits en van Jef Van Gorp. Het waren allen leden van het gezin Antoon Magits - Joanna Philippina Geens, uitbaters van het pachthof waar nu Trebos gevestigd is en waar vroeger de kasteelhoeve Ter Elst gelegen was (zie ook artikel 5/1/2006: 'Ter Elst').
We blijven met enkele vraagjes zitten: Nederland was neutraal in de 1ste Wereldoorlog. Was Frans naar daar gevlucht? Of fungeerde het Nederlands adres als doorgeefluik? We veronderstellen dat Frans de broer was van de gezusters Magits. Dan was hij misschien soldaat (krijgsgevangene?) op dat ogenblik (°Tildonk, 24 maart 1884).
de zaal... KEN JE DORP (oplossing opgave 16) De foto is genomen in de Familia. 12 antwoorden ontvangen, 11 juist. Er werd ook terecht opgemerkt dat op deze foto eigenlijk het cafégedeelte voorkomt en niet de zaal. De meesten herkenden de oude lambrizeringen van de Familia. De foto werd genomen bij een teerfeest van de Boerenbond in de jaren 60. We herkennen L > R: Linkerkant van de tafel: Jules Ver Elst (Jules van Pië Minnekes), Gust Vandenhoudt, Joanna Ver Elst (Bertine), Angele Soetaert, Marcel Vanderlinden; rechterkant: Anna Magits, Gustaaf Gordts; en helemaal achteraan links, met de hoed: Leon Vandevenne.
Opgave 17 -> zie rechterkolom. Deze keer serveren we u een foto van een verdwenen Tildonks boerderijtje. Weet u nog in welke straat het gelegen was?
Marie Goovaerts (L) en Miel Vandenheuvel houden café in de Woeringstraat en verkopen in de zomer ook zelfgemaakte ijskreem. Het schijnt dat de kleine Maurice Vandenheuvel (R) er een trouwe klant is...
Het café zal later - als we ons niet vergissen - achtereenvolgens uitgebaat worden door Gustaaf en Germaine Gordts-De Vleeschouwer, door Jef en Maria Van Achten-Meulemans en door Miel en Isabella Beullens-Craps.
Een Tildonks reisgezelschap in het begin van de jaren zeventig. Deze keer laat ik het aan de bezoeker over om de namen in te vullen... Wie kent al deze figuranten? En, waar en wanneer is deze foto genomen?
Graag uw reactie via de reageerknop onder dit artikel... (de foto kan je vergroten door er op te klikken)
Een foto die genomen werd toen het stationshuisje van Hambos afgebroken werd. Weet iemand soms nog wanneer dit gebeurd is? Ergens in de jaren zeventig, nog in de periode toen er slechts enkel groene treinen reden??
Ondertussen weten we dat de afbraak eerder in het begin der jaren tachtig plaatsvond (klik op 'reageer'). Kon men ooit tickets krijgen in het stationnetje, of deed het alleen dienst als bareelwachtershuisje? Het is wel degelijk bewoond geweest. We proberen te achterhalen wie de laatste bewoner was. (jg, 29/8/06)
Volgende reactie mailde ons Raymond Uytterhoeven door (7/9/06):
'Sinds eind jaren 50 kende ik het stationneke; nooit geweten dat het bewoond was. Langs de zijde van de Klein Terbankstraat was het gedeelte van de bareelwachter, langs de zijde van Wespelaar was het gedeelte voor de reizigers. De ingang was voor iedereen langs de straatzijde. Als er een trein aankwam deed de bareelwachter de deur los, liet de reizigers op het perron, deze naar Mechelen dienden over te steken. De bareelwachter verkocht ook coupons, kleine kartonnen kaartjes, ongeveer 15mm breed & 35mm lang. Couponverkoop was door een loket. Abonnementen voor school of werk diende dan in Wespelaar aangevraagd en opgehaald te worden. Verlengen kon je in Wespelaar of het andere station (Leuven of Mechelen). De bareelwachter werd verwittigd door het vorige station van de komst van de trein, hijzelf verwittigde dan het volgende station, nog zo een telefoon waar je diende aan te draaien.'
(Uit: Beauvillard, De Geneesheer der Armen, Uitg. Féron & Beauvillard, Parijs, 1928)
Uiteraard bezoeken we tegenwoordig de dokter, doch vroeger was dit niet steeds evident, al was het maar omdat de mensen soms gewoonweg het geld niet hadden.
De geneesheer der armen (de medische vraagbaak voor 'Jan met de pet' vroegerjaren)
Het is een verkeerde opvatting te menen dat de volksremedies erfgoed zijn van onze verre heidense Germaanse voorouders. Weliswaar is de eerste bron van kennis de overlevering binnen de gemeenschap, maar die werd uit ettelijke bronnen in de loop der eeuwen gevoed en in stand gehouden. Heel wat volksmiddelen zijn overblijfselen van medische voorschriften, afkomstig uit middeleeuwse compilaties van Griekse en Latijnse schrijvers, of gewoon toepassingen, die de medische wetenschap intussen als verouderd of als onvoldoende efficiënt heeft afgeschreven. De belangrijkste bron van kennis is ongetwijfeld de eigen ervaring binnen de gemeenschap. Een middel dat ergens probaat bleek, werd op zijn degelijkheid beproefd door anderen en als goed bevonden recept vaak eeuwenlang doorgegeven en bewaard. Een greep uit deze middeltjes: - brandnetels opleggen bij reuma of bij "heupjicht"
- olie waarin koperen muntstukken hebben gelegen tegen aambeien
- paardenmelk als behandeling bij kinkhoest
- eiwit strijken op insectenbeten
- blauwe bosbessen eten tegen suikerziekte
- oude boter om de navel strijken bij koliek
- om bloed te stelpen wierook kleinwrijven en innemen
- bij keelontsteking een bezwete kous om de hals binden
- urine vond toepassing bij kloven of winterhanden
- bij fijt moest men zijn vinger in een rauw ei, in koedrek, of in de muil van eenkikker steken, waardoor de verzwering zou verdwijnen.
De eigen ervaring vond steun in geschreven of gedrukte handleidingen. De vrij talrijke receptenverzamelingen die reeds in de Middeleeuwen bekend waren, zullen wel nooit volks gemeengoed zijn geweest, maar het feit dat recepten gedrukt waren, verhoogde in elk geval hun geloofwaardigheid. Zo kan verklaard worden waarom boekjes als Handboek voor lijdenden of genezing zonder geneesheer van kapelaan Van den Bosch in de tweede helft van de 19e eeuw een tiental herdrukken beleefde en dat De geneesheer der armen nog na 1925 gemakkelijk verkoopbaar bleek. Dergelijke werkjes waren aanwezig in nogal wat huisgezinnen en werden gretig geraadpleegd. In de bibliotheek van HAGOK vonden we een uitgave terug uit 1928 van De geneesheer der armen (Uitgever: Féron en Beauvillard te Parijs; hier vertegenwoordigd door het Huis Fridman in de Bergstraat 59 te Brussel). Af en toe zullen we hieruit een remedie lichten (wordt vervolgd ->)
Valt dit tuig kortelings te aanschouwen binnen ons eigenste Tildonk?
Jazeker, want wat lazen we in de krant (HLN 25/8):
VRT SELECTEERT 'FUTUROHUIS' VOOR MONUMENTENSTRIJD
'Het 'Futurohuis' van Philemon Vanlangendonck uit Tildonk ligt al vijf jaar in de loods achter het oud gemeentehuis van Tildonk. Jammer, want de vakantiewoning in UFO-vorm is uniek in België. De openbare omroep is enthousiast over het spectaculaire bouwsel en selecteerde het (als enige uit het Leuvense) voor de 'Monumentenstrijd'. Bij dat televiesieprogramma kiest het publiek welk waardevol historisch gebouw of onroerend goed 500.000 euro verdient voor restauratie en herbestemming. Er komt een TV-reeks op Canvas en op 19 februari 2007 wordt de winnaar bekendgemaakt. Philemon kan dat geld alvast gebruiken...'
Het Tildonkse 'Futurohuis' zelf wordt als volgt beschreven:
'Opgesteld heeft het Futurohuis de vorm van een ellips met een doorsnede van acht meter en een hoogte van vijf meter. De wanden zijn gemaakt uit glasvezel. De zestien ramen uit plexiglas zijn stuk en ook de deur is aan een grondige opknapbeurt toe. 'Eigenlijk is het een vakantiewoning in de zin van een stacaravan, met een klein keukentje en zetels om uit te klappen. De living heeft een groot akoestisch- en lenseffect. Als je in het midden iets fluistert, horen de mensen die naast de wand staan dat heel goed. Dat maakt het ideaal als vergaderruimte', aldus Philemon. De ontwerper van het huis is van Finse oorsprong. Drie exemplaren hebben lange tijd in Bosvoorde gestaan. Eén daarvan is naar Tildonk verhuisd, de andere twee zitten in het buitenland. Er worden er geen meer gemaakt in de wereld.'
Het Futurohuis is te bezichtigen tijdens Open Monumentendag op 10 september. De Pastoor Lambertzdreef zal daarom aan de kerk afgesloten zijn vanaf woensdag 6 september tot en met dinsdag 12 september.
Wapenschild en titels van de graaf van Tildonk (18de eeuw)
Maximiliaan Joseph graaf de Lalaing, burggraaf van Oudenaarde, graaf van Tildonk, heer van Zandbergen, enz, enz ...
14 regels met titels op dit document en dan staat er op het laatste nog 'etc' achter vermeld! Het betreffende document dateert van 12 december 1762.* De graaf stelt Guilielmus Josephus Eijdelet aan als drossaard van Tildonk in opvolging van Abraham Frederick Goltfus.
Het wapenschild van de voormalige graven van Tildonk werd in 1967 door de gemeente Tildonk overgenomen en prijkt sedertdien op de officiële documenten. Het zal tevens de achterflap van het boek 'Tilloenk vruger' sieren.
(Zie ook bijdrage nr. 103 van 19/5/06: Tildonk, zijn heren en zijn wapenschild)
* Algemeen Rijksarchief Brussel, Archief familie de Lalaing, nr. 1623.
Deze huizen bevinden zich in de Caubergstraat. De foto werd genomen vanaf de spoorwegovergang in de Kasteeldreef. Daardoor zie je op de voorgrond de houten omheining van de paardenweide van de familie Thijs.
Paarden beheersen het landschap in dit deel van Tildonk... Vroegerjaren was dat ook zo, maar toen waren het de boerenpaarden. Op korte afstand van mekaar trof je in de Hambos immers een zestal zeer grote hoeven aan: de Oudenborg (ongeveer waar nu Polle Uytterhoeven woont), de Nieuwenborg (nu 't Kasteeltje), de hoeve van Terbank (Boomwortelhof), de Dormaalhoeve, het Hof ter Elst (Trebos) en net over de grens met Kelfs 'Godskespachthof' (nu Rosseels).
Blijkbaar was het deze keer niet zo gemakkelijk: slechts 3 juiste antwoorden ontvangen!
Opgave 16 -> zie rechterkolom. Tildonk kende steeds een bruisend verenigingsleven. De meeste verenigingen richtten jaarlijks een 'teerfeest' in voor hun leden. Een gelegenheid om eens gezellig met mekaar rond de tafel te zitten. Weet u in welke Tildonkse zaal deze foto genomen werd?
Foto: Op de voorgrond zie je de kruidenierswinkel van Louis Van Gorp en Irma Swiggers, in Tildonk beter gekend als 'bij Irma van de smed'. Achter de winkel bevond zich de smidse, en vele Tildonkenaren zullen zich nog herinneren dat zich daar het échte dorpsgebeuren afspeelde. Verzamelplaats van de duivensjappers, maar ook van iedereen die wat nieuws te vertellen of te rapen had...
Tildonkse winkeliers in de jaren '60
In de jaren 60 telde Tildonk nog heel wat kleine winkeliers: verschillende kruideniers, bakkers, beenhouwers
Onderstaand lijstje betreft de handelaars die prijzen hadden geschonken voor een tombola van de toen bloeiende Rode Kruisafdeling Haacht, waarvan het 'zenuwcentrum' in Tildonk gevestigd was bij Jan Fillet in de Concordia. Jan was dan ook de spilfiguur van het Rode Kruis in de streek; op praktisch alle manifestaties in de omtrek was hij paraat met zijn Volkswagen-camionette en zijn goed uitgebouwde equipe vrijwilligers. Het was een 2de lijst, dus vermoedelijk zullen op de eerste lijst nog andere Tildonkse zelfstandigen gefigureerd hebben. De meeste van deze winkeliers waren in Tildonk enkel met hun bijnaam gekend:
Fiene Goris, Mieke van den bekker, Gust van Tiske, Juul van Warreke, Rik den beenhouwer,Tellon, Jef de velomaker, Irma van de smed, Juul de schoenmaker, ... Waar is de tijd....
Geplukt uit De Haechtenaar van 26 oktober 1963:
Rode Kruisafdeling Haacht 2de lijst der firma's die meegewerkt hebben aan de tombola van 21 september 1963:
In 1831 waren er 2739 zelfstandige gemeenten in België, een aantal dat tot 1961 constant bleef.
In 1961 werd de eenheidswet gestemd waardoor de weg vrijkwam voor de fusies van gemeenten. Het was namelijk zo dat een aantal gemeenten het financieel niet makkelijk had om nog behoorlijk te functioneren. Een eerste reeks fusies greep plaats in 1964, gevolgd door een tweede golf in 1969-1970. Hierbij werden een 300-tal gemeenten opgeheven.
Dat was echter niets in vergelijking met de grote fusiegolf die men voorzien had per 1 januari 1977; toen werd het aantal Belgische gemeenten in één klap gereduceerd van 2359 naar 596!
Geen wonder dat men al in 1972 druk bezig was met de voorbereidingen van deze schaalvergroting.
Evenmin kan het ons verwonderen dat men in Tildonk niet echt overtuigd was van de voordelen van de zaak, temeer omdat de gemeente er financieel gezond voorstond. Nu, 30 jaar na de fusie, zijn er nog steeds inwoners die hun vraagtekens hebben bij deze indertijd geforceerde operatie. Het was dan ook een fameuze cultuurschok die men te verteren kreeg, eentje waarbij de eeuwenlange zelfstandigheid van de gemeenten finaal onderuit werd gehaald!
Na het invoeren van de fusies kwam er in Tildonk pas echt verzet toen bleek dat sommige verkiezingsbeloften door de nieuwe bewindslieden in Haacht niet ingelost werden. Een van die beloften was het behoud van de gemeentelijke diensten in de deelgemeentehuizen, een zaak die men op termijn niet kon waarmaken. Deze diensten werden na verloop van tijd dan ook gecentraliseerd in Haacht. Verder werd de verplichting aan de werklozen om hun dagelijkse stempel in het vervolg in centrumgemeente Haacht te gaan halen ervaren als een aanval op de sociaal zwaksten Een en ander resulteerde dra in de oprichting van de actiegroep Red ons dorp. En het beleid had het knap moeilijk met het gepast inspelen op deze moderne vorm van assertiviteit!
Het onderstaande lazen wein De Haechtenaar van 8 september 1972 toen de fusies van gemeenten nog nieuw in de oren klonken.
Tildonk tevreden met Haacht
Spijtig genoeg konden we niet de mening vragen van de burgemeester van Tildonk over het plan om zijn gemeente bij Haacht te voegen. De burgemeester is momenteel onder geneeskundige behandeling.① Tijdens de jongste gemeenteraad echter troffen we toch nog enkele mensen van het bestuur die er even wilden over praten, onder meer schepenen Verbiest en Van den Heuvel. Ze waren toen nog maar enkele dagen in kennis van het fameus plan.
Ze leken nog niet erg overtuigd van de eventuele voordelen die fusies zouden opleveren. Een gemeente die geen deficiet heeft is volgens hen leefbaar. Als er dan toch fusies moeten komen, dan liever bij Haacht dan bij Leuven. De plotse beslissing van hogerhand, zonder ook maar enigszins de betrokken gemeenten te raadplegen, komt volgens hen hard aan. Zij prefereren geleidelijkheid, nadat de zaak eerst eens met de aanpalende gemeenten zou zijn besproken. Tenslotte menen ze dat het toch een vrij ideale gemeente zou zijn: Haacht met zijn administratie en winkelcentrum, Wespelaar met wat industrie en Tildonk met nog heel wat landbouw. Ook kregen we te horen dat Herent, nu bij Leuven voorzien, liever zelfstandig zou blijven en in dat geval graag Tildonk zou bijhebben. Feit is echter dat Tildonk meer gericht blijft op Haacht dan op Herent en Leuven.
Deze week hadden we ook een kort onderhoud met de Tildonkse B.S.P.-woordvoerder en gemeenteraadslid de heer Julien Magits. Persoonlijk vindt hij de fusie met Wespelaar en Haacht een goede oplossing. Hij merkt vooral op dat het dienstbetoon tegenover de bevolking hiermee niet zou mogen verminderen, maar er integendeel moet gezocht worden om het nog uit te breiden. Een fusie met Herent zou volgens hem ook een oplossing zijn waar iets over te zeggen valt. Buken zou beter bij Veltem gaan of anders bij Kampenhout.R.W.
① Tildonks burgemeester was toen dr. Raymond de Behault du Carmois. Vier dagen na het verschijnen van bovenstaand artikel overleed hij in de H.Hartkliniek te Leuven.
Overal in de tuinen stonden ze vroeger te ronken en te roken, de witloofvuurtjes. Eierkolen was de brandstof (in Tildonk sprak men van 'aarhoelle'). Het hete water stroomde vanuit de ketel door de buizen, die in de grond gelegen waren, en verwarmde aldus de witloofbedjes. Op deze manier lukte men erin om de teelt te forceren. (voor meer info, zie bijdrage nr. 92 - 3/5/06: 'Witloof veranderde aanschijn van ons dorp')
Aan het vuurtje Yvonne Verelst, op de achtergrond haar vader Jules Verelst, alias Juul van Pië Minnekes, die peeën aan het inzetten is (het intafelen van de witloofwortelen in de bedjes). Achteraan zie je de huizenrij van de Lipsestraat en helemaal achteraan de bomenrij langs de vaart.
Zo af en toe stuit je op een magnifieke foto, maar lukt het niet meer om te achterhalen wie erop vereeuwigd werd. Jammer. Deze foto komt uit het archief van Jules Persoons (x Clotilde Op de Beeck). Wellicht zijn het mensen van Tildonk, mogelijk werkte de man in de fabriek van Persoons. Beiden staan er in hun paasbest op. Hij met gilet en strikje, de vest met één knoopje dicht, en de obligate klak op het hoofd. Zij draagt een lange rok en een heel mooie bloes met fijn borduurwerk.
Wie is wie? Beste bezoeker, dit moeten we kunnen achterhalen! Print de foto af en laat hem zien aan al diegenen die het zouden kunnen weten. Wie weet kan hij nog opgenomen worden in het boek 'Tilloenk vruger'...
NASCHRIFT - Raadsel opgelost, de man in kwestie betreft Cyriel Persoons (°Wespelaar 11 april 1866, +Buken 7 februari 1930). Hij was de zoon van Joannes Franciscus Persoons (°Tildonk 9 mei 1836) en van Catharina Van den Poel (°Wespelaar 16 oktober 1824, +Buken 12 maart 1905), landbouwers te Buken. Joannes Franciscus Persoons was een kozijn van de Tildonkse nijveraars Jules I en Fons Persoons. De vrouw naast hem is waarschijnlijk zijn oudere zuster Petronilla Paulina Persoons (°Wespelaar 15 november 1859, +Buken 26 oktober 1952), eveneens ongehuwd. Er was nog een oudste zoon Joannes Franciscus Persoons (°Wespelaar 22 mei 1858, +Buken 19 januari 1941), ook ongehuwd. Wellicht baatten broers en zus samen later de ouderlijke boerderij in de Haachtstraat te Buken uit. Het echtpaar Persoons-Van den Poel, had dus geen kleinkinderen waardoor deze familie uitstierf. Men heeft het in zo'n geval over 'een dorre tak' aan de stamboom...
(Uitsluitsel bracht onderstaande foto uit het fotoarchief van zr. Bernadette Uytterhoeven)
Wie helpt de Tildonkse meisjes van toen (geboortejaar ergens tussen 1902 en 1910) te identificeren op deze prachtige foto?
1916
Wereldoorlog I is volop bezig. Tildonk heeft al gedeeld in de klappen, ettelijke burgers werden brutaalweg vermoord door de Duitse soldateska, vele jongelingen zitten nog aan het front, enkelen onder hen zullen hun dorp nooit terugzien.
Het neutrale Amerika voelt erg mee met het door het noodlot getarte België en stuurt massaal hulpgoederen naar hier. De bezetter verleent hiertoe eind oktober 1914 de nodige toelating. 'Nationale Comitees tot Hulp en Voeding', de zogenaamde 'komiteiten', schieten over het ganse land als paddenstoelen uit de grond. Zo ook in Tildonk. In een bijgebouw van de woning van Persoons naast de kerk worden de goederen opgeslagen. Sus Artoos, die lid is van het komiteit, krijgt van de politieke tegenstrevers de bijnaam 'Sus Siroop' toebedeeld, als zou hij zich teveel bediend hebben van deze lekkernij. Siroop was met name een der basisproducten van de voedselpakketten...
Bij de ursulinen in Tildonk wordt een klasfoto genomen. Er hoort een bordje bij: 'Hulde aan Amerika. De leerlingen der Lagere meisjesschool. Zusters Ursulinnen Thildonck 1916'. De gezichten staan ernstig, alsof iedereen beseft dat niets nog ooit zal zijn zoals het was... Een stempel op de achterzijde van de foto met de tekst: 'American - Photo, Th. Joly - Bruxelles' bevestigt het adagium dat business business is, ook tijdens een oorlog.
Tildonk Bloemendorp werd voor de eerste keer ingericht in 1976, een jaar dat met grote letters moet ingeschreven worden in de Tildonkse annalen. 1976 was namelijk het laatste jaar van een meer dan acht eeuwen durende tijdperk als zelfstandige gemeente Tildonk. Van een mijlpaal gesproken!
De toenmalige Tildonkse Kultuurraad was van mening dat het beter was om in schoonheid te eindigen en heeft dat jaar een waaier aan activiteiten op touw gezet, gaande van fusiespelen tussen de verschillende deelgemeenten van het toekomstige Groot-Haacht, het herinstalleren van de Tildonkse reuzen (die herdoopt werden tot de bloemenreuzen Jan en Babs van Tildonk), het inrichten van een fantastisch vuurwerk op de vaart (waarvoor notabene Henderickx, de Europese kampioen der vuurwerkmakers, naar hier was afgezakt), het inrichten van meerdere bloemenbals, tot het in de bloemetjes zetten van de oudste inwoners van het dorp toe. En dan vergeten we waarschijnlijk nog een aantal evenementen. Alles stond in het teken van Tildonk Bloemendorp dat daarmee zelfs de voorloper was van het bloemendorp bij uitstek, Waanrode. Karel Monden, die als stichter van Tildonk Tennis Club en inrichter van de gerenommeerde autozoektochten van het Davidsfonds zijn sporen al verdiend had, was degene die het idee aanbracht. De toen veertig (!) Tildonkse verenigingen trokken aan één zeel en zorgden zo voor een onvergetelijk jaar 1976.
Nu, na al die jaren, past het misschien om ook eens de bestuursploeg van toen in de bloemetjes te zetten. Het was lang niet evident om, in het nog enigzins door dorpspolitiek overheerste Tildonk, deze waaier van verenigingen te doen samenwerken! Hun namen: Achiel Bidee (die jarenlang de Kultuurkrant verzorgde), Irène Janssens, Willy Cleynhens, Birgit Corbeels, Albert Ruttens, Maria Hamels-Janssens, Jozef Buelens, Karel Monden, Jan Gordts.
TILDONK 30 jaar later, nog steeds BLOEMENDORP!
U d o e t t o c h o o k m e e !
(9 antwoorden, 8 juist) Opgave 15 -> zie rechterkolom. Mooi wandel- en fietsweer momenteel. Daarom terug een ontdekkingsvraagje:
Jakke Vanden Acker, alias sinterklaas, Tildonks volksfiguur bij uitstek.
Jakke zat nooit om een grapje verlegen. Hier poseert hij, samen met zijn vrouw Pelagie Vankrieken, op een moto van de Engelse MP's bij de bevrijding van ons dorp.
'Hells angel' avant la lettre? Laat ons het houden bij 'prettig gestoord'...
Jan Vanmeerbeek, (°Tildonk 22 december 1890), vrijgezel en volksfiguur, door iedereen gekend als Jan van Muskes. Jan heeft nog een tijdje gekoerst en we zien hem hier fier poserend op zijn koersmachien (nog zonder versnellingen) (ca. 1905).
Jan was overal graag bij en van kleinsaf zaten er kapoenenstreken in. Van hem zijn de gevleugelde woorden: 'Vliegen dat is niks, maar landen, da's de kunst!', nadat hij met behulp van krôwoagesponne* een mislukte vliegoefening deed vanuit de perenboom naast het ouderlijk huis en daarbij nogal onzacht op de grond terechtkwam. Jan was een zeer gewaardeerde stielman in 't fabriek van Persoons. Maar daar wist men dat men hem 's maandags niet moest verwachten, want dan rustte hij nog uit van het zware weekend... * De afneembare houten zijwanden van een kruiwagen (ik heb er geen woord voor gevonden in het Standaardnederlands).
Moris van Klet(Maurice Paeps) bij zijn Ford Consul, bouwjaar 1960. De jaren '60 dienden zich goed aan voor de witloofboeren van Tildonk die zich een voor een een nieuwe auto aanschaften...
Deze foto dateren we begin der jaren '50. Hij is genomen op de binnenkoer van de Dormaalhoeve. Naast de tractor Pol Verbelen, op de tractor zijn kroost.
Foto genomen tijdens een of andere stoet te Tildonk in de twintiger-dertiger jaren. 'Victor Holsters Transports - Campenhout' valt er te lezen op de reclameplaat boven de cabine. Het jongetje op de tredplank is Frans Janssens.
Deze foto is genomen aan het brughuis van Tildonk, dat uitgebaat werd door brugdraaier Jozef Mommaers, beter gekend als Jef van de brug. Indertijd was het brughuis het stamcafé van een gezelschap verwoede jagers, heren van 't stad en enkele notarissen uit het omliggende. Het was er dus soms een aan- en afgerij van statige automobielen. Op de foto Irma Costers, echtgenote van Maurice Mommaerts en schoondochter van Jef van de brug.
Deze foto werd trouwens genomen door Maurice Mommaerts. Van zijn hand zijn wondermooie foto's tot ons gekomen van het Tildonk uit de twintiger en dertiger jaren van de vorige eeuw (de vaart, de oude boerderijtjes, enz.).
het familiewapen... KEN JE DORP (oplossing opgave 13)
Het gezochte wapenschild is dat van de familie de Behault du Carmois, de gekende burgemeestersfamilie die in 1972 uit Tildonk verdween toen dr. Raymond de Behault du Carmois overleed. Minder geweten alhier is dat deze familie de adellijke titel van baron voerde.
(3 juiste antwoorden slechts) Opgave 14 -> zie rechterkolom. Met dit warme weer zou het uit den boze zijn om al te netelige vragen op jullie af te vuren. Temeer omdat jullie waarschijnlijk reeds hersenbrekers genoeg tegenkomen in het vragenlijstje van de fotozoektocht van de Landelijke Gilde...
Een verfrissend kiekje bij de huidige temperaturen...
De foto is genomen op 17 februari 1929. De winter van 1928-29 was uitermate streng, het had toen weken aan een stuk gevroren dat het kraakte. En Jules Persoons, die wel eens graag stuntte, deed een ritje met zijn solide voiture op de bevroren Leuvense vaart. Rechts vooraan staat mijnheer Swaelus, de toenmalige boekhouder van 't fabriek van Persoons. Ergens in de jaren '60 zou iemand dat stukje waaghalzerij overgedaan hebben met een 2pk. Wie weet daar meer over?
Maria Janssens, echtgenote van Gustaaf Verbiest, baatte een likeurwinkel annex verfwinkel uit, schuin tegenover de kerk van Tildonk. Voordien kon je er ook specerijen kopen en huishoudgerief aanschaffen, zoals bestekken, potten en pannen. In het woonhuis ernaast hielden de ouders van Gustaaf tot in de jaren dertig beenhouwerij.
Momenteel is er frituur 'Het Tildonks Dreefje' gevestigd.
We herkennen op de foto (L > R): Florence Verbiest, Maria Janssens, haar echtgenoot Gustaaf Verbiest, Germaine Van Aerschot (x Albert Janssens).
Op de voorgrond bevindt zich het huis en de winkel van het echtpaar Gustaaf Verbiest Maria Janssens, in het midden de pastorij en links op de achtergrond vangen we een glimp op van het klooster. Let ook op de mooie lindebomen die de Dreef toen nog sierden. Maria Janssens baatte een likeur- en verfwinkel uit, schuin tegenover de kerk (nu frituur 'Het Tildonks Dreefje'). Haar echtgenoot, Gustaaf Verbiest, was een kopman van de Verenigde Vrienden (de Varkens) en was ook de laatste burgemeester van het zelfstandige Tildonk.
Foto: Zuster Maria Paulina Vandevenne omringd door haar zusters en broer (Maria, Augusta, Madeleine en Leon) en haar ouders Guillaume Vandevenne en Pauline Penoey. De foto werd waarschijnlijk genomen bij haar vertrek naar India, ze droeg immers reeds het missiekleed.
De Ursulinen van Tildonk in India
De congregatie der Ursulinen van Tildonk, indertijd gesticht door de Tildonkse parochiepriester Joannes Cornelius LAMBERTZ, had één groot doel voor ogen, nl. de uitbouw van het christelijk onderwijs.Hiertoe werden overal te lande nieuwe kloosters opgericht. De orde deinde vervolgens verder uit naar Nederland, Engeland, Duitsland, Canada, Amerika, Congo
Ook in de missiegebieden was er een groot gebrek aan scholen en zo kwam het dat de befaamde pater LIEVENS,[1] die uiterst actief was in Brits-Indië eind vorige eeuw, een beroep deed op de zusterkens van Tildonk om aan die nood te voldoen. Niet tevergeefs, want de eerste vier missiezusters kwamen er toe op 5 januari 1903. Enkele dagen nadien bereikten ze hun post te Ranchi in de provincie Chota-Nagpur.
Nieuwe missieposten volgden: Khunti (1904), Tongo (1906), Rengarih (1908), Noatoli (1925), Gumla (1945). Naast een middelbare school en een normaalschool te Ranchi werden kantwerkscholen, weeshuizen en kinderkribben opgericht.
In 1935 waren niet minder dan 57 Ursulinen-missiezusters, meestendeels vanuit Tildonk, naar India afgereisd. Tot op vandaag zijn de Ursulinen van Tildonk in India aanwezig.
Zr. Pauline (Victorina Vandevenne), een Tildonkse missiezuster
Op zondag 15/12/1935 had er het klooster van Tildonk een groot missiefeest plaats. Twee weken later zouden immers twee missiezusters naar India vertrekken: zuster M. Paulina, alias Victorina VANDEVENNE (geboren te Tildonk op 6/2/1908 als dochter van Guillaume Vandevenne en van Pauline Penoey), alsook zuster M. Maria Liguori (Magdalena Verschueren) uit Mechelen.
Voor het dorpje Tildonk was dit een gebeurtenis van formaat, zijn eerste missionaris werd uitgezonden.Kaarten voor het missiefeest waren te bekomen in het klooster van Tildonk en in de bijhuizen te Haacht, Sint-Adriaan, Wijgmaal en Winksele-Delle.
E. H. De Coster, de bestuurder van het klooster, hield een gelegenheidssermoen in al de missen en de leerlingen van de kostschool luisterden in de namiddag het feest op met muziek en declamatie. De Missiebietjes van Tildonk blonken uit met een toneelstukje over pater Lievens. Het waren: Wilhelmine Vanstappen, Marie Janssens, H. Massy, E. Bisschop, Paula Jossa, A. Heyligen, A. Ons, A. De Keuster, Irma Albert, Marie Uytterhoeven, Fin Van Zegbroeck, Wivina Piot, Verbelen, Yvonne Vandenbroeck en Henriette Vervoort. Een bijzondere vermelding kreeg Wilhelmine Vanstappen voor haar uitbeelding van Pater Lievens.[3]
De tocht naar India was een hele onderneming: vanuit Tildonk over land naar Marseille waar ingescheept werd, dan naar Port Saïd, langs het Suez-kanaal, de Rode Zee, Djibouti en de Golf van Aden om via de Indische Oceaan de eindbestemming na enkele weken te bereiken.
Zuster Pauline werd verpleegster in het hospitaal en heeft als vroedvrouw een heel pak kindjes op de wereld geholpen.
In The Annals of the Ursulines of Tildonk in India lazen we dat ze in augustus 1938 doodziek werd (tyfus) en zelfs de laatste sacramenten ontving. Ze herstelde evenwel en kon op het einde van dat jaar het werk hervatten.
Missiezuster zijn in India was geen kinderspel. In de zomer kon de temperatuur er oplopen tot 45°C in de schaduw, er woedde bij tijd en wijle een cholera- of tyfusepidemie en soms kwam het gevaar voort van de inlandse fauna (schorpioenen, slangen, tijgers, noem maar op ). De afstand India-België was immens, het duurde dan ook meer dan 20 jaar vooraleer zuster Pauline de eerste keer op bezoek kwam in haar geboorteland! Zuster Pauline overleed te Gumla (India) op 23 juli 2001 in de gezegende leeftijd van 93 jaar.
[1] Pater Constant Lievens uit Moorslede (W. Vl.) was ongetwijfeld een der grootste missionarisfiguren die ons land heeft voortbracht. Hij stichtte in 1885 de missiepost van Chota-Nagpur in Engels-Indië. Hij stierf op 36-jarige ouderdom en had, aldus de toentertijdse bronnen, in een korte tijdsspanne niet minder dan 27.000 Indiërs eigenhandig gedoopt. In 1935 telde Chota- Nagpur al meer dan 300.000 katholieken. [2] Ook in andere werelddelen was (en is nog steeds) de Tildonkse congregatie actief. Oorspronkelijk (1914) was Canada (en vandaar uit de Ver. Staten) missiegebied voor de Tildonkse Ursulinen. Vanaf 1955 vertrokken ook missiezusters van alhier naar Congo (Goma, Shabunda, Kalima). [3] De Gazet van Haecht, 21/12/1935.
Tildonk
telde in de eerste decennia van de twintigste eeuw niet minder dan vier
hotels: Hôtel du Cygne (maar iedereen sprak van Het Zwaantje), Hôtel de Londres, Hôtel Ste-Ursule en Hôtel
Maritime.
De drie eerste
hotels waren toegespitst op de bezoekers van de Internationale School van het
klooster. Terwijl de Maritime, eigenlijk het sashuis, zijn kalandizie vooral
bij de Leuvense vaarttoeristen vond.
Hotel Het
Zwaantje werd opgericht door Jules Schodts (1863-1930), die getrouwd was met de
Leuvense Jeanne Ide Lintermans. Vroeger was op deze plaats een herberg
gevestigd die uitgebaat werd door de ouders van Jules, nl. J.Bt. Hieronimus
Schodts (1823-1877) en Maria Virginia Van Orshoven (°1842). Maar ook de
grootouders moeten er herberg gehad hebben: Schodts Cornelius (1791-1837) en
Maria-Anna van den Schrieck (1787-1856). In de overlijdensakte van deze laatste
stond: tapster en landbouwster.
De familie
Schodts komen we in Tildonk al van vóór 1600 tegen. Zij had op deze plaats een
eigendomshoeve en in de 18de eeuw zelfs een familiebrouwerij.
Maria-Anna van
den Schrieck was de zuster van een der eerste drie Tildonkse kloosterzusters
(zuster Catharina van den Schrieck). Andere zusters waren getrouwd met telgen
uit de families Gordts, Janssens en Persoons, de voornaamste pachtersfamilies
in het 18de eeuwse Tildonk
Jules Schodts,
in Tildonk door iedereen gekend als Juul van t Zwonke, heeft het hotel
opgestart vóór de eerste wereldoorlog. Op de foto zie je de uitbaters en het
personeel van Hotel Het Zwaantje. Achter in de tuin stond een wip opgesteld,
aan de straatzijde was een terrasje.
De ligging vlak naast het klooster was natuurlijk ideaal. Maar het duurde niet
lang of er kwam concurrentie. Louis Van Horick, getrouwd met Bernardine
Persoons, begon ook een hotel, rechtover de hoofdingang van de kerk, en noemde
zijn etablissement Hôtel de Londres.
Dit was duidelijk niet naar de zin van Jules en het verhaal gaat dat hij zijn
concurrent kwam uitdagen door er eens binnen te stappen en er een boeksering te bestellen, arme-mensenkost
en zeker geen hoteleten in die tijd. Het affront kon tellen en het duurde niet
lang of beide hoteliers waren verwikkeld in de Tildonkse politieke strijd
tussen Varkens en Beren
In 1937 stopte
Hotel Het Zwaantje definitief met zijn bezigheden en werd de inboedel openbaar
verkocht door madame Schodts.
Op het einde van de oorlog brandde het gebouw gedeeltelijk af. De restanten van
het middengedeelte werden nog een tijd bewoond door het echtpaar De
Greef-Vanhorenbeek tot de definitieve afbraak volgde.
Laatste rustplaats
Vandaag 7 juli
2006 werd Julia Schodts (°Tildonk 22 maart 1911, +Berchem 3 juli 2006), dochter
van hotelier Jules Schodts, in het familiegraf op het oude kerkhof van Tildonk
begraven. Zij keerde aldus voor altijd naar haar geboortedorp terug,
het dorp waaraan ze na al die jaren nog steeds gehecht was.
Foto: Botervaten en ontromers van Persoons, ca. 1909.
Een reklamefolder uit ca. 1909 over het toen prille Tildonkse bedrijf 'ONTROOMERS PERSOONS' luidde als volgt:
BERICHT Het is eene bekende zaak dat iedere fabrikant of verkooper van afroomers beweert dat zijn stelsel het beste is. Wij mogen zonder eenige tegenspreking mogelijk zeggen, dat de ONTROOMER PERSOONSnieuw stelsel met hangenden bol alleen de beste is. Een onweerlegwaar bewijs hiervan is dat wij in verschillende streken, in min dan vier jaren en half van 70 tot 85 onzer ontroomers per gemeente hebben geplaatst. De lijst hiervan kan op aanvraag gezonden. ------------
De ONTROOMER PERSOONS is de bestkoope: omdat hij schier onverslijtbaar is omdat hij van de verschillende stelsels het best aan zijn doel beantwoordt omdat hij zich gansch zelf oliet omdat hij al de noodige voordelen dezer toestellen bezit, zonder een enkel der nadeelen te hebben welke men bij andere merken aantreft, zooals: slecht afroomen, moeilijk smeren, rap slijten, ingewikkeld mekanism, lastig draaien, gerucht maken der tandwielen, gemis aan zuiverheid door de olie, caoutchouc, enz, breekbaarheid van sommige deelen.
De ONTROOMER PERSOONS is geen namaaksel van andere stelsels; hij berust op gansch nieuwe eigenschappen.
Het is de eenige ontroomer welke gansch aan zijn doel beantwoordt. -------------
Op aanvraag, cataloog, gratis en franco. -------------
Foto: Emiel Van Hoof, de nieuwe pastoor van Tildonk, tijdens zijn entree in zijn nieuwe parochie op 15 februari 1959. Op het achterplan bemerken we de directeur van het klooster die de hand drukt van Jules Van Langendonck, en er tussenin Herman Vanhorenbeek, vaandeldrager van de fanfare St-Cecilia.
De inhaling van pastoor Van Hoof (1959)
De Tildonkse pastoor Nijs nam op 18 december 1958 in stilte afscheid van zijn parochie waarvan hij sedert 19 september 1950 de dienst uitmaakte. In zijn plaats kwam pastoor Van Hoof, tevoren onderpastoor van de Leuvense Sint-Pietersparochie. Zijn intrede ging niet onopgemerkt voorbij. De Tildonkenaren hadden in het verleden al bewezen dat ze uitmuntende stoetenbouwers waren en opnieuw zetten de parochiale verenigingen hun beste beentje voor.
Ook nu weer haalden we onze mosterd uit de onvolprezen nieuwsbron voor onze streek, het weekblad De Haechtenaar. Leest u even mee?
Aanstelling van een nieuwe herder
Zondag 15 februari zal de Tildonkse parochie haar nieuwe herder, Z.E.H. VAN HOOF, feestelijk verwelkomen. Naar we konden vernemen is de Z.E.H. Van Hoof van Antwerpen afkomstig, waar hij geboren werd in 1909, en studeerde hij, alvorens naar het Seminarie te gaan, aan het Sint-Jozefscollege te Turnhout. Hij was achtereenvolgens onderpastoor te Braine-le-Château, Evere, parochie OLV Onbevlekt te Leuven, en sinds 1943 in de St. Pietersparochie te Leuven. De nieuwe pastoor wordt aan de grens Tildonk-Wespelaar verwelkomd en vervolgens stoetsgewijs naar de kerk geleid. Deze feestelijke optocht volgt volgende wegwijzer: Tildonk-Brug, Kruineikestraat, Woeringstraat, Dorp, Nieuwe Baan, Brug, Kruineikestraat, Dreef. In naam van onze Tildonkse lezers heten wij Z.E.H. Van Hoof hartelijk welkom in zijn nieuwe parochie. Bij deze gelegenheid wensen we tevens het beste aan de vroegere pastoor, Z.E.H. Nijs, die wegens zijn wankele gezondheidstoestand op rust diende te gaan, zeer tot spijt van zijn parochianen die hem grote waardering toedroegen.
---
Jaarschriften en welkomstspreuken voor de inhuldiging van Z.E.H. Van Hoof, kunnen van heden af besteld worden bij A. Neefs, Brug, Tildonk.
De Haechtenaar 7 februari1959
Inhuldiging pastoor
Zondag 15 februari wordt Z.E.H. Van Hoof als pastoor van de parochie Tildonk aangesteld. Hieronder geven wij het programma van de feestelijke aanstelling: - Te 14 uur: Ontvangst aan de rand van de gemeente. Redevoering van dhr. Burgemeester. Optocht naar de kerk. In ogenschouw nemen van de stoet door Z.E.H. pastoor. - Te 15 uur: Aanstelling van Z.E.H. Van Hoof tot pastoor van Tildonk door Z.E.H. Deken van Haacht. Officiële opening van de kerk, met lof, sermoen en Te Deum. - Te 16 uur: Bijeenkomst in de parochiezaal met redevoeringen van verschillende personaliteiten. - Te 17u15: Receptie van de overheden in de meisjesschool door Z.E.H. Pastoor.
De Haechtenaar 14 februari 1959
Inhuldiging van E.H. Van Hoof, als pastoor van Tildonk (samenvattend verslag)
- Welkomstrede aan de rand van de gemeente Tildonk-Wespelaar door de burgemeester. Daarop liet de fanfare De Verenigde Vrienden het Vaderlands Lied weerklinken. Al de organisaties en groeperingen van Tildonk stapten mee op in de stoet: Boerengilde, Boerinnengilde, BJB, Bond der Jonge Moeders, fanfare St. Cecilia, K.A.J., Atletiekclub P.A.K.T. (...de leden der jeugdige Atletiekclub P.A.K.T. verrasten de bevolking, door hun frisse en opvallende verschijning in hun "blauw-wit" trainingskostuum, onder leiding van hun flinke trainer dhr. Louis Verstraeten...) Na de rondgang van het dorp nam de nieuwe herder de stoet in ogenschouw, samen met de talrijke geestelijken, het gemeentebestuur, de kerkfabriek en leden van de C.O.O. Vervolgens begaf hij zich met zijn gevolg naar de ingang van de kerk, waar de heer August Van Gorp, voorzitter van de kerkfabriek een welkomrede hield. (....) Daarop ontving de nieuwe pastoor de sleutels van de kerk en weerklonk nogmaals het Vaderlands Lied, nu uitgevoerd door de fanfare St. Cecilia. De kerkelijke plechtigheid ving aan met het "Veni Creator", gebracht door het zangkoor van de parochie St. Pieter van Leuven. Gedurende het lof werd een rede uitgesproken door Z.E.H. Deken van Haacht. Na de kerkceremoniën begaf men zich naar de parochiezaal waar een welkomstgroet werd gebracht door dhr. Hubert Simonart, gevolgd door een rede door dhr. L. Verbelen, namens de Boerengilde, dhr. J. Vanden Eynde, namens het A.C.W. en de mannenbewegingen, mev. Hamels, namens de vrouwenverenigingen. Tenslotte volgde een dankwoord van Z.E.H. Van Hoof (....). Uiteindelijk was er nog een officiële receptie in de meisjesschool.
Dit reclamebord hangt omhoog in de Vijfeikenstraat, aan de huisgevel waar bakkerij Boogaerts gevestigd was en voordien bakkerij Albert Van den houdt. ( 5 antwoorden slechts deze keer, allen juist) Opgave 13 -> zie rechterkolom. Deze keer begeven weons in de wereld van de heraldiek. Elke zichzelf respecterende adellijke familie was vroeger in het bezit van een familiewapen.Tussen haakjes: dat het voeren van een wapen een louter voorrecht van adellijke families zou zijn is nog een zeer verspreide misvatting. In vroegere tijden voerden veel welgestelde 'gewone' families een wapen. Voor die families was het wapen een familiesymbool, een zinnebeeldige uitdrukking van de samenhorigheid van de familie. Dat was de eigenlijke waarde van het burgerlijk wapen. Er zijn vele duizenden bekende niet-adellijke wapens tegenover enkele honderden adellijke. Welke nobele Tildonkse familie voerde dit wapen?
Foto: Zichtkaart uit de jaren 50 van het Tildonkse gemeentehuis. Bemerk centraal het H.Hartbeeld met de kroon die 's avonds elektrisch verlicht was! De benedenverdieping van het gebouw deed dienst als gemeentehuis, de bovenverdieping als woonplaats van de schoolmeester. Later werd aan de voorgevel 'het kaske' uitgehangen, waarvan vooral de huwelijksaankondigingen gretig geraadpleegd werden.
Links van het gemeentehuis zie je nog een gedeelte van de oude gemeenteschool (met op de buitenmuur de aanplakplaats voor affiches). De poort rechts gaf toegang tot het zaaltje, 'Flora' genaamd,dat bij Café Coppi hoorde. Tijdens Tildonk-kermis speelde daar een jazz-orkestje.
Gemeentehuis te koop!
Deze week lazen we het in de krant: het oud-gemeentehuis van Tildonk staat te koop. Het gebouw, dat sedert de 19de eeuw hét symbool van de vroegere zelfstandige gemeente Tildonk was,is zoals de rest van het dorpscentrum wettelijk beschermd. De koper zal het dus moeten instand houden. Vinden jullie het ook niet jammer dat men geen gemeenschapsfunctie heeft kunnen vinden voor het oud-gemeentehuis van Tildonk?!
*** Tachtig jaar geleden werd een standbeeld van het H.Hart boven op het voorgedeelte van het gemeentehuis geplaatst. In de tijdsgeest van toen was er nauwelijks sprake van scheiding tussen Kerk en Staat, zeker niet op gemeentelijk vlak. De Gazet van Haecht berichtte als volgt (de ellenlange toespraken hebben we maar niet overgenomen): Gazet van Haecht, 8 augustus 1926 Vlaginhuldiging en wijding van het Beeld van t H. Hart te Tildonk Beste bondsvrienden in Jezus H. Hart, Zondag 22 augustus is Tildonk aan de beurt: Vlaggewijding, toewijding der gemeente aan t H. Hart met plaatsing van een H. Hartbeeld op het gemeentehuis. Bondsvrienden, Tildonk verwacht U allen. Tildonk bereidt U een plechtige ontvangst. t Seizoen der vlaggewijdingen der bonden van t H. Hart loopt ten einde. Zorgt Gij allen, Bondsvrienden, ervoor dat het slot een zegekroon weze voor Jezus H. Hart. t Weder zal gunstig zijn; t valt altijd meê in Tildonk ! De verbindingen met de treinen tot Wespelaar-Tildonk zijn gemakkelijk. De vorming van den stoet geschiedt tusschen Wespelaar en Tildonk, langsheen de lommerrijke dijken der Leuvensche vaart. Voor een veilige bergplaats voor uwe fietsen en motos is gezorgd. Alles niets te vergeten is op zijn beste voor U geregeld Gazet van Haecht, 29 augustus 1926 H. Hartfeesten te Tildonk Vlaggewijding van den Bond van t H. Hart en toewijding der Gemeente aan Koning Kristus Op Zondag 22 Oogst jl. heeft Thildonck op zijne beurt openbare hulde gebracht aan Koning Jezus. De hoogdag werd ingezet met eene Algemeene Communie van de gansche parochie. De smodderregen van s Zaterdags, die de feestelijkheden letterlijk in t water dreigde te doen vallen had opgehouden ( ) Het anders zoo rustige dorpje was reeds van den vroegen morgend vol leven tot op de vier uitkanten, en overal zag men de menschen met lofwaardigen ijver hunne huizen en wijken met vlaggen en wimpels, bloemen en beelden versieren. s Namiddags te 3u 30, had de optocht plaats van meer dan 30 H. Hartbonden en maatschappijen door de mooi opgesmukte straten der gemeente ( ) Na den optocht stroomden de menschen samen voor t gemeentehuis, alwaar een stemmig altaar was opgetimmerd. Links en rechts schaarden zich de vaandrigs met de banieren der deelnemende bonden die vooraan op het plein plaats namen. Op t gemeentehuis prijkte het H. Hartbeeld een kunstwerk, gebeiteld door den Heer Edm. Schoofs van Mechelen hetgeen werd aangekocht door de milde giften der bevolking ( ) Van op het verhoog stuurde de Eerw. Pater Meeus, S. J. de deelnemende menigte den Bondsbroedergroet toe ( ) Daarna sprak de Heer Fornoville van Antwerpen ( ) Nadien werd een plechtig lof gezongen waaronden de Z. E. Heer Laurent, Deken van Haecht, de vlag wijdde, alsook het beeld inzegende, dat van op het gemeentehuis het dorp zal blijven beheerschen in beschermende liefde en zegen. Daarop werd door den Heer Burgemeester in naam van gansch de Christelijke bevolking, in opdracht der beslissing van den gemeenteraad, gehouden op 4 Oogst ll., de gemeente aan het H. Hart toegewijd ( )Tot slot van den grootschen feestdag richtte de Eerw. Heer Pastoor nog een hartelijk dankwoord tot de talrijke bonden uit t omliggende die door hunne aanwezigheid deze feesten waren komen delen en opluisteren ( )
Foto: Bij de werkzaamheden rond de aanleg van de nieuwe basculebrug over de vaart te Tildonk in 1948 werd blijkbaar ook een duiker ingezet. Dit vreemde personage diende natuurlijk vereeuwigd te worden
Brugperikelen
De eerste brug over de vaart draaide zijdelings weg. In augustus 1920 werd de brug vernield na een aanvaring door een binnenschip en toen kwam blijkbaar de houten noodbrug in de plaats*. Zou het kunnen dat het in 1934 opnieuw prijs was? Men had het toen immers over de pas nieuwe herstelde brug.
Rond 15 mei 1940 werd de brug tot ontploffing gebracht om de doortocht van de Duitse troepen te beletten. Een tijd nadien werd een nieuwe noodbrug opgetrokken. In 1948 kwam er uiteindelijk een metalen basculebrug met houten rijdek in de plaats. Deze werd achter de noodbrug gebouwd in de richting van Kampenhout, om te verhinderen dat het verkeer lange tijd diende onderbroken te worden. Het dek besloeg echter slechts één rijvak hetgeen later meer dan eens aanleiding zou geven tot handgemeen tussen enkele keikoppen, als de ene niet wou wijken voor de andere
Een en ander omtrent de bruglazen we in de krant:
Het Laatste Nieuws 27 augustus 1920
Tildonk (Br.)
Aanvaring op de Leuvensche Vaart
Vóór enkele dagen vaarde een binnenschip de Leuvensche vaart op in de richting van Leuven. Aan de brug te Tildonk botste het schip tegen de houten brug, die vernield werd. Daar er maar één brug is, werd het verkeer onderbroken, met t gevolg dat thans de voertuigen zoowel van den eenen, als van den anderen kant langs Kampenhout-Sas (omtrent 2 uur) of langs Wijgmaal (ook 1 uur) omweg moeten maken.
Het Laatste Nieuws 12 december 1920
Tildonk (Br.)
Aan den dood ontsnapt
Vóór enkele dagen waren jongelingen alhier ter kermis gekomen en na zich vermaakt te hebben trokken zij vrolijk huiswaarts. Het was pikdonker. Zij wilden over de brug der Leuvensche vaart terugkeeren. Een hunner, afkomstig van Boort-Meerbeek, doorde duisternis misleid, viel tegen de onverlichte brug in de diepe vaart, doch kon gelukkig zich vastklampen aan t metselwerk, zooniet ware hij onvermijdelijk verdronken. Op zijn hulpgeroep sprongen de vrienden toe en konden hem na enkele angstige stonden boventrekken. Echter was heel zijn hoofd overdekt met wonden en bloed en moest hij verzorgd worden door een geneesheer.
De Gazet van Haecht 4 augustus 1934
Moedwillig ongeval te Thildonck
Aan de pas nieuwe herstelde brug gebeurde Maandagavond te 22 uur een ernstig ongeval. Twee fietsers, een uit Wespelaer, de andere uit Thildonck, die elkaar moesten kruisen, botsten in t midden der nieuwe brug op elkaar en werden met geweld op den planken vloer gesmakt. Dr. Petit moest hen komen verplegen, zij liepen verwondingen op aan het hoofd welke moesten toegenaaid worden.
Het blijkt dat het twee vijandige personen zijn en aldus uit moedwilligheid hun beider ongeluk hebben veroorzaakt. Door de rijkswacht van Haecht werd een onderzoek ingesteld.
De Dag 22 juni 1940
Voor de vrijmaking der vaart
Het Leuvensch stadsbestuur onderzoekt op dit ogenblik de mogelijkheid om de vaart van Leuven naar de Rupel, die voor de stad een ekonomische faktor van belang is, terug bevaarbaar te maken. Onderhandelingen zullen worden aangeknoopt met een gespecialiseerde firma. Alles laat evenwel voorzien dat het een werk van langen adem zal zijn, aangezien niet minder dan 16 bruggen werden opgeblazen.
De Haechtenaar 6 juli 1940
Een reisje in de Brabantsche Kempen
...
De kerk te Tildonk had met een paar treffers af te rekenen. De herberg
rechtover de kerk en de woning van Gustaaf Pardon hadden veel te
lijden. De zagerij van Aug. Vandevelde, met den ganschen houtvoorraad,
gelegen aan den Postweg brandde totaal uit, terwijl door het springen
van de brug over het kanaal, enkele huizen werden beschadigd...
* André ver Elst schreef in 'Het kanaal Leuven-Mechelen in beeld', Euopese Bibliotheek Zaltbommel, 1983, nr. 14, ten onrechte dat zowel brughuis als brug in 1914 vernield werden. Het brughuis werd wel degelijk vernield, daar bestaan foto's van (zie bijdrage nr. 100 op deze blog), doch de brug bleef intact! Toen de Belgen op 19 augustus 1914 de aftocht bliezen hebben de Duitsers de brug ongeschonden in handen gekregen en bij de twee uitvallen van het Belgisch leger vanuit Antwerpen (24-26 aug en 9-13 sept) hebben de Belgen nooit de brug bereikt of deze ook op geen enkel ogenblik in gevaar gebracht (mededeling Roger Casteels, 28/6/06).
De Wellington III was eigenlijk een vliegende doodskist. De romp bestond uit een metalen vlechtwerk dat overspannen was met zeildoek. Hierdoor verkreeg het vliegtuig weliswaar een sterke structuur met een klein gewicht, doch dergelijke constructie bood slechts minimale bescherming voor de bemanning wanneer het vliegtuig onder vuur werd genomen. De propellerbladen waren van hout. Geschutstorentjes bevonden zich zowel in de neus als in de staart. Een normale bezetting bestond uit vijf bemanningsleden met verschillende functies: de piloot, de observer-navigator, de air-gunner, de bomb-aimer, de wireless operator. Soms waren ze met zes en vloog ook een leerling-piloot mee. De bemanning was dikwijls gemengd: deels Engels, deels leden uit andere delen van het Brits Gemenebest. Zo bestond de bemanning van de in Tildonk gecrashte bommenwerper uit twee Engelsen (R.A.F.) en drie Canadezen (R.C.A.F.).
118) 12/8/1942: EEN ENGELS GEVECHTSVLIEGTUIG CRASHT
Foto: De graven van de verongelukte bemanningsleden, Fred Harker (R.A.F.) en Charles Lenover (R.C.A.F.), op het oude kerkhof van Tildonk.
12 augustus 1942, bommenwerper WELLINGTON III crasht te Tildonk
Alconbury (GB), 11 augustus 1942, 23u00. Vanuit dit stadje, zo'n goede 100 km ten noorden van Londen gelegen, vertrekken in de nacht van 11 op 12 augustus 154 vliegtuigen voor een vlucht van zo'n 600 à 700 km, richting Mainz, Duitsland. Het is de eerste keer dat deze stad door het R.A.F. Bomber Command wordt aangevallen. De groep bestaat uit 68 Wellingtons, 33 Lancasters, 28 Sterlings en 25 Halifax-toestellen. Zes toestellen zullen nooit op hun basis terugkeren. Op 12 augustus 1u55 verongelukt een toestel in de buurt van Namen tijdens de heenvlucht. Hierbij komt de zeskoppige bemanning om. Een tweede Wellington, met kenmerk X3798, wordt op de terugweg door een Duitse nachtjager neergehaald boven Tildonk. Het juiste tijdstip is 3u13 in de ochtend. Twee bemanningsleden verliezen hierbij het leven: de piloot, Flight Sergeant - R.A.F. Fred HARKER, 20 jaar oud en de radiotelegrafist (wireless operator) de 26 jarige Canadees, Pilot Officer R.C.A.F. Charles LENOVER. Beiden liggen begraven op het oude kerkhof van Tildonk.
De drie andere inzittenden weten zich met hun parachute te redden: Flight Sergeant R.A.F. Jack DArcy, 18 jaar oud, staartschutter (air gunner); Flight Sergeant R.C.A.F. Ken Morrison, waarnemer-navigator (observer-navigator) en Flight Sergeant R.C.A.F. Bruce Weaver, 19 jaar, bommenrichter (bomb aimer). Zij zullen alledrie in handen vallen van de vijand en nadien in Duitse krijgsgevangenkampen terechtkomen.
Het vliegtuig stortte brandend neer in de Bertrodestraat, niet ver van de grens met Herent. Ooggetuigen zagen nog hoe het achternagezeten werd door een jachttoestel. Er volgden nadien nog verscheidene kleine ontploffingen die waarschijnlijk afkomstig waren van de munitie aan boord. Nog geen tien minuten na de crash was de ganse buurt al omsingeld door Duitse soldaten. Deze riepen de toegesnelde buren toe om onmiddellijk de plek te verlaten. Later op de dag is ook de Duitse piloot die het vliegtuig had neergeschoten, met de auto toegekomen. Omstaanders zagen hoe hij felicitaties ontving van de aanwezige Duitse soldaten. De verkoolde lichamen werden naar het kerkhof in Tildonk vervoerd en werden met militair eerbetoon vanwege de Duitsers (!) aldaar begraven. De Tildonkse bevolking betuigde evenwel haar sympathie met de geallieerden door telkens opnieuw bloemen en opschriften op de graven aan te brengen, die keer op keer door de bezetter werden verwijderd. Momenteel tref je op de kerkhofmuur een bordje aan: 'Oorlogsgraven van het Gemenebest. - Commonwealth War Graves'.In de Bertrodestraat, op de plaats van de crash, werd eveneens een herinneringsbord aangebracht door iemand die dit offer niet vergeten was.* 'Hier stortte op 12-08-42 een Brits vliegtuig WELLINGTON III brandend neer. - We herdenken de moedige bemanning', luidt de tekst.
Het Nieuws van den Dag 12 augustus 1942 Vluchten boven Duitschland Berlijn 12 aug. - Na storingsberichten zonder eenig sukses boven Noordwest-Duitsch kustgebied bestookten Britsche bommenwerpers tijdens den nacht een West Duitsche stad met scherf- en brandbommen verneemt het D.N.B. Tot hiertoe zijn geen details binnengekomen over de schade. Zes der aanvallende toestellen werden neergehaald.
* Met dank aan L. Vandeput. Zie het uitgebreide artikel: Gordts J., 12/8/1942: een Engels gevechtsvliegtuig stort te pletter in Tildonk, HOGT (12) 1997, 77-87, 183-191. Zie ook: www.go2war2.nl/artikel/1007/
't Was somwijlen droog, somwijlen nat, kletsnat, maar 't was plezant!
Hier enkele moedigen tijdens de Lipsebeekwandeling. Het zou een vraag voor 'Ken je dorp' kunnen zijn: 'Wie weet waar in Tildonk deze foto genomen is??'
De oudste vermelding van Tildonk treffen we aan in 1107 in de familienaam van Reinerus de 'Thieldunck'.
Tildonk bestaat uit twee Middeleeuwse woorden: 'Til' = bos en 'donk' = verhevenheid. De ridders 'van Tildonk', vertrouwelingen van de hertog van Brabant, bewoonden er tijdens de 12de eeuw twee motten: Oudenborg en Nieuwenborg (op de plaats van het huidige 'Kasteeltje'). In 1699 werd Tildonk tot graafschap verheven ten gunste van Charles L'Archier. Nadien kwam het in handen van de familie de Lalaing. Graaf Maximiliaan de Lalaing was de voornaamste heer van Tildonk.
In 1967 nam de gemeente Tildonk het wapenschild over van de adellijke familie de Lalaing: een ovaal schild van keel met tien aaneengesloten en aanstokkende ruiten van zilver, 3, 3, 3, en 1 geplaatst, het schild gehouden door twee omziende griffioenen van goud en getopt met een kroon van drie fleurons gescheiden door twee groepen van drie parels.
In 1821 richtte pastoor Joannes Cornelius Martinus Lambertz het ursulinen klooster op dat nadien 'moederhuis' werd van tientallen nieuwe stichtingen, verspreid over vier continenten. Het klooster was indertijd vermaard voor zijn Internationale school. De stijlvolle art nouveau feestzaal fungeerde als decor voor menige film.
Tildonk bezit sedert 1930 twee reuzen: Jan en Babs van Tildonk.
In 1976 werd Tildonk uitgeroepen tot Bloemendorp.
Beschermde gebouwen
het dorpscentrum in zijn geheel (kloostercomplex, kerk, kerkhof, pastorie)
Foto: Op deze kaart van nà 1688 bemerken we dat Tildonk gelegen was langs de as van twee belangrijke wegen, nl. Aarschot-Vilvoorde (-Brussel) en Leuven-Mechelen (-Lier), en doorsneden werd door een riviertje dat men toen de Leeps noemde (de huidige Lipse). De stad links onderaan is voormalig Hertogdom Brabants hoofdstad Leuven. Fragment uit de kaart: F. De Wit, Amsterdam, Marchionatus Sacri Imperii et Dominii Mechelini Tabula, etc.
TILDONK KERMIS Zondag 25 juni 2006 Tildonk Bloemendorp
loopt een nieuwe wandelroute in
de LIPSE- wandeling
op het grondgebied van Tildonk vertrek om 14u00 aan de pastorie, aankomst omstreeks 17u00 aan de Familia (waar die dag tevens de FAMILIAFEESTEN plaatsvinden) Gids: Jan Gordts (TILDONK LEEFT! - HAGOK) Afstand 9 km Deelname is gratis (bij regenweer zijn laarzen geen overbodige luxe)
Wisten jullie dat de kronijkers al in de 14de eeuw gewag maakten van de Lips in Tildonk??
Het kaartspel was een geliefd tijdsverdrijf vroeger. Veel was daar ook niet voor nodig: een spel kaarten, een viertal gegadigden (en die waren er blijkbaar genoeg) en als het effen mogelijk was ook nog wat goed weer, zodat men met tafel en al naar buiten kon. Pressen en wiezen speelde men het liefst. Hier weer een foto waarvan we de hoofdrolspelers niet goed kunnen achterhalen. Hij is blijkbaar genomen in de tuin van 'Tiske Schiplaken' (Mortelstraat). De speler met het witte hemd die met de rug naar de fotograaf gekeerd zit is Jef Bosmans. In de andere speler herkennen we Rik Bosmans. Iedereen is op zijn 'zondags' gekleed, we denken aan een familiebijeenkomst ter gelegenheid van Tildonk-kermis of zo. De klak op het hoofd was een vast vestimentair onderdeel bij velen en je zag ook wel eens iemand die gemakshalve zijn geruite pantoffels droeg... Bemerk tevens de 'Kampenhoutse stoelen' waarop de kaartspelers gezeten zijn. Een echt streekproduct en oerdegelijk qua makelij. Je trof dit type stoel vroeger in praktisch elk huis van Tildonk aan. Het bakhuis aan de zijkant en de bloeiende fruitboom op de achtergrond zorgen voor de intieme sfeer van het plaatje. Iedereen is geboeid door het spel, de dagdagelijkse problemen zijn ver weg...
Van deze kaartspelers (rond 1950) herkennen we links achteraan (met bolhoed) Jules Persoons (°1906 - +1969), nijveraar en gewezen burgemeester van Tildonk (1932 tot 1947). Tegenover hem zit (met hoed en gestreepte das) Miel Artoos, de zoon van Sus Artoos. Aan hun gelaatsuitdrukkingen te zien hebben beiden wel heel goei kaarten in de hand...
Probleem met oude fotos:
Het achterhalen van de personages op oude fotos stelt dikwijls problemen. Zelden werden de namen of datums op de achterzijde genoteerd. Een ander probleem is dat diegenen die het kunnen weten meestal niet over een computer beschikken en deze weblog dus ook niet onder ogen krijgen. Dus waarom eens niet de foto afprinten en hen tonen?
Wie kan de andere aanwezigen op de foto van de kaartspelers lokaliseren??
De kerktoren meet van op de grond tot aan het kruis 58 meter en is daarmee veruit het hoogste gebouw van Tildonk. De toren werd in de periode 1761-1770 getimmerd door een naamgenoot van mij. We laten hierover Paulus Goossens, schoolmeester van Tildonk in de 19de eeuw, aan het woord: Onze kerk, toegewijd aen den H. Joannes Baptista, is fraai en ruim om het getal inwoners te bevatten. In 1710 werd zij met eene hooge koor en in 1760 met zijkooren vergroot. Het volgende jaer werd zij met eenen toren voorzien, die zeer fraai is en eene lange dunne naeld heeft. Deszelfs timmerwerk werd vervaerdigd door eenen inwooner onzer gemeente, met name Joannes Gordts, en daer hij maer een boere timmerman was, zoo valt er aen te merken dat de toren van kunsteners bewondert wordt (7 antwoorden waren juist, 2 fout)
Opgave 12 -> zie rechterkolom. Ons dagelijks brood, we kunnen niet zonder. Weet u ook waar in Tildonk zich dit reclamebord bevindt?
114) INDISCHE BEDEVAARDERS OP BEZOEK IN TILDONK (1935)
Foto: 13 mei 1935: een exotische groep Indische pelgrims overschrijdt de brug over de vaart te Tildonk in de richting van het plaatselijke Ursulinenklooster. 's Ochtends waren ze al in audiëntie geweest op het Aartsbisschoppelijk paleis te Mechelen en 's anderendaags stond nog een ontvangst door koning Albert I op het programma. Wegens tijdsgebrek werden steden als Antwerpen, Luik en Namen van de agenda geschrapt, maar Tildonk aandoen was voor hen gewoon een must!
Een ongewone avond te Tildonk in de lente van 1935[i]
Die bewuste maandagavond 13 mei 1935 tussen halfzeven en tien uur stond Tildonk in rep en roer. Oorzaak was de aankomst van een grote groep bedevaarders, bestaande uit een honderdtal vooraanstaande inwoners van toenmalig Engels-Indië en Ceylon. Het gezelschap was voordien naar Lourdes afgereisd om er het Eucharistisch Triduum dat het Heilig Jaar 1935 afsloot, bij te wonen [ii]. De verdere tocht leidde hen naar België, meer bepaald naar het Ursulinenklooster van Tildonk. Tijdsgebrek zorgde er voor dat steden als Antwerpen, Luik en Namen van de agenda werden geschrapt, maar het moederhuis der Ursulinen te Tildonk, dat in hun thuisland in de provincie Chota-Nagpur niet minder dan 5 missieposten bezat, werd wèl met een bezoek vereerd!
Nu waren ze in Tildonk wel al een en ander gewend van het klooster. Met de regelmaat van de klok toerden er buitenlandse luxevoituren rond die halt maakten bij een van de verschillende hotels die het dorp rijk was : Hotel de Londres, Het Zwaantje, Ste Ursule Dit alles had natuurlijk te maken met de wijd en zijd bekende Internationale School die aan het klooster verbonden was en die kostschoolgangers uit heel Europa herbergde.
Regelmatig kwam er ook wel een of andere kerkelijke of wereldlijke hoogwaardigheidsbekleder te Tildonk langs. Tijdens de eerste wereldoorlog kreeg hetklooster van de Zusters Ursulinen andere vreemde bezoekers over de vloer:generaal von Beseler had er zijn hoofdkwartier en leidde vandaar uit het beleg van Antwerpen
De komst in de lente van 1935 van een exotische groep pelgrims vanuit het andere eind van de wereld ging nergens onopgemerkt voorbij. Diezelfde maandagvoormiddag waren de Indiërs plechtig ontvangen op het Aartsbisschoppelijk paleis te Mechelen door hulpbisschop Mgr. Van Cauwenbergh, die bijgestaan werd door kanunnik Dessain, de privé-secretaris van kardinaal Van Roey. De bedevaarders droegen de nationale kledij en werden geleid door pater Le Tellier, de Apostolisch vicaris in Indië. Naast de Sint-Romboutskathedraal werd verder het graf van de niet lang voordien overleden kardinaal Mercier bezocht. In autocars werd de reis voortgezet richting Tildonk.
s Anderendaags stond nog een bezoek aan Brussel op het programma met een ontvangst door de koning op het paleis van Laken alsook een kortstondig bezoek aan de Wereldtentoonstelling die toen eveneens te Brussel plaatsgreep. Ook daar hadden de vrouwen in hun schilderachtige kledij heel wat beziens.
De nationale kranten berichtten uitvoerig over al deze gebeurtenissen en ook de lokale pers liet zich niet onbetuigd. Een aankondiging van het bliksembezoekaan Tildonk en een uitgebreid verslag erover verscheen in de Gazet van Haecht.
We nemen deze artikels graag over, ze geven een goed beeld van de toenmalige tijdsgeest. Het was de periode van de Katholieke Actie [iii], toen de kerk nog in het midden stond en de geestelijkheid het nog voor het zeggen had. Het eerder gezwollen taalgebruik in de verslaggeving is typisch voor die tijd.
De Indische bedevaarters te Tildonk
Maandag aanstaande 13 Mei, te 6 ½ u s avonds zullen de stille dorpen van Wespelaar en Tildonk, het vereerend en ongewoon bezoek ontvangen van n honderdtal vooraanstaande inboorlingen van Indië en Ceylon. t Zijn de bedevaarders die te Lourdes gedurende het Eucharistische Tridium voor de Sluiting van het H. Jaar, zooveel opzien gebaard hebben en er de bewondering afdwongen door het radikale van hun diep katholiek geloof.
Onder de leiding van den onvermoeibaren Jezuïeten-Missionaris, Pater Le Tellier, maken zij een reis in Europa: zij bezochten Parijs, Lisieux en Londen. Ook in België zullen zij enkele dagen vertoeven, maar hun eerst bezoek is voor het Ursulinenklooster van Tildonk.
Dit bezoek bleef vast beslist, al bleek het voorziene programma door tijdsgemis onuitvoerbaar, zoodat het reisplan moest gewijzigd worden, en Antwerpen, Luik en Namen niet kunnen aan de beurt komen.
Wat die Indiërs dan wel te Tildonk te verrichten hebben ? Ze houden er volstrekt aan, in hun naam en in dien hunner landgenoten, het Moederhuis der Ursulinen van Tildonk, een dankhulde te gaan brengen om al het goede door de Missiezusters van Tildonk in den alomgekenden Lievenspost van Chota-Nagpor in Engelsch-Indië, teweeggebracht.
Pater Le Tellier die zelf wel een echt Missionaristype moet zijn om dit stout stuk aan te durven is een bezielende zendeling van die streek en elken dag getuige van al het wonderbare door de Missiezusters van Tildonk verricht.
Per autocar komen ze Maandag te 6 ½ uur s avonds langs Wespelaar aan. Na de officieele ontvangst aan de grens der gemeente Tildonk, zullen ze voorafgegaan door de Fanfare, naar het Ursulinenklooster geleid worden, waar hun een geestdriftig onthaal te wachten staat. Denzelfden avond vertrekken ze wederom in stoet om rond 9 ½ uur naar Brussel af te reizen.
Het belooft een uiterst interessante avond te zijn en we drukken den wensch uit dat deze Indische broeders in Kristus den besten indruk uit Tildonk zullen meedragen naar het verre Oosten.
(Gazet van Haecht 11 mei 1935)
De feestelijke ontvangst der Indische pelgrims te Tildonk
Het rustige dorpje Tildonk, bij Leuven, was Maandag in volle feest. De Indische Bedevaarders zouden een bezoek brengen aan het Moederhuis der Zusters Ursulinen.
Het Klooster van Tildonk bezit een bloeiende Missie in Indië; niet minder dan vijf groote missieposten zijn aan de toewijding der Zusters Ursulinen toevertrouwd. Sedert meer dan 30 jaar wijden zij hun beste krachten aan de opvoeding der jeugd en maken zich zeer verdienstelijk als liefdezusters in Chota-Nagpor. Dit is de bloeiendste missiepost van heel de wereld, naar het woord van Z. H. Pius XI.
De streek waar onze groote Vlaamsche Apostel Pater Lievens zulke wonderen van naastenliefde heeft verricht.
De Kristenen uit Indië, op doortocht in ons land, hielden er volstrekt aan, een dag vrij te houden voor Tildonk, om de Zusters Ursulinen hun dankbare hulde te gaan brengen voor al het goede door hun missiezusters verricht in hun eigen land.
In den namiddag stond een groote massa volk samengepakt aan den ingang der gemeente, waar de Indiërs bij hun aankomst, door den heer J. Persoons, Burgemeester, met zeer hoffelijke woorden werden begroet.
Een stoet werd onmiddellijk gevormd. Voorop de prachtige nieuwe vlag der kostschool. Op rijen van vier stappen de leerlingen van het pensionaat in hun frisch studentinnenpak. De fanfare Ste Cecilia haalt haar flinkste stapmarschen voor den dag, zoodat de lucht van Tildonk vol geestdrift en muziek hangt, wanneer de Indiërs naar het dorp worden geleid, waar zij door een sympathieke menigte geestdriftig worden onthaald.
In het dorp heerscht een feestelijke stemming. Aan vele huizen wapperen de driekleur en de Pauselijke vlag. Ontzaglijk veel volk op de been. De Hemel zelf feest mede want O. L. Heer heeft zijn heerlijkste meizonne naar Tildonk gestuurd.
Een korte Plechtigheid in de Kerk van Tildonk heeft plaats na den optocht. Hier wordt de welkomstgroet in het Latijn uitgesproken door den Z. E. Heer De Roeck, Pastoor van Tildonk. De Indiërs zingen een Indiaansch (sic) loflied ter eere van O. L. Vrouw.
In 't Klooster
Daar is het een weelde van vlaggen, bloemen en festoenen. Aan den ingang van het klooster staat een prachtigen triomfboog opgesteld. Onmiddellijk bij het inkomen worden de Indiërs verwelkomd. Na een kort bezoek aan de rijkelijk versierde kloosterkapel, gaan de bedevaarders naar de feestzaal waar de feestzitting plaats heeft.
Het tooneel, versierd met de borstbeelden van hunne Majesteiten Koning Leopold III en Koningin Astrid, het wapen van België en de Belgische en Congoleesche vaandels, biedt een grootschen aanblik.
Het feestmaal wordt voorgezeten door een Indischen priester in de aanwezigheidvan Z. Ex. Mgr. Kalacherry. Hij is omringd door den heer J. Persoons, Burgemeester, den Z. E. H. Deken van Haacht, Kan. Naulaerts van Mechelen, Z. E. H. De Roeck, pastoor van Tildonk, Z. E. H. Nijs, pastoor van Wijgmaal, Z. E. H. De Coster, Bestuurder van t Gesticht, Simons, onderpastoor, Z. E. Pater Van Gestel en talrijke Pastoors en Onderpastoors uit de streek.
De hartelijkstse stemming heerscht aan tafel, keurige spijzen worden aan de bezoekers voorgezet en om aan de gerechten een Indischen smaak te geven, hebben de Zusters de Indiërs met een indische plat Curry verrast.
De Fanfare van Tildonk en de meisjes van het pensionaat luisterden het feestje op met kunstvolle muziekstukjes.
Na een dankwoord door den Heer Burgemeester in naam der inwoners van Tildonk, voor het vereerend bezoek der Indiërs, stuurt Z. E. Heer Bestuurder De Coster andermaal zijn innigsten dank toe aan de Bedevaarders, van wege Religieuzen en leerlingen drukt hij den wensch uit, dat hun reis verder in de gelukkigste voorwaarden moge verloopen. " t Beste dat we u echter willen medegeven naar Indië, zegde spreker verder, zijn onze gebeden en offertjes voor de bekeering van uw schoon land.
Heel de zaal overeind, wanneer een Indisch priester de Zusters, leerlingen en menschen van Tildonk den innigsten dank der Indiërs toesprak, voor het koninklijk onthaal dat hun was te beurt gevallen.
In de hartelijkste stemming namen de Zusters afscheid van hun bezoekers.
Nog lang zal het voornaam bezoek der Kristenen uit Indië bewaard blijven in de harten te Tildonk.
De Zusters Ursulinen zijn zeer gelukkig hun bijzondere gevoelens van dankbaarheid en hulde aan de bevolking van Tildonk en omliggende dorpen te kunnen betuigen voor de zoo groote sympathie waarmede zij de Indische Bedevaarders hebben onthaald.
(Gazet van Haecht 18 mei 1935)
De Tildonkse Annalen
In Tildonk bracht dit ongewone bezoek een grote volkstoeloop teweeg en heel wat oudere inwoners herinneren zich thans nog deze unieke gebeurtenis. Eén onder hen is Zuster Hildegarde(Julia Vandenheuvel), die toen pensionaire was in het klooster en tevens lid van de V.K.S.J. (Vlaamse Katholieke Studerende Jeugd). In uniform en getooid met de typische lichtblauwe alpins zijn ze de bedevaarders gaan verwelkomen op de grens tussen Wespelaar en Tildonk. Een kleine anekdote is haar nog bijgebleven: in de grote zaal werd dus een feestmaaltijd aan de gasten voorgeschoteld en de deken van Haacht, die wel trek had, bediende zich royaal van de spijzen - prinsessenboontjes naar hij meende. Het bleek echter het in onze streek onbekende en kruidige currygerecht te zijn dat in zijn telloor belandde, hetgeen hem nadien niet zo bekwam
In de Annalen of jaarboeken van het Tildonkse Ursulinenklooster werd deze gebeurtenis tot in de kleinste details beschreven. Zo komen we te weten dat de groep pelgrims bestond uit 115 tot het rooms-katholiek geloof bekeerde Indiërs die afkomstig waren uit de hogere (hindoe-) kaste.
Naast Lourdes en Rome hadden ze reeds Parijs, Lisieux en Londen bezocht. In deze stad woonden zij het 25-jarig ambtsjubileum bij van koning Georg V, die tevens keizer van Engels-Indië was [iv].
Tildonk was voor de Indiërs een must, hier lag immers mee de bakermat van de missionering in hun streek! (zie: De Ursulinen van Tildonk in India - bijdrage 115, 16/6/2006).
Die maandag 13 mei 1935 om halfzeven s avonds arriveerden zij te Tildonk. Zij kwamen van Leuven waar zij het graf van pater Lievens bezochten. Met een daverende Brabançonne verwelkomde de fanfare Sint-Cecilia de verre gasten aan de dorpsgrens tussen Wespelaar en Tildonk. In rijen van vier vormden de geüniformde leerlingen van het pensionaat een erehaag. Vergezeld door zowat alle inwoners van het dorp met de burgemeester op kop bereikte de groep pelgrims het dorpscentrum waar pastoor De Roeck hen in de dorpskerk welkom heette.
De ontvangst in het klooster was uitbundig: aan de inkom had met een triomfboog opgericht met Engelstalige welkomstborden in het. In het midden van het koor van de kloosterkerk was een troon getimmerd die voorbehouden was aan Monseigneur Kalacherry.
Na de plechtige kerkdienst volgde een buffet waarop de Indische gasten werden getrakteerd op een authentieke kerrieschotel, hetgeen door hen uitermate op prijs werd gesteld. De schoolkinderen zorgden voor een muzikaal intermezzo en een Indisch genodigde nam plaats achter de vleugelpiano en speelde enkele Hindi-liederen. En naar goede gewoonte werd er tijdens het feestmaal duchtig over en weer gespeeched Omstreeks tien uur, na een verblijf in Tildonk van amper twee en een half uur, reden de autocars voor en vertrok de groep richting Brussel, alwaar hun de volgende ochtend een audiëntie van de koning te wachten stond. De "Tildonkse Annalen" vermelden nog de ontvangst van enkele telegrammen die eigenste avond vanwege het Vaticaan, het Belgische Koninklijk Huis en het Aartsbisdom Mechelen. Van een hoogdag gesproken !
[i] Overgenomen uit een artikel van Gordts J., Indische bedevaarters op bezoek in Tildonk in 1935, in HOGT 14 (1999) 279-287.
[ii] In Lourdes werd o.l.v. kardinaal Pacelli, de latere paus Pius XII, een grootse vredesbetoging gehouden. Halverwege de jaren dertig ervoer men immers reeds de dreiging van een nieuwe oorlog.
[iii]De Katholiek Actie was wat men noemde een herkesteningsbeweging. Ze draaide rond de clerus en werd ondersteund door dekerkelijke instellingen (parochies, katholieke scholen) en de katholieke lekenacties (kajotters, H. Hart-bonden, enz ).Het initiatief ging uit van paus Pius XI en zeer kenmerkend waren de vele massabijeenkomsten.
[iv]Engels-Indië besloeg het huidige India, Pakistan en Bangladesh. Het bestuur kwam in 1858 toe aan de Engelse Kroon en in 1876 verkreeg koningin Victoria de titel van Empress of India.In 1947 werd India onafhankelijk.
Foto: Enkele grondleggers en medestichters van de KWB werden gevierd tijdens een feestvergadering in 1970 in de Familia. Er is toen een foto genomen van de feestelingen (L > R): Karel Vendredy, Leon Bidée, Ernest Van de Velde, Omer Wollebrants en Albert Buelens. Half verscholen achter deze laatste ontwaren we Edward Pelgrims. Enkele pioniers waren er toen echter niet bij op die bewuste huldiging, met name Jules Van den Eynde, Prosper Lens, Frans Van Rillaer en Casimir Van Steenbeeck.
De KWB (de Kristelijke Werknemersbeweging)
De KWB (ofte in oorsprong de Katholieke werkliedenbond) heeft zijn wortels in de jaren dertig van vorige eeuw. Vanuit de vraag naar een aangepast kader van de Katholieke Actie voor volwassen mannen werden toen de eerste werkliedenbonden opgericht door oud-Kajotters. In de Tweede Wereldoorlog werden ACV en ACW feitelijk verboden. De Tildonkse KWB-afdeling was reeds in die periode actief.
In 1964 ging een hernieuwde werking van start met centraal een jaarlijkse studiedag waarop het voorbije jaar geëvalueerd werd, gevolgd door een grondige bespreking van de wensen en de plaatselijke problemen die door de leden aangebracht werden. De daaropvolgende jaren werden gekenmerkt door de uitbouw van groepswerkingen met een eigen dynamiek, maar binnen het kader van de afdelingsstructuur (toneelgroep, reisgroep, recreatieve sportgroepen met o.m. volleybal, voetbal, badmington). Verder werd er actie gevoerd naar allerlei instanties toe: - gemeentebestuur: om de woningbouw te stimuleren (nood aan woningen), wegenbouw (herinrichting staatsbaan), signalisatie aan de spoorovergangen - de kerk: misvieringen in het Nederlands en aangepaste uren, inbreng vanuit de pastorale raad,...
- sociaal: actie toegankelijkheid rolstoelgebruikers, vorming, gezinsproblematiek,... - cultureel: boekenfonds Reinaertuitgaven, actie 50 jaar Tildonkse bibliotheek Qua structuur was er het dagelijks bestuur dat door een schare wijkmeesters geruggensteund werd. Zo verdubbelde het ledental van 61 (1964) naar 123 (1972). Ook werd gestart met een ziekenzorgwerking, waarbij ziekenbezoek centraal stond.
Uiteraard was het niet gemakkelijk om al die groepen binnen de vereniging te houden. Er was dan ook een bestendig aanwezige drang in sommige groepen om een eigen financieel beheer te hebben en op die manier zijn er bepaalde groepen de KWB ontgroeid (zoals de volleybal-sportgroep).
Vandaag de dag is de Tildonkse KWB springlevend met eigentijdse activiteitenzoals de Smulfietseling, Café Mangé, wandelweekends, 't jogclubje, stratenloop Terwijl verder de traditionele kaartavonden, de voordrachtavonden, de jaarlijkse voettocht naar Scherpenheuvel, nog steeds op het menu staan. Tegenwoordig richt de werking zich tot man én vrouw, met dezelfde sociale ingesteldheid als deze waarmee indertijd gestart werd.
Na een intense beschieting van het klooster op 12 september 1914 bleef het lievevrouwenbeeld intact. Wel 200 kogelinslagen 'omringden' het beeld. Enkele maanden nadien nam een Duitse fotograaf deze foto en schreef een Duitse onderofficier er een mirakelgedicht over.
Een Tildonks 'mirakelgedicht' uit de Grote Oorlog
In het huidige receptielokaal van de middelbare school Sint-Angela bevindt zich een merkwaardig lievevrouwenbeeld op een sokkel tegen de muur.
Tijdens de krijgsverrichtingen in september 1914 werd het Tildonkse klooster onder vuur genomen. Dat was bij de Tweede Uitval van het Belgisch leger vanuit Antwerpen waarbij op 11 en 12 september in onze omgeving fel gevochten werd.* Het lokaal waar het bewuste beeld omhoog hing werd als het ware doorzeefd met kogels, doch het beeld zelf bleef ongeschonden! Meer was er niet nodig om er een mirakelbeeld van te maken. Zekere Duitse vizefeldwebel**Hehl schreef het gedicht: Die Madonna im Kugelkranz', een gedicht dat duidelijk bedoeld was voor het Duitse hinterland en dat een zeker verwijt in zich hield in de trant van: 'kijk eens Belgen wat jullie jullie eigen kloosters aanrichten'. Zuster Alphonse Vermoesen vertaalde de tekst later naar het Nederlands maar voegde er nog een laatste strofe aan toe: red het vaderland.... Op die manier werd het mirakelbeeld als het ware gerecupereerd door de Belgen. En dan was er nog de Kerk die garen spinde bij het 'mirakel'..
We geven zowel de vertaling als de originele tekst van het Tildonkse mirakelgedicht. Het beeldje en de muur met de kogelinslagen bevinden zich nog altijd in de toestand van september 1914.
* De beschieting gebeurde dus niet door het Duitse leger, zoals eerder foutief geschreven werd (zie: Wespelaar-Tildonk in oude prentkaarten deel 2, laatste blz.). In het volgend nummer van het Haachts Oudheid- en Geschiedkundig Tijdschrift (HOGT), dat in september 2006 verschijnt, komt een artikel van Roger Casteels waarin juist deze periode in het klooster van dag tot dag beschreven wordt: Dagboek van de ursulinen van Caen, omtrent hun belevenissen te Wespelaar en te Tildonk tijdens de Eerste Wereldoorlog. **http://de.wikipedia.org/wiki/Vizefeldwebel
Deze foto is nog genomen in de oude jongensschool achter het vroegere gemeentehuis. De schooljongens van toen zijn nu prille zestigers.
Overloop even mee (L > R):
Bovenste rij: Frans Janssens, Jefke Janssens, Gust Verbiest, Jos Laurens, Lucien De Cat
Tweede rij boven: Arthur Stroobants (de hoofdonderwijzer), Willy Vanderleyden, ?, Raymond Vandenbroeck, Herman Avonds, Willy Artois, Paul De Coster, Raymond Vandenhoudt, Miel Gordts
Tweede rij onder: Freddy Neefs, Jean Moelants, Tarci Verbelen, André Engelborghs, Jan Thijs
Onderste rij (zittend): René Wouters, Paul Mertens, Mathieu Van Meerbeeck, Fons Debecker, Paul Nipal
Deze 'groene straat' is uiteraard de Gebroeders Persoonsstraat (vroeger toepasselijk de Nieuwe baan genoemd). De straat werd immers aangelegd doorheen een stuk grond dat in bezit was van de gebroeders Jules en Alfons Persoons (stichters-eigenaars van de fabriek in melkontromers in de Kruineikestraat). Ze loopt van de Dorpstraat tot aan de vaartdijk. De gronden, voordien gekend als de Deugniet, waren ooit eigendom van het Iers College te Leuven. Twee grote villas met mooie tuinen werden er in de periode 1928-1932 opgetrokken door de families Jossa en Persoons (later dr. Petit). Deze tuinen bepalen thans het groene straatbeeld. Ze zullen ook opgenomen worden in een eerlang te verschijnen boek in de prestigieuze reeks 'Historische tuinen en parken van Vlaanderen' - regio Haacht (cahiers Monumenten & Landschappen).
(11 antwoorden waren juist, één iemand liet zich misleiden door de Groenstraat)
Opgave 11 -> zie rechterkolom. In 1990 werd de kerktoren volledig gerestaureerd. Over deze toren gaat ditmaal de vraag. Wie deze keer helemaal zeker wil zijn van het correcte antwoord op de fotovraag, die zal heel goed moeten kunnen klimmen...
De foto dateert van 13 september 1931. Van L > R herkennen we: Maurice Paeps, Marie Vrebos (e. Maurice Paeps) of Marie van Klet, Marie Goossens (e. Gust Vandenbroeck), de man met het loodjesgeweer is Gust Vandenbroeck, alias Gust van Loes. Het kind behoorde niet tot het Tildonkse gezelschap.
TERZIJDE: Dat men in Tildonk soms creatief is met het gebruik van de bijnamen leren ons volgende twee voorbeelden:
- Iedere geboren Tildonkenaar kent Marie Vrebos als Marie van Klet (haar moeder noemde namelijk Coleta Pierco), haar man Maurice Paeps werd dan ineens ook maar Maurice van Klet; - Yvonne Ver Elst is de dochter van Jules Ver Elst, oftewel Juul van Pië Minnekes. Logisch zou zijn dat men dan spreekt van Yvonne van Juul van Pië Minnekes. Is een mond vol, in de praktijk kort men dan maar in tot: Yvonne van Pië Minnekes...
Foto: Pros Lens met zijn vader en moeder voor het eerst op de foto tijdens Leuven-Kermis in 1912. Geflankeerd door zijn wat onwennige ouders, staart hij onbevangen in de lens. De fotografie was toen nog niet doorgedrongen tot in de dorpen en de mensen maakten van deze enige gelegenheid gebruik om zich te laten fotograferen. Elk jaar installeerde zich op de Leuvense Graanmarkt een fotograaf en de tweede maandag van Leuven-Kermis bezochten de Tildonkenaars de kermis en lieten er hun foto nemen. Ze konden dan een achtergrond kiezen uit meerdere blikken platen met allerlei decors erop. De kleine Pros (7 jaar oud op de foto) had gekozen voor een automobiel, een nog onbereikbaar ding voor de gewone man toen... Op de achterkant van de foto staat gedrukt: 'Photo Moderne, Sam. De Winter-De Langhe'.
Leuven-foor
Leuven-kermis, of Leuven-foor zoals ze hier ook zeggen, heeft altijd een enorme aantrekkingskracht gehad op de inwoners van de dorpen van ver in de ronde, dus ook op die van Tildonk. De mensen gingen naar Leuven-Kermis om er zich te amuseren en ook omdat er dingen waren die ze in het dagelijkse leven in hun dorp niet tegenkwamen. Er bestonden vroeger immers erg weinig ontspannningsmogelijkheden. Naast de foor met zijn vele attracties zoals spookkot, ballenkot, schietbarak, enz., was er de maandag van Leuven-Kermis jaarmarkt met de befaamde vee- en paardenmarkt op en rond het Sint-Jacobsplein. Deze veemarkt dateerde al van 1827 en er was geen enkele boer van kilometers in de omtrek die deze attractie wou missen. Heden ten dage is de jaarlijkse 'pjèiremet' trouwens nog steeds een publiekstrekker. Zelfs in ons taalgebruik kreeg het Leuvense kermisevenement een plaats. Van een zeer wispelturig iemand zegt men nog wel eens: 'Dië'n es zoeë zot as Leuve-foeër'.
107) DE JUBILEE VAN LEWIEKE NACKAERTS EN VIRGINIE HENDERICKX
Augustus 1946: Gouden bruiloft op de Sussenhoek
Louis Nackaerts (°Tildonk 8 oktober 1862, +Tildonk 3 oktober 1948) en Virginie Henderickx (°Kampenhout 7 juni 1870, +Tildonk 20 februari 1956) waren vijftig jaar getrouwd en dat werd in stijl gevierd. Bemerk op de achtergrond de versierde rijwoningen in de Terbankstraat (Sussenhoek). De koets was afkomstig van de brouwersfamilie Van Roost uit Werchter (Jack-Op). Het was burgemeester Jules Persoons (getrouwd met een Van Roost) die dat geregeld had.
We herkennen: - in de koets; de jubilarissen Louis Nackaerts en Virginie Henderickx - de meisjes vooraan: Lucienne Gordts, Jeanne Nackaerts, Maria Puttemans, Josée Gordts - de jongens naast de voerman: Rikske Nackaerts, Albert Puttemans
We vervolgen onze Tildonkse dialectreeks. Aanvullingen of verbeteringen, doormailen a.u.b. In de vorige bijdrage werden enkele woordjes van de letter P vergeten; die komen er hier vooraan bij.
Foto: Een zicht op het dorpscentrum van Tildonk in 1900. De foto is genomen vanop de vaartdijk. Dit is een van de foto's die je zal tegenkomen in het boek TILLOENK VRUGER.
Het nieuws ging al een tijdje als een lopend vuurtje doorheen Tildonk, het heeft dus weinig zin om het nog langer stil te houden:
TILLOENK VRUGER wordt te boek gesteld!
Eind oktober 2006 verschijnt een boek over het verleden van Tildonk. Auteur: Jan Gordts. Braakliggend terrein, want dit is het eerste boek dat over het rijke verleden van het dorp en zijn inwoners wordt uitgebracht. U zal er meerdere artikeltjes van de weblog in herkennen, doch de teksten worden heel wat meer uitgediept en er wordt vooral de nodige aandacht besteed aan de fotos. In de blog zijn we beperkt tot 1 foto per artikel, in het boek valt die beperking weg en dat zal je merken!
Het wordt een zeer luxueuze uitgave: 224 paginas, 300 fotos. Afm. boek: 21 x 29,7 cm (Din A4), op 150 gr. zwaar maco papier. Hardcover met reliëfindruk, gebonden, stofwikkel 4-kleurendruk. De druk gebeurt bij de gerenommeerde drukkerij Peeters (Oriëntaliste) te Winksele.
Inhoud 1. Tildonk doorheen de geschiedenis 2. Het klooster 3.De vaart 4. De kerk en kapellen 5. De oude boerderijen 6. Over verenigingen 7. De dorpspolitiek 8. Schooljeugd 9. Dorpsfiguren en folklore 10. WO I en II 11. Over Tildonkse families 12. Varia
De voorintekenprijs tot 25 september 2006 is vastgesteld op 28 (+ evt. 4 verzendingskosten).
Vanaf 26 september 2006 wordt de prijs 34 (+ evt. 4 verzendingskosten). Voor verzendingen buiten België neemt u best vooraf contact op.
Het boek TILLOENK VRUGER wordt voorgesteld tijdens de TENTOONSTELLING door de Tildonkse kunstenaars Sigrid Joosen en Jos Hermans, op de weekends van 28 en 29 oktober en van 4 en 5 november 2006, in de Mariazaal van het ursulinenklooster te Tildonk (za: 14-20u; zo: 10-20u).
Voor de uitgave van het boek en de organisatie van de tentoonstelling tekent het collectief TILDONK LEEFT!.
Waar werd geboren te Tildonk op 12/1/1868 en stierf er op 30/7/1944. Petronella werd eveneens te Tildonk geboren op 17/1/1869. Ze stierf enkele maanden eerder dan Waar, namelijk op 28/1/1944. Na hun huwelijk op 10/5/1890 boerden ze in de Mortelstraat (in het huis waar later hun zoon René Evers ook woonde). Waar Evers was een aanhanger van de 'varkens' (Verenigde Vrienden). Hun 50-jarig huwelijksjubileum greep plaats op 10 mei 1940, de dag dat de oorlog uitbrak in ons land! Ze hadden een ganse oven rozijnenbrood gebakken voor het feest. Deze broden hebben ze dan noodgedwongen maar meegenomen op de vlucht...
Op een terrein achter het brughuis werd tijdens de oorlogsjaren een tijdje voetbal gespeeld onder leiding van François De Potter, een gekend voetballist toen. Enkele decennia later (1959) stond hij samen met Gaston Pinoye en Louis Gordts mee aan de wieg van FC VV Tildonk.
(L > R) Boven: Robert Vandamme (Robert van Proemme), Warre Heymbeeck uit Wespelaar, Frans Vandenhoudt (Frans van Kappers), helemaal achteraan Fons Leroy (de Lange van Profeet) Jules Vankrieken (Boske Verkrieken), wat lager Louis Gordts (Coppi); onder: Jules Artoos, Jean Jacobs (?), François De Potter (Swoi Potter), Gaston Pinoye (Gastonke de sleger), Raymond Bisschop (Raymond van Fuë).
In De Nieuwsbode* van 1944 werd melding gemaakt van de Tildonkse voetbalploeg die uitkwam tegen Sparta Haacht: 12/2/1944 Zondag 23 Januari te 14,30 u: Groote bekerwedstrijd tusschen de elftallen van FC Sparta Haacht-Statie en Tildonk (versterkt). Uitslag: 2-0. 6/5/1944 Zondag aanstaande 7 Mei te 14u30 ter gelegenheid van Haacht-Statie kermis: groote veteranen wedstrijd voor personen boven de 35 jaar, tusschen Sparta Haacht Statie en SV Tildonk (uitslag: 2-2). Te 10u30 voormiddag treedt een jeugdopstelling van Sparta op tegen SV Tildonk. Aan supporters zal het dien dag wel niet ontbreken.
De Nieuwsbode was een door de bezetter gecontroleerd weekblad dat vanaf augustus 1941 de bestaande weekbladen uit het arrondissement Leuven verving (De Gazet van Haacht - De Koerier, Haacht; De Haechtenaar, Haacht; Het Advertentieblad, Leuven; De Klok, Aarschot).
Het huis staat op de hoek van de Mortelstraat met de Lipsestraat, de zijgevel met het gevelkapelletje leunt aan tegen de LIPSESTRAAT. Deze huizenrij werd indertijd opgetrokken door de gebroeders Persoons (van de ontromersfabriek). In 1954 werden de huisjes verkocht voor sommen die schommelden tussen de 35.000 en 64.000 Bfr (875 en 1.600 EUR). Waar is de tijd!
(Bijna niemand weet blijkbaar van het bestaan af van dit bouwkundig kleinood: slechts 1
juist antwoord, 5 foute)
Opgave 10 -> zie rechterkolom. De volgende vraag moet gewoon iedereen juist hebben!! We zoeken de straat die zo prachtig groen aangekleed is. Een hint: deze straat dateert van na 1935.
Foto: Het wapenschild van adellijke familie de Lalaing, en sedert 1967 dat van Tildonk, wordt heraldisch als volgt omschreven: een ovaal schild van keel met tien aaneengesloten en aanstokkende ruiten van zilver, 3, 3, 3, en 1 geplaatst, het schild gehouden door twee omziende griffioenen van goud en getopt met een kroon van drie fleurons gescheiden door twee groepen van drie parels (beschrijving die voorkomt in het koninklijk besluit van 12 juni 1967).
Tildonk, zijn heren en zijn wapenschild
De schepenen van Tieldonc gebruikten een zegel met een leeuw. Afdrukken van dit zegel bevinden zich in het Algemeen Rijksarchief van Brussel (jaren 1311, 1403, 1458 en 1480). Waarschijnlijk is het de leeuw van Brabant. In 1967 verzocht het gemeentebestuur van Tildonk om een eigen wapenschild. De keuze viel op het wapen van de laatste heren, de graven van Lalaing en Tildonk, zoals het voorkwam op het zegel van Maximilaan-Karel van Lalaing in een charter uit 1787 met betrekking tot de heerlijkheid Zandbergen. Tildonk was al tot graafschap verheven in het jaar 1699 ten gunste van Charles lArchier. De familie l'Archier voerde als wapen: in goud een keper van lazuur, vergezeld van drie klavertjesvan hetzelfde , het schildhoofd van sabel beladen met een gaande leeuw van het veld, genageld en getongd van keel, het schild gehouden door twee adelaars van sabel, gebekt en gepoot van goud. Marie-Catherine lArchier was de enige dochter en erfgename van de graaf van Tildonk. Op 31 januari 1703 werd zij de echtgenote van Maximiliaan-Jozef van Lalaing, burggraaf van Oudenaarde, die in 1707 als graaf van Tildonk tot de Staat der edelen van Brabant werd toegelaten. Hij werd op 13 januari 1711 tot vertegenwoordiger van de adel gekozen. Op dat ogenblik was hij reeds weduwnaar aangezien Marie-Catherine lArchier in 1709 stierf. Zij liet drie kinderen nawaarvan de oudste Karel-Jozef, graaf van Lalaing en Tildonk, huwde met Maria-Camilla de Beer en kamerheer werd van Hunne Keizerlijke en Koninklijke Hoogheden. De volgende in rij was Maiximiliaan-Karel, graaf van Lalaing en van Tildonk, heer van Zandbergen, die huwde met Anna-Maria, dochter van Frederik-Frans, baron van Draeck. Deze schonk hem zeven kinderen, waaronder Karel-Jozef-Ghislain, graaf van Lalaing en van Tildonk, geboren in 1758 en gestorven te Brussel in 1816. De laatste feodale heer stamde af van een oud adellijk geslacht dat zijn naam ontleent aan de baronie van Lalaing in Henegouwen. De familie de Lalaing is gekend sedert de 12de eeuw en telde onder haar leden 12 ridders van het Gulden Vlies, 3 stadhouders van Holland en 7 groot-baljuws van Henegouwen. Toeval wil dat deze familie ook een grote rol speelde in Hoogstraten, waar Tildonks veruit bekendste figuur, pastoor Lambertz, van afkomstig was. Dit schiep een zekere band tussen de Tildonkse pastoor en de Tildonkse heer. Voor alle duidelijkheid: de heren graven de Lalaing, graven van Tildonk, hebben zelf nooit in Tildonk gewoond...
Het Tildonkse gemeentewapen werd uitvoerig beschreven in het artikel: Zegelbeschrijving en wapenkunde van de Belgische gemeenten, Tijdschrift van het Gemeentekrediet van België 86 (1968), 200-201.
Foto: De boerengilde van Tildonk op bezoek bij de bloemmolens van de Boerenbond te Merksem in 1957. Een uitstap naar de bloemmolens van Merksem stond indertijd blijkbaar bij elke boeren- en boerinnengilde uit de streek op het programma. Even traditioneel werd daar van de groep dan een foto gemaakt. En zo zijn de deelnemers van deze uitstap tot ons gekomen. We gaan het rijtje af (L > R): Boven: Frans Verbelen (Dormaalhoeve), ?, Lutgarde Verbelen, Gustaaf Raymaeckers (Buken), ?, ?; Midden: Matthieu Thijs, Jules Van Langendonck (agent van de Tildonkse Raiffeisenkas), René Van Horenbeek, Albert Uytterhoeven (Terbankhoeve), Mieleke Verschaeren (knecht op de Terbankhoeve), Tist Vandenschrieck; Onder: Ludo Verbelen, Fons Vandenacker, Pol Verbelen (Dormaalhoeve), broekventjes Jaak Verbelen en André Uytterhoeven, Jaak Raymaeckers (Buken), Charel Raymaeckers (Buken), Pol Uytterhoeven, ?. De Boerengilde (nu Landelijke Gilde en Bedrijfsgilde) In De Boer van augustus 1894 werd de oprichting van een nieuwe Boerengilde te Tildonk aangekondigd. Daarnaast werden een aankoopafdeling, een spaar- en leengilde (1898) en een plaatselijk verzekeringspunt opgericht. Vijf jaar later schreef pastoor Vandepoel in zijn Beschrijf van Thildonck: Er bestaan de volgende maatschappelijke werken: Een Boerenbond (175 leden) voor doel hebbende aan de landbouwers gelegenheid te geven aan voordeelige prijzen goede chimieke meststoffen aan te koopen, alsook voeder voor hunne dieren en werktuigen in den landbouw gebruikt. Eene Raiffeisen-kas voor doel hebbende aan de landbouwers gelegenheid te geven om in voordeelige voorwaarden geld te kunnen in leen nemen, wanneer ze dit noodig hebben voor zaken die hun bedrijf aangaan. De kas ontvangt ook het geld dat de landbouwers er willen in storten. In 1923 was het bestuur samengesteld uit: Emiel Van Essche (Miel van Lieres), voorzitter; E. H. Simons (de onderpastoor), proost en secretaris; Frans Artoos, Fons Bisschop (Fons van Rikkes), Jan Baptist Engelborghs, Arthur Vandevelde en Ferdinand Van Gorp, bestuursleden. In 1926 ontstond de Tildonkse Boerinnengilde en rond 1930 werden de BJB-meisjes- en de BJB-jongensafdelingen opgericht. De jaren dertig brachten de nodige problemen (failliet Middenkredietkas, opkomst Boerenfront, melkstakingen), doch lokaal bleef de Boerengilde goed standhouden. In het expojaar 1958 was volgend bestuur actief: Pol Verbelen, voorzitter; Maurice Paeps, ondervoorzitter; E.H. Lornoy (de onderpastoor), proost, opgevolgd in 1959 door E.H. Van Hoof (de pastoor); Juul Van Langendonck, secretaris; Emmanuel Vandevenne, René Janssens, Raymond Bisschop, Albert Uytterhoeven, Pol Uytterhoeven, Victor Van Rillaer, bestuursleden. In 1972 werd de werking van de Boerengilde opgesplitst in de Bedrijfsgilde (beroepsvorming) en in de Landelijke Gilde (socio-culturele werking). Een jaarlijks weerkerende activiteit was het teerfeest, maar daarnaast werden ook heel wat voordrachten gehouden die vooral een vormend karakter hadden.
De Landelijke Gilde is nog steeds een zeer actieve vereniging die zich ondanks de stille teloorgang van de boerenstiel wist te handhaven. De werking van de vereniging richt zich tot de ganse landelijke bevolking en jaarlijks terugkerende activiteiten zijn de fotozoektocht, het sinterklaasfeest en de kerstboomverbranding...
Voor bovenstaande gegevens gingen we te rade bij de tentoonstellingsbrochure 100 jaar landelijk leven in Tildonk, Landelijke Gilde Tildonk, 1994, waaraan we indertijd meewerkten.
Foto: Dit bleef er over van het eertijds statige brughuis nadat de Duitsers op 20 augustus 1914 Tildonk binnenvielen. De foto stond afgedrukt in Le courrier de l'Armée - De Legerbode van 14/9/1919. In het onderschrift heeft men het over het huis van de sluismeester i.p.v. de brugdraaier, maar daar gaan we hier niet over zitten vitten...
99) TILDONK BLOEMENDORP 1976, DE DOOP VAN JAN EN BABS
Foto: De Tildonkse reuzen Jan en Babs, hadden na hun installatie in 1976 een vaste begeleidingsgroep van de Landelijke gilde. Hier op verplaatsing in Erps-Kwerps. We herkennen (L >R) vooraan: Fred Timmermans, Maurice Paeps, Miel Pittevils, Bère Uytterhoeven; naast de reuzen: Marc Vandevenne, André Uytterhoeven, Paul Mertens, Florent Coekaerts. De reuzen werden gedragen op de sterke schouders van de gebroeders Paul en Ludo Uytterhoeven.
Tildonk
Bloemendorp 1976, de
doop van Jan en Babs
In
1976, op de vooravond van de fusies van gemeenten, bruiste het van de
activiteiten in Tildonk. De enkele jaren voordien opgerichte Kultuurraad wou
dit laatste jaar van de zelfstandigheid van de gemeente niet onopgemerkt laten
voorbijgaan. Alle aangesloten verenigingen werden aangepord en Tildonk werd
uitgeroepen tot Bloemendorp met een ganse reeks feestelijkheden als
gevolg.Het Fusiespel met een optocht
doorheen de bebloemde gemeente was een eerste hoogtepunt. Maurice
Vandenheuvel, werkzaam op het klooster, en dit bijgevolg door en door kennende,
herinnerde zich het verborgen bestaan van de reuzen, of tenminste van hetgeen
ervan hen restte. Besloten werd om de reuzen een tweede leven te geven. Met
veel inzet werden de gammele geraamten opgelapt en werden de twee herontdekte
hoogheden voorzien van nieuwe kledij. Ze ontvingen een eigentijdse naam, Jan en
Babs, naar de Tildonkse patroonheiligen Sint-Jan-de-Doper en Sint-Barbara. Jan
kreeg de blauwe kiel met faas aangepast, Babs de rode neusdoek om het hoofd en
een grote mand met bloemen onder de arm. De voordien burgerlijke reuzen werden
'boerenreuzen', het uitgesproken landelijk verleden van Tildonk in gedachte,
maar tevens 'bloemenreuzen' in het kader van 'Tildonk Bloemendorp'. Onder
grote publieke belangstelling werden ze officieel ingeschreven in de registers
van de burgerlijke stand waarbij dr. Karel Monden in een humoristisch rijmdicht
het verleden van Jan en Babs uit de doeken deed.* De peters en de meters
strooiden gul, zoals dat hoort, de doopsuiker in het rond. **
Na hun optredens in dat beruchte jaar 1976 zijn de Tildonkse reuzen nog
meerdere malen in het openbaar verschenen o. m. te Haacht, Wespelaar, Buken,
Erps-Kwerps, Waanrode...Hierbij zorgde
de Landelijke Gilde van Tildonk in aangepaste kledij telkens voor een vaste
begeleiding. Ook verraste het reuzenpaar ondergetekende (notabene peter van de reuzin)
bij het verlaten van de kerk na zijn huwelijksmis...
* Het fameuze rijmdicht van Karel Monden:
Jan & Babs van Tildonk
In de familie der reuzen was de eerste Goliath die kreeg ne steen en stierf in een bloedbad. Ging het met Antigoon, de bedwinger van de Schelde niet veel beter af, toen Brabo hem op de boksring aftelde, dan is het met onze reuzen veel beter gegaan en is over hen de volgende legende gedaan.
Antigoon had ergens in Brabant een lief van groot ras en voor hij stierf zorgde hij ervoor dat zij in verwachting was. De afstammeling van 't lief en dus van Antigoon, was onze reus, het is dus hunne zoon. En toen hij bij 't graven van de vaart aan 't werk werd gezet, zocht hij bij onze reuzin, die leefde in de bossen van de graaf, een beetje verzet.
Het Tildonkse volk vergat die grote wezens tot ze in 1930 op de 100 jaar onafhankelijkheidsfeesten weer verrezen. Ze gingen toen in de stoet en nu nog zijn er die getuigen, dat de reuzin een schoon was, en de reus nogal ne ruige... In 1935 werden ze dan 't laatst in Buken gezien en toen verdwenen ze weer, voor de oorlog misschien.
Na 41 jaar van aftakeling en slijtage werden ze dan gevonden in 't klooster op de bovenste etage. Ze werden dan geschoren en gewassen, gekamd en een zalfke op de krassen. Nageltjes geknipt en in een nieuw kleedje gezet, dan nog opgeblonken, zij ne sjaal en hij een pet.
Zo werden zij, bijna voor eeuwig vermist, door de Tildonkenaren weer opgedist.
TILDONK DORP BEGROET U ALLETWEE RUIKT NU MET UW GROTE NEUZEN TILDONKS BLOEMENZEE!
** Peter en meter van reus Jan zijn Maurice Vandenheuvel en Irène Paessens-Frans; peter en meter van reuzin Babs zijn Jan Gordts en Josepha Monden-Perdieus.
Foto:
De Tildonkse reuzen in de stoet die uitging tijdens de
'Onafhankelijkheidsfeesten' in 1930. Ze worden voorafgegaan door een speelman
met trekzak en omringd door dansende schoolkinderen. Dit amateurkiekje is de enige afbeelding die we terugvonden van de reuzen van toen.
De
Tildonkse reuzen *
De
Tildonkse reuzen vinden waarschijnlijk hun oorsprong in het jaar 1930 bij de
viering van het honderdjarig bestaan van België. Net als in de rest van ons
land werden in Tildonk tal van festiviteiten ingericht, waarbij ook de obligate
historische stoet niet kon ontbreken.In de berichtgeving omtrent deze gebeurtenissen werd echter niet gerept
over het optreden van de reuzen.
Eén
enkele foto is bekend van het reuzenpaar in de stoet van 1930. Ze worden erop
voorafgegaan door een speelman met trekzak en vergezeld van schoolkinderen.
Pauline Vandenheuvel was een van deze kinderen die rond het reuzenpaar dansten
op de tonen van het populaire, eeuwenoude reuzenlied (want reeds gekend in de
17de eeuw):'Al die daer
zeidt de reus die kom...'.
In 1935 zouden de Tildonkse reuzen nog één keer uitgaan in een stoet in het
naburige Buken om nadien voor enkele decennia te verdwijnen op een zolder van
het klooster van Tildonk.
Hun
outfit refereerde aan de enigszins barokke theaterkostuums van de beginjaren
van vorige eeuw. De reus, blootshoofds,
droeg een stijve witte boord en een pince-nez en beide reuzen hadden de
tricolore Belgische kokarde opgespeld. De koppen waren vervaardigd uit een
soort papier-maché en de geraamten waren opgebouwd uit een lichte houten
structuur.
*Voor deze bijdrage is geput uit volgend artikel: Gordts J., 'De Tildonkse reuzen
Jan en Babs in de kijker', HOGT 17 (2002), p. 215-219.
Deze foto bereikte ons via Gust Vandenhoudt uit de Lipsestraat. Spijtig genoeg konden de meeste personen niet meer geïdentificeerd worden, evenmin als het tijdstip van de opname. Van de twee dames die zich uiterst rechts op de foto bevinden zijn zelfs de gezichten mettertijd vervaagd... Toch meent Gust enkele personen te herkennen: - middenrij, 3de persoon links: Gust Vandenhoudt (Gust van Kapper aliasKapperke), °Tildonk 4/6/1880, +Tildonk 21/10/1934 x Maria Corbeels, xx Anna Elisabeth Corbeels.* - onderste rij, 2de persoon links: Jef Paeps (Jef Profeet), °Tildonk 17/8/1867 x Octavie De Coster.
Is er iemand van de bezoekers die meer kan vertellen over deze prachtfoto? Het zou wel eens de trouwfoto kunnen zijn van het koppel dat centraal gezeten is op de onderste rij. Hierop voortbordurend denken we dat de bruidegom een zoon van Jef Profeet zou kunnen zijn...
Hier een oproep tot iemand van de families Paeps of Vandenhoudt: Is het niet mogelijk om de personen op de foto eens te vergelijken met andere foto's van de familie? Dit zou uitsluitsel kunnen geven over bovenstaande, toch wel unieke, foto!
* Gust van Kapper of Kapperke, klein van gestalte, was hovenier in het klooster en komt als dusdanig ook voor op de foto's in bijdragen nrs. 36 en 54. De bijnaam 'Kapperke' zou dan ook wel eens van zijn beroepbezigheden kunnen voortkomen (onkruid hakken of kappen).
Foto: de kapel zoals ze er enkele jaren geleden uitzag.
GERED VAN DE AFBRAAK, de kapel O.-L.-V.-Onbevlekte-Ontvangenis in de Lipsestraat
Van de tien kapellen die er momenteel nog bestaan in Tildonk behoort deze kapel op de hoek van de Lipsestraat met de Mortelstraat tot de grootste. Zij werd in 1888 opgericht door zekere Joseph Stie uit Leuven (advocaat, vrederechter of dokter, al naargelang de bron). Na diens dood kwam de kapel, samen met een groot stuk grond, in handen van zijn meid. In een beschrijving van Tildonk in 1899 door pastoor Vandepoel lezen we over deze kapel: Eertijds toegewijd aan den H. Rochus, is zij in het jaar 1888 herbouwd door de zorgen van den heer Stie, geneesheer te Leuven. Nu toegewijd aan O.-L.-V.-Onbevlekt en den H. Rochus. Volgens deze beschrijving zou er dus voordien reeds een kapel gestaan hebben. Doch we vinden daar nergens sporen van. Op de Popp-kaart van ca. 1850 komt zij niet voor, evenmin op de primitieve kadasterkaart van Voncken (1829). Andere toenmalige kapellen zoals de afgebroken kapel van Sint-Anna-ten-Drieën (hoek Postweg-Bukenstraat) en de O.-L.-V.-van-Troostkapel (Kapelleweg) komen we wel tegen op deze kaarten. Was de kapel in de Lipsestraat misschien al te bouwvallig zodat men er geen notie meer van nam? De H. Rochus was anderzijds een pestheilige tot wiens bescherming al zeer vroeg kapellen werden opgericht. De huidige kapel is neogotisch van bouwstijl. Ze werd met veel zorg opgebouwd: een mooie evenwichtige bakstenen constructie met leien zadeldak en ambachtelijk houtwerk. Boven de inkomdeur lezen we een opschrift: Virgo Sine Labi Concepta, Ora Pro Nobis (O.-L.-Vrouw-Onbevlekte-Ontvangenis, bid voor ons). In de nis boven de deur stond een beeld dat, samen met andere beelden en de panelen van het altaar, weggenomen werd door de vorige eigenaars. Binnenin treffen we een prachtige vloermozaïek aan. Enkele decennia geleden werd een nieuwe dakbedekking aangelegd in kunstleien. Dit werd bekostigd door een kloosterlinge van de Tildonkse ursulinen, die bij haar jubileumviering een herstelling van het dak verkoos boven het ontvangen van een cadeau. De eigenaars hebben zich weinig bekommerd om de kapel, het onderhoud gebeurde steeds door de overburen (Jules en Jeanne Engelborghs-Vanaeken, nadien Louis en Maria Vanbedts-Meutermans).
Alarm
Op 13 november 2001 werd groot alarm geslagen toen bleek dat men aanstalten maakte om de kapel af te breken. Na een snelle interventie, waarbij o.m. de schepen van cultuur en de dienst Monumenten en Landschappen werden ingeschakeld, kon een afbraak verijdeld worden. Doch de eigenaars dienden een vergunningsaanvraag in voor een verkaveling van het terrein en vroegen daarbij ook de toestemming om de kapel af te breken. Onmiddellijk werd een actiegroep opgericht, Red de Kapel, en werd gestart met een petitieactie onder de buurtbewoners waarbij 150 bezwaarschriften werden opgehaald. Dit, samen met het negatief advies van Monumenten en Landschappen, redde de kapel.
Gered
Om uit de impasse te geraken heeft de Kerkraad Sint-Jan Tildonk (de kerkfabriek) dan beslist om de kapel aan te kopen. Op 17/2/2005 werd ze uiteindelijk door de provincie Vlaams-Brabant opgenomen in de lijst van niet-beschermde waardevolle gebouwen. In augustus 2005 werd door Monumentenwacht Vlaams-Brabant een bouwkundige inspectie uitgevoerd, waarvan het verslag als basis zal dienen voor de renovatie die nog dit jaar start. De buren en de parochiale verenigingen zijn al eens samengekomen om de toekomst van de kapel te bespreken. Meerdere verenigingen hebben beslist om een activiteit in te richten waarvan de opbrengst aan de renovatie van de kapel zal besteed worden. Ook u, bezoeker van Tilloenk vruger, kan een storting doen op rekening 734-0176619-88 (mededeling: steun kapel Tildonk). Info: lembreght@pandora.be
Tot zulke rijkdommen behoren de vele kapellen en kapelletjes die we hier en daar nog tegenkomen. Uiteraard hebben die een religieuze achtergrond, doch evenzeer zijn ze belangrijk vanuit cultuurhistorisch perspectief. Ze maakten immers deel uit van het dagelijkse leven van onze voorouders. Het religieuze overheerste vorige eeuwen gewoonweg het leven van de dorpeling. Een uiting van volksdevotie was het inbouwen van een muur- of gevelkapel in woning, boerderij of stal. Doch slechts weinige exemplaren ervan zijn overgebleven. Logisch eigenlijk, bij elke afbraak van een woning verdween ook de gevelkapel. Onlangs is zo nog het huis van Fin Vanzegbroeck in de Terbankstraat afgebroken. Gelukkiglijk bezitten we nog een foto van het gevelkapelletje. Schamel, vervallen, materieel van weinig waarde, doch van een eerlijke schoonheid die we tegenwoordig maar al te weinig tegenkomen.
Maar ja, het kapelletje verdween samen met het huisje...
Deze wegmarkeringen tref je aan op de hoek van de Pastoor Lambertzdreef en de Kruineikestraat. De letter B (van BUS) heeft de meesten op het juiste spoor gezet. (10 juiste antwoorden, 2 foute. Het valt op dat vooral de jongere bezoekers meedoen aan de fotokwis. En de juiste antwoorden geven!)
Opgave 9 -> zie rechterkolom. Meimaand, kapelletjesmaand. Een uiting van volksdevotie waren de gevelkapelletjes. De vraag is niet makkelijk deze keer, maar de aandachtige wandelaar zal niet al teveel moeite hebben om dit kleinood te ontdekken. Waar bevindt zich dit fraaie exemplaar?
Foto: Voorstelling van de heren tijdens het eerste turnfeest van turnkring Germinal. L > R: François Wellens, Staf ... (uit Wespelaar), ?, Gust Neefs, Maurice De Bie, Albert Van Dessel, Miel Vervoort, Cyriel Vanhorenbeek, buiten beeld Freddy Van Parijs.
De Germinal
Turnkring Germinal werd opgericht in de Alpia in 1971. Initiatiefnemer was Maurice De Bie, die voordien in Wespelaar turnde onder leiding van Willy Verhaegen. Deze laatste zou weldra met veel brio de Tildonkse turnkring gaan leiden. Het eerste bestuur bestond uit Maurice De Bie, Julien Magits, Julien Janssens en Roger Hanssens. De kring sloot aan bij de Socialistische Turnbond.Het succes bleef niet uit. Was het de gemoedelijke sfeer in de club of de leiderskunst van Willy Verhaegen? Feit is dat na korte tijd diverse groepen ontstonden: de heren, de dames, de huismoeders, de juffers en de knapen (deze laatsten onder leiding van Freddy Van Parijs). De belangrijkste activiteit was wel het jaarlijkse Gouwfeest met aantreden van turnverenigingen uit gans toenmalig Brabant. De keren dat het feest in Tildonk plaatsgreep was het dorp te klein en defileerde men vanaf het lokaal (Alpia) naar het voetbalterrein van FC Alpia in de Bukenstraat, waar de optredens in openlucht plaatsgrepen. Maar ook de turnfeesten voor eigen volk mochten gezien worden, zoals in het krantenartikeltje hieronder opgemerkt wordt. Een jaarlijks hoogtepunt voor de leden was het lang weekend van pasen dat meestal ergens op een of ander kasteel in de Ardennen doorgebracht werd. Wat veel leden zich ook nog zullen herinneren zijn de kayaktochten op de Ourthe en de talloze bals, kwissen, volkssportnamiddagen, mosselfeesten, enz. die ingericht werden om de kas te spijzen. Telkens met veel toeloop.Turnkring Germinal bestaat nog steeds, zij het in mineur. Met de brand van de Alpia verloor de kring zijn lokaal. Openbare optredens zitten er niet meer in, maar er wordt nog steeds geturnd. Momenteel gebeurt dit in de kantine van FC Alpia.
Uit de Haechtenaar van 28/12/1973: Sukses voor tweede turnfeest Germinal
De jonge turnkring Germinal mag trots gaan op wat ze zaterdag voor het voetlicht bracht. Met tromgeroffel werd het feest geopend, waarna in een oordeelkundig gekozen afwisseling, de verschillende afdelingen het beste van hun kunnen, voor het talrijke publiek ten toon spreidden. Niet minder dan twaalf onderdelen werden verzorgd door de acht afdelingen en beëindigd door een slotparade. Een woord van dank werd uitgesproken door de h. J. Magits en geschenken werden overhandigd aan de verdienstelijke leiders en leidsters. De heer Magits onderstreepte de prestaties van de kring tijdens het voorbije jaar, waarbij vooral opvielen: het behalen van twee eerste prijzen en een tweede op de gouwfeesten. Voor 1974 staat het verbroederingsfeest met de bevriende kring uit Wespelaar op het programma, dat plaats heeft te Tildonk. (ct)
Foto: Miel Janssens (°Tildonk, 9/6/1899) ergens in de jaren '60, terwijl hij de witlooflaag keurt. De witloofkrobben schieten goed door de grond, het uithalen zal kunnen beginnen...
WITLOOF VERANDERDE HET AANSCHIJN VAN ONS DORP!*
De komst van de witloofteelt heeft het aanschijn van ons dorp in de 20ste eeuw wel degelijk veranderd. De groente bracht immers welstand mee voor de telers, en dat kon je weldra merken in het straatbeeld! Volgens de overlevering zou in 1830 een Schaarbeekse landbouwer het eerste witloof gekweekt hebben. Hij zou wortelen in een kelder met een laagje grond hebben bedekt. Na zijn vlucht bij de wanordelijkheden tijdens de Belgische revolutie constateerde hij dat zijn wortelen loof hadden geschoten, wit loof, hetgeen niet slecht van smaak bleek te zijn Vast staat dat in 1867 het eerste in volle grond gekweekte witloof op de markt in Brussel verkocht werd. Voor de oorlog van 14-18 was witloof trouwens een Brusselse aangelegenheid (Evere, Sint-Stevens-Woluwe,Sterrebeek, Neder-over Heembeek, Diegem, ). Zo werd witloof indertijd geteeld
Het witloofzaad kwam oorspronkelijk voort uit wortelen die bleven staan en na de winter zaad hadden geschoten. Nadien begon men te selecteren: de beste wortels werden opzij gehouden bij het uithalen en na de winter terug geplant. Op de plant kwamen eerst de blauwe bloemen en dan het zaad. Voor zaad 'van de goei soort' werd veel geld gevraagd, dus probeerden de meeste boeren zelf voor eigen gebruik te kweken. Het zaad werd gedorsen met vlegels of met de graanmolen (met fijne 'ziften'). In april-mei werd er gezaaid met de zaaimachine. Als het witloof uitkwam dan moest het uitgedund en gehakt (of gekrabd) worden. Naast de handhak werd ook gebruik gemaakt van de hakmachine. In oktober-november werden de witloofwortelen uitgereden met de ploeg. De boer leidde het paard doorheen het witloofveld (of 'witloofplek' zoals men hier zei) terwijl de trekkers de witloofplanten rooiden. De witloofplanten werden dan in rijen of roten gelegd en na een rustperiode werden de groene bladeren afgesneden tot op 2 à 3 cm van de wortelkraag. Het volgende werk was het tafelenofinzettenvan het loof in een witlooflaag. Deze laag, die uit twee 'beddekes' bestond, werd op 20 cm diepte uitgegraven en de wortelen werden tegen mekaar aan ingetafeld. Bovenop kwam een deklaagje fijne aarde, dat afgedekt werd met een laag toemaat. Dat was hooi van de tweede snee (de eerste snede werd in juni-juli gemaaid, het uitschietend gras werd later afgemaaid, de tweede snede dus). Oorspronkelijk werd het loof geforceerd of verwarmd met paardenmest. Tot in de jaren '30 gebruikte men het lopend vuur met rookbuizen. Hier waren verschillende nadelen aan verbonden: in het midden van de laag werd het witloof meer verwarmd dan aan de buitenkanten waardoor er een ongelijke groei plaatsvond; bij hevige wind vatten de 'strovlagen' (houten kaders met binnenwerk van stro), waarmee de laag beschut werd, wel eens vuur en bij hevige regen moest men voortdurend het water uit de putjes scheppen waarin de kacheltjes stonden. Het thermosifon was daarom een grote verbetering. Het bestond uit een rechtstaande plaatijzeren ketel met dubbele wanden waartussen het water liep. Dit werd verwarmd door een klein vuur. Via kaders, gemaakt van ijzeren buizen, liep het warme water rondom de bedden van de witlooflaag. De smid van Tildonk had er dra zijn volle werk mee en werd een specialist in het construeren van dergelijke kaders. Van Vlasselaer in Winksele-Delle was gespecialiseerd in het vervaardigen van thermosifons. In Tildonk sprak men van 'de witloofketel', ''t machien' of ook van ''t vureke. Het uithalen van het witloof gebeurde na 3 à 4 weken forceren. Hiervoor gebruikte men de gewone greep of riek. De witloofkrop werd van de wortelen gebroken en het witloof werd dan in een wissen mand of houten bak gelegd. De wortelen dienden als veevoeder. Strovlagen werden rechtgezet om de uithaler te beschermen tegen koude en wind.
Witloof van de beste kwaliteit was bestemd voor de Amerikaanse markt en noemde men 'bootloof'. Witloof van mindere kwaliteit was 'uitsteek', de dunne sprieten, 'pizzelot', en de niet mooi gesloten krobben kregen de naam 'snoekebakkes'. Het kuisen en inpakken van het witloof was typisch vrouwenwerk. Dit gebeurde in het witloofkot. Oorspronkelijk werd het witloof ingepakt in wissen mandjes, later in kartonnen dozen. De vrouwen zaten rond een schraag waarop de bakken met witloof geplaatst stonden. Bij het kuisen werden met een mesje de buitenste vuile bladeren verwijderd alsook een stukje van het hart. De inpakster legde het loof in lagen in de kartonnen dozen, met telkens een 'boterpapiertje' ertussen en ervoor zorgend dat de mooiste krobben bovenaan kwamen, kwestie van mooi te presenteren! s Avonds werden deze dozen dan opgehaald door de witloofmarchand om naar de veiling gevoerd te worden. Bekende marchands van alhier waren Jules De Greef (Komuit) en Jules Beckers ten tijde van de 'schoil' en Maurice Servranckx (Maurice van den heilige) en Maurice en Madeleine Laeremans ten tijde van de veiling. In het witloofkot werd heel wat afgelameerden passeerden de vele nieuwtjes van het dorp de revue. Witloofkuisers en -inpaksters werden door de boeren goed gesoigneerd. De lonen waren niet hoog, maar dit werd deels gecompenseerd door het serveren van warme en koude maaltijden en 'patekes of gebakjes tussendoor. De boer in de laag droeg de floeren vest en broek en een wit-grauwe schort en later de blauwe clown of overal. De kuisters en inpaksters droegen huishoudschorten.
Stilaan zakte de witloofteelt af van het Brusselse via Kortenberg en Kampenhout richting onze contreien. Er waren verschillende redenen: de grond geraakte uitgewonnen in de oorspronkelijke locaties, witlooftentoonstellingen en cursussen wakkerden de interesse aan, en vooral: je kon er je boterham mee verdienen. Wanneer het eerste witloof in Tildonk geteeld werd is moeilijk te achterhalen. De eerste vermelding die ik terugvond dateert uit het jaar 1927 toen hovenier Domien Van den Broeck witloofzaad (toen nog 'Brussels witloof') te koop aanbood. Na 1927 zag je het witloof in diverse advertenties opduiken, hetgeen erop wijst dat de teelt hier ingeburgerd geraakte. De Haechtenaar 6/2/1927 HOF EN VELDZADEN
Boonen met en zonder staken. Erwten, witte en groene Krombek. Plantchalotten, echt Brussels Witloof. Veldzaden, gele lange Beetzaden, reuzen van Eckendorff, dikke soort halve suikerbiet (Groenhals). Klaverzaden, enz... Merkt wel op dat ik vele mijner zaden zelf kweek. Ook te verkrijgen alle soorten van PLANTEN. Domine VAN DEN BROECK, Hovenier, Thildonck, nabij het Dorp. De Haechtenaar 23/10/1927
Ministerie van Landbouw en Openbare Werken LANDBOUW-BEROEPSONDERWIJS te Thildonck Het Ministerie van Landbouw, met de medewerking van de Provincie Brabant, het Landbouw comice van Haecht, de Belgische Boerenbond en met de medehulp van het Gemeentebestuur van Thildonck opent op Donderdag 27 October a.s. om 5 ure eene Landbouw-Beroepsschool voor Thildonck en omstreken. De lessen zullen plaats hebben viermaal in de week van 6 tot 8 ure 's avonds in de lokalen van de Zustersschool. In die lessen zal gehandeld worden over: Algemeene Landbouw, Veeteelt, Gezondheidsleer, Landbouwmachienen, Wetten welken den landbouw aanbelangen, Hoenderteelt, Teelt van Witloof en andere Moeskruiden, enz... Inschrijven: M. Giele, Staatslandbouwkundige, Blijde Inkomststraat 40 te Leuven, bij den Heer Burgemeester van Thildonck en in de school, den dag der opening. De Hoofdstaatslandbouwkundige, J. GIELE
De Haechtenaar16/11/1929
LATTEN voor witloofvlagen te bekomen bij Jos. BISSCHOP, Zagerij, Thildonck-Sas.
De Haechtenaar 18/5/1929
Openbare Verkooping van een voordelig gelegen schoon PACHTHOF genaamd "Bertrodenhof". ... (opsomming van de gronden)... Al deze goederen zijn onverhuurd en kortelings beschikbaar. De goederen zijn zeer voordelig gelegen in de nabijheid van den grooten steenweg Leuven - Mechelen en den Provinciesteenweg Herent - Thildonck, ongeveer 7 kilometers van Leuven en 12 kilometers van Mechelen. Zij zijn bijzonder geschikt voor witloofkweekers en hoveniers.
De Haechtenaar15/10/1932
Opening van een IJZERWINKEL, Bidée Gebroeders, Thildonck-Dorp. Aannemers van afsluiting in draad en grillen. Te bekomen: alle soorten van ijzerwaren en verlakte waren, stoven, witloofbuizen en al wat den ijzerhandel betreft. Zeer matige prijzen - Verzorgd werk en spoedige bediening. Agentschap der landbouwmachienen "Melotte".
De verkoop van het witloof gebeurde eerst op de markten, daarna via opkopers en uiteindelijk via de witloofveilingen. Vooral ten tijde van de opkopers liep alles volgens een bepaald ceremonieel dat we hier de schoil noemden. In het café bij de maalder van Winksele-Delle (Engelbert Vanhamme) werd op een lei opgetekend bij welke boeren de volgende dag loof werd uitgehaald. De opkopers, soms wel 30 man in getal, gingen dan in groep al deze boeren af en het witloof werd aan de laag gekeurd en per opbod verkocht. Dit systeem was in voege tot de opkomst van de veilingen (Kortenberg: 1959, Kampenhout: 1960, Werchter: 1960, ....) waar verkocht werd met de elektrische klok. Vooral in de jaren 60 werd er goed geld verdiend met het loof (want de Tildonkse boer sprak van loof in plaats van witloof, en zeker niet van witlof, hetgeen Hollands is). Stilaan verscheen de ene auto na de andere in de Tildonkse straten en ook aan het huismeubilair van de witloofboer zag je dat de zaken goed gingen, zo deden bijvoorbeeld de salons hun intrede in de woonkamer. Een goede bijverdienste was het om naast de dagelijkse arbeid in de fabriek of op bureel thuis nog enkele lagen witloof te telen; bijna iedereen deed dat. Strengere belastingsmaatregelen zorgden er later echter voor dat deze groep telers wegviel.
Een randactiviteit waren de jaarlijkse witloofbals met de verkiezing van Miss witloof. Hoeveel boerendochters hebben op dergelijke bals hun lief niet gevonden
De Haechtenaar 4/2/1961
Verkiezing van Miss Witloof Op het witloofbal van verleden zondag, waar traditiegetrouw veel volk was, werd Mejuffer Maria VANDENSCHRIECK, uit Tildonk, tot MISS WITLOOF verkozen. Tot eredames werden verheven: Mej. Verhoeven, uit Delle en Mej. Merckx, uit Tildonk. Onze beste wensen aan al dat schoon jong volk.
* Wie meer wenst te lezen over het onstaan van deze populaire streekgroente raden we het boekje van Henri Vannoppen aan: De geschiedenis van het witloof, het witte goud van Brabant, 1978 (o.m. raadpleegbaar in het documentatiecentrum van Hagok).
Gust Vanmeerbeek (°Tildonk 18/9/1857, zoon van Henricus Vanmeerbeek uit Herent en van Theresia Vanden Houdt uit Tildonk), bijgenaamd 'Muskes' en Stephanie Vermeiren (°Herent 5/2/1851) waren 50 jaar getrouwd en vierden hun jubilee. Ze hadden een boerderijtje in de Bertrodestraat. De jongste zoon, Jan, bleef vrijgezel en zodoende bleef hij thuis inwonen.*
Geniet mee van deze prachtige foto met daarop de familieleden Vanmeerbeek-Vermeiren in hun mooiste pak. De jubilarisse en de dame uiterst rechts op de eerste rij dragen nog een koof of kappeke. Beide jubilarissen zijn gezeten in een zetel, het klassieke geschenk van de gemeente bij elke jubilee.
Wie staat er zoal op de foto? (L > R) Bovenste rij: Henri Vanmeerbeek (°30/12/1917, zoon van Frans), Louis Vanmeerbeek (°22/4/1888 x met Marie Evers), Lic Vanmeerbeek, Jeanne Vanmeerbeek (dochter van Louis), Louisa Vanmeerbeek (dochter van Louis), René Gordts (°10/1/1914, zoon van Sidonie), Yvonne Vanmeerbeek (dochter van Louis), Juliette Vermeiren (dochter van Rosalie). Middenrij: Frans Vanmeerbeek (°19/12/1884 x met Maria Engelborghs), Petrus Vermaelen (uit Delle x Roos Vermeiren), Jeanne Vanmeerbeek (°4/10/1914, dochter van Frans), Marie Evers (x met Louis Vanmeerbeek), Sidonie Vanmeerbeek (°16/12/1882 x met Jules Gordts), Jules Gordts (°20/7/1883 x met Sidonie Vanmeerbeek), Jan Vanmeerbeek (°22/12/1890 ongehuwd), Jules Vermeiren (juwelier te Leuven). Onderste rij: Maria Engelborghs (x Frans Vanmeerbeek), Roos Vermeiren, Gust Vanmeerbeek (jubilaris, °18/9/1857), Maurice Vanmeerbeek (°4/7/1929), Stephanie Vermeiren (jubilarisse, °5/2/1851), Jan Baptist Vermeiren (°Herent 4/7/1853, broer van de jubilarisse, koster van Wijgmaal), Leonie Vanden Houdt (buurvrouw, x met Van Aerschot). Vooraan: Raymond Vanmeerbeek (°2/5/1921, zoon van Frans), Jules Vanmeerbeek (°25/12/1919, zoon van Louis, was later schoenmaker en kruidenier in de Lipsestraat).
Volgens recente gegevens zou de jubilaris Gust Vanmeerbeek in feite 'Gust Muskus' genoemd zijn. De jongen woonde bij Muskus (of Muskes) omdat zijn ouders vroeg gestorven waren. Dus eigenlijk zou de titel moeten geluid hebben: 'De jubilee van Gust (van) Muskes'.
* Over 'Jan van Muskes' zullen we het later op deze blog nog wel eens hebben; hij was één van die Tildonkse dorpsfiguren die we onmogelijk kunnen vergeten.
Nog een foto van de veloclub, ditmaal in een meer gewone outfit. De fiets was door de jaren heen zowat hét vervoermiddel van de gewone man geworden, slechts enkelen in het dorp konden zich voor de jaren '50 een auto veroorloven.
We bezitten wel nog foto's van 'De Moedige Stoempers' van vroeger, toen ze hun lokaal hadden in het Brughuis, bij Jef van de Brug. Toen was het een echte fanfare per fiets (volgt binnenkort op de blog). Prachtig toch hoe de mensen vroeger aan mekaar hingen en zich met weinig amuseerden...
Op deze foto herkennen we van L > R: Frans Gordts, ?, Jef Decoster, Desiré Nackaerts, ? ,?, Jules Nackaerts, ?, Gust Decoster (?), ?
Leden van de veloclub 'De Moedige Stoempers' poserend aan de vaartdijk. L > R, boven: Jules Nackaerts, Marcel Janssens (de Smalle), ?, Marcel Van Roy, Fons Neefs (Fons Tellon), ?, ?; midden: ?, Lammeke Verhulst; onder: Jef Decoster, Fons Van Krieken, Zander Bohets, Warre Verdrengh; liggend: Jan Vanmeerbeek (Jan van Muskes). Er ontbreken dus nog een paar namen; aan de lezer om deze aan te vullen.
Met de veloclub 'De Moedige Stoempers', die een periode haar lokaal had 'Bij de Smalle', werden regelmatig uitstapjes verricht. Meestal gebeurde dat in eigen dorp en er werd op tijd gestopt om de dorst te lessen! Deze wat onscherpe foto werd getrokken voor het café van De Haes op Hambos-statie. Zo te zien hadden ze hun eigen 'bloemekee' mee. We herkennen: Jules Nackaerts, Marcel Jansssens (de Smalle), Jan Vanmeerbeek (Jan van Muskes), Jules Van Krieken (Boske Verkrieken), Jef Decoster, ... Wie vult het lijstje aan??
Marcel Janssens, alias 'de Smalle', (°Kortrijk-Dutsel 9/1/1903, +Tildonk, 16/2/1957) trouwde op 11/8/1923 met Leontine Messemaekers (°Rotselaar 12/7/1904, +Tildonk 9/5/1963). Aanvankelijk hielden ze café in Rotselaar (aan de spoorwegovergang op de Provinciebaan), alwaar ook hun kinderen geboren werden: Yvonne, Jeanne, Julien, Fernand en Irène. Doch in 1939 verhuisden ze naar Tildonk en baatten er 'Café Sportwereld' uit rechtover de kerk. Enkele jaren later vestigden ze zich definitief op het hoekhuis van de Dorpstraat met de Ambachtstraat, waar voordien Rikske Massant en Del café hielden. Dit huis was in de 19de eeuw nog eigendom geweest van de kostersfamilie De Coninck.* Marcel en Leontine openden er opnieuw een café en kozen de voor de hand liggende naam 'Bij de Smalle'. Het werd de pleisterplaats van de mannen van veloclub 'De Moedige Stoempers', een plezante bende die wel eens verkleed op de fiets door het dorp placht te rijden, daarbij niet vergetend om onderweg tijdig bij te tanken in één van de toen in Tildonk veelvuldig voorkomende etablissementen. Zoals elke zich respecterende staminee werd bij de Smalle een 'spaarkaske' opgericht, 'De Lustige Nieuwjaarvierders'. De gespaarde gelden plus interesten werden op oudejaarsavond uitgekeerd, zodat de leden lustig het nieuwe jaar konden inzetten. In 1953 wou men bij de Smalle een 'inkorvingslokaal voor duivenleerdrachten' oprichten. Deze nieuwe maatschappij kreeg als naam 'De Verstotelingen'. Die naam was niet slecht gekozen, want onmiddellijk kwam er zwaar protest van de bestaande duivenmaatschappij 'De Tortelduif' tegen voornoemde oprichting. Dit moeten we natuurlijk bezien als een cafékwestie; iedere uitbater wou vanzelfsprekend de kalandizie zoveel mogelijk in eigen café behouden...
Bij Irène Janssens troffen we volgend reglement aan van de spaarmaatschappij 'De Lustige Nieuwjaarvierders' (1947). Lees je even mee?
Spaarmaatschappij "De Lustige Nieuwjaarvierders' Regelment
Art. 1. De maatschappij heeft voor doel het sparen aan te moedigen. Art. 2. Het bestuur bestaat uit een voorzitter, boetmeester, schatbewaarder en schrijver. Art. 3. Alle jaren herziening van het bestuur. Art. 4. Het aangenomen lid betaald 10 fr. inkom geld. Art. 5. Het sparen mag niet minder dan 1 fr. zijn. Art. 6. De lichting zal alle dindagen voor acht uur plaats hebben. Art. 7. De leden der maatschappij zulle vergader. den eersten zondag der derde maand. Art. 8. Toegepaste boete: niet sparen 2 fr., de vergadering niet bijwonen 5 fr., niet lichten 5 fr. Art. 9. Ontslagen van boete door ziekte, sterfgeval of gegronde reden mits verwittiging aan 't bestuur. Art. 10. De uitbetaling heeft plaats 's avonds voor nieuwjaarsdag. Art. 11. De intrest zal verdeeld worden volgens gespaarde gelden. Art. 12. De leden door ziekte, ongeluk of verandering van woonst kunnen hun gespaard geld bekomen. Art. 13. De maatschappij zal niet kunnen ontbonden worden zoolang er vijf leden ze in voege willen houden.
De voorzitter (Van Krieken); De schatbewaarde (Janssens Marcel); De schrijver (Claes Frans). Gezien, Tildonk den 17 Januari 1947. Op bevel, De Secretaris (handtekening onleesbaar); De Burgemeester (Jules Persoons).
* Zie bijdrage nr. 49: De familie De Coninck, een familie van meiers, kosters en religieuzen.
Foto: Restanten van de 'IJzeren Muur' in de Kapelleweg (Hambos). De witgeverfde verankeringspalen op de voorgrond, waaraan elementen van de 'IJzeren Muur' destijds werden vastgehecht, steken liefst 1m 80 diep in de grond!
Tildonk lag in het begin van de Tweede Wereldoorlog langs de KW-stelling (de verdedigingsstelling die liep van Koningshooikt tot Waver en die bedoeld was om de opmars van de Duitsers in het centrum van België tegen te houden). De fameuze IJzeren Muur bestond op Tildonks grondgebied uit een aaneenschakeling van robuuste stalen hekkens (de zogenaamde 'Cointet-elementen') die aangebracht waren van aan Tildonk-sas, langs de Hambos, tot in Wakkerzeel. Tussen Wakkerzeel en Haacht liep de betonnen antitankgracht. De KW-stelling heeft echter geen dienst gedaan. Uit tactische overwegingen werd de stelling al verlaten voordat er enige slag werd geleverd... Nog in 1940 werd de IJzeren Muur ontmanteld door de bezetter, waarbij de onderdelen nadien o.m. dienst deden in de 'Atlantikwall' in Normandië. Maar ook de dorpelingen konden bepaalde onderdelen goed gebruiken. Hier en daar tref je bij Tildonkse boeren nog wel eens 'welletjes' of piketten aan die afkomstig zijn van de Muur...
TILDONK TIJDENS DE MEIDAGEN VAN 1940
Bij het uitbreken van de oorlog zat de schrik er goed in bij de mensen. Met de gevechten en de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog nog op het netvlies gebrand, hadden de inwoners van Tildonk weinig aanmaningen nodig om op de vlucht te slaan. Doch buiten wat schermutselingen her en der bleef onze streek verstoken van het krijgsgeweld. De meeste schade aan de gebouwen was afkomstig van afgelegen artillerievuur. Uiteraard hadden ook de aanleg van de fameuze IJzeren Muur, de vele bunkers en de occasionele loopgraven gezorgd voor de nodige schade in de velden. Ronduit dramatisch was de dood van de twee Tildonkse onderwijzers Lauwers en Mommaers bij de gevechten in de omgeving van de Leie te Nevele.
In het archief van de pastorie bevindt zich een getuigenverhaal over de beginperiode van de Tweede Wereldoorlog dat op de tweede kerstdag van 1945 door onderpastoor Simons werd opgesteld:
'Ingevolge de algemene mobilisatie van 1939 lagen er in Tildonk overal soldaten in de zalen en scholen. Ook de parochiezaal werd in beslag genomen. In het grensgebied van de gemeente, richting Wijgmaal en Herent, werden overal loopgraven en bunkers gebouwd. Langs de vaart werd ook veel prikkeldraad gespannen. Op de westelijke kanaaloever sloot, nabij de stroomopwaartse deuren van Tildonk-Sas, de IJzeren Muur aan bij de Leuvense vaart. Toen de oorlog uitbrak kregen de inwoners van Tildonk op hun eenzelvigheidskaart een stempel gedrukt met de vermelding 'verplicht weggevoerde'. Dat betekende dat ze bij het eerste bevel het dorp zouden moeten verlaten, want hun gemeente was gelegen langs de KW-stelling.*
Na enkele dagen begon de uittocht van de dorpsbewoners. Ook de kloosterzusters met hun bestuurder kanunnik J. Naulaers en moeder-overste Caroline namen de wijk naar het ursulinenklooster van Ternat. Er bleven evenwel nog zeven zusters te Tildonk om het klooster zolang mogelijk te bewaken. Op Pinksterzondag 12 mei 1940 waren bijna alle dorpsbewoners op de vlucht geslagen. Op 13 mei werden de laatste zusters, pastoor De Roeck, onderpastoor Simons en de laatste nog thuisgebleven bewoners door de militaire overheid aangemaand om dadelijk te vertrekken. De vijandelijke troepen naderden het dorp en de gevechten konden elk ogenblik losbarsten. De pastoor en de onderpastoor vertrokken naar Asse waar ze onderdak vonden bij pastoor-deken De Coster. Daar verbleven ze tot zaterdag 18 mei 1940. Vandaar vertrokken beide priesters, samen met andere parochianen van Tildonk, naar Liedekerke waar ze nog dezelfde dag werden ingehaald door de vijandelijke legers. Tijdens het daarmee gepaard gaande bombardement, dat de ganse nacht duurde en waaraan pas een einde kwam de volgende dag om 11 uur in de voormiddag, verbleven de vluchtelingen in de kelders van de pastorie. Nadien bezetten de Duitse troepen de ganse streek. De volgende dag keerden de vluchtelingen uit Liedekerke terug naar Tildonk.
In het dorp was nog bijna niemand terug thuis van de vlucht. Verscheidene woningen waren beschadigd alsook de kerk. Twee projectielen waren in de kerk nabij het hoogaltaar terecht gekomen. Het beeld van Onze-Lieve-Vrouw, dat er voor de meioefeningen uitgestald stond, omgeven door bloemen en kaarsen, werd niet getroffen. In de kerk lagen hopen stro. De Duitsers hadden er hun paarden gestald. In de muur hadden ze haken geslagen om hun paarden aan vast te maken. Ook in de tuin van de pastorij hadden paarden gestaan. De volgende dag werd de kerk door de thuisgekomen parochianen gekuist, zodat de volgende zondag de H. Mis er reeds terug kon opgedragen worden. Vervolgens werden de gaten in het dak zo spoedig mogelijk gedicht en nadien werd het dak volledig hersteld.
Geleidelijk aan kwamen de dorpelingen terug thuis. Na enkele dagen kwam het droevige nieuws op het gemeentehuis toe dat twee jonge onderwijzers, Felix Lauwers en Gerard Mommaers, gesneuveld waren aan de Leie op 26 mei 1940. Hun stoffelijk overschot werd gerepatrieerd en bijgezet op het kerkhof van Tildonk. Rouwdiensten hadden plaats op 22 en 23 juni 1940'.
* De beginperiode van de 2de WO in onze streek wordt uitmuntend beschreven in het boek: Casteels R. en Vandegoor G., 1940 in de regio Haacht. De Belgische eenheden op de KW-stelling, HAGOK, 2002.
Foto: Café Congo in lang vervlogen tijden. Toen droegen de diensters (de dochters van Jef Lens?) nog mooi opgesteven witte schorten en waren de klanten en buren maar wat graag bereid om mee op het plaatje te staan!
Jef Lens (°Tildonk 17/12/1853), getrouwd met A. M. Theresia Vandenheuvel, hield het estaminet 'De Congo' open in de Dorpstraat. Daarnaast boerde hij een beetje, zoals bijna iedereen indertijd. 'De Congo' was naast 'De Concordia' (bij Gustaaf Pardon) het hoofdkwartier van de 'varkens' (Verenigde Vrienden). Doch de dochters van Jef zorgden ook voor een ware begankenis van de Leuvense studentjes. Vooral de Walen kwamen graag naar 'De Congo'. En als de Vlamingen afzakten dan zat het er meestal tegen. Die studenten bleven trouw komen nog tot in de jaren vijftig, toen het estaminet uitgebaat werd door Germaine Lens en Julien Vandenabeele.
Momenteel wordt het huis bewoond door André Lens, een achterkleinzoon van Jef.
82) Het historische HOF TE BETTENRODE en kanselier PECQUIUS
Foto: Portret van Petrus Pecquius (1562-1625), kanselier van Brabant en eigenaar van het hof Te Bettenrode, geschilderd door zijn beroemde tijdgenoot Pieter Pauwel Rubens.
Het historische hof Te Bettenrode,
in 1623 eigendom van Petrus Pecquius, kanselier van Brabant * Deoude benaming van de huidige Bertrodehoeve in de gelijknamige Bertrodestraat luidde hof Te Bettenrode. Dit pachthof heeft een geschiedenis om U tegen te zeggen! De oudste sporen van Bettenrode gaan immers terug tot de 13de eeuw. In 1247 was de Tildonkse schepen Wellin van Bettenrode getuige in een schepenoorkonde te Leuven, waarin ridder Dierik van Tildonk en diens bloedverwant Jan van Oppendorp een groot stuk grond, gelegen te Tildonk, afstonden aan de Leprozerie van Terbank te Heverlee. Een ander lid van de Tildonkse schepenbank heette Godert (Goort) van Bettenrode (vermeld in 1389 en 1411). Bettenrode** was in oorsprong een plaatsnaam en werd nadien de familienaam van de vroegere bewoners en van hun afstammelingen.
Het hof Te Bettenrode was een winhof of pachthof dat door de eeuwen heen in handen kwam van heel wat nobele heren. In de 15de en begin 16de eeuw was het eigendom van de Leuvense patriciërsfamilie vanden Tympel en midden 16de eeuw kwam de hofstede in bezit van ridder Goort van Brecht (afkomstig van Diegem en later deel uitmakend van de entourage van graaf Hendrik III van Nassau).
Speciale aandacht verdient de figuur van Petrus Pecquius (een verlatijnsing van 'Van Peck'), kanselier van Brabant***, en eigenaar van het hof Te Bettenrode in 1623. Pecquius was doctor in de rechten en werd in 1601 raadsheer in de Grote Raad te Mechelen. Onder Albrecht en Isabellabouwde hij een politieke carrière uit. Zo werd hij ambassadeur te Parijs onder de Franse koning Hendrik IV, die hem respectvol le sage flamand noemde. Petrus Pecquius was de zoon van Petrus sr., afkomstig van Zierikzee, hoogleraar te Leuven en gehuwd metCatharina Gillis, dochter van Jan Gillis, secretaris van de landvoogdes Margaretha van Parma. Petrus Pecquius jr. was getrouwd met Barbara Maria Boonen, zuster van de toenmalige aartsbisschop Jacobus Boonen. Zij was de dochter van Cornelius Boonen, eveneens kanselier van Brabant, en van Geertruijd vanden Heetvelde. Deze familie vanden Heetvelde heeft een grote rol gespeeld in het Tildonk van de 16de eeuw en vroeger. Petrus Pecquius werd door zijn familielid, tijdgenoot en collega-diplomaat Pieter Pauwel Rubens diverse malen op doek vereeuwigd, hetgeen wel iets zegt over de belangrijkheid van die man! In een latere periode kwam het hof Te Bettenrode nog in bezit van de baron van Erpe, van Charles vanden Campe, toenmalig heer van Tildonk, van jonker Nicolaus vanHeylwegen (17de e), en van de families dAmenzaga, Schotte, la Motte (18de e), enz Geen van deze heren heeft ooit op de Bertrodehoeve verbleven, misschien hebben sommigen ze zelfs nooit bezocht. Voor hen was alleen de opbrengst van de hoeve van tel, vandaar dat men sprak van een winhof. Deze landheren bezaten dikwijls nog talloze andere eigendommen zodat het contact met hun pachters wel eens uitsluitend via hun rentmeester zal verlopen zijn. Uit de periode 1571-1577 stamt onderstaande omschrijving van het hof en de eigenaars (Rijksarchief Leuven, Archief van de Commissie van Openbare Onderstand van Leuven, nr. 3809): Inden ierst d winhoff Te Bettenrode mette landen, bempden, eusselen, bosschen en andere syne toebehoorten, te Thieldonck ende daerontrent gelegen, soo die bij specificatie overgegeven ende den kinderen Jans wylen vanden Tymple in deylinge gevallen syn geweest ende soo die bij vrouwe Philippote de Clercq, weduwe heeren Lodewycx weylen vanden Tymple, des voorscheven joncker Charles moeder, in geschrifte overgegeven syn geweest, behalffen ende merckelycken vuytgenomen de partye bij wylen jouffrouwe Catlyne van Dongelberge totter selver hoeve vercregen, als te wetende drije dachmaelen eeussels gelegen voor de poorte vande voorschreven hoeve aenden drayeboom, geheeten tPoorteeussel, regenoten die beke geheeten die Leeps ter eenre, comende aen sheeren straete. Item noch een halff boender landts als wesende die hellicht vande bempden gelegen op dJansvelt aende Bettenrode straete .
* Voor meer info, zie: Gordts J., Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof Te Bettenrode, win- of pachthof van vele heren, HOGT 19 (2004) 28-46.
** In de naam Bettenrode onderscheiden we twee delen: 'betten' dat mogelijk afkomstig is van de voornaam Elisabeth, terwijl 'rode' afgeleid is van het werkwoord 'rooien'. Bettenrode verwijst dus naar een ontginningsfase in de vroege geschiedenis van Tildonk. Het 19de eeuwse Bertroedenbosch was dan weer een laatste restant van het primitieve bosgebied in deze uithoek van Tildonk.
*** De functie van kanselier van Brabant toen zouden we kunnen vergelijken met deze van de eerste minister van België nu.
(L>R) Boven: Theofiel Van Beethoven, Hubert Christiaens, Jozef Buelens, Eduard Vankriekingen, Maurice Vandenheuvel, Frits Vandenberghe (toenmalig voorzitter), Philemon Bidée, Louis Sunt, Emiel Vermeulen. Midden (boven): ?, Jos Boogaerts, Lucien De Cat, Emiel Van den Houdt, Raymond Vandenhoudt, Roger Van Gijsel. Midden (onder): Jean Moelants, Jozef Decoster, François Gilis, Henri Van Meerbeeck, André Brabants. Onder: Luc Sunt, André Vanden Eynde, Alex Servaes, Roger Engelborghs, ?, Johan Stroobants, Jean Goovaerts.
PAKT, bijna een halve eeuw Tildonkse atletiekgeschiedenis
In 1953 richtte Julien Magits de Tildonkse Atletiekclub (stamnummer 232) op. Clublokaal werd café Het Brughuis en in het bestuur zaten: Leonard Hermans (voorzitter); Miel Vermeulen (kassier); Jozef Buelens en Julien Magits (secretaris); Frans Neefs, Alfons Neefs en Frans Vandenhoudt (leden).
Een eerste grote veldloop werd ingericht (zie hieronder). Ondermeer problemen met het lokaal (sluiting van Het Brughuis) deden de club uitwijken naar de parochiezaal Familia en in samenwerking met het ACW ontstond de nieuwe Parochiale Atletiek Klub Tildonk, afgekort tot PAKT (1957). Gedurende 35 jaar was PAKT niet weg te denken uit het Tildonkse verenigingsleven, ondermeer door de inzet van duivel doet al Jefke Buelens. De club had getalenteerde atleten onder zijn leden, we denken aan André Brabants, Astrid Vermeulen, de gebroeders Van der hoeven, de de Wyngaerts en er werden heel wat successen geboekt. Het oefenterrein bevond zich jarenlang in de Kouterstraat aan de garage van het klooster. De jaarlijkse Grote Veldloopprijzen van PAKT waren telkens een evenement van formaat. In 1992 fusioneerde PAKT met Wespelaar AC waarbij de nieuwe club de naam HERA (Haacht en regio Atletiek) kreeg. De schaalvergroting werd in 2000 nog verder doorgevoerd toen ROBA (Regio Oost-Brabant Atletiek) werd opgericht, een samenwerking tussen de regionale clubs DAK (Diest), BETA (Betekom) en HERA (Haacht).
Een advertentie in De Haechtenaar van 7 februari 1953:
Gemeente Tildonk Op Zondag 15 Februari 1953
1e GROTE VELDLOOP VAN TILDONK
Aan de vaartbrug
Ingericht met de medewerking van Athletiek Club van Union Sint Gillis. Verschillende bekers, talrijke en waardevolle prijzen in natura. Inschrijvingen en vertrekken, bij Emiel Vermeulen, Café Het Brughuis.
- 1e Vertrek om 2,30 uur: Kadetten. Uitsluitend schooljeugd van Tildonk. Beker aan den overwinnaar - 2e Vertrek om 3 uur: Scholieren. Ereprijs François De Coster - 3e Vertrek om 3,30 uur: Veteranen. Ereprijs Alfons Van Achten - 4e Vertrek om 4 uur: Juniors - Militairen - Seniors. Ereprijs: Maurits Magits
Niet aangeslotenen mogen ook meelopen in iedere categorie. Verschillende bekende en vooraanstaande lopers zullen het hier tegen de mannen der streek opnemen. Gaston Reiff, Wereldrekordhouder, zal de vertrekken van deze koersen geven. Het bestuur is niet verantwoordelijk voor ongevallen.
Deze foto behoort waarschijnlijk tot dezelfde serie als de vorige foto (De Vier Heemskinderen). De 'rodekruis-verpleegster te paard' was Marie Vandenbroeck alias Marie van Loes (°Tildonk 11/11/1897, +Tildonk 4/4/1927), later gehuwd met Gustaaf Vertommen.
De man met bolhoed, decoraties en paraplu zou volgens onze bron Pië Minnekes (Petrus Ver Elst) geweest zijn met daarnaast, de man met de klak, zijn zoon Gust van Pië Minnekes (August Ver Elst). We zijn echter niet helemaal zeker. Wie geeft uitsluitsel?? (gepost: 6/6/2006) (7/6/2006): Het antwoord is al binnen! Het is dus niet Pië Minnekes maar Borman (Amandus Borremans). Eerstdaags daarover meer... Maar voorlopig laten we onze tekst staan. Eerstdaags volgt een foto van de enige echte Pië Minnekes!!
Pië Minnekesof Petrus Ver Elst was afkomstig van Kampenhout (°10/8/1866) en huwde op 11/4/1891 met Anna Maria Weltens (°Tildonk 18/11/1858 ?, +Tildonk 2/3/1917). Hij stierf te Tildonk op 28/3/1955. Kinderen: - °2/12/1889, Franciscus Josephus 'Jef' (x Josephine Merckx) - °8/8/1892, Guilielmus Franciscus 'Frans' (x Irma Vrebosch) - °23/7/1893, Barbara Emma (+Tildonk 21/7/1898) - °26/5/1895, Frans Eduard 'Waar' (x Marie Merckx) - °4/10/1896, Gerard Augustinus 'Gust' (x Maria Verdonck) - °12/9/1898, Josephina Clementina Emma (+Tildonk 14/2/1910) - °2/4/1900, Eduard Julius 'Jules' (x Anna Magits) - °22/5/1902, Guilielmus Emilius (+Tildonk 9/2/1903)
Ditmaal krijgt u een foto voorgeschoteld waarop we de 'Vier Heemskinderen op het Ros Beiaard' aantreffen. Eerst meenden we dat hij in 1930 genomen was ter gelegenheid van de stoet bij de viering van 100 jaar België (stoet werd ineengestoken door dokter Petit en zijn overbuur Jan Jossa; zie krantenartikel onderaan). Doch op de volgende foto op deze blog (79. Verpleegster te paard) staat Marie Vandenbroeck afgebeeld (+1927). Bijgevolg zouden de foto's voordien genomen zijn. De personages op deze foto hebben we echter niet kunnen achterhalen, waardoor de foto moeilijk te dateren valt. Een oproep: herkent iemand ze soms??
In de Gazet van Haecht van 23 augustus 1930 lazen we volgend stukje over de stoet van 1930:
1830-1930
Thildonck viert de Honderdste Verjaring der Onafhankelijkheid van België, op Zondag 7 September Zaterdag 6 September : aankondiging der feestelijkheden door kanongebulder en klokkengelui. Zondag 7 September : te 10 ure plechtige hoogmis met sermoen. Na de mis Te Deum. Onmiddellijk daarna nederlegging van een bloementuil aan de gedenkplaat der gesneuvelde soldaten en gedoode burgers, met gelegenheidstoespraak door den heer Burgemeester en uitvoering van gezangen door de schoolkinderen. s Namiddags om 2 ure, aan de Brug, vorming van een Geschiedkundigen STOET met muziek, praalwagens en groepen. Om 2 ure : planting van den vrijheidsboom aan de Kerk, waarbij uitvoering van vaderlandsche liederen. s Avonds verlichting van het dorp. Van 8 tot 10 uren, muziekuitvoeringen door de beide fanfaren op de Dorpsplaats. De inwoners worden aangezet hun huizen te versieren, te bevlaggen en te verlichten.
KEN JE DORP (oplossing opgave 6) Het fotodetail komt uit de foto 'Steenlossers aan de vaart', die hoorde bij het artikel nr. 9 (23/12/2005). Het gebouw herkennen we als het brughuis van Tildonk. (slechts een paar antwoorden ontvangen deze keer; allen waren juist)
Opgave 7 -> zie rechterkolom. De oplettende passant zal dit logo meerdere keren tegenkomen op publiciteitspanelen langs de weg. Weet hij ook bij welk Tildonks bedrijf dit logo hoort?
In De Haechtenaar van 19 april 1958 werd verder gebreid aan het vorig artikeltje:
Een antwoord uit Haacht op ons artikel van verleden week: "Een stukje folklore uit Tildonk". Niets is voor de uitgever aangenamer dan een reaktie van de lezers. Ons onschuldig stukje over het Sas van Tildonk gaf aanleiding aan een Haachtse lezer om een voorvalletje aan te halen, eveneens uit de tijd van de mosselschepen op de vaart Leuven-Mechelen, waarvan sprake was is ons nummer van verleden week. De namen van de betrokken personen staan er vrij in vermeld en wij nemen ze eveneens zo over, omdat we overtuigd zijn dat we er niemand mee kwetsen. We durven het trouwenswel verklappen, het stukje gaat uit van iemand van de familie van de betrokken personen. Het gebeurde speelde zich vele jaren geleden af op de Scharent te Haacht en de "helden" die er in voorkomen zijn of waren gekende personen van die wijk. Maar laat ons de zaak niet vooruitlopen en we geven hier dan het verhaal zoals wij het ontvingen.
We laten dus onze briefschrijver aan het woord:
"Bij het lezen van het artikel -Een stukje folklore uit Tildonk- in uw uitgave van 12 april, en waarin ook sprake is van mosselschuiten en het halen van mosselen aan de vaart, door mensen uit de buurt, kan ik U wel zeggen dat er aldaar ook van uit Haacht mosselen werden gehaald en wel meestal aan Tildonk-Sas. Dit bewijst volgende geschiedenis":
Op zekere dag ging Gust Feyaerts met kruiwagen en zeis, wat gras maaien in zijn weide in 't Broek. Hij kwam onderweg zijn gebuur Merneuf (Gust Van Langendonck) tegen.
Na een woord over het weder gewisseld te hebben reed Gust verder met de kruiwagen, terwijl hij aan Merneuf zegde, dat hij haastig was, want dat hij zinnens was straks om mosselen te gaan naar Tildonk-Sas. Doch Feyaerts wist permentelijk goed dat er die dag geen mosselschuit te verwachten was, maar hij wou eenvoudig aan zijn gebuur een poets bakken, omdat deze gaarne mosselen at en hij zocht hem een vruchteloze reis te laten maken naar Tildonk. Dan zouden ze zondag in de geburen eens hartelijk kunnen lachen met die grap.
En Merneuf beet direkt.
- Ah, zei hij, een geluk dat ge het zegt dat er mosselen zijn, dan ga ik er ook een portie kopen.
En hij vliegens naar huis.
In het naar huis gaan vertelde Merneuf aan Keuster (Jef De Keuster) en aan Dries Kulles (Jef Buls) en nog anderen, dat er mosselen te krijgen waren aan de vaart, en deze stapten, de ene met een emmer de andere met een zakje, naar het Sas.
Intussen had de maaier, die de mosselhistorie had uitgevonden, een vracht gemaaid en reed ermee huiswaarts, toen hij Jeppe Buelens (Jef Van der Elst) tegenkwam die naar de Waaistraat (steenweg op Wakkerzeel) stapte.
- Wel, Jeppe, naar waar "pakt" ge het ?
- Om mosselen naar 't Sas, zegde Jeppe, Keuster en den Dries zijn ook al weg.
- Awel, 'k ga algauw mijn gras naar huis voeren en een blauwen handdoek halen om er mosselen in te doen, zegde Gust, die eerst van al Merneuf had wijsgemaakt dat er mosselen waren.
En terwijl hij zijn kruiwagen opnam en verder duwde, dacht hij in zijn eigen "dan zal dat toch waar zijn dat er mosselen zijn, want waarom zouden anders den Dries en Keuster opstappen ?"
Maar mosselen waren er niet en gevochten hebben die mannen ook niet gedaan.
Maar jaren lang hebben ze er op de Scharent mee gelachen dat de "eerste leugenaar" zijn eigen verzinsels had geloofd.
Sas en sashuis van Tildonk (ets van Sigrid Joosen).
Deze keer laten we jullie meegenieten van een prachtig krantenartikel dat in De Haechtenaar van 12 april 1958 verscheen. Hetgeen hieronder verteld wordt was in 1958 al 'folklore'!
Een stukje Folklore uit Tildonk
Het is, omdat wij het deze winter toch reeds zo dikwijls hoorden zeggen dat de klein café's en verder ook de bals "kapot" moeten door de grote baancafé's, door de cinema's, door de televisie, door de auto's, dat wij over de zaak zijn gaan nadenken. Het feit is er dat wij, na de jongste wereldoorlog, een grote evolutie in het ontspanningsleven hebben meegemaakt. En het is evenzeer waar dat die grote café's, dat die auto's waarmee men zich zo vlug en zo gemakkelijk verplaatst, dat die televisie waar men zich maar moet bij neerzetten om de hele wereld te zien, natuurlijk schade doen aan de kleine stamineetjes en aan het vroegere ontspanningsleven. Dat is een vaststelling, maar geen beschuldiging. Immers dat is de wet van komen en gaan. En men moet met de tijd mee vooruit, daar is nu eenmaal niets aan te veranderen. Binnen 10 of 20 jaar zal het leven weer anders zijn en zullen die mensen, die er zich thans succesrijk doorslaan, weer naar andere methodes moeten grijpen. Is niet alles de laatste 20 jaar grondig veranderd? Wie ging over 20 jaar zijn verlof doorbrengen aan zee? Of beter gezegd: wie had er toen verlof? Men kon die rijke mensen, die naar zee gingen, op iedere parochie met de vingers tellen. Nu gaat er een massa mensen in verlof naar de kust of naar de Ardennen. En die vroeger naar zee gingen, gaan sindsdien naar de Azurenkust, naar Tyrol, enz. enz. En ook dat is reeds aan 't veranderen. Wie een auto bezit, en die zijn er tegenwoordig meer dan anderen, die er geen bezitten, die rijden gans Europa rond tijdens de verlofperiode. En de mensen die vóór de oorlog naar zee gingen hebben de rondvaart van Europa reeds lang achter zich, en die nemen nu het vliegtuig en laten zich bruin branden op de Azoren-eilanden, of zij gaan naar de grenzen van Azië, naar Turkeye, naar Egypte, enz. enz. Maar nu zijn wij reeds heel ver van ons onderwerp afgedwaald, en dat begon met de noodkreet "de klein café's moeten kapot". Wij hoorden deze uitlating de laatste maanden reeds zo dikwijls dat wij ons tenslotte afgevraagd hebben "maar wat deed men dan vroeger, toen er geen auto's waren, toen er geen radio, zelfs nog geen gramofoons waren". Bestond er toen geen verschil tussen de mensen, of ging dan iedereen naar de staminee om te drinken of ermet de kaart te spelen ? En wat deden de rijke mensen toen? We vroegen dat aan een paar verbruikers die doodgewoon in een klein cafeetje aan 't babbelen waren over de "goede oude tijd, toen er nog geen auto's waren". Toevallig waren dat geen Haachtenaars maar wel mensen van Wakkerzeel en van Tildonk. En die mannen vertelden ons toen iets wat wij niet wisten, maar dat waarschijnlijk velen van de oudere lezers van "De Haechtenaar" van Tildonk, Wespelaar en Wakkerzeel nog wel zullen weten. Dat kwam hier op neer: Rond de jaren 1900 was het reeds de gewoonte van het stadsvolk 's zondags naar de buiten te gaan, terwijl die van de buiten naar 't stad gingen om iets te zien. Dat bestaat trouwens nu nog. Het "goed" volk nam die gelegenheid elke zondag van de zomer waar, terwijl de buitenmensen zich tevreden stelden met een of tweemaal per jaar de stad te bezoeken, zo bijvoorbeeld met Leuven-kermis, waar over 50 jaar eenieder die benen had naar toe ging. De Leuvenaars kwamen in de zomer echter geregeld met de plezierboten langs de vaart, en ook met een speciale trein naar Tildonk-Hambos. Hun einddoel was het café van het Sas, te Tildonk, bij Jules van 't Sas, zoals men toen zegde. Die Jules had daar in die tijd een schoon "affaire". We zouden het hedendaags kunnen vergelijken met een grote baancafé. Want niet alleen de plezierboten legden er aan. Ook met de speciale trein ging men er naar toe. En dan waren er nog de talrijke Leuvense studenten die er met hun roeibootjes heen kwamen. En ook de velo's, en die hadden toen alleen de welstellende burgers, hadden er rendez-vous aan de vaartkant. Iemand die nooit op het appèl ontbrak was Raoul Claes, een volksvertegenwoordiger uit Leuven, die onveranderlijk die gezondheidswandeling per fiets maakte. En wat kwamen die mensen daar doen, zal men vragen? Wel men viste er, men zwom er, men maakte er een wandeling en wel heel dikwijls waren dat amoureuze wandelingen, want studenten en jonge juffers waren er genoeg. Men dronk er een Dobbele Sterke van 15 centiemen, of een Sterke van 10 centiemen, ofwel een Jack-Op, dewelke toen reeds vermaard was als een gezond bier, eveneens aan 15 centiemen. En natuurlijk dronk men er koffie en at men er pistolets. Neen, meer bood de spijskaart niet aan, maar men zal met ons bekennen dat, 60 jaar geleden, een pick-nick met koffie en pistolets al wel een hele gebeurtenis zal geweest zijn. Benevens Heinke van 't Sas, een jongman die bij Jules van 't Sas woonde en die er garçon speelde, had men er 's zondags nog twee andere garçons en 2 meiden. En die hadden hun handen vol om te serveren. Men kan dus vrij van ons aannemen dat het er daar die dagen bij Jules van 't Sas heel druk en gezellig toeging. Dat personeel werd dan nog geholpen door de kinderen, jongens en meisjes, uit de buurt, die heel gelukkig en fier waren als ze iets mochten helpen aanbrengen of 's avonds behulpzaam konden zijn bij het afruimen. En hun onveranderlijke beloning bestond er in dat ze de overgebleven pistolets mochten naar binnen spelen. De jongetjes van 7, 8 jaar en ouder, maakten zich verdienstelijk met de studentenbootjes vast te houden, want anders liepen deze gevaar de stroom af te drijven. Voor dat geduldig vasthouden, een ganse namiddag, aan de oever van de vaart, kregen zij 25 centiemen. En 's avonds waren ze de koning te rijk. Zoals gezegd ging het daar, zonder muziek nochtans, heel gezellig toe en iedere zondag trof men er een menigte mensen aan van Wijgmaal, Tildonk, Wakkerzeel en zelfs van Wespelaar, die hun zondagswandeling maakten tot bij Jules van 't Sas en die van op de vaartkant belangstellend dat gedoe van rijke mensen gade sloegen. Een andere kuriositeit aan het Sas van Tildonk waren de stoomboten, die op petroleum draaiden, van de Brouwerij Artois van Leuven, die het bier langs de vaart vervoerden. Die stoomboten van Artois losten onder andere bier bij Dupont, aan 't Schuitje, ongeveer ter hoogte van de Beekhoeve. Genoemde Dupont was rentmeester van de graaf en het was een der eerste bierstekers uit de streek. Later werd de zaak overgenomen door Olivier Gordts van Wespelaar. Van die stoomboten maakte Sooike Van Krieken, toen al een oud manneke, dankbaar gebruik om van Tildonk-Sas naar Kampenhout-Sas te varen. Sooike was dijkwachter en moest dagelijks over en weer langs de vaart gaan om te zien of alles in orde was. Maar in die tijd gebeurde er nooit iets zodat de taak van dijkwachter zeker niet te zwaar was, want praktisch bestond zijn ganse werk er in de visserskaarten van de vissers, die langs de vaart aan 't vissen waren, te kontroleren. En toen Sooike oud en versleten was kende hij zijn klanten zo goed dat de man met een gerust geweten van de "bierboot" van Artois gebruik maakte om, in plaats van de ganse dag langs de vaart te lopen, er over te varen. Op Kampenhout-Sas ging hij een pint drinken en nam een volgende boot om terug te komen. Toen we dat hoorden kregen wij waarempel heimwee naar die goede oude tijd, want zo een werkske zou ons, zelfs in deze tijd, nog wel afgaan. Die boten van Artois gingen naar Antwerpen, via het Zennegat van Mechelen. Zoals men ziet is dat ook al folklore geworden, want sinds hoeveel jaar zou Artois daar reeds mee zijn opgehouden? De brouwerij Artois was echter niet de enige gebruiker van de vaart. Ook de fabrieken Remy, van Wijgmaal, vervoerden veel langs deze waterweg. Wij zegden reeds hoger dat Artois stoomboten gebruikte en dat was toen al een zeer modern vervoermiddel. De meeste boten immers werden nog gesleept door paarden en we vragen ons af of het spreekwoord "iets op sleeptouw nemen" zijn oorsprong niet vindt in deze handeling. Speciale ondernemers hielden zich bezig met dat slepen van de boten. Zo had een zekere Thomas, uit Leuven, steeds 28 koppels paarden in dienst en deze werden uitsluitend gebruikt voor het slepen van boten. Tildonk-Sas en Boortmeerbeek-Sas hadden een stalgast met een paard te hunner beschikking. Zij sleepten regelmatig de dinsdag en donderdag de mosselschepen. Indien 's morgens de schepen nogal vroeg in het Zennegat te Mechelen versast waren, bereikten paard en boot nog dezelfde dag de stad Leuven. Zij deden dat gewoonlijk binnen de 10 11 uur. Wanneer de boten in een Sas aankwamen verliepen er door het versassen een kleine 20 minuten. De mensen van uit de buurt maakten van dat kort oponthoud gebruik om een mand mosselen te halen. De prijs was toen 20 centen voor een mand. Tot het "curiosum" van de vaart te Tildonk behoorde toen ongetwijfeld Franske "de Visser" van Leuven. De ouderen van dagen zullen hem ongetwijfeld nog goed herinneren. Haast iedere dag zat hij er met een lijn in het water. Hij was zo een verwoed visser dat hij de bijnaam van "de Visser" kreeg. Dat Franske was een gewezen schrijnwerkersgast van Leuven. In zijn jonge jaren, zo rond zijn 30e waarschijnlijk, won hij 100.000 fr in een loterij. En dat moet voor die tijd al een hele som geld geweest zijn. Franske had over die zaak goed nagedacht, en wel zo goed dunkt ons, dat we er allen een lesje zouden kunnen aan nemen. Want Franske wist zijn geld derwijze te plaatsen, dat hij 3 fr intrest per dag mocht oprapen. Een goed betaalde werkman verdiende in die tijd 2 2,50 fr per dag, maar dan een werkdag van 12 uur , wel te verstaan. Zodus, Franske was beter dan de beste werkman en hij moest geen slag meer werken. Vissen was zijn geliefkoosd tijdverdrijf en hij kwam jarenlang, omzeggens alle dagen vissen op de vaart te Tildonk, waar hij zo goed bekend was, als was hij geboren en getogen in die buurt. En hij was de mensen des te sympathieker, omdat hij er niet kwam om "de rijke mens" uit te hangen, maar integendeel joviaal, vriendelijk en gedienstig tegen eenieder was. Ja, over de oude tijd is er veel te vertellen, en het zal de oude mensen ongetwijfeld genoegen gedaan hebben deze oude herinneringen eens op te halen.
Deze foto dateert uit het schooljaar 1956-1957 en is nog genomen in de oude jongensschool aan het gemeentehuis. Het volgende jaar werd verhuisd naar de nieuwe school in de Postweg (later 7de Liniestraat). De leerkracht was meester René, pas afgestudeerd aan de Mechelse Normaalschool (1955).
René Engelborghs, te Tildonk geboren op 13 november 1935 en veel te vroeg gestorven op 12 februari 1965, was heel geliefd bij de Tildonkse jeugd. Hij was jarenlang leider van de chirojongens en actief in de K.A.J.
(L > R)
Bovenste rij: Jules Cypers, Jozef Peeters, Roger Vosters, Jean-Blanca De Wilde, Camiel Moelants, Luc Roeckx
Middenrij boven: Roger Goovaerts, Jan Gordts, Mon Fillet, Danny Wollebrants, Etienne De Bie, Eduard Thijs
Middenrij beneden: Luc Verdrengh, Gust Gille, Luc Sunt, Paul Gordts, Jos Vandenhoudt, Willy Devue, Jean-Pierre Engelborghs
Onderste rij: Fred Gordts, Hubert Evers, Jean Goovaerts, Raymond Claes, Willy Truyens, Paul Janssens, Lucien Cleynhens, Remi Hermans, Albert Van Aerschot.
Foto: Van de Tildonkse notaris Jean F.M. Gautier bleef het archief bewaard (1815-1821), waaruit we geput hebben voor onderstaand artikeltje. Van zijn opvolger (zoon?), Willem Gautier, kwam enkel een zegel uit 1829 tot ons. Zuid-Brabant lezen we erop; we behoorden toen immers tot het Koninkrijk der Nederlanden (Willem I).
Petrus Michiels (°Tildonk 10/6/1755, +Tildonk 27/9/1828) en zijn echtgenote Catharina Gordts (°Tildonk 10/4/1755, +Tildonk 11/2/1832) kwamen op zekere ouderdom en besloten om hun boerderijtje met veestapel en inboedel over te laten aan hun enige dochter, Elisabeth, ongehuwd en nog bij hen inwonend. We kunnen slechts gissen naar de ware reden van deze officiële overdracht, feit is dat ze naar de notaris trokken om de zaken op papier te zetten. En er waren voorwaarden: zo moest de dochter de ouders blijvend onderhouden en mocht ze de boerderij ook niet afbreken. De volledige inboedel werd toen geschat op 1.460 fr ( of 689 gulden 85 cent).
In het bewust document van 8 januari 1817 komen we ook te weten dat de boerderij voorwerp was van een akte van erfpacht oft jaer schaer, die begon in 1766 en eindigde in 1865.*
Uit wat bestond de inboedel en veestapel van een klein Tildonks boerderijtje in 1817 zoal? We laten het document spreken:
- een oud peerd, vier melckkoyen, eene veersse, een karre, ploeg, egge, en sledde met coppelen, peerdegetuyg en stringen; - een partije ongedorst graen, een graenmolen, want, vleugels en ander schuergerief, vier cuypen, vier eemers, een botervat, een eysere koyeketel, twee kleine eysere ketels, aerdewerck en keukengerief; - een copere melckcruyck en zeyle; - twee taefels verscheyde stoelen, eetschaprijen ende twee kisten; - een staende horlogie met kasse, twee ledikanten met matrassen pluym en ander bedde goed, seven paer slaeplaekens, een cleed; - een partye stroy en mest; - een partye pataten, meel, graen, vleesch en ander eetwaer; - een haen en twelf kiekens; Ook de huysinge en alle voordere battimenten, op een bloeck lands genoemt de hoeve, toebehoorende aenden heere en vrouwe Den Bors, gehuysschen tot Mechelen, gelegen te Thildonck, regenoten de straete in twee zyden, zynde alsnu de wooninge der partyen respectief.
* Het recht van erfpacht (of jaarschaar) was het recht om het volle genot te hebben van een onroerend goed dat aan iemand anders toebehoort, hier gedurende een periode van 99 jaar. Daarvoor diende een jaarlijkse vergoeding aan de eigenaar betaald te worden. In dit geval was de grond dus eigendom van het echtpaar Den Bors uit Mechelen en het huis van het echtpaar Michiels-Gordts. Algemeen Rijksarchief Brussel, Notariaat Generaal van Brabant, n° 32524 - 2 (not. Jean Gautier).
Foto: De notariswoning van Albert Maes aan de brug van Tildonk, afgebrand in september 1914 tijdens de gevechten tussen het Belgische en het Duitse leger.
TILDONKSE NOTARISSEN (1758-1920) Tussen 1758 en 1920 verbleven er te Tildonk niet minder dan 12 notarissen:
- J. Bt. Van Cleynenbreugel, notaris te Tildonk van 1758-1770; - Guillaume Lanciers, 1770-1794; - Jean Corneille Wirix,1794-1807; - Servais Soetemans, 1807-1809; - J. Bt. Godtseels, 1809-1814; - Jean F. M. Gautier, 1815-1820; - Engelbert Van Frachen, 1822-1828; - Willem Gautier, 1829-1830; - Jacobus Franciscus Verzyl, 1831-1843; - Pierre Joseph Ectors, 1844-1871; - H. Mombaerts, 1871-1891; - Albert Maes, 1892-1920.
We vermoeden dat de eerste notaris zich kwam vestigen dankzij de opbloeiende economie alhier die een gevolg was van de aanleg van de vaart. Van slechts drie van deze notarissen is het archief bewaard gebleven (J. Bt. Van Cleynenbreugel, Guillaume Lanciers en Jean F. M. Gautier). De rest van de archieven is verloren gegaan in 1914 toen de bewaarplaats te Leuven ten prooi viel aan de vlammen. In datzelfde jaar 1914 (26 augustus) werd het huis van de laatste Tildonkse notaris, Albert Maes, in brand gestoken door de Duitse soldaten en bleef er achteraf slechts een ruïne over. Hij heeft dan nog enkele jaren praktijk gehouden o.m in het klooster, doch dat bleef niet houdbaar. Enkele jaren later verhuisde de notarispraktijk naar buurgemeente Wespelaar (naast het gemeentehuis), waardoor er een eind kwam aan meer dan anderhalve eeuw verblijf van notarissen te Tildonk...
KEN JE DORP (oplossing opgave 5) Dit kunstig smeedijzeren kruis bevindt zich op de neogotische kapel 'Onze-Lieve-Vrouw-Onbevlekte-Ontvangenis' in de Lipsestraat. Nog niet zolang geleden werd deze kapel met afbraak bedreigd. Doch de omwonenden, verenigd in de aktiegroep 'Red de kapel', verzamelden in een mum van tijd 150 bezwaarschriften. Nog dit jaar worden diverse activiteiten gepland om de restauratie ervan in gang te zetten. We houden je op de hoogte... (slechts 5 antwoorden, allen juist) Opgave 6 -> zie rechterkolom. Nu maken we het je wel héél gemakkelijk, je hoeft zelfs niet vanachter je pc uit. Het betreft deze keer een detail van een foto die al op de weblog staat.
Foto: Het Hof van Dormaal, eertijds centrum van de heerlijkheid Lauwendries, waar naast de klassieke hoevegebouwen (woonhuis, schuren, stallingen en bijgebouwen) ooit ook een 'motte omringd door wateren' gelegen was. Reeds in de 14de eeuw werd de Lauwendries vermeld in de oude leenboeken van het hertogdom Brabant. In 1440 bestond de 'dingbank' (rechtbank) van Lauwendries uit acht laten en een meier.
Tildonk, een lappendeken van heerlijkheden tijdens het Ancien R�gime
In Tildonk kenden we het bestaan van niet minder dan 6 verschillende heerlijkheden:
De heerlijkheid Tildonk zelf (met als centrum 's Heerenhuys, nabij de kerk) De heerlijkheid Oudenborg (met als centrum het Hof Oudenborg; ongeveer gelegen waar nu Polle Uytterhoeven woont) De heerlijkheid Ter Borcht of Nieuwenborg (met als centrum het huidige Kasteeltje) De heerlijkheid Lauwendries (met als centrum de huidige Dormaalhoeve) De heerlijkheid toebehorend tot het kapittel van de Sint-Pieterskerk te Leuven De heerlijkheid van het Hof ter Hadocht
Er waren met andere woorden 6 verschillende heren die het hier voor het zeggen hadden. Zij hadden hun eigen territorium (eigen grondbezit plus een aantal cijnsgronden en leengronden waarop de heer belasting inde). Aan zulke heerlijkheid was meestal een laat- of leenhof verbonden met daarin laten of schepenen en leenmannen.
De heerlijkheid Tildonk bezat een schepenbank en beschikte over de volledige rechtspraak, wat betekende dat de heer er (in theorie) bijvoorbeeld ook de doodstraf kon gebieden. De heerlijkheden Nieuwenborg en Lauwendries bezaten de lagere rechtspraak waarbij vooral geschillen betreffende grondeigendommen en goederen beslecht werden. Uitzonderlijk is dat slechts op een boogscheut van mekaar niet minder dan drie motten* voorkwamen: Oudenborg, Nieuwenborg en het Hof van Dormaal! De motten Oudenborg en Nieuwenborg ontstonden in de 12de eeuw, ze lagen slechts 200 m van mekaar langsheen de Lipse. Hun ontstaan gaat terug tot het riddersgeslacht 'van Tildonk'. * Een motte was een kunstmatig aangelegde woonheuvel waarop tijdens de Middeleeuwen de landadel verbleef in een houten en later stenen woontoren of donjon. Dit was het opperhof. Daarnaast lag er een neerhof dat de bedrijfsgebouwen (boerderij) omvatte. Beide delen waren door grachten omwaterd. Het geheel - ringgracht-heuvel-donjon - bood een behoorlijke passieve verdediging. Wie dieper wil doordringen in de middeleeuwse structuren van Tildonk leze: Vandesande J., 'Motten en heerlijkheden te Tildonk', HOGT 2 (1987) 182-194; HOGT 4 (1989) 98-107, HOGT 5 (1990) 24-35.
Foto: Autowijding 1954. Daar staan ze blinkend in een rij, de pas verworven vierwielers, helemaal gereed om gewijd te worden door pastoor Nijs...
Handelsfoor en autowijding in de jaren 50
Halverwege de jaren vijftig van vorige eeuw was er blijkbaar een erg actieve kern van middenstanders aanwezig in Tildonk. Een plaatselijke afdeling van het NCMV (Nationaal Christelijk Middenstanders Verbond) werd opgericht en als eerste activiteit werd een handelsfoor op poten gezet. Spijtig genoeg valt er uit de berichten in de Haechtenaar niet te puren wie er zo allemaal deelnam aan deze handelsbeurs.
Meer en meer mensen, en vooral handelaars, konden zich toen een auto permitteren, een autowijding bleek dus een perfect nevenevenement. Een filmvoorstelling Zo leeft Tildonk stond eveneens op het programma. Als vermoedelijke auteurs ervan denken we aan Jules Vanden Eynde* en Constant Janssens. Doch ongetwijfeld was de televisiedemonstratie dé echte publiekstrekker!
5/6/1954 NCMV - Afdelingsnieuws. TILDONK.
Verleden Vrijdag werd in bestuursvergadering de laatste hand gelegd aan de inrichting van de plaatselijke Handelsfoor, die zal doorgaan op 3, 4 en 5 Juli aanstaande in de lokalen van de Parochiezaal en de meisjesschool met de speelplaats.
Alle beschikbare ruimte is reeds ingenomen, en aan de officiële opening zal een feestelijk cachet gegeven worden. Zij zal doorgaan in het gemeentehuis. Op de foor exposeren alle mogelijke handels- en ambachten.
Vergeten wij niet te vermelden, dat deze foor samenvalt met de jaarlijkse autowijding, ter ere van St. Christoffel.
Aangezien er voorzeker véél middenstanders met hun, autos naar de wijding zullen komen, zijn wij er van verzekerd, dat zij er zullen aan houden, de door hun confraters van deze jonge, maar veel belovende afdeling, ingerichte foor te bezoeken en hun werk te gaan waarderen. Er heerst nu reeds een flinke, gezonde belangstelling en spanning in heel het dorp, daar iedereen benieuwd is naar de prestatie, die voor het flink aanpakkend bestuur, zal geleverd worden. We weten het, dat, wanneer de mannen van Tildonk iets beginnen, zij het goed doen, want zij willen eer van hun werk halen.
26/6/1954 NCMV - Gewest Demer en Dijle.
Afdelingsnieuws- Tildonk.
Hier gaat de foor definitief door op 3, 4 en 5 Juli.
Zaterdag 3 Juli: officiële ontvangst der personaliteiten op het Gemeentehuis. Om 19,30 uur, doorknippen van het lint en officiële opening der foor door een afgevaardigde van het Ministerie van Middenstand. Daarna bezoek aan de Foor.
Zondag 4 Juli: Open vanaf 10 uur. In den namiddag Autowijding van St. Christoffel. Vanaf 18,30 uur: televisie-demonstratie.
Maandag 5 Juli: Open vanaf 17 uur. Om 19,30 uur, televisie. Om 21 uur: Filmvoorstelling: "Zo leeft Tildonk", levende opnamen van Tildonkse figuren en handelaars. Daarna trekking van de kosteloze tombola.
3/7/1954 NCMV - Gewest Demer en Dijle.
Afdelingsnieuws - Tildonk.
Wij herinneren er aan dat de Foor in Tildonk geopend wordt op Zaterdag 3 Juli om 19 uur, door een officiële ontvangst in het gemeentehuis.
Op Zondag 4 Juli om 3 uur heeft er ook een wijding plaats van auto's, moto's en velo's. Na de wijding rijden de verschillende voertuigen rond in de Parochie. We raden onze leden, die zulke voertuigen bezitten, aan ze te laten wijden, tot vermijding van ongelukken, om daarna van de gelegenheid gebruik te maken, de Handelsfoor van hun Tildonkse collega's even te gaan bezoeken. Het zal hun veel genoegen doen.
2/7/1955 NCMV, Gewest Demer en Dijle.
HANDELSBEURS Tildonk.
Wij herinneren eraan dat onze tweede, nog grotere handelsbeurs geopend wordt op Zaterdag 2 Juli te 18u, in de lokalen der Meisjesschool.
De beurs wordt gehouden in alle beschikbare zalen der gemeente, nl. Parochiezaal, Concordia, Alpia en Victoria. Er zal heel veel te zien zijn in het allermodernste materiaal. Er is kans een mooie prijs te winnen met de grote tombola, die er aan verbonden is. En de toegang is kosteloos.
Een reuze-reklaamstoet vertrekt op Zondag 3-7 om 11 uur en zal na een omloop van 65 km die 11 gemeenten aandoet, tegen 15 uur terugkomen, precies op tijd om nog mee te doen aan de jaarlijkse wijding der voertuigen.
Noteer dat er terzelfdertijd kermis is in het dorp en ook tentoonstelling van de werken der meisjesschool, en toeristen en bedevaarters zullen begrijpen dat een uitstapje naar het mooie Tildonk de moeite zal lonen.
De beurs blijft ook open op Maandag 2e kermisdag, en de grote tombola zal getrokken worden op Maandag 22 uur, bij sluiting.
* Van Jules Vanden Eynde (Wakkerzeel) beschikken we over Tildonkse filmbeelden uit 1954. Stuur een mailtje indien je geïnteresseerd bent.
Foto: Charly Chaplin in 1920, weldra één der helden van het witte doek. Ook in Tildonk stonden de mensen te trappelen om de producten der filmkunst, 'het wonder der bewegende beelden', te kunnen aanschouwen.
Grote KUNST-CINEMA vertoningen in 1920
Cinéma was nog iets nieuws op den buiten in de jaren twintig. Er kwam dan ook veel volk kijken naar de voortbrengselen van deze nieuwe uitvinding... Het was nog niet zolang geleden (1895) toen de gebroeders Lumière in Frankrijk voor het eerst bewegende beelden hadden laten zien van een trein in een station. De beelden waren in zwart-wit en geluid was er nog niet bij, maar de toeschouwers schrokken zich een bult en renden het zaaltje uit
Het grote publiek was meteen gewonnen voor de cinéma en het duurde dan ook niet lang of rondreizende operators schuimden het hele land af met hun vertoningen. De 'stomme' filmbeelden werden meestal door een pianist begeleid. Weldra verschenen overal in de steden speciale filmzalen die hun eigen huisorkestje hadden. In de kleinere dorpen werden de films vertoond in de accommodatie die er voorhanden was, zoals te Tildonk in 1920 in de nieuwe ijzergieterij van Persoons. Let op de toegangsprijzen die gehanteerd werden voor de avondvertoningen: 2 frank en 1 frank. Daar diende de modale arbeider toen menige uurtjes voor te werken!
De eerste bioscoopfilm met geluid kwam er pas in 1927 en kleurenfilms verschenen eerst in de jaren dertig. Maar ook Tildonk kreeg spoedig zijn eigen cinemazaal, de Alpia. Vooral de cowboy-films werden door de toenmalige Tildonkenaren gesmaakt.
Uit: De Haechtenaar", oktober 1920.
Gemeente Thildonck, Fanfaren "Ste. Cecilia",
met toelating der Gemeente-Overheid,
GROOTE KUNST-CINEMA VERTONINGEN
op Zondagen 27 Oktober en 3 November 1920,
in de gebouwen der nieuwe ijzergieterij der werkhuizen "Persoons".
Programma van 27 Oktober
1) De Hondenpakker, komiek in 2 bedrijven
2) De Gentlemen der Ranch, Amerikaansch Cowboy-drama in 5 bedrijven
15 minuten tusschenpoos
3) Express-Verhuizers, komiek
4) De Schat van Lys Tangett, komiek in 2 bedrijven
De opschriften der films zijn in het Vlaamsch.
Prijzen der plaatsen: Voorbehoudene: 2,00 fr. Eerste: 1,00 fr.
Samen in één klas, maar met duidelijke scheiding der geslachten: de jongens bovenaan, de meisjes onderaan
L > R Boven: Pyppe, Alfons Leroy, ?, Sam Delcon, ?
Bovenste middenrij: ?, Gust Vandenheuvel, ?, Ernest Van de Velde, Jules Sunt, Jules (van Nie van de Nest), Aimé Vandenhoudt
Onderste middenrij: Den Ruyter, Rosa Verboomen, Julia Vandenheuvel, Celine Jacobs, Mathilde De Bie, Anna Uytterhoeven, Fin Nackaerts, Vanderlinden, Gusta Sunt
Onderste rij: Josée Beckers, Yvonne Swiggers, Yvonne Van Reydt, Liske Fillet, Jeanne Sunt, Louisa Sterckx, Maria Lens, ?, Maria Vertommen
Foto: Dit typische houten gevelkapelletje bekroond met het Maria-embleem heeft ooit een kwart miljoen huisgevels in België (en buurlanden) versierd. De houten kapelletjes werden weliswaar in de schrijnwerkerij Debast in Lembeek vervaardigd, doch de afwerking gebeurde in het werkhuis in de Dreef (nu Pastoor Lambertzdreef) en ook de verspreiding en de administratie greep plaats vanuit Tildonk. 'Made in Tilloenk' dus toch...
Gevelkapelletjes 'Made in Tilloenk' ! Hier en daar treft men ze nog aan, de kleine gevelkapelletjes met daarin een beschilderd plaasteren lievevrouwenbeeldje met kindje Jezus op de arm. Tussen 1956 en 1978 zouden er niet minder dan 250.000 gefabriceerd zijn. Doch weten de huidige Tildonkenaren nog dat al deze kapelletjes ooit vanuit Tildonk over gans België en de buurlanden verspreid werden? Het was inderdaad E.H. Fernand Mariën (1908-1978), de directeur van het klooster, die de bewuste kapelletjes op de markt bracht. Zijn werkplaats was gelegen achter zijn woonst in de huidige Pastoor Lambertzdreef. Het bedrijfje noemde Regnum Mariae. Technische hulp ontving hij van zekere Michel de Wouters d'Oplinter en administratieve hulp van mevrouw Rosa Verbiest uit Wijgmaal. Hij gaf eveneens een 3-maandelijks tijdschrift uit, Corona Contact, dat de devotie tot Maria cultiveerde. Deze typische kapelletjes met gekleurd gipsen mariabeeld werden doorheen het ganse land verkocht, zelfs in het buitenland. De kapellenactie verliep in twee stadia. Eerst was er een propagandazondag in de plaatselijke kerk, waar men na de mis kon inschrijven op zijn exemplaar. Een maand later volgde dan de plechtige wijding en de overhandiging van de kapellen. Regnum Mariae bood de kapellen gratis aan maar vroeg aan iedere intekenaar een vrijwillige bijdrage in de kosten. Fernand Mariën was met de kapellenactie reeds begonnen toen hij nog onderpastoor was in Jette (1941-1955). Hij ging toen ook prediken in de vele kerken van het Vlaamse land, ondermeer in Tildonk. Hier stond de betrekking van directeur van het klooster vacant, hij was goed in talen, verkreeg de job en kwam op die manier in Tildonk terecht.
Roger De Broeck schreef een uitgebreid artikel in het juninummer 2001 van Ons Heem: 'De gevelkapelletjes van Regnum Mariae, een merkwaardige uiting van volksdevotie'.
Foto: De bronzen gedenkplaat der "Gesneuvelde soldaten en gemartelde burgers van Thildonck" uit de Eerste Wereldoorlog hangt nu 87 jaar later nog steeds links naast de kerkpoort.
Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog kon niemand vermoeden welke omvang, duur en verschrikking de oorlog zou kenmerken. De machthebbers dachten een korte oorlog te beginnen die enkel de oplossing moest brengen voor een lokaal probleem. De Eerste Wereldoorlog trof ons land vanaf de eerste dag met volle kracht, ondanks het feit dat België neutraal was en niet tot de twee elkaar bestrijdende bondgenootschappen behoorde. Gans Europa kwam totaal ontredderd uit de oorlog. Maar ook op lokaal niveau, en zeker in onze streek die zich in 1914 in het oog van de storm bevond, vielen er vele slachtoffers. Toen de eerste wereldoorlog na vier lange jaren ten einde liep was de vreugde bij de bevolking dan ook immens. We geven u hierna een verslag van de feesten die in 1919 in Tildonk plaatsgrepen.
Vaderlandsche feesten te Thildonck Niettegenstaande het ongunstig weder hebben onze Vaderlandsche Feesten verleden Zondag plaats gehad en veel bijval genoten. Het volk uit de naburige dorpen was in groot getal opgekomen om de feestelijkheden bij te wonen en om den stoet te bewonderen.
Werden in den stoet zeer opgemerkt, de groepen samengesteld uit jonge meisjes voorstellende feiten uit de geschiedenis; verschillende streken van België; feiten uit den oorlog en uit het bezette gebied. Veel bijval had de wagen van 't Rood Kruis en de wagen voorstellende het Meldeambt van het Kanton Haecht, hetgeen toeschouwers en meldeplichtigen op kluchtige wijze het "contrôle" herinnerde.
Eene kundig in brons gebeitelde gedenkplaat met de namen der gesneuvelde soldaten en vermoorde burgers is wel gelukt. Dank aan alle inwoners der gemeente die het hunne bijbrachten om dit aandenken aan onze geliefde verdwenenen op te richten.
Verscheidene passende redevoeringen werden uitgesproken op het soldatenkerkhof door de heeren August Magits en Alfons Andries, twee Oud-Strijders, die hulde brachten aan hunne gesneuvelde makkers, alhier begraven. 's Maandags had een verjaringsdienst plaats voor onze gesneuvelde soldaten en onze vermoorde burgers. Na den dienst, op het militaire kerkhof, nam de roemvolle held, de heer Jules D'Hondt, vereerd met de Engelsche oorlogsmedalie en door de Belgische regeering tot leraar in de Staatsmiddelbare school van Leuven benoemd als blijk van erkentelijkheid voor bewezen diensten aan de verbondene legers tijdens de bezetting, het woord in naam van den gemeenteraad en inwoners en bracht in treffende woorden hulde aan hen die hun leven gaven voor de overwinning.
Deze straat is zeker bekend bij de wandelaars. Het is uiteraard de Terbankstraat, meer bepaald het gedeelte tussen de Zuiddijk en de hoeve van Jean Bisschop. Ondanks hun benaming tref je niet al te veel bomen meer aan in de Bosstraat en de Hambosstraat. Ooit was dat anders... ( 7 juiste antwoorden, 1 foutief)
Opgave 5 -> zie rechterkolom. Deze keer zoeken we het in hemelse sferen!
Schoenmaker Henri Enis (°Herent) trouwde met Elisabeth Engelborghs (°Tildonk), dochter van Mieke Wit en de Wieze (Maria Verelst en Aloïs Engelborghs) uit de Mortelstraat.
Zij konden hun beider afkomst niet loochenen en doopten het café dat ze nadien uitbaatten op de Oude Markt te Leuven dan ook toepasselijk In Herents Thildonck! (foto ca. 1925)
Foto: Het sas en sashuis van Tildonk in de jaren '70. Het sas en het classicistische sashuis (1763) waren als onderdeel van 'de Vaart met aanhorigheden' tot in 1972 eigendom van de stad Leuven. Op 29 december van dat jaar werden ze overgedragen aan de Staat. Bij de regionalisering kwam alles in handen van het Vlaamse Gewest. Het beheer gebeurde tot in 1994 door de Dienst der Zeeschelde, en nadien door de NV Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer van Vlaanderen. In 1996 werden sluis en sluiswachterswoning wettelijk geklasseerd als dorpsgezicht. Het sashuis werd in 2000 gerestaureerd en deed vanaf dan (opnieuw) dienst als sluiscafé onder zijn vroegere benaming de Maritime.
Het onderstaande artikel kwamen we tegen op de website van de Nederlandse krant NRC-Handelsblad (www.nrc.nl). De tekst is al enige jaartjes oud (16/11/2000), de Maritime heeft ondertussen reeds een poosje een andere uitbater, van conserves de légumes maken ze in het artikel conserves de legulles (die Hollanders toch!) en het standaardwerk van Gust Vandegoor, Het kanaal Leuven-Mechelen in heden en verleden - 1750-2000, Hagok, 1998, vergat men te vermelden... Doch dit alles belet niet om het onderstaande eens na te lezen. Betere toeristische reclame voor 'onze vaart' is nauwelijks te bedenken!
De wereld een bierkanaal Per olifant door Thailand of een weekend naar de oudheden van Egypte, je regelt het tegenwoordig op het postkantoor. Maar waar kun je terecht voor een cruise over het kanaal door Zuid-Beveland? De conclusie is duidelijk: wie de grote massa wil mijden gaat naar een kanaal. Bijvoorbeeld naar het Kanaal Leuven-Dijle in Vlaams Brabant, dat 250 jaar bestaat. MICHIEL HEGENER
De piramides mogen raadselachtig zijn - steek je hoofd door een van de vele gebroken ruiten van de Usines de Stordeur aan de oever van het kanaal Leuven-Dijle in Vlaams Brabant, en al je gedachten wijken voor een baaierd van vraagtekens. Wat is een NVSE I Triller? Er hangt er een aan het plafond, blijkt uit het opschrift in viltstiftletters, maar geen reisgids ter wereld die het antwoord geeft. Geen Rough Guide die schrijft waarom er een laag vogelmest over deze machines ligt. Geen Lonely Planet-gids die uitlegt waarom deze usines überhaupt werden gebouwd. Aan de overkant heeft een oude fabriek een nieuwe bestemming gekregen: De Vaart: squash - fitness - biljart - all sports schreeuwt een tekst op de prachtige bakstenen gevel. Ernaast staat in even grote letters - maar zo afgebladderd dat je ze pas na lang kijken ziet - Conserves de Legulles. Wat zijn of wie was Legulles? Waarom vallen squash, biljart en fitness in België niet onder all sports?
Zoals elk kanaal vertelt het kanaal Leuven-Dijle een gelaagd, goed gecodeerd verhaal waar je niet zomaar bij kunt: een verademing voor wie even genoeg heeft van de grote toeristenmassa en de informatiemaatschappij. Volg het water, kraak stap voor stap de code en dan wordt er van alles duidelijk - over het kanaal zelf, over het land, en eigenlijk over de hele wereld. Onderweg wachten lawaai en lelijkheid, stilte en juwelen van sluizen, geweldige cafés en veel fabrieken - waarvan sommige het nog doen - in bijna evenveel bouwstijlen.
Op 9 februari 1750 zette prins Karel van Lotharingen nabij Leuven een zilveren spade in de grond en deponeerde het resultaat in een koffertje dat vervolgens werd afgevoerd op een speciaal vervaardigde kruiwagen. Vijfhonderd arbeiders voltooien het dertig kilometer lange kanaal in de twee jaar daarna. Ter viering van het jubileum verscheen een vriendelijk boekje dat onder meer vertelt dat de Usines de Stordeur in 1910 verrezen als maïsmeelfabriek die in 1972 nog 5.000 ton per maand vermaalde. Gelukkig blijft er veel onduidelijk, zelfs bij navragen. Wat is Luc Schepmans eigenlijk, vraagt hij zichzelf ook af. Hij wacht al 23 jaar bij de sluis van Boortmeerbeek tot er een schip aankomt, zoals nu, in de verte. Sluiswachter is hij echter niet. Een sluis heet in Vlaanderen vaak sas. Sasmeester zou kunnen. Of sluismeester. Onder zijn naam schrijft hij 'technisch beambte', maar een collega in hetzelfde wachtlokaal corrigeert: 'Scheepvaartbegeleiders, dat zijn we'. De verwarring kenmerkt de gemoedelijkheid van de mensen langs het kanaal. En erop. Inmiddels is de Tania de 52 meter lange sas ingevaren en begint Schepmans aan een kwartier zwengelen en berichten uitwisselen. Vanaf de voorplecht meldt Tania zelf dat zij en haar man Frank onderweg zijn naar Rotterdam om gebroken rijst te halen voor de Remy lijmfabriek in Wijgmaal. Rijst is nu even een kortstondige hausse. "De Sylvie, de Mustang en de Waa zijn ook met rijst onderweg hierheen", meldt Tania als de Tania een paar meter gezakt is, zodat ze niet meer vanuit de hoogte haar stem hoeft te verheffen zoals een paar minuten eerder. De scheepvaartbegeleider heeft inmiddels de westelijke sluisdeuren opengedraaid. Tania: "Wil je 'm losgooien? " Schepmans: "Voor jou doe ik alles." Rijst is uitzondering. Van de acht schepen die hier gemiddeld per dag passeren, pendelt ruim negentig procent met Franse gerst naar de brouwerijen en malterijen langs dit bierkanaal. De huidige panden van Stella Artois in Leuven zijn te nieuw om mooi te zijn, al denken ze daar over een eeuw vast anders over; de oudste van de talrijke Stellapanden, uit 1923, zijn sinds twee jaar monument. Nabij Schepmans' sas zijn de Malteries de Boortmeerbeek uit 1931 volgens een ingewijde aan het uitbollen, Vlaams voor inkrimpen; de niet-ingewijde passant ziet hoe ontluikend verval prachtige, zachte overgangen heeft gemaakt tussen mouterij, landschap en elementen. Veel vitaler en dreigender, zeker bij inzettende duisternis, oogt de Cargill Malt Division tussen Wijgmaal en Tildonk. In de wijde omgeving is verder geen gebouw te bekennen, dat versterkt het beeld. Een gerstzuiger leegt het ruim van de afgemeerde Brenda in een decor van enorme, gladde betonnen constructies en grote, witte, tegen het wolkenloze zwerk oplichtende stoomwolken, terwijl de lampen van boot, zuiginstallatie en fabriek weerkaatsen in het oude kanaal. Hier kiemt gezelligheid, maar dat zie je er niet aan af. Even verder is de gezelligheid juist heel goed te zien bij de sublieme sluismeesterswoning van Tildonk, beter bekend als Café Maritime, aan de overkant van het kanaal. Een bord Verboden de sluis te betreden - uitgezonderd fietsers en voetgangers laten we voor wat het is. Aan het eind van de smalle ijzeren loopbrug waar piloten en automobilisten eigenlijk niet overheen mogen, ben je al bijna binnen. Een monumentale houten trap en een prachtige plavuizen vloer zijn de eerste blikvangers, spoedig gevolgd door de voorsteven van wijlen de Balboa die als bar dienstdoet. De kaart rept van 'zalmfilet op kervelspiegel', 'hesp' en 'boerenpensen met appelsaus'. Café Maritime (sinds 1763) wordt uitgebaat door Jan van Langendonck (sinds augustus). Hij is directeur van een evenementenbureau waar een paar jaar geleden een plan ontstond voor evenementen op trekschuiten. Als startpunt voor het onthaasten van snelle Belgen lag Café Maritime op ideale afstand van Leuven, maar helaas lag het ook bijna in puin. Van Langendonck: "Het werd oorspronkelijk gebouwd als sluismeesterswoning, café en hotel. Daarom is het zo groot. Een hotel is het al honderd jaar niet meer, de sasmeester van vijftig jaar geleden stopte ook met het café, en zijn opvolger vond het te groot om in te wonen en liet het twaalf jaar leeg staan."
De redding kwam uiteindelijk van brouwerij Palm, die volgens Van Langendonck streeft 'naar herstel van de cultuur van het oude bierdrinken' en die een paard als logo voert. Dat sloot mooi aan bij een nostalgisch sluiscafé waar paarden schuiten trekken. Vroeger was het niet bedienen van de sluis - 'morgen weer!' - een probaat middel om de horeca-omzet op te voeren, maar zo nostalgisch is dit project net niet.
Waar de Zenne en de Dijle samenvloeien, eindigt het kanaal. Het Zennegat heet deze schitterende plaats, waar monumentale loofbomen hun laatste bladeren laten vallen over een handvol schotse en scheve huizen uit de begindagen van de vaart, over de belangrijkste van de vijf sluizen, over een muskusrattenvanger die verse stukken winterwortel vastprikt in een vierratsval, over de Sunny en de Star die na zorgvuldig manoeuvreren samen de hele sluis vullen, en over sasmeester Jos Langers die zijn dienstwoning verlaat om te gaan zwengelen. Zware regenwolken en een eerste zweem van de komende nacht dempen haast alle tinten tot pastel, alleen de auto en de motorfiets op het dek van de Star glimmen in de schemering, terwijl de sas volstroomt met wit, wildbruisend kanaalwater. De zee is zo dichtbij dat de waterstand in het Zennegat tweemaal daags zes meter stijgt en daalt, waardoor er van drie uur voor tot drie uur na eb niets valt te schutten. Om kort te gaan: haast alle panden die hier staan waren ooit café, veertien bij elkaar, plus een kruidenier, een scheepswinkel en een kolenboer. Als het Gat leegliep hadden de schippers een goed excuus om zich te laten vollopen. De sasmeester woonde in de kelder; op de parterre waar Langers en zijn collega Sabina Govaert nu kantoor houden, verkocht hij bier. Water was schaars en mede daarom geen optie. Grondwater oppompen kon niet omdat de Zenne het riool van Brussel was (en nog is) en tot voor vijf jaar werden de ongeveer twintig omwonenden van het Zennegat per brandweerauto van water voorzien.
De tijden zijn veranderd. Er is een leiding gekomen en dertien cafés zijn verdwenen. Dat het laatste dinsdag gesloten is, lijkt een afdoende verklaring voor de dichte deur. Maar na het schutten van zijn klanten lacht Langers: "Ha! Hij is niet alle dagen behalve dinsdag open - hij is open als hij goesting heeft!" Volgens Govaert heeft de teloorgang van wat ooit 's werelds grootste tappuntenconcentratie geweest moet zijn, te maken met de opkomst van satelliettelevisie en computerspelletjes aan boord van de schepen. De getijden bleven en het wachten dus ook, maar het scheepsvolk zit nu binnenboord achter beeldschermen. Bedankt Astra en Eutelsat! Bedankt Bill Gates!
INFORMATIE
Literatuur
De Leuvense Vaart als cultureel erfgoed - Het kanaal Leuven- Dijle (2000), 64. p. Beschrijft 37 monumenten langs het kanaal. Met grote kaart. Verkrijgbaar bij Toerisme Vlaams-Brabant, Diestsesteenweg 52, 3010 Leuven, Inl 0032-16-267620, fax 267676; toerisme@vl-brabant.be; www.vl-brabant.be/toerisme
Vaart in de geschiedenis - 250 jaar kanaal Leuven-Dijle (2000), 62 p., door M. Meertens, uitg. Museum Vander Kelen-Mertens, Leuven
Horeca Café Maritime, Sas 3, 3150 Tildonk. Open: di t/m zo, 11- 23u. (is dat nog zo?) Café Zennegat is op onregelmatige tijden open: doorgaans in het weekend en 's zomers ook door de week, behalve op dinsdag.
Fietsroute Er ligt een fietsroute langs het hele kanaal, grote delen zijn ook per auto te volgen. Per auto naar het Zennegat: in Battel (zuid van Mechelen) de Baron Empainlaan uitrijden en dan links.
Foto: Een jeugdige volleybalploeg uit de jaren 70. We herkennen: (L > R) boven: Albert Ruttens, Peter Gilis, Dré Mertens, Ivo De Cat, Tuur Troch, Swoij Lens; onder: Jos Gordts, Rudy Bossaerts, Loe Meeus, Hugo Vanden Eynde, Guido Janssens
Volleybal, een nieuwe sport te Tildonk in de 70er jaren
Albert Ruttens was indertijd de grote voortrekker van de volleybalsport in Tildonk. Ontstaan onder de vleugels van de plaatselijke KWBafdeling werd na enkele jaren een eigen koers gevaren. Naast de herenploegen was mettertijd ook de damesploeg erg actief. Het prille begin werd als volgt beschreven in de Haachtenaar (22/11/1971):
Meer sportbeoefening te Tildonk
In de rangen van de K.W.B. afdeling Tildonk groeit wat! Enkele weken geleden brachten we reeds verslag over de werking van de reisgroep. Thans treedt een nieuwe aktiegroep in het openbaar, namelijk de Sportgroep: volleybal, pingpong, fietstochten, biljarten
Dat het allemaal geen toekomstdromen zijn bewijst de groep volleybal. Sinds een vijftal maanden wordt deze sport intens beoefend door jongeren en ouderen op het gemeentelijk speelplein jongensschool
Albert deinsde er niet voor terug om ook de grotere ploegen naar Tildonk te halen. Lees mee in een aankondiging van enkele jaren later (16/8/1974):
Liefhebbers Volleybaltornooi Tildonk
De tweede uitgave van de wisselbeker « KWB Tildonk » voor liefhebbersploegen, zal plaats vinden op zondag 18 augustus, in het park der Zusters Ursulinen. Voor het tornooi zijn 28 ploegen ingeschreven : liefhebbers-, kompetitie- en damesploegen. Als blikvanger van de ganse dag, wist de bezieler van deze inrichting, dhr. Ruttens Albert, een treffen in te leggen tussen twee ploegen van 2de nationaal : Mavoc Maaseik Lagos Gent.
Foto: Pastoor Joannes Cornelius Lambertz vereeuwigd op een kleurrijk glas-in-lood-raam van de St.-Jan-de-Doperkerk, was de stichter van de congregatie der Ursulinen van Tildonk. 'Dit convent is het moederhuis van 35 kloosters verspreid in Engeland, Holland, Limburg en Belgenland', schreef Vanden Bruel in 1861.
In 1861 zag bij drukkerij C.-J. Fonteyn te Leuven een bescheiden werkje het licht van de hand vande Haachtse pastoor J. B. Vanden Bruel. Het droeg de titel: Beschryf der dorpen van het kanton Haecht (Over hunne Oudheden, Kerken, Kapellen, Kasteelen, Geestelyke en Wereldlyke Besturen, getrokken uit de historieschryvers Van Dieven, Grammay, Van Gestel, Le Roi. Alsook uit de archieven der kerken en gemeentens). Het boekje bleek na een tijd onvindbaar en de drukkerij Gebrs. Artoos, uitgever van het weekblad De Haechtenaar had het schitterende idee om het werkje in 1957 terug op de markt te brengen. Leest u mee wat pastoor Vanden Bruel zoal over Tildonk schreef? THILDONCK
Een dorp der provincie Braband, arrondissement Leuven, kanton Haecht, in afstand van Brussel vier uren en half, eene uer en half van Leuven, dry kwartiers uers van Haecht, tusschen den yzeren weg en den steenweg van Leuven op Mechelen, bezit in bevolking 1289 inwooners, 731 hectaren in landen en bosschen, doorsneden door de vaert van Leuven tot aen den Rupel (Rumpst). Deze vaert werd gemaekt ten jare 1750. De eerste schup aerde werd uitgesteken te Leuven door prins Karel van Lorreinen en Braband. Er bestaet over dezelve eene sterke brug, alsook een sas. Volgens Grammay was Thildonck eertyds eene heerlykheid toebehoorende aen de familie Tuydekem. Door huwelyk ging het over, ten jare 1432, tot het huis van Lieminge. Guillielmus van Grimbergen, ten jare 1449, heeft het verkocht aen eenen van Hutvelt, die het aen zyne nakomelingen heeft overgezet. Zy waren van een edelen stam van Brussel, en hebben eenen burgemeester dezer stad gehad met name Segerus. Thildonck was eertyds voor het geestelyk bestuer een afhangsel van Herent. Men had er eenen verblyvenden onderpastoor. Het maekte deel van het bisdom van Kameryk. Maer om de schaerschheid van priesters werd het gegeven aen den bisschop van Luik. Volgens Sanderus is Thildonck, in het jaer 1626, onder den aertsbisschop Mattheüs Hovius, tot parochiekerk opgerigt. De kerk is een latynsch kruis, de hooge autaer en koor hebben een goed voorkomen. De byzondere patroon is de H. Joannes Baptista. De kerk is versierd met eenen fraeijen spiltoren. De eerste pastoor was Joannes de la Salli, gestorven in het jaer 1633. Op hem zyn gevolgd: Van den Plas, gestorven in 1636; Joannes Egrix, gestorven in 1651; Joannes Addons, gestorven in 1669; Henricus Menten, gestorven in 1669; Leonardus Coelmont, gestorven in 1728; Ludovicus van Rillaert, gestorven in 1759; Petrus Dominicus van Elder, genoemd in het jaer 1759 en gestorven in het jaer 1815; Joannes Lambertz, genoemd in het jaer 1815, tegenwoordige pastoor. Zeldzame zaek! De twee laetste pastoors tellen zamen meer dan eene volle eeuw bediening. Er bestaet te Thildonck een vermaerd nonnenklooster onder den naem van de H. Ursula. Het is een schone bouw met dry stagiën in het vierkant en met vele vensters verlicht. Men vindt er eene fraeije gothische kapel. Dit convent is het moederhuis van 35 kloosters verspreid in Engeland, Holland, Limburg en Belgenland. Het byleggen van den yzeren weg van Mechelen op Leuven, op twintig minuten afstands van de statie van Wespelaer, maekt de vereeniging met alle steden zeer voordeelig. Dit gesticht is begonnen in het jaer 1832, door den eerw. Heer Joannes Lambertz, pastoor der gemeente. Men telt er omtrent 300 pensionnairen die daer hare opvoeding ontvangen. Het zyn Belgen, Duitsche, Engelsche en uit andere natiën.
Tot hier het relaas van pastoor Vanden Bruel over Tildonk. Het valt op dat hij met geen woord rept over de latere heren van Tildonk (na 1644), en dan meer bepaald over de Lalaings, graven van Tildonk sedert 1707. Een vergetelheid?
Er werd ons recent een wanmolen Massant aangeboden
maar zelf hebben we niet de ruimte om hem te plaatsen,
dus doen we langs deze weg een oproep:
Is er iemand die er wél plaats voor heeft, de molen misschien zelfs wil restaureren? En dit stukje authentiek Tildonks patrimonium wil bewaren voor het nageslacht? Je kan hem als decoratie in je living zetten,
of ergens op een droge plaats in een berging,
maakt niet uit. Doch niet buiten in de tuin met bloemekes erin,
want dan is hij er in de kortste keren 'geweest'
meer info over de wanmolens Massant, zie bijdrage nr. 7 (21/12/2005)
Foto: Een rustig tafereel op de Leuvense vaart op het einde der twintiger jaren. Sleper Doris trekt een klein konvooi schepen richting Leuven. De kanaalboorden waren toen vrij kaal. Niet lang voordien werden de boten immers nog met trekpaarden voortgetrokken en moest het jaagpad vrij gehouden worden van struiken en dergelijke. Ook de hoogspanningsleiding kwam er later pas. We kunnen ons voorstellen wat een kruising van twee kanalen én een bijkomend sas hier zouden teweeggebracht hebben!
(de foto werd indertijd getrokken door Maurice Mommaers vanop de brug van Tildonk in de richting van Kampenhout)
1925, grootse plannen voor een nieuw kanaal...
Plannen maken is van alle tijden. Doch hoe dikwijls hebben de dorpelingen hun hart niet vastgehouden toen er zich weer eens landmeters aandienden, gewapend met theodoliet en andere meetinstrumenten? Gelukkiglijk werden de meeste van dergelijke plannen nadien snel in de koelkast opgeborgen, niet zelden wegens een gebrek aan de nodige fondsen... In de jaren 20 van vorige eeuw was het nochtans menens. Men wou en zou een nieuw kanaal graven ten einde de steenkolen vanuit het Kempisch mijnbekken op een snelle wijze naar Brussel te transporteren. De mijnen van het Kempisch steenkoolbekken (Beringen, Eisden, Waterschei, Zwartberg) kwamen in de periode 1922-1925 namelijk volop in productie en groot en klein stookte toen met steenkool. Het tracé van het verbindingskanaal was al goedgekeurd, gronden waren reeds aangekocht. Op Tildonks grondgebied zou een kruispunt komen van het nieuwe kanaal met de bestaande Leuvense vaart, mét een nieuwe sluis er bovenop! Wat er de oorzaak van was om de plannen uiteindelijk af te voeren? We zullen het wellicht nooit weten, doch dat de mensen van Tildonk nadien opgelucht adem haalden, zoveel is zeker! Het volgende bericht stond te lezen in De Gazet van Haecht (14/8/1927) en haalde nadien ook de nationale kranten Het Laatste Nieuws (24/8/1927) en Het Nieuws van den Dag (26/8/1927): Groote werken in t verschiet De kwestie is aan de orde om de Kempische mijnen te verbinden met Brussel-Zeehaven. Reeds zijn 230 Ha. gekocht, langs de Zenne-oevers te Verbrande Brug (Vilvoorde). In 1925 is er een ontwerp goedgekeurd om een kanaal van 62 km. te graven van Verbrande Brug uit, over Kampenhout, Tildonk, Werchter, Aarschot en Diest, naar het zijkanaal op Hasselt, bij Beeringen, waar ook een kanaal, de Kempische mijnen bedienende, zou uitmonden. Ook werd de verbreeding aangenomen van het Kanaal Tildonk-Leuven, boven den spoorweg Brussel-Leuven, op een afstand van 1000 meters. Te Verbrande Brug zou een kanaalstation worden ingericht, en een groote draaibrug worden gebouwd; verderop zou dan een haven worden aangelegd. Die zou bestaan uit de vergrooting van de monding van het kanaal Verbrande Brug-Beeringen tot het kanaaldok, mede uit drie zijdokken, elk met 6 m. 50 diepte zooals de Vergote-dok. Op het voornoemd kanaal zouden drie sluizen zijn; een nieuw zou gebouwd worden te Tildonk. Het kanaal Verbrande Brug-Kampenhout-Leuven zou als een verlenging zijn van het zeekanaal tot de Dijlestad en zou de betrekkingen met Antwerpen en Nederland begunstigen. Tusschen Verbrande Brug en Brussel zijn er reeds 27 fabrieken. Het kanaalvlak Tildonk-Beeringen zou de verbinding zijn met de Kempische mijnen en zou die tusschen Antwerpen, Hasselt en Luik verzekeren. Er zouden dokken gegraven worden te Werchter, Aarschot en Diest. Het gedeelte Tildonk-Beeringen zou uitgevoerd worden terwijl de verbindingswerken Antwerpen-Luik aan den gang zijn.
Deze foto werd genomen in januari 1945. De oorlog was ten einde, doch het klooster en de lagere meisjesschool werden enkele weken later omgevormd tot legerhospitaal voor de Engelse soldaten (het 32nd General Hospital).* En zo is er een tijdje her en der lesgegeven in burgershuizen in het dorp, zoals in de zaal bij Pië van Laa (Petrus Vanhorenbeek) en in de bovenzaal bij Fonje Bekkes (Alfons Beckers). Andere klassen kregen onderdak in Janssens-pachthof in het dorp, in het tuinhuis van Bisschoppenhof nabij het kerkhof en bij Fiene Goris.
Klasfoto, 1945
Rij links (L > R): 1, 2: twee nichtjes van juffrouw Pauline 3, 4: Paul Decoster (de latere apotheker), Emiel Van Meerbeeck 5, 6: ?, Willy Perdieus 7, 8: ?, Remy Vandevenne 9: ? 10, 11: ... Laurens, ... Cleynhens
De opgave werd deze keer aangekondigd als gemakkelijk en dat bleek ook uit de antwoorden. Het jaartal 1642 vind je terug op de gevel van het Kasteeltje (Kasteeldreef), dat recent prachtig gerestaureerd werd. De ankerijzers op de pastorie dragen het jaartal 1761. Op de Bertrodehoeve staat geen jaartal vermeld. ( 14 juiste antwoorden, 1 foutief) Opgave 4 -> zie rechterkolom. Ook niet echt moeilijk, aarzel dus niet om je antwoord in te sturen!
Foto: De werklieden-hoveniers van het klooster tijdens de 'soeppauze'. We aanschouwen een prachtig impressionistisch tableau dat echter de schamelheid van de gewone man in het begin van de 20ste eeuw niet kan verhullen. Het was blijkbaar een warme zomerdag toen de fotograaf voorbijkwam: blootsvoets en met de broekspijpen opgerold tot aan de knieën werd er geposeerd...
De hoveniers van het klooster(bis)
Recent bezorgde Jefke Buelens ons twee zeer oude foto's, afkomstig uit het fotoalbum van zijn moeder Gusta Vandenhoudt (°Tildonk 14 mei 1906, dochter van Gust), waarop verschillende werklieden van het klooster voorkomen. Op beide foto's komen we ook de hovenier tegen (hier de persoon in het midden) waarvan we in een vorige bijdrage (nr. 36) niet wisten wie het juist was. Geredelijk mogen we dus aannemen dat het hier wel degelijk Gust Vandenhoudt betrof! Kent iemand soms de anderen?
Foto: Isidoor Valckenaers (tweede van rechts) met zijn vrouw (midden), net voor de oorlog (Ons Land, 17 augustus 1919, p. 431, Het toppunt van barbaarscheid: de Valckenaers te Thildonck: zeven gedooden).
Gruwel in de Tildonkse Hambos in 1914 Eén jaar na het einde van de eerste wereldoorlog verscheen in Het Laatste Nieuws een dagelijkse vervolgroman van Abraham Hans onder de titel Het beleg van Antwerpen.* De roman was gebaseerd op waar gebeurde feiten, de hoofdpersoon, Wilhelm Kühlmann, was fictief. Abraham Hans (1882-1939), lid van de protestantse gemeente Sint-Maria-Horebeke, was een zeer gekende figuur in zijn tijd. Hij schreef talloze volksromans en was erg populair bij de jeugd met de A. Hans kinderbibliotheek, 'de Hanskens in de volksmond.
7 familieleden vermoord! In augustus 1914 werd er in Tildonk en omgeving dagenlang slag geleverd tussen het Duitse en het Belgische leger. Reeds vanaf het begin van de veldtocht verliep de opmars van het Duitse leger door ons land met veel vertraging, tot groot ongenoegen van de Duitse Generale Staf. Hieruit ontstond een groeiende ontevredenheid en toenemende wraaklust tegenover de Belgische militairen, maar vooral tegenover de onschuldige burgers. Bovenop werd een ware angstspychose aangewakkerd in de Duitse rangen met het gerucht: 'die Zivielen haben geschossen' (de burgers hebben (op ons) geschoten). Verschrikkelijke moordpartijen onder de burgers waren het gevolg ervan. In de morgen van 20 augustus werden 5 burgers op Tildonks grondgebied door de Duitse soldaten doodgeschoten: Alfons Geerts, Eduard Lens, Lodewijk Lens, Alfons Stroobants en Petrus Verbinnen en op 26 augustus Lambertus Vercaeren. Deze mensen hadden volstrekt niets aan de soldaten misdaan of miszegd. Het waren allen zeer deftige en deugdzame personen.** Op 26 augustus werden in de Tildonkse Hambos niet minder dan 7 leden van de familie Valckenaers op vreselijke wijze afgemaakt. Van Edward Valckenaers werden drie zonen gedood: Frans (20 jaar), Juul (17 jaar), Jozef (14 jaar). Van Isidoor Valckenaers werden vier dochters gedood: Louise (19 jaar), Hortense (17 jaar), Jeanne (6 jaar), Victorine (2 jaar). Isidoor zelf werd verminkt en zijn vrouw, Josephine Cuveliers, verloor een oog. Hun huizen werden in brand gestoken. Deze feiten werden uitgebreid beschreven in het boek van Roger Casteels en Gust Vandegoor: 1914 in de regio Haacht. Kleine dorpen in de Grote Oorlog, HAGOK, 1993, p. 340-346. Lees hieronder, uit de roman Het beleg van Antwerpen, de beklemmende passage die betrekking heeft op de gruwelijke uitmoording van de families Valckenaers in Hambos: In den ochtend van Dinsdag 25 Augustus 1914 deden de Belgen een uitval van de zijde van Haacht en Rotselaar. Zij wierpen de Duitsche troepen terug op een uitgestrektheid van verscheidene kilometers tot Campenhout en Thildonck. Op denzelfden dag staken de Duitschers uit spijt, de plaatsen in brand waarop zij hadden moeten terugvallen: Bueken begon te branden om 16 uur, Herent om 18 of 19 uur en Leuven om 20 uur. Den volgenden morgen, Woensdag 26 Augustus, zeer vroeg in den ochtend, kwam een Belgische afdeeling de boerderij bezetten van den heer Isidore Valckenaers, een bekenden en rijken pachter, die een oppervlakte bebouwde van zeven hektaren op de grenzen van de gemeente Thildonck, Werchter en Rotselaar, op een kilometer afstand van den rechteroever van de vaart, evenals de aangelegen boerderij behoorend aan zijn broeder François-Eduard Valckenaers. De Belgische officieren werden zeer gastvrij ontvangen. Van den graanzolder der woningen en der andere gebouwen openden de troepen het vuur op de Duitschers, die zich verscholen hielden in een boschje langs den spoorweg. Een bevel tot terugtrekken werd ontvangen en de Belgen gingen heen. Minstens een honderd manschappen hadden op de Duitschers gevuurd. Deze konden dus niet redelijker wijze denken dat het burgers waren die geschoten hadden. Maar de rosse officier die te laf geweest was om de dappere soldaten aan te vallen zou nu op de weerloozen wraak nemen. Toen hij overtuigd scheen dat er werkelijk geen gevaar meer dreigde, leidde hij zijn mannen naar de hoeve. De soldaten stormden nu op de hoeve van Isidore Valckenaers. Dadelijk werden drie mannen naar buiten gesleurd. t Waren de boer zelf en zijn twee neven, zonen van zijn broer en gebuur François-Eduard. Een meisje klemde zich aan den landbouwer vast. Louise, de oudste dochter, zag die haatgloeiende wezens, begreep wat er zou gebeuren en pleitte voor haar vader. -O, dood hem niet! smeekte ze. Hij is onschuldig! Dood hem toch niet! - Gij zijt allen een bende zwijnhonden! huilde een soldaat! Geen genade! -Ter dood! schreeuwden anderen en Kühlman riep mee in dat helsch koor. Men trok het gillende meisje van haar vader af en dadelijk knalden schoten De drie mannen vielen neer. De andere bewoners vluchtten in den hof. Weenend, rillend geheel weerloos stonden ze en daar met elven, allen vrouwen en kinderen. De echtgenoote van Isidore droeg haar klein meisje Victorine op den arm; het angstige wicht sloeg haar handjes om moeders hals en verborg haar gezichtje tegen haar wang; om de moeder schuilden bevend nog zeven kinderen. Naast haar stond haar schoonzuster, die aan haar hand heur dertien jarigen Jozef hield. Een der ellendelingen greep van een haag een stuk linnen en bond het aan een stok. -Hier, zei hij tot Louise, dat is de neutrale vlag, ga daar mee bij uw familie ten teeken dat gij geen kwaad in den zin hebt. -Wij hebben niets misdaan, riep het meisje! -Ga er dan heen! Ze snelde naar haar huisgenooten. De soldaten lachten spottend. En eensklaps begonnen ze op de groep te vuren. t Werd een allerschandelijkst, walgelijk moordtooneel. Het gegil en gekerm der weerlozen, werd beantwoord met schoten, scheldwoorden, spotgelach. Vijf der ongelukkigen waren doodelijk getroffen, allen kinderen. Louise lag kreunend in haar bloed naast haar zestienjarige, en zesjarige zusters. Haar tante, boog zich luid weenend over haar zoontje François, uit wiens verbrijzelden schedel de hersenen op haar waren gespat. En de boerin der hoeve lag ten gronde met de kleine Victorine tegen zich gedrukt. Het linkeroog van het wichtje was uitgerukt. Het arm martelaresje bezweek en zijn jong bloed verfde het gelaat der wanhopige moeder, die in haar vertwijfeling, en in eigen lijden, want zij was ook getroffen, allerlei zoete namen toeriep. En Jeanne Valckenaers dan! Twee jaar oud! In de dij gaapte een afzichtelijke wonde. Kühlmann had deze moorderij niet afgewacht, maar met eenige anderen was hij naar de woning geloopen en joeg er den brand in De vlammen liepen knetterend voort. Terugkeerend zag Wilhelm eensklaps die vrouwen en kinderen. Hij werd geheel koud en wendde zich af, en liep een eind heen. -Mijn God, mijn God! riep hij ontsteld uit. Zij waren toch geen franc-tireurs! -Hebt gij hen gezien? vroeg een soldaat die bij hem stond. -Die kinderen? -Ja, die kinderen, God vervloeke ons! Hebt gij ze gezien die kinderen, goed gezien? -Ja -Kinderen! herhaalde de ander opgewonden. Een van twee jaar Zoo heb ik er ook een En dan een knaapje, juist als mijn Herman! t Was me een oogenblik of ik hem zag liggen in al dat bloed! God in den hoogen Hemel, zijn wij Duitschers of wilden? Moeten wij oorlog voereen of moorden? Dien rosse schiet ik neer zoo gauw we in den slag zijn. -De officier -Officier! Is dat een officier? Een vrouwen- en kinderbeul! God, ik zal nooit meer rustig slapen Een officier! -Voorzichtig -Neen, dat moogt ge niet zeggen! Mijn kamaraad werd om veel minder gefusileerd en ik weet door wien, en die gaat er ook aan! Ha, neen, dat moogt ge niet zeggen, maar kunt gij zwijgen? Hoor ze roepen en lachen, dat is t Duitsche leger! Kühlmann verwijderde zich. Die kerel werd hem te gevaarlijk. Op t juiste oogenblik nog had hij hem aan den zoo vreselijk gestraften soldaat herinnerd. t Waren kinderen, die daar stierven in geweldig lijden, terwijl de beide moeders jammerden Maar een officier had hen geboden. Hij was het gezag, de machtige in wien de soldaat vertrouwen moest stellen. Niet twijfelen, niets vragen, gehoorzamen IJzeren tucht En toch Plots was het of een hevige koorts Kühlmann rillen deed -Vloek over U! Die doode vrouw in de gracht ginds kon het niet meer uitroepen en toch was het of hij haar stem nog hoorde. -t Was uit zelfverdediging, mompelde Kühlmann als beschuldigde iemand hem. En drie mannen daar hij keek naar de getroffenen waren franc-tireurs Maar kinderen De ouders zijn de schuld, dat weerloozen met plichtigen worden gestraft En zoo verdoofde hij de betere stem -Vooruit nu! riep de rosse. De soldaten trokken af. Geweeklaag klonk hen na . en t gekletter van vlammen. En overal in t land van Leuven dwarrelde de rook, overal woedde het vuur of smeulde de asch van vernielde huizen * Hans A., Het beleg van Antwerpen, Roman uit den Oorlog 1914-18. Het Laatste Nieuws, 10/7/1919 21/10/1919. ** Relaas van pastoor Koninckx en van E. H. Holemans, bestuurder van het klooster (Zie: Aartsbisschoppelijk Archief Mechelen, Bundel nr. 736, pastoorsverslagen van het kanton Haacht).
Zo zag 'de Dreef' (vandaag de Pastoor Lambertzdreef) in het volle centrum van Tildonk, er uit in 1956. Een prachtige dubbele rij linden reikte van het gemeentehuis tot aan de ingang van het klooster. De voortuin van de pastorij vormde een weelde van allerhande struiken. Maar stilaan begon ook koning auto zijn plaats op te eisen in het dorpsbeeld... Terloops, het broekventje in matrozenpakje dat met grote ogen de fotograaf gadeslaat is ondergetekende. Het was de dag van mijn Eerste Communie!
Foto: Dat de toespraak van eerste minister Gaston Eyskens niet van humor gespeend was is hier best te merken. We herkennen volgende 'personaliteiten' (L > R): schepen Gustaaf Verbiest, volksvertegenwoordiger Paul Devlies, gemeentesecretaris Jacques Vanlangendonck, eerste minister Gaston Eyskens, gemeenteraadsleden Karel Godts, Maurice Servranckx, André Van den houdt, burgemeester dr. Raymond de Behault du Carmois, A. Devue (burgemeester Winksele), gemeenteraadslid Miel Pittevils, arrondissementscommissaris Vercruysse. Ontbreekt op de foto, de schepen van openbare werken Maurice Vandenheuvel, die zich fel had ingezet voor de nieuwe wijk.
1972, inhuldiging van de nieuwe wijk Eikeblok
Op 12 juli 1969 kwam G. Breyne, de toenmalige minister van Gezin en Huisvesting, naar Tildonk om de eerste steen te leggen van de nieuw geplande woonkern Eikeblok. In een eerste fase werden 50 koopwoningen opgetrokken. De woningnood was toen zo groot dat in een mum van tijd alle woningen verkocht waren. Nadien werden nog 46 huurwoningen bijgebouwd door S.V. Volkswoningbouw van Herent. Daarmee verhoogde het bestaande woningareaal van Tildonk in één klap met 20 procent.
Op 3 juni 1972, amper drie jaar na de eerste steenlegging, werd de wijk Eikeblok plechtig ingehuldigd. De nieuwe bewoners richtten onmiddellijk een feestcomité in (o.l.v. Norbert Roosen) en werkten een feestprogramma uit. De dag werd afgerond met een groots avondfeest met het orkest The Chiefs' in de gelegenheidsfeestzaal in de Kouterstraat, de garage van het klooster. Diegenen die erbij waren kunnen nog getuigen van de geslaagde verbroedering toen tussen de autochtone Tildonkenaren en de nieuwkomers. En zoals bij elk gelukt feest verlieten de laatste deelnemers het terrein in de vroege uurtjes
De meeste van deze inwijkelingen hebben zich vrij snel ingeburgerd en zorgden weldra voor nieuw bloed in de toen nog talrijke Tildonkse verenigingen. Ook de lagere school kreeg er eensklaps een hele hoop nieuwe leerlingen bij.
In de Haechtenaar van 9 juni 1972 werd de inwijding van de Eikeblok als volgt beschreven door Tildonks correspondent André Van den houdt:
Eerste minister Eyskens wijdt sociale woonwijk in te Tildonk
Van de opgestelde uurrooster, ter gelegenheid van de inwijding van de nieuwe sociale woonwijk Eikeblok te Tildonk, kwam niet veel meer terecht. Inderdaad kreeg men het enkele dagen voor de gebeurtenis klaar van Eerste Minister Eyskens de verzekering te bekomen dat hij persoonlijk de wijk zou komen openen. Meteen diende men voor deze uitzonderlijke gebeurtenis in allerijl nog wat personaliteiten uit te nodigen, waaronder de burgemeesters uit het omliggende. Het gevolg was misschien dat alles wat geïmproviseerd aandeed; dat schaadde echter geenszins de sfeer. Integendeel verliep alles vlot en volks waartoe de spirituele toespraak van premier Eyskens niet het minst bijdroeg.
Half acht, had men overeengekomen, en hoewel Eyskens bekend is voor zijn stiptheid kwam hij een met een kwartier vertraging aan. Niemand nam het hem kwalijk, zeker niet als men zijn dagorde der laatste dagen vernam: gewichtige besprekingen te Parijs en bijwonen van het 25-jarig ambtsjubileum van zijn minister van binnenlands zaken Van Elslande te Lot. Het begon met een receptie op het gemeentehuis, waar burgemeester de Behault du Carmois de minister dankte voor de grote eer die hij zijn gemeente aandeed. Hij wees op de inspanningen die het gemeentebestuur zich getroostte om deze wijk tot stand te brengen en hoopte in de toekomst nog dergelijke zaken te kunnen verwezenlijken.
Met muziek van de Verenigde Vrienden voorop ging het naar Eikeblok waar de premier, alvorens met een nooit geziene zwierigheid het lintje door te knippen, de gemeente Tildonk even ophemelde. Hij scheen goed te weten dat het daar nog gezond om leven is en naar zijn zeggen was dit een van de redenen waarom hij eens zo graag kwam. Hij achtte het voor een politieker, ook al staat die op het hoogste vlak, nuttig en nodig om zich af en toe eens onder het gewone volk te bewegen. De eerste minister was kennelijk in een optimistische bui, want hij slaagde er veelvuldig in de toehoorders aan het lachen te krijgen. Ondermeer toen hij zegde dat de trappen van het Tildonkse gemeentehuis nogal steil uitvallen, maar hij met de werkkracht die het gemeentebestuur kenmerkt, in de toekomst daar in wel verandering zal zien komen met de bouw van een nieuw gemeentehuis. Over sociale woningbouw was hij vol lof en hij hoopte dat Tildonk het bij die ene verwezenlijking niet zal laten.
De bewoners van de nieuwe wijk waren niet het minst in de wolken over het feit dat de eerste minister nog mee een uitgebreide rondgang deed in de straten van de nieuwe wijk. Alle genodigden konden vaststellen dat het hier een van de best geslaagde kompleksen van sociale woningen werd gekreëerd, die er in het arrondissement te vinden zijn. Het gemeentebestuur van Tildonk verdient een groot proficiat, en waar in onze voorbeschouwing een paar weken geleden de naam van schepen Verbist vergeten te vermelden was geven we hem volgaarne de enorme verdiensten die hem eveneens toekomen bij dit prachtig werk.
En dat de Eikeblokbewoners wel spoedig te Tildonk zullen zijn ingeburgerd werd aangetoond door de verbroederingsavond in de prachtige met groen versierde feestzaal van de Kouterstraat, waar alle Tildonkenaars gezellig tot in de kleine uurtjes verbroederden.
49) DE FAMILIE DE CONINCK: meiers, kosters, religieuzen...
Een familieportret van de De Conincks uit ca. 1885 !
L > R
Zittend: Gielielmus De Coninck (1819-1906), koster van Tildonk van 1844 tot 1891, geflankeerd door zijn tweede echtgenote Maria Elisabeth Goossens met het kerkboek op de schoot.
Staand: de dochters Maria Catharina De Coninck (1862-1928, x Alfons Van Stappen), Brigitte De Coninck (1860-1922, E. Moeder Maria Wilhelmina, Algemeen Overste der ursulinen van Tildonk in 1919) en Francisca De Coninck (1859-1946, E. Moeder Maria Edmonda, ursuline van Tildonk).
De familie De Coninck, een familie van meiers, kosters en religieuzen
Generaties lang heeft de familie De Coninck een vooraanstaande rol gespeeld in Tildonk. Eerst waren het meiers, nadien kosters. De familie leverde ook verschillende religieuzen.
De Tildonkse stamvader was Jan De Coninck, afkomstig van Overijse (Isca Superiori luidde het in het latijn in de parochieregisters), alwaar hij op 7 juni 1737 geboren was als zoon van Guilliam De Coninck en Anna vanden Put. Hij verscheen te Tildonk op het toneel bij zijn huwelijk op 3 augustus 1767 met Elisabeth Smets (°Tildonk 14 juli 1736, dochter van Gielielmus Smets, handwerker en herbergier en in 1743 kandidaat-drossaard, en van Maria Van Essche, beiden van Tildonk).
Jan De Coninck stierf te Tildonk op 25 augustus 1809. Hij was 27 jaar lang meier van het graafschap Tildonk (van 1769 tot 1795). Op 30 juni 1784 werd hij bovendien tot drossaard benoemd. Hij baatte een landbouwbedrijf uit en hield eveneens een herberg open in het centrum van het dorp.
Zijn zoon Gielielmus De Coninck (°Tildonk 6 juni 1768, +Tildonk 17 oktober 1843) was getrouwd met Elisabeth Kemps (°Balen ca. 1765, +Tildonk 14 oktober 1848). Zij hadden geen kinderen. Gielielmus oftewel Willem oefende gedurende niet minder dan 58 jaar het kostersambt uit in Tildonk. Ook hij was meier (1814) en werd na de Belgische onafhankelijkheid de eerste Tildonkse burgemeester. In 1839 werd de sjerp omgord door een lid van de nieuwe burgemeestersfamilie de Behault du Carmois.
Een tweede zoon, Frans De Coninck (°Tildonk 22 maart 1772, + Tildonk 13 april 1841) trouwde met Barbara Van Aerschot uit Winksele. Frans hield een winkel open op de hoek van de Dorpstraat met de Ambachtstraat (op de plaats waar later het café Bij de Smalle stond).
De oudste zoon van Frans, eveneens een Gielielmus (°Tildonk 6 januari 1819, +O.-L.-V.-Waver 29 september 1906) was, zoals zijn peter voordien, eveneens ettelijke jaren koster alhier (van 1844-1891). Daarnaast was hij schoolmeester*. Hij trouwde een eerste maal met Anna Catharina De Pauw uit Wakkerzeel en hertrouwde na haar overlijden (+Tildonk 26 december 1851) met Maria Elisabeth Goossens uit O.-L.-V.-Waver.
Drie van zijn dochters werden kloosterzuster bij de ursulinen van Tildonk:
- Maria Elisabeth De Coninck (°Tildonk 28 november 1851), op 16-jarige leeftijd ingetreden;
- Ludovica Catharina Francisca De Coninck (°Tildonk 21 mei 1859, +Tildonk 7 oktober 1946) trad in op 1 november 1880 en werd geprofest op 23 november 1882 (E.M. Maria Edmonde). Zij was novicemeester in het klooster van Haacht ;
- Joanna Martina Brigitta De Coninck (°Tildonk 8 oktober 1860, +Tildonk 30 april 1922) trad in als E.M. Maria Wilhelmina en werd op 25 september 1883 geprofest. Van 1897 tot 1919 werd zij overste van de ursulinen te Melsbroek en op 3 september 1919 werd zij tot Algemeen Overste van de congregatie gekozen.
Een vierde dochter, Maria Catharina De Coninck (°Tildonk 20 december 1862, +Tildonk 22 juli 1928) trouwde op 24 juli 1888 met Egidius Alfonsus Van Stappen (°Londerzeel 13 november 1858, +Tildonk 20 september 1937). Alfons en Maria Catharina bewoonden het nieuwe huis (bouwdatum 1885), gelegen links naast de pastorie in de huidige Pastoor Lambertzdreef. Hij zette de kosterstraditie verder van de familie De Coninck en werd op zijn beurt koster-organist te Tildonk, na de muziekschool bij Edgard Tinel te hebben doorlopen.
Alfons oefende tevens het beroep van brouwer-biersteker uit. Hij betrok zijn bier bij de brouwerij Theofiel Wouters in de Hanswijkstraat te Boortmeerbeek. Deze brouwerij was in de streek zeer bekend voor zijn Sterke van t vat**. Zijn toer als biersteker omvatte alleen cafés, voornamelijk in het Mechelse. In 1914 werden de twee paarden van Alfons Van Stappen weggehaald ten dienste van het leger.
Eén van hun acht kinderen was Raymond Van Stappen (°Tildonk 24 juni 1901, +Leuven 28 januari 1981), priester gewijd te Mechelen op 2 juni 1928, onderpastoor te Dworp op 5 januari 1928, onderpastoor te Meise op 26 mei 1931, onderpastoor te Sint-Jans-Molenbeek op 8 februari 1934 en pastoor te Sint-Genesius-Rode van 19 maart 1948 tot 1 april 1970.
* De combinatie koster-schoolmeester was zowat traditie in het ancien régime. In Tildonk kennen we aldus Martinus Lodewicus (1606-1607), Egidius Limbosch (1645-1668), Aert Limbosch (1701), Aert Van den Bosch (1712-1727), Joannes Van den Bosch (1727-1784). Evenzo was het kostersambacht dikwijls een familiezaak.
** Dit bier noemde eigenlijk Sterck-Op, maar in de volksmond heette het 'ne Sterke'.
Foto: 'Erica', de roman van Emi Denef, uitgegeven in 1957 bij het Davidsfonds. Van haar memorabele TV-optreden hebben we spijtig genoeg geen beelden of foto's weergevonden.
1958, EEN TILDONKSE SCHRIJFSTER OP TV!
Expojaar 1958. Nog niet zoveel mensen in Tildonk bezaten een televisie. En dan verschijnt er opeens een dorpsgenote op het kleine scherm. Een schrijfster nog wel, Emi De Nef (°Tildonk, 1921), echtgenote van hoofdonderwijzer Arthur Stroobants. Met haar debuutroman Erica, uitgegeven in 1957 in de Guldenreeks van het Davidsfonds, werd Emilienne eensklaps beroemd in Tildonk en wijde omgeving. Zo ging dat toen.
In haar roman beschreef ze ondermeer de partijstrijd in het fictieve polderdorp Berkendal, waarin we heel wat parallellen bespeuren met het vroegere Tildonk. Zo is er hoofdfiguur baron Guy de Belhairnais de Stendingen (te vergelijken met de Tildonkse baron de Behault du Carmois) die aan het hoofd staat van de fanfare De Vlasbloem (cfr. De Verenigde Vrienden of De Varkens). De tegenpartij is de fanfare St.-Barbara of De Vossen (in feite St.-Cecilia of De Beren). In de kiesstrijd staat de Heideburcht centraal (het Kasteeltje aan de vaartdijk?)
Hier een uittreksel uit het boek (p. 7) dat we zo op het vroegere Tildonk kunnen toepassen:
Nooit zag men beide fanfaren tegelijkertijd op rondgang. Uitgenomen de processiedagen natuurlijk, waarop ze schijnbaar eensgezind, maar veilig gescheiden door engelen en heiligen, om de beurt hun mooie arias ten beste gaven. En dat ze dan niet slaags geraakten, was enkel en alleen aan hun christelijkheid te wijten, die hun verbood deze vrome dagen te ontwijden door krakeel en dorpspolitiek.
De gemeenteverkiezingen lagen dan ook steeds in het brandpunt der publieke belangstelling. Zelfs tot ver buiten de grenzen van het dorp. Zij gaven altijd aanleiding tot bras- en vechtpartijen, die eindigden op tribunaal en nog jaren hun nasleep hadden
Ook het streekblad De Haechtenaar was het opgemerkte TV-optreden van Emi De Nef niet ontgaan en berichtte er als volgt over (22/11/1958):
Kleine Kroniek.
Tildonkse schrijfster aan de eer.
We zaten dinsdagavond knusjes bij onze TV, want wij missen zelden de uitzending "Vergeet niet te lezen", toen opeens tot onze verrassing Mevrouw Emilienne DENEF, uit Tildonk, op het scherm kwam en geïnterviewd werd door dhr. De Belder over haar roman Erica, destijds in het Davidsfonds verschenen.
Mevrouw Denef was een knappe verschijning, midden dat somtijds wat dorre schrijversdefilee, dat aldaar passeert bij een "Vergeet niet te lezen".
En zij was daarenboven goed ter taal, ondanks het feit dat er "wolfijzers en schietgeweren" aanwezig waren ingevolge de sfeer van haar boek en de desbetreffende vragen van de heer De Belder.
Wij betreurden alleen dat deze maal de traditionele vraag "of er nog wat op het getouw stond?" achterwege bleef. Wij kunnen onze lezers echter wel vertellen dat er nog wat te verwachten is van deze jonge romancière.
Foto: 1932, kardinaal Van Roey en zijn gevolg verlaten de kloosterkerk langs de gaanderij van de feestzaal van het Tildonkse klooster. Op het achterplan ontwaren we pastoor De Roeck en onderpastoor Simons.
Op 1 mei 1832 legden de eerste achttien ursulinen van Tildonk hun eeuwige geloften af. Na de viering overhandigde de aartsbisschop van Mechelen, prins de Méan, aan pastoor Lambertz de akte van erkenning. Die dag was de Congregatie van de Ursulinen van Tildonk officieel geboren. Honderd jaar later had men dus redenen in Tildonk om te vieren. En opnieuw was de aartsbisschop van Mechelen van de partij.
De Gazet van Haecht berichtte op 7 mei 1932 als volgt hierover:
Eeuwfeest van het Gesticht der Ursulienen te Thildonck. Z. H. Em. Kardinaal Van Roey, Aartsbisschop van Mechelen profest vijf nieuwe Zusters
Dinsdag ll. werd de honderdste verjaaring gevierd der oprichting van het Gesticht der Ursulienen te Thildonck, de onderwijsinrichting welke overal bekend is. Ten 9 uur s morgens werd in de kapel van het Gesticht eene solemneele Mis gecelebreerd, met pontificale assistentie van Z. H. Em. Kardinaal Van Roey, Aartsbisschop van Mechelen. Er werd tezelfdertijd overgegaan tot de kleeding van 21 postulanten en vijf nieuwe Zusters werden geprofest door Z. H. Eminentie. De plechtigheid werd bijgewoond door talrijke geestelijken. In den namiddag was er plechtig Lof, gevolgd van "Te Deum". Al de inwoners hadden te dezer gelegenheid hunne huizen bevlagd.
Onze mysterieuze kast bevindt zich op de eerste verdieping van de Tildonkse kerktoren en deed voorheen dienst als behuizing voor de windas die de gewichten (vroeger in steen) optrok ter aandrijving van het torenuurwerk.
Het juiste antwoord kregen we o.m. binnen van de voorzitter van de kerkfabriek - in deze natuurlijk bevoordeeld ;-)
De gewelfde kelders van het klooster en het sashuis hebben er niets mee te maken, doch het feit dat het plafond op de eerste verdieping van de kerktoren (14de eeuw) eveneens gewelfd is, verraste blijkbaar
Foto: Tildonk-brug in de jaren '20 (foto: Maurice Mommaers).
Eén uur
'k Had zekeren avond wat te laat geplakt Bezijden Thildonck, aan de Brug. En ook er menige malsche pint gepakt. 't Was middernacht voorbij, toen ik terug Naar huis toekeerde, langs de stille baan Bestraald door 't zilveren licht der volle maan.
In stil gepeins verzonken trad ik voort; Aan wat ik dacht weet ik precies niet meer... Daar werd mijn overweging plots gestoord Door eene basstem vlak naast mij: "Hé meneer, Ge gaat me zeggen juist hoe laat het is !" Da 'k fel verschoot, begrijpt ge heel gewis.
De spreker was een groote, groove vent; Waarom hij grijnzend vroeg hoe laat het was, Op zulke plaats, is ieder vast bekend; Mijn uurwerk moest van MIJNE in ZIJN tasch ! Ik keek in 't rond: we waren gansch alleen... Daar sloeg het plots op Thildonck's toren EEN !
En toen... daar rees mijn hand en bliksemsnel Gaf ik den kerel met zoo'n felle kracht Een muilpeer, dat 't klonk gelijk een bel, Terwijl ik riep: "'t Slaat één na middernacht !" Hij lag in 't gras en 'k hoorde dat hij kloeg: "Ai ! Goed dat ik 't geen uurtje eerder vroeg !"
De BJB-meisjes brachten een 'jubelspel' onder leiding van Emiel Pittevils ter gelegenheid van het 35-jarig jubileum van de Tildonkse boerinnengilde Sint-Barbara. Deze laatste was namelijk op 29 augustus 1926 opgericht. De Boerenjeugdbond (BJB) -Tildonk ontstond een jaar later. In 1965 veranderde de naam in KLJ (Katholieke Landelijke Jeugd). De oorspronkelijke aparte jongens- en meisjesafdelingen werden gemengd.
Foto: Plan du Canal de Louvain, Ant. Opdebeeck, Mechelen, 9/2/1750. Detail van Tildonk, met centraal het tracé van de vaart. Het sas is er nog niet op aangeduid, want pas gebouwd in 1760. Uiterst links staat de galg getekend (zie pijltje), die zich op de grens met Herent bevond op de kruising van de Lipsestraat (horizontaal) met Bosstraat (boven) en Terbankstraat (onder).
EEN GALG IN TILDONK
Toponiemen als Galgenblok, Galgenplek en Galgenberg herinneren ons eraan dat er ooit een galg op Tildonkse grond stond opgericht. Meestal werd zulke galg opgesteld aan het uiteinde van een dorp langsheen een invalsweg, als was het om passanten met mogelijk kwade bedoelingen diets te maken: opgepast, als ge hier het grondgebied betreedt en u niet gedraagt, wij lachen er niet mee! In Tildonk was dat niet anders, de galg situeerde zich op de hoek die gevormd wordt door de Lipsestraat en de Terbankstraat op de grens met Herent. Of er ooit iemand aan bengelde is een andere vraag. In de archieven vonden we, tot dusver, geen sporen in die richting. Na 1794 (invoering van de guillotine), verdwenen de meeste galgen in onze streken. Volgend tafereel speelt zich af in 1728. Er wordt uitdrukkelijk melding in gemaakt van de galg.
Tussen drossaard Hagenborgh en pastoor Coelmont boterde het niet goed. Dat uitte zich in een fikse ruzie waarvan we in het archief van de graven de Lalaing de getuigenissen tegenkomen van schepen Guillaume Peeters en de officier van het graafschap Tildonk (= veldwachter) Johannes Verreyt. Op 14 mei 1728 (O.-L.-Heer-Hemelvaart) begaven de pastoor, vergezeld van zijn meid en bovengenoemde getuigen, zich op de weg van Leuven naar Tildonk, op grondgebied Herent. Zij ontmoetten daar een sergeant met zijn soldaten, die op zoek waren naar twee deserteurs. De sergeant vroeg aan de pastoor of hij de drossaard wilde gaan roepen, waarop de pastoor er zijn meid op uit stuurde. De drossaard was evenwel verontwaardigd omdat de pastoor niet zelf gekomen was doch zijn meid had gezonden en begon vanalles tegen de pastoor te schreeuwen, zoals: ik soude den dondersten pape om verre schieten. Hij wreef de pastoor ondermeer aan dat die allerlei kwaad over hem vertelde bij de graaf om deze laatste tegen hem te keren. Na een half uur getier van de drossaard, waarbij de pastoor kalm bleef en zweeg, aldus de getuigen, vertrok pastoor Coelmont in gezelschap van Guillaume Peeters. Ze maakten een omweg langs de Bosstraat om alzo de kerk van Tildonk te bereiken. Hierbij passeerden ze voorbij de galg. De drossaard, die echter te paard was, vervolgde samen met zijn knecht de kortste weg naar Tildonk (via de huidige Lipsestraat) en wachtte de pastoor met zijn gezel op aan de Vijf Eiken. De drossaard zette zich in de herberg aan het drinken en toen de pastoor er voorbijkwam kreeg hij nog enkele flukse verwijten naar het hoofd geslingerd. De afloop van deze affaire is niet bekend, alleen de getuigenissen, duidelijk ten voordele van de pastoor, bleven in het archief bewaard. Blijkbaar stond de bevolking niet erg gunstig tegenover de drossaards. Zo vatten in de nacht van 2 op 3 februari 1725 de schuur en stallingen van drossaard Hagenborgh vuur, waarbij vier runderen, een paard, een wagen en kar en allerlei gereedschap in de vlammen opgingen. Kwaad opzet werd helemaal niet uitgesloten
- Zie: Troch A., Het graafschap Tildonk onder de familie de Lalaing (18de eeuw), onuitgegeven lic. verhandeling 1976-1977, KU Leuven, 117-118. - Algemeen Rijksarchief Brussel, Archief familie de Lalaing, n° 1652.
Toponiemen - het Galgenblock (1767), Algemeen Rijksarchief Brussel, Archief familie de Lalaing, n° 1680 (Cijnsboeken van de heerlijkheid Nieuwenborg, n° 11); - het Galgeblock (1777), Algemeen Rijksarchief Leuven, Schepengriffies Leuven, n° 2001 (4); - de Galgepleck (1816), Algemeen Rijksarchief Brussel, Notariaat van Brabant, not. Jean F.M. Gautier, n° 32523; - Galgenberg (ca. 1860), Kadasterkaart van Tildonk, door P.C. Popp, Kerkarchief Tildonk, n° 200.
Afbeelding: Den Alpia, pentekening door Jos Hermans (1982).
Op 4 september 1999 legde een zware brand de Alpia in as. Dit betekende het einde van de staminee met feestzaal die in het begin van de jaren 1900 door Louis Van Krieken werd opgericht en die bijna een volle eeuw prominent aanwezig was in Tildonk. Het was echter niet de eerste maal dat de rode haan er kraaide. Ook in 1943 woedde er een felle brand, doch toen kon men nog beletten dat het gebouw volledig uitbrandde. Hieronder een verslag:
1943 - Danszaal uitgebrand te Tildonk
Donderdagmorgen, rond 8 u., is er brand uitgebroken in de dans- en theaterzaal van Lodewijk Vankrieken, gelegen in het dorp te Tildonk.
Een der kleinkinderen van het echtpaar Vankrieken was naar buiten gekomen en zag een rookzuil opslaan uit het karhuis op den achterkant palende aan de zaal. Het kind liep verschrikt zijn grootouders verwittigen die op hunne beurt de buren ter hulp riepen. Het karhuis vormde alsdan een vuurzee, te meer daar er allerhande landbouwallaam, hooi, stroo en een groote hoeveelheid hout in opgestapeld waren. De werklieden der fabrieken "Ontroomers Persoons", der fabrieken "Dynamo" De Coster en Welco, lieten het werk in den steek en kwamen de buren een handje toesteken. Met een 200-tal personen vielen zij met water en andere middelen den vuurpoel aan.
Het gevaar der aanpalende woningen ziende, verwittigde den heer Persoons, burgemeester der gemeente, in allerhaast de brandweer van Boortmeerbeek. Met vereenigde krachten gelukte het hen, de aanpalende woningen te vrijwaren. Het karhuis en een gedeelte der zaal brandden ten volle uit. Al het landbouwalaam, hooi, stroo, een voorraad gezaagd hout en een groote hoeveelheid theaterbenoodigdheden werden de prooi der vlammen. De schade wordt op enkele tienduizenden frank geraamd, gedeeltelijk door verzekering gedekt.
80 jaar geleden DE KLEUTERS VAN HET SCHOOLJAAR 1925-1926
L > R Bovenste rij: Angèle Decoster, Gust Decoster, Ernest Vandevelde, Raymond Vandevelde, Jeanke ... (woonde in de Padoue), Yvonne Van Reydt, Julienne Meeus, Yvonne Swiggers, Jeanne Parijs, juffrouw Ida (trad later in bij de Tildonkse ursulinen: mère Berchmans). Middenrij: Maria ..., Vital Bisschop, Georges ... (van Nieke van de Nest), Georges Mariën, Marcel Janssens, Gust Caluwaerts, ?, Jef Vandenheuvel, ?, ?. Middenrij onder: Yvonne Janssens, Treske Lens, Maria Hanssens, Simonne ..., Filomene Janssens, Hélène Denruyter, Celine Hanssens, Josée Geeraerts, Maria Vertommen, Louisa Sterckx, Floor Vandenheuvel (trad later in bij de Tildonkse ursulinen: mère Stanislas), Maria Pardon Tussenin: Maria Lens, Madeleine Lens Onderste rij: ... Vandenberghe, Clara Vanderlinden, Hélène Neefs, Jeanne Sunt, Emilienne Denef, ?, Octavie Caluwaerts, Pauline Vandenheuvel, Florence Vandenheuvel, Mathilde Sunt
Die van Wespelaar zullen het niet graag lezen, maar volgens deze postkaart lag het kasteel van Wespelaar in Tildonk, zoveel is duidelijk! ;-)
Op de foto pronkt het vroegere kasteel van de graven de Spoelbergh te Wespelaar dat in 1954 diende te wijken voor het huidige landhuis. Hoogst waarschijnlijk is deze prentkaart indertijd uitgegeven door het klooster van Tildonk en werd (om indruk te maken?) buurdorp Wespelaar gemakshalve ineens maar geannexeerd...
Afb.: De dramatische ondergang van la Grande Armée heeft vele beeldende kunstenaars tot inspiratie gediend. Een oude grenadier doet zijn uiterste best om het vaandel te verbergen zodat het niet in handen van de vijand kan vallen. De winter én de kozakken moordden het leger letterlijk uit: 380.000 manschappen keerden nooit terug uit de Russische ijsvlakten. (Zie: De groten aller tijden - Napoleon, Amsterdam Boek, 1974).
Soldaten van Napoleon in het jaar XIV (1804-1805) - de ruiters van het 3de Regiment Jagers te Paard
De lichting van het jaar XIV bestond uit jongens die de leeftijd van twintig jaar bereikten tussen 23/9/1804 en 31/12/1805. Het contingent voor het jaar XIV beliep 30.000 manschappen alsook 30.000 reserven. Het Franse Keizerrijk met inbegrip van de aangehechte bezette gebieden telde toen 34 miljoen inwoners, zodat men gemiddeld één "conscrit" mocht rekenen voor elfhonderd inwoners (de huidige provincie Antwerpen leverde toen bijvoorbeeld 214 conscrits). Van de 296 conscrits die in 1806 vanuit hun geboortestreek naar het 3de Jagersregiment werden gestuurd, zijn er na de val van Napoleon slechts 16 op normale wijze naar huis weergekeerd. Al de anderen waren gesneuveld op het slagveld, gekrepeerd in een of ander hospitaal, achtergebleven als krijgsgevangenen, gereformeerd of als veteranen weggezonden, gedeserteerd of vermist... of hadden opnieuw dienst genomen bij de Franse ruiterij. Karel Peeters vernoemde in zijn boek Soldaten van Napoleon (Uitg. De Vlijt, Antwerpen, 1977) niet minder dan drie Tildonkse conscrits van de lichting van het jaar XIV, die in 1812 in Wilna (Rusland) door de kozakken gevangen genomen werden! We vonden hen terug in de Tildonkse doopregisters van 1785:
* Pieter Evenepoel (gedoopt te Tildonk op 26 februari 1785, zoon van Arnoldus en van Anna Lemmens).
* Jan Vandeserick (= vanden Schrieck) (gedoopt te Tildonk op 30 mei 1785, zoon van Joannes Franciscus en van Clara De Wit). Jan vanden Schrieck stamde uit een vooraanstaande Tildonkse pachtersfamilie. Zijn ouders pachtten de Nieuwenborg, de belangrijkste pachthoeve van het dorp, zijn zuster Catharina was één van de drie eerste kloosterlingen der ursulinen van Tildonk, zijn broer Arnoldus was dan weer meier van Winksele en zijn andere zusters trouwden met telgen van de andere voornaamste Tildonkse pachtersfamilies Gordts, Janssens, Persoons en Schodts. Alhoewel hij afkomstig was uit een begoede familie, was het nagenoeg onmogelijk om zich aan de dienstplicht te onttrekken. Dan dienden de ouders er immers voor op te draaien. Zo werden, als represaille, de ouders van ondergedoken conscrits ondermeer verplicht om Franse soldaten onderdak te geven, en dat was gewis geen pretje...
* Pieter Caluwaerts (gedoopt te Tildonk op 16 september 1785, zoon van Joannes Baptista en van Catharina Peeters).
Dit drietal werd eveneens aangehaald door Roger Casteels (Tot meerdere eer en glorie van de keizer..., HOGT, 1992, p. 61), die zich baseerde op voornoemde Karel Peeters: Drie andere Tildonkenaren hadden meer geluk. Pieter Caluwaerts, Pieter Evenepoel en Jan Vandeserick maakten de rampzalige Russische veldtocht van 1812 mee. Tijdens de terugtocht werden ze in de buurt van Wilna door de kozakken van Platow gevangen genomen, de eerste twee op 8 december, de laatste op 10 december. Toen na het einde der vijandelijkheden de krijgsgevangenen vrijgelaten werden konden ze naar huis terugkeren. Wat het laatste betreft, dit is twijfelachtig: van niet één van de drie troffen we nadien nog een spoor aan in Tildonk. De sukkelaars hebben hoogstwaarschijnlijk nooit hun ouderlijk huis teruggezien!
In de Tildonkse overlijdensregisters komen nog 5 andere plaatselijke conscrits voor: Piot Corneille (+1809 te Passalla, Spanje), Rouckx* Guillaume (+1812 te Puebla, Spanje), Peeters Henri (+1811 te Jarandilla, Spanje), Sayer* Guillaume (+1813 te Münster, Duitsland), en Vanouffe* André (+1813 te Dieuze, Frankrijk). We mogen stellen dat waarschijnlijk minstens acht Tildonkse twintigers in de periode 1809-1813 het leven liet tijdens één van de veldtochten van het Grote Leger van Napoleon. Een onbekend aantal anderen is achteraf naar huis teruggekeerd met vele grote verhalen en werd voor de rest van het leven gerespecteerd door de omgeving.
* Rouckx= Roeckx, Sayer= Feyaerts, Vanouffe= Vanhove. De Fransen namen het niet zo nauw bij het optekenen van de namen der conscrits.
KEN JE DORP (oplossing opgave 1) Deze typische huizenrij bevindt zich in de Woeringstraat. Wie het artikel "Den Vlaamschen Leeuw en de Rooden Bot' (bijdrage nr. 12) gelezen heeft was de foto al eens tegengekomen en wist dus ook het juiste antwoord!
Foto: (1906) Un coin des serres. Een prachtige postkaart van de groententuin en de serres van het klooster een eeuw geleden.
De hoveniers van het klooster
De serres in de kloostertuin, die dateren van rond 1900, bestaan nog steeds en zijn samen met het klooster en de tuin wettelijk beschermd. De man met de grote snor vooraan op de foto, is Jan den hovenier, familienaam onbekend. Hij woonde in Wespelaar rechtover de fabriek Elnor. Door de schoolkinderen werd hij Jan selderzaad genoemd. Aangaande de hovenier op de achtergrond twijfelde onze zegsman (Armand Pardon) indertijd, of het Jules van Paulus Maes al dan niet Gust Vandenhoudt (Kapperke) betrof. Misschien kan iemand van de lezers uitsluitsel brengen?
Foto: Gust van Loes, zoals we hem kenden: met pet, stoffrak en lederen geldtas. Hier poserend bij zijn camionette. Gust betrok zijn zuivelwaren bij de ondertussen reeds lang ter ziele gegane Wespelaarse melkerij Lacsia.
August Vandenbroeck of Gust van Loes (°Tildonk 1900, getrouwd met Marie Goossens) was melkhandelaar, of melkboer zoals we dat hier noemen. Marie hield in de Mortelstraat een kruidenierswinkel open.
We, dat zijn ondergetekende en mijn gebuur Risjaar, hebben ons eens bezig gehouden om een aantal woorden en uitdrukkingen in ons Tildonks dialect op te tekenen. Hier dus een eerste lijstje (de letter A).We beseffen dat we eigenlijk een paar tientallen jaren te laat geboren zijn om nog het echte dialect van onze grootouders te kunnen overbrengen. Ook de schrijfwijze (hoe geef je het fonetisch correct weer?) is misschien niet wat het zou moeten zijn. Toch hopen we dat jullie samen met ons kunnen genieten van ons Tilloenks. We staan uiteraard open voor verbeteringen en aanvullingen. Er zijn zeker nog tal van Tilloenkse woorden en uitdrukkingen die ons ontglippen. Reageer dus a.u.b., kruip in jullie pen!
Wens je aktief mee te doen: stuur dan een mailtje en we bezorgen de (voorlopig) volledige lijst in Excel.
Vandaag vuren we de letter A op jullie af. Volgende week volgt een nieuw lijstje... De letter A
Foto: De gehavende Tildonkse zielenlijst uit 1638. Een kluifje voor de ontcijferaars van oud schrift onder jullie.
Tussen de Tildonkse doopakten van het jaar 1656 bevindt zich een bijwijlen onleesbaar document, 3 bladzijden lang en zonder titel. Het betreft een zielenlijst (ofte status animarum), die opgemaakt werd door pastoor Eghericx in 1638. Volgens deze lijst woonden er op dat ogenblik slechts 27 gezinnen in Tildonk. Hier moet gezegd dat de jaren voordien (1635-1637) de pest buitengewoon hevig woedde in onze contreien, waardoor ganse families werden uitgeroeid en hele dorpen werden ontvolkt. De overlijdensregisters van Tildonk vertonen evenwel een leemte over deze periode. Werd de arme pastoor misschien met zodanig veel overlijdens geconfronteerd dat hij de moeite niet meer kon opbrengen om ze in de boeken neer te schrijven? Wie zal het zeggen Zo waren er in het kleine naburige Wakkerzeel in 1636 liefst 36 sterfgevallen en noteerde de pastoor van Kampenhout tussen december 1635 en september 1637 niet minder dan 126 pestslachtoffers! Een kwarteeuw later (1663) is de Tildonkse bevolking terug een beetje aangegroeid en telt men er 45 bewoonde en 6 onbewoonde huizen.
Het waren harde tijden!
De namen van de ondersaten van Thildonck, opgeteeckent door heer Jan Eghericx, pastoor des dorps van Thildonck, op den 29 mert 1638
- Jan van Laer en Catlyn Stroobants, hebbende 7 kinderen, het ionckste is oudt 9 maenden.
- Jan Schots ende Maeycken Moens, hebbende een meijsen.
- Elysabet Borgonioens alias vanden Plast, hebbende 4 kinderen, het ionckste is out 9 iaren.
- Jan Gobbens ende Maeycken Hendrickx, hebbende drij, het outste 10 iaer en 6 maenden, het ionckste 6 maenden.
- Aert Heremans ende Beycken Goirts, hebbende 7 kinderen van haren eersten man, is 15 iaer, het ionckste 2 iaer.
- Hensmans ende Michiel, haren sone, dinans 2 knechts en 2 meyssen.
- Hendrick van Laer ende Lisabet Verheyden, hebbende dri ionge kinderen, 3 a 6 iaren, het middelste 4 iaer, het ionckste 1 iaer en 6 maenden, 5 knechts ende 3 meysens.
- Gillis Heremans ende Lisabet van , hebbende bij huen 4 soons wo.. schen ende noch eenen van 9 oft thien ende drij dochters.
- Peeter Joestens ende Catlijn Lackey, hebbende twee ionge kinderen.
- Willem de Wit ende Jenneken Vrindts, hebbende 4 kinderen, het outste is 12 ende het 2 en 3, IX iaer, het 4, 2 iaer.
- Jaspar Gorts ende Anna Ingelborgs, hebbende een meysen ende 5 knechts, eenen verckens swynder *.
- Aert de Wit ene Catlyn van Maelcot, hebbende 2 kinderen, een van 13 iaer en tweede X iaer, ende eenen knecht.
- Hendrick van Steenvoort ende Anna Rijmenam, hebbende een meysen Magdeleen.
- van Espen ende Beijcken van Meerbeeck, hebbende 4 kinderen ende 4 knechts ende 2 meysens.
- de Wit ende Lisabet van Langendonck, VI kinderen communicanten dander ionck ende 2 knechts.
- vander Meren ende Lisabet van t, hebbende tsaemen twee kinderen, nicanten ende een van 9 iaren.
- van Maelkot ende Barbara Moens, hebbende 4 kinderen, eene so.. iaer, 13 iaer, dander klijn, ende eysen ende eenen knecht.
- er Verherbruggen obijt as Verherbruggen ende Catlyn ..ets, drij ionge kinderen.
- naert Moens ende ruijt Verherbruggen, Wijndrickx ende Catlijn Goffijn, ..kinderen.
- Hendrick Gorts ende Anna van Meerbeeck, hebbende 2 kinderen, de outsten X iaer, een meijsen ende eenen knecht.
Zie: Gordts J., Inventaris van het kerkarchief van Tildonk, Tildonk, 1997, p. 87-89.
*eenen verckens swynder = een zwender of varkenshoeder. Een zwender droeg de verantwoordelijkheid voor de varkenskudde, hij was iemand met enig aanzien in het dorp... De grote boeren hadden in de late middeleeuwen hun kudde varkens... Sinds de 17de eeuw verdwijnt in Vlaanderen en Brabant het rondzwerven van de jonge varkens en worden de gespeende dieren dadelijk in het hok aan de trog gevoerd... Lindemans P., De geschiedenis van de landbouw, 419-431.
We schreven reeds eerder dat de Leuvense vaart het economisch leven in Tildonk aanzwengelde. Zo kwamen ook de steenkolen (of hoelle, zoals ze in Tildonk zegden), dé huisbrandstof bij uitstek tot in de jaren zestig, met het schip te Tildonk toe. Jarenlang stond aan de brug, ietwat scheef weggezakt tegen de vaartdijk aan, het hoellekot van Proo (Corbeels). Proo was één der drie toenmalige hoellemarchands in Tildonk; de twee anderen waren: Pië van Laa (Petrus Vanhorenbeek) en Charel Janssens. Het moet een heel gedoe geweest zijn als je ziet hoeveel volk er bij het lossen van zulke vracht betrokken was. Maar alles gebeurde dan ook met pure mankracht, mand per mand werd het schip uitgedragen. Op de foto herkennen we alleen de mannen met een klak op het hoofd: vooraan in het midden Charel Janssens en uiterst rechts Jef Janssens. Helemaal achteraan in het midden, links Jules Janssens en rechts René Janssens. De eigenlijke lossers hadden doorgaans een zak of doek op het hoofd, met de bedoeling zo het kolenstof enigszins uit de haren te houden. 't Was hard labeur, maar voor de fotograaf werd graag tijd vrijgemaakt...
De weeg te Tildonk in 1932, met een glunderende vrijgezel, dokter Jozef Petit, poserend naast de vele moeders met hun kindjes... Je merkt dat er nogal wat namen hieronder ontbreken, vooral dan van de kinderen. Aan u, beste lezer, om het rijtje aan te vullen.
L -> R bovenste rij : 1. ? 2. Julia Engelborghs (x Tist Vandenschrieck), met dochtertje Adrienne 3. Plien Lens (x Frans Hanssens) 4. Marie Smets (x Bernard Vandenbergh) 5. Wis Lemmens (x Wieter Nackaerts) 6. ? bovenste middenrij: 1. Marieke Cleynhens (Marieke de goeivraa, woonde te Wespelaar) 2. Octavie Schaerlaekens (x Jules Godts) 3. ? 4. Charel Godts 5. Piene Artoos (x Maurice Van Steenbeeck) 6. Louise Vanlinthout (x Charel Vendredy) 7. ? 8. Trees Peeters (x Frans Costers) 9. Trees Janssens (x Jules Vandenheuvel), met zoontje Maurice 10. Dokter Jozef Petit onderste middenrij: 1. ? 2. ? 3. Gusta Vandenhoudt (x Bère Buelens), met zoontje Jozef 4. ? 5. Stans Piot 6. Liske Van Loock (x Fé Pashuyzen) 7. Fiene Paeps (x Fons Goovaerts) onderste rij: 1. Fienke Vandenhoudt, met ? Marguerite (dochtertje van Gusta Vandenhoudt en Bère Buelens) 2. ? 3. Marie (van Tiske Janssens) 4. Jeanne Janssens
Het Kinderheil of de weeg
Rond 1900 was de levensverwachting voor zuigelingen laag. Vele kinderen stierven voor hun eerste levensjaar als gevolg van infectieziekten, verkeerde voeding en gebrekkige hygiëne. In 1904 ontstond onder impuls van enkele bezielde artsen de 'Ligue nationale belge pour la Protection de lEnfance du Premier Age'. Deze liga organiseerde de eerste consultaties voor zuigelingen, ijverde voor een betere voedingscontrole en voerde propaganda voor borstvoeding. Dit was de kern van de eerste georganiseerde welzijnszorg in België, die zich vooral toelegde op de voorlichting van de volksklasse. Tijdens en na de Eerste Wereldoorlog werd het probleem van de hygiëne en de voeding van kinderen acuut. In 1915 werd daarom binnen het Nationaal Hulp- en Voedingscomité een speciale afdeling 'Hulp en Bescherming aan de Werken voor Kinderwelzijn' opgericht. Raadplegingen voor zuigelingen, kantines voor zwakke kinderen en de distributie van melk werden aan de medische consultatie gekoppeld. Deze raadplegingen werden dan ook op vele plaatsen 'melkdruppels' genoemd. De goede resultaten die hiermee geboekt werden, leidden in 1919 tot de oprichting van het 'Nationaal Werk voor Kinderwelzijn', de voorloper van Kind en Gezin. Op het terrein profileerden zich ondertussen de vrouwenorganisaties en de gezinskassen op het vlak van moeder- en zuigelingenzorg. Vandaag kennen we hiervan vooral het 'Nationaal Verbond der Christelijke Vrouwengilden' - de latere KAV - en de 'Socialistische Vooruitziende Vrouwen'. In die periode werden ook de verpleegsters-bezoeksters ingeschakeld, die in het kader van de volksopvoeding moeders aan huis ervan overtuigden dat ze zelf verantwoordelijk waren voor de gezondheid en de levenskansen van hun kinderen. Wedijver tussen de vrouwenorganisaties leidde toen tot de zogenoemde 'strijd om de wiegen', waarbij sommigen beweerden dat moeders als het ware gekocht werden om naar een bepaalde zuigelingenraadpleging te gaan. In sommige industriecentra kon het bezoek aan een raadpleging van een bepaalde gezindheid zelfs leiden tot de aanwerving of het ontslag van het gezinshoofd. Uit verschillende onderzoeken bleek ondertussen wel dat moeders voor kleine kwalen vlugger een beroep deden op de arts van de raadpleging en niet langer op een kwakzalver. Ze volgden het voorgestelde voedingsschema voor hun kind beter op. Een belangrijke stap voor de zuigelingenzorg was de invoering in 1935 van het gezondheidsboekje voor ieder kind. Dit boekje was en is vandaag nog altijd een belangrijk registratie- en referentiedocument voor de familiale en gezondheidsantecedenten van kinderen.
Foto: t Kasteeltje rond 1930, met links het woonhuis, in het midden de stallingen en rechts de imposante schuur. De populierenrij (langs de Lipsebeek?) is allang verdwenen.
Taxatie van 't Kasteeltje in 1792
Op 14 februari 1792 verrichtte de schepenbank van Tildonk een schatting van de waarde der goederen van zeker kasteeltje, genaamd het hof van Nieuwenborg. Hiertoe werden meester-metser Rombaut Schits en timmerman Martinus Beckers als deskundigen aanzocht die zich samen met de Tildonkse meier en schepenen ter plekke begaven. Het kasteeltje, bestaande uit het woonhuis, schuur en stallingen, bakhuis en andere gebouwen, werd toen geschat op 2859 gulden 17 stuivers, en de 3 dagmalen (= ca. 1 ha) grond waarop het stond op 900 gulden. De toenmalige schepenbank werd bevolkt door volgende Tildonkenaren: Joannes De Coninck (meier), Peeter Coremans, Giliam Feijaerts, Jan Franciscus Vanden Schrieck, Jan Janssens en Hendrick Gordts (schepenen). Leest u even mee:
Wij meijer ende schepenen des Graefschappe van Thildonck hier onder geteeckent verclaeren ons ten versoecke van die vrouwe Douairiere van M(ijn)her Maximiliaen Grave van Lalaing ende van Thildonck, etc. getransporteert te hebben op de naervolgende goederen, ende naer rijp ondersoeck gedaen soo over den grond, gelegentheijdt, als andersints, verclaeren de selve even als allodiael getaxeert te hebben op ende ter somme als aen deselve uijtgesteken staet, voorts verclaeren de ondergeteeckende te weten Rombaut Schits metser van stiele, ende Martinus Beckers timmerman ten bijwesen van deselve meijer ende schepenene begeven te hebben op seker casteeltie genaempt het Hoff van Nieuwenborg gestaen onder Thildonck ende de huijsinge, schure ende stallingen, backhuijs ende de voordere batimenten daervan dependerende, geschat weirdigh te sijn ter somme van twee duijsent achthondert negen en vijffigh guldens en seventhien stuijvers courant gelt, sonder daerinne te begrijpen den grond waer op die gebauwen sijn staende, ende de voordere erve daer aen clevende, genomen te samen ter groote van drij daghmaelen salvo justo, degene bij ons meijer ende schepenen sijn gepriseert ter somme van negenhondert gls gelijcke munte ... Aldus gedaen desen 14 febru(ar)ij 1792 coram de ondergeteeckende J. De Coninck meijer, Peeter Coremans schepenen, Giliam Fijarts schepenen, J. Frans Vanden Schrieck, schepenen, Jan Jansens, schepenen, Henderick Gordts schepenen, Rombaut Schits mester metser, Mertinus Beckers timmerman.
Algemeen Rijksarchief Brussel, Schepengriffies Leuven, nr. 2002, Thildonck, Conditien en verhueringen der kerk en H Geestgoederen benevens eenige rekeningen van den jaere 1764 tot 1794.
Foto: Postkaart van de vaartbrug en het brugwachtershuis, toen er van verontreinging van de vaart bijlange nog geen sprake was (ca. 1905).
S.O.S. DE VAART STINKT - alarm in 1973...
De vaart is wel de voornaamste toeristische attractie van ons dorp. Langs de boord van de Zuiddijk is het rustig toeven. Vooral in de zomermaanden zijn de vele vissers langs de oevers van de vaart verbonden met het landschap. Er is nochtans nog niet zo lang geleden een periode geweest dat er gewoon geen visje meer zwom in de vaart wegens een verregaande verontreinging ervan. Onderstaand bericht uit De Haachtenaar van 3/8/1973 klaagde deze schrijnende toestand aan. Twintig jaar later was het tij, gelukkiglijk, opnieuw gekeerd. Er was evenwel een hele mentaliteitswijziging voor nodig, zowel bij de overheid als bij de bevolking...
Leuvense vaart te Tildonk, Kampenhout en Boortmeerbeek weer flink verontreinigd.
Ondanks men de jongste weken de mond vol heeft over «zuiver water voor 1980» en de hoopgevende berichten via pers, radio en TV als manna uit de lucht vallen, blijft de toestand op sommige rivieren en kanalen kritiek. Dat is niet alleen een vastgesteld feit, doch daarvan kan men momenteel de bevestiging zien op Demer, Dijle en Leuvense vaart. De weinige waterlopen die de streek rijk is zien momenteel nog zwarter dan voorheen. Ze stinken ook sterker dan voorheen en zelfs de Leuvense vaart kwam omwille van de bezoedeling vorige maanden en weken weer sterk in het nieuws. Betekent een vaartbevuiling de jongste vijf jaar geen bijzonder nieuws, dan schijnt de bevuiling van heden toch onrustwekkende gevolgen te zullen aannemen Eigenaardig was nochtans dat het water van de vaart begin juli te Leuven beter was dan te Wijgmaal. Een schipper bevestigde dat vorige week nog. De inktlaag bereikte een week later reeds Tildonk en in de loop van de volgende week werd zij ook voor de sluisdeuren van Kampenhout-Sas genoteerd
Jef Albert en Irma Bisschop (Irma van Fiene Goris) op 'de mooiste dag van hun leven' - Tildonk, 14 april 1926. Jef was van het jaar 1892 en zijn Irma van 1902. Jef oefende de stiel van meubelmaker-schrijnwerker uit en Irma hield een goed beklante specerijwinkel open in het dorp (op de hoek van de Kouterstraat - Kruineikestraat - Lipsestraat). Bij hen komen we later zeker nog wel eens terug in deze blog...
Trouwfoto van Gust Van Gorp en Mathilde Bisschop (oftewel de ouders van sassenier Guillaume Van Gorp). Mathilde en Gust waren allebei geboortig van het jaar 1898. Na hun huwelijk gingen ze op de Sussenhoek (Voetemstraat) wonen. De juiste datum van dat huwelijk hebben we niet teruggevonden, maar aan de kleding te zien moet dat evenement ergens halverwege de jaren '20 hebben plaatsgegrepen (vergelijk met foto 28).
Boven L > R: René De Cat, bestuurslid Louis Gordts (Coppi), Robert Hyde (den Bob), Gust Volkaerts, ?, Marcel Engelborghs, René Stroeykens, August Piot, bestuurslid Gustaaf Hermans (Staf van de Congo)
Onder L > R: Modest Vanhorenbeek (Modest van Minkes), Edward Van Calster, Desmond Bilverstone (den Bill), Jean-Paul Janssens, Edward Behets, bestuurslid Gaston Pinnoy (Gastonke de sleger).
In 1959 werd vanuit de rangen van de Verenigde Vrienden met veel enthoesiasme een voetbalclub opgericht: FCVVT of Football Club Verenigde Vrienden Tildonk.
De eerste match in de competitie, tegen SP Tielt, zette al meteen een serieuze domper op al te veel geestdrift. Uitslag: SP Tielt 13 Tildonk 0.Doch de moed bleef er in, de Tildonkse verslaggever besloot zijn artikeltje in de Haechtenaar over deze fameuze match als volgt: Supporters, laat U door onze nederlaag niet ontmoedigen en zondag terug iedereen op post !
De supporters zijn op post gebleven en gaandeweg liet FCVVT van zich horen.
Nu 47 jaar later zijn de Tildonkenaren goed geplaatst om naar 1ste provinciale door te stoten. Chapeau!
De oprichting van FCVVT (De Haechtenaar, 8 augustus 1959)
Voetbalnieuws IIIe Provinciaal:
....
Er is ten slotte de nieuwe club in Tildonk, die op 1 februari van dit jaar gesticht werd onder de benaming V(erenigde) V(rienden) Tildonk.
Het bestuur werd samengesteld als volgt: Erevoorzitter: Dr. R. de Behault du Carmois; voorzitter: Frans De Potter (een zeer gekende sportfiguur op de voetbalvelden van Wespelaar en Haacht van vóór de oorlog); ondervoorzitter: Albert Gordts; sekretaris: Willy Peeters; leden: Louis Gordts, Gaston Pinnoy, J. De Bie, Gustaaf Hermans en Albert Van Dessel. Het lokaal is gevestigd bij Gustaaf Hermans en het terrein is gelegen aan de Vijf-Eikenstraat.
Volgende spelers zullen de groen-gele kleuren verdedigen:
van Sparta Haacht: Eduard Bohets en Henri Coppens; van S.K. Delle: Emiel Gordts, August Volckaerts, François Ons, August Piot en René De Cat; van Wespelaar-Sportif: Marcel Engelborghs, Victor Vanden Heuvel, Robert Hyde; van Olympia Wijgmaal: Alfons Vrancken, Roger Haesaerts, Roger Huysmans en Jozef Goovaerts; van Veltem: Van Calster. De oefeningen hebben plaats 's woensdags en worden geleid voor de seniors en scholieren door de gekende Engelsman Desmond Bilverstone. De eerste wedstrijd gaat al dadelijk voor de Beker van Brabant tegen Nossegem op 16 augustus en zal ongetwijfeld een grote belangstelling trekken.
Foto: Jozef De Coster, Jef van Tiske, (°Tildonk 16/10/1913, +Leuven 13/1/1995), hier op stap op de gekasseide Dorpsstraat langsheen de kerkhofmuur, was de laatste garde van Tildonk. Hij woonde in de Ambachtstraat en was getrouwd met Virginie Wauters (°Heverlee 5/8/1913, +Leuven 30/8/1983).
De garde
In het naoorlogse Tildonk volstond één man om de orde te handhaven, dat was de veldwachter, maar iedereen hier noemde hem de garde.
Naast de secretaris (Jaak Van Langendonck) en zijn bediende (Yvonne Swiggers, de echtgenote van de secretaris) was de garde (Jozef De Coster) de derde man van Tildonks administratief personeel. De garde was een sympatiek man, door iedere inwoner gekend, doch niet echt gevreesd, daar was hij iets te gemoedelijk voor. Het zou ons verwonderen dat hij tijdens zijn lange loopbaan ooit zijn wapen heeft dienen te trekken
Foto: Waar van Jommeke (Eduard Engelborghs) wordt gedecoreerd tijdens het openluchtfeest omwille van zijn 35 jarige muziek-carrière bij de Verenigde Vrienden. Op het podium: L > R: Gustaaf Verbiest, Jozef Bisschop (Jef van Woil), Eduard Engelborghs, Ture Peeters, Raymond de Behault du Carmois.
In de grote tuin achter de villa van dokter de Behault, kopman van de Verenigde Vrienden, vond sedert 1947 elke zomer een tweedaagse Vlaamse kermis plaats.
Naast optredens van bevriende fanfares ging er op beide avonden een dansfeest in openlucht door. Het Tyrolerblaasorkest, dat samengesteld was uit leden van de eigen fanfare, speelde elke avond vanop de kiosk. Gedanst werd er op een plancher in openlucht. In de tuin waren ook allerhande attracties aanwezig zoals het traditionele ballengooien, ringenspel, prijs vissen, pijlke pik, tombola altijd prijs,
De Haechtenaar berichtte op 6/7/1963 aldus over het evenement:
OPENLUCHTFEEST.
In de hovingen van de heer burgemeester dr. R. de Behault du Carmois, gaat heden zaterdag en morgen zondag een groot openluchtfeest door, ingericht door de Koninklijke Fanfare De Verenigde Vrienden en voetbalclub V.V. Tildonk.
Zaterdag te 19 uur: MUZIEKCONCERT door de Koninklijke Fanfare "Vrijheid en Standvastigheid", uit Hever en Harmonie "De Werker", uit Haacht. Vanaf 21 uur: GROOT OPENLUCHTDANSFEEST, met een Tyrolerblaasorkest. Zondag te 17 uur: MUZIEKCONCERT door de Koninklijke Fanfare "De Verenigde Vrienden", uit Tildonk, de Koninklijke Fanfare "Deugd Verheft", uit Putte-Grasheide en de Koninklijke Fanfare "De Moedige Vrienden", uit Boortmeerbeek. Vanaf 20 uur: OPENLUCHTBAL met zelfde orkest als op zaterdag.
Foto: Philippe-Ghislain baron Snoy en van Oppuers (1744-1825), eigenaar van Ter Elst ten tijde van de Franse Revolutie (foto: Bernard Snoy).
Ter Elst, toevluchtsoord voor de broeders van het Iers College te Leuven tijdens de Franse overheersing
De slag van Fleurus in 1794 betekent het einde van de Oostenrijkse Nederlanden. De Zuidelijke Nederlanden komen onder het Franse regime in een totalitaire terreurstaat terecht. De scheiding van kerk en staat wordt doorgevoerd met de ontmanteling van de traditionele voorrechten van de kerk van het Ancien Regime. De kerk verliest bovendien grotendeels haar bezittingen en zowat alle kerkelijke instellingen worden opgeheven (1796-1798). Dit lot ondergaat ook het klooster der Franciscanen, het zogenaamde Iers College, te Leuven. De Leuvense kroniekschrijver J.B. Lameere, in navolging van J. B. Hous, berichtte er als volgt over: 11 January 1797. Zyn de heeren der abdy van Vlierbeek uytgejaegd; de Iersche Minderbroeders en de Iersche Predikheeren hebben over eenige dagen hetzelfde lot ondergaan. Voor deeze laetsten is het maer aen de broeders geschied; de paters waren naer Ierland gevlugt voor het inkomen der Franschen. '14 Meert 1797. In de vernietigde kloosters der Carmelieten (Tacet) en Iersche Minderbroeders, koopdag van meubelen en kerksieraed
Van de priesters wordt o.a. de eed van haat aan het Koningsschap geëist. Degenen die weigeren worden gedeporteerd of moeten onderduiken. Het is pas in 1802 nadat Napoleon en de paus het beruchte concordaat hebben afgesloten dat de betrekkingen tussen kerk en staat terug min of meer genormaliseerd geraken. In het archief Snoy (kasteel Bois-Seigneur-Isaac, Eigenbrakel) bevinden zich enkele brieven die een zekere band aantonen tussen de familie Snoy, eigenaars van Ter Elst in de 18de en 19de eeuw, en de Ierse Franciscanen uit Leuven. Daaruit blijkt dat het Tildonkse kasteel Ter Elst in maart 1800 als onderduikadres voor de Ierse minderbroeders heeft dienstgedaan. De toenmalige gardiaan, broeder James Cowan, die baron Philippe-Ghislain Snoy een bundel verhalen uit Boccacios Decamerone (!) opstuurt vanuit het Château de Tildonk, schrijft hem aan met Caro prottetore (dierbare beschermheer).
In oktober 1800 bevinden de broeders zich terug in hun klooster te Leuven. Het College wordt wel in 1845 opgedoekt, doch in 1922 komt het klooster opnieuw in handen van de Ierse Franciscanen en doet vanaf dan dienst als studentenhuis voor de Ierse filosofie- en theologiestudenten. Dat de banden met de familie Snoy zelfs op dat ogenblik nog niet verbroken zijn bewijzen de verschillende invitatie- en andere brieven die zich in het familiearchief-Snoy bevinden. Het feit dat het Iers College sedert het begin van de 18de eeuw een eigen hoeve en gronden bezat te Tildonk in de omgeving van Ter Elst, heeft zeker meegespeeld in de vriendschapsband tussen de minderbroeders en de familie Snoy. Van de hoeve van het Iers College te Tildonk restten in 1798 alleen nog de (vis-)grachten. Op die plaats was er dus geen mogelijkheid meer om zich te verstoppen voor de Fransen, waarop de kloosterlingen zich richtten tot de bevriende eigenaars van het kasteel Ter Elst...
Meer info, zie: Gordts J., Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof Ter Elst, van pachthof der abdij van Affligem tot kasteelhoeve van de families Van t Sestich en Snoy, HOGT 17 (2002) 282-290, 18 (2003) 24-38.
Foto: Detail uit een figuratieve kaart van ca. 1760 (stadsarchief Leuven). De Leuvense vaart doorsneed tal van eigendommen, zoals de kasteelhoeve Ter Elst die toen eigendom was van kanunnik Philippus Van 't Sestich. Bovenaan links bemerken we het nieuwe Tildonkse sas en de sassenierswoning. Centraal op dit fragment bevindt zich de omwaterde kasteelhoeve Ter Elst met de aangelegde tuinen waarvan een gedeelte verdween in het tracé van de nieuwe vaart. Vergelijk beide gebouwen om een idee te hebben van de grootte van Ter Elst!
Ter Elst
Waar nu Trebos gelegen is bevond zich vroeger het hof Ter Elst. Reeds vóór 1218 was de abdij van Affligem eigenaar van een deel der tienden te Tildonk. De abdij ontving o.m. een jaarlijkse cijns van 21 molenvaten rogge opt hof ter Elst, met sijne toebehoerten. In het totaal bezat de abdij van Affligem rechten op niet minder dan 61,5 bunder land (= ca. 80 ha)!
Halverwege de17de eeuw verscheen de familie de Brimeu op het toneel als nieuwe eigenaar. Diezelfde familie bezat in Tildonk nog twee andere hofsteden, namelijk de Voetemhoeve en het hof Te Bettenrode (Bertrodehoeve). In 1696 kwam Ter Elst in handen van de familie Van t Sestich, waaronder kanunnik Philippus Van t Sestich die de kapel O.-L.-Vrouw-van-Troost liet bouwen op de uithoek van zijn domein in de Tildonkse Hambos. Naast de voornoemde hoeve bouwde hij een kasteel dat evenwel nog geen halve eeuw later (1837) afbrandde. Toen Ter Elst nadien in bezit kwam van Antonius Van Hamme, lid van de Commissie der Weeshuizen van Leuven, richtte deze op de funderingen van de ruïnes een nieuw landhuis op.
In 1953 verrees op het terrein van het voormalige Ter Elst de staaldraadfabriek Trebos. Finaal moesten dertig jaar later landhuis en boerderij eraan geloven bij een uitbreiding van de fabriek en toen sneuvelde ook het park met o.m. een monumentale en zeer oude ginkgo biloba
Foto: In 1958 bestaan de socialisten in Tildonk 25 jaar. Een gelegenheid dus om samen op de foto te staan, met op de achtergrond de vlag van de Socialistische Werkersbond Thildonck. De letters BSP staan voor 'Belgische Socialistische Partij'.
De Tildonkse afdeling van de Socialistische Werkersbond werd op 12 juli 1933 opgericht. De eerste voorzitter was Jozef Roeckx. De eerste keren dat de socialisten opkwamen bij de gemeenteverkiezingen behaalden ze geen enkele verkozene. Het is pas na het verdwijnen van de 'beren' (lijst Persoons) in 1957 dat ze hun intrede maakten in de gemeenteraad. Een jaar later vierden ze hun 25-jarig bestaan.
Merk op dat in de jaren 50 nog vele inwoners van Tildonk een bijnaam hadden, doch dat gebruik verdween stilaan. We geven hem cursief weer achter de officiële naam.
Zittend L > R: 1) Julien Magits, gemeenteraadslid en later schepen 2) Frans Van Aerschodt 3) Jef Lens 4) Ferdinand Demedts (Nante Mets) 5) Leontine De Messemaecker (Tinne van de smalle) Staand L > R: 1) Julien Janssens 2) Jefke Decoster 3) Clemence Neefs (Mans Tellon) 4) Jules Verhulst (Lammeke strop) 5) Frans Mathijs, 6) Constant Laurens (Stenne van den draaier) 7) Fons Hanssens (Fons van Miene) 8) Alfons Neefs (Fokke Tellon) 9) Louis Nackaerts (Wieter Nackaert) 10) Jules Nackaerts (later gemeenteraadslid) 11) Philemon Goeseels (de floere) 12) Edward Verbeeck 13) Jules Van Aerschodt 14) Jean Vandermeerschen (den apotheker) 15) Joseph Meunier (den draaier)
Foto: Slacht bij Jef van de Brug (Jozef Mommaers) in de jaren 20. Zoon Maurice, die slachter-beenhouwer is, krabt het haar van de geschroeide huid van het varken terwijl vader Jef klaar staat met de moor met heet water.
Hoeft het hier nog gezegd te worden dat we verwend zijn tegenwoordig? Als onze voorouders een doordeweekse gedekte tafel van nu konden aanschouwen dan zouden ze ofwel denken dat ze bij heel rijk volk waren aanbeland ofwel dat ze op een kermisfeest terecht waren gekomen. Voor de eerste wereldoorlog kende de gewone man alleen vlees dat afkomstig was van de slacht van een eigen varken, geit, konijn of kip. Ook werd wel eens een haasje in de natuur verschalkt of belandde een duifje in de pot. Doch vlees stond zeker niet alle dagen op het menu. Slechts heel sporadisch werd een beenhouwer bezocht, dit gebeurde bijvoorbeeld ter gelegenheid van bruiloft, communiefeest of kermis. In eigen dorp kon men trouwens niet terecht want de eerste beenhouwer kwam er in Tildonk pas in de jaren twintig. Een vet varken in t kot - 200 kilo was geen uitzondering - was vroeger synoniem voor welstand. De grote boeren slachtten meerdere keren per jaar, al naargelang de grootte van hun gezin, maar de gewone man was al blij dat hij elk jaar dat ene varken kon vetmesten. Maandenlang besteedde hij er dan ook de nodige zorg en aandacht aan
En dan kwam het moment van het slachten. Het varken werd het erf opgedreven, met een teugel rond de achterpoot zodat het niet kon ontsnappen. Zijn geschreeuw was oorverdovend, met het gevolg dat iedereen in de buurt onmiddellijk op de hoogte was van het gebeuren. Alras verscheen mijnheer pastoor op het toneel, belust op de portie die hem traditiegetrouw, maar niet altijd met de volle goesting zoals we hieronder zullen lezen, werd overhandigd. De slager, de leren voorschoot omgord en in bezit van zijn houten slachtbak met het gerief, bracht het dier met de houten hamer een ferme mokerslag toe, waarop het ten gronde neerstortte. Hij zette zich schrijlings over het varken en plantte zijn slagersmes in de keel. Onmiddellijk kwam de vrouw des huizes aangelopen met een pan om het bloed op te vangen, de basis voor de zwarte pensen. Ondertussen werd stro aangebracht en in brand gestoken om de haren te verschroeien en met behulp van emmers vol heet water werd de huid geweekt en daarop geschrabd. Eenmaal het varken geschrabd was hing men het op aan de leer (ladder) die tegen de gevel was geplaatst, waarna het opensnijden en uithalen kon beginnen. Lever, longen en hart gingen in een emmer en werden direct aan de zorgen van de huisvrouw overgegeven. De darmen werden zorgvuldig geschrabd en gereinigd want zij moesten dienen bij het vervaardigen van de pensen. Nog vóórdat de slachter vertrokken was gingen tong, hart, lever en longen na gewassen te zijn, in een ketel over het vuur om gekookt te worden En daarmee was de jaarlijkse slachtdrukte begonnen, die een paar dagen lang het hele huishouden in rep en roer zou zetten. Gewoonlijk werd een stuk van de lever opzij gelegd, dat dan s avonds in de pan gebakken op tafel kwam. Nu kon er weer eens naar hartelust enkele keren geschranst worden en gesmuld van het malse vet en vlees dat gedurende elf maanden van het jaar onbereikbaar geweest was! Voor de schooljeugd was zelfs de blaas een voorwerp van belang. Deze werd door middel van een pijpensteel strak opgeblazen en daarna in de schouw gehangen en gedroogd om met vastenavond dienst te kunnen doen op de rommelpot. Of de blaas werd gedroogd en als tabakszak gebezigd. De pezerik (zwezerik) werd eveneens omhoog gehangen om te drogen en werd nadien gebruikt om er de zaag mee in te vetten. s Anderendaags, als het vlees opgestijfd was, werden beide helften van het varken door de slager vakkundig versneden. De twee hespen en de vier zijden spek kwamen in het pekelvat terecht. Reuzel en niervet werden in blokjes gesneden en gesmolten tot liezevet. De kaikes (kaantjes), hetgeen overbleef nadat het vet door de neteldoek was gegoten, kwamen als lekkernij op de boterham
Onze lievenheer en het varken van Paulus Maes
Paulus Maes had een vet varken in t kot zitten, hij had het maanden gevoederd en vertroeteld, en dat ging dus nu geslacht worden. Ze waren nog niet lang bezig met het karwei of mijnheer pastoor kwam toevallig voorbij. Paulus begon zich al ambetant te voelen want hij wist natuurlijk dat de pastoor achter zijn spose (portie) kwam hengelen. Maar opeens brandde het licht bij Paulus: Meniër pastoër, riep hij langs zijn neus weg, Wette gaë t verschil tussen Onze lievenhiër en da verke? De pastoor dacht na tot hij ervan zweette, doch diende het antwoord schuldig te blijven. Awel, zei Paulus, Onze lievenhiër diën'es gesteurve veu iederiën, mo da verke... das gesteurve veu maë alliën! En de brave pastoor kon het afdruipen zonder zijn portie
Foto: L > RGerard Mommaers, Jules Paeps, Prosper Meutermans, Rik Sterckx, Georges Versonnen, Raymond Roeckx, Jefke Janssens. Ernstige, brave jongens voorwaar!
Onder de bezielende leiding van meester Dewinter (onderwijzer te Tildonk tussen 1922 en 1932) voerden de schooljongens elk jaar een toneelstukje op in de meisjesschool. Daarmee stopte de verbroedering echter; voor de rest van het jaar werden de jongens en meisjes strikt gescheiden gehouden. De oude jongensschool was aan het gemeentehuis vastgebouwd. In 1954 verrees een nieuwe school in de 7de Liniestraat en later werd de oude jongensschool dan ook afgebroken.
Ben je benieuwd of je familienaam voorkomt in de blog? Of zoek je info over bvb. het klooster, 'varkens en beren', de vaart, ... Breng je zoekterm hierboven in en je krijgt onmiddellijk ALLE artikels waarin deze term voorkomt!
ZEKER EENS PROBEREN! DIT WERKT DUS NIET MEER
DE FOTO'S IN DE BLOG
Gebeurlijke miniatuurfoto's in het middengedeelte kan je doorgaans vergroten door erop te klikken.
De foto's in de linker- en rechterkolom echter niet, ze zijn dan ook veeleer bedoeld als opsmuk. Het gros kwam je wel al eerder tegen in een artikel in het middengedeelte.
.
WARM AANBEVOLEN
Voor slechts 34 € word je lid van HAGOK, de Haachtse Geschied- en Oudheidkundige Kring. Als lid kan je de meeste activiteiten van HAGOK gratis meemaken. Ontvang je HOGT, een glossy magazine met tientallen kleuren- en andere foto's; elk jaar goed voor meer dan 300 blz. streekgeschiedenis, heemkunde, genealogie, archeologie en wetenschappelijke bijdragen over de dorpen van de driehoek Aarschot-Leuven-Mechelen.
Als lid kan je de artikels over Tildonk, naast alle andere reeds verschenen artikels, en dat zijn er ondertussen meer dan 1400 (!), ten allen tijde gratis online raadplegen. Over Tildonk zelf verschenen doorheen de tijd heel wat uitgebreide bijdragen:
Arnold Bonne & Jan Gordts, Cimorné gezien in Tildonk
Jan Gordts, Raar maar waar?! De Tildonkse Sint-Jan-de-Doperkerk is gezegend met een merkwaardige preekstoel
Jan Gordts, Een geval van overbemesting te Tildonk in 1795
Arnold Bonne, West-Vlaamse WO I-vluchtelingen, poserend voor Hôtel du Cygne (1918)
Jan Gordts, Zieltjes redden in 1827. Tildonkse pastoor Lambertz neemt mes van chirurgijn Beckers ter hand
Jan Gordts, Jacobus Evers (°Tildonk 1828), een 'filius septimus' of zevende zoon
Arnold Bonne, Jan Gordts & Freddy Vens, De grauwzusters van Roeselare en andere vluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog in Tildonk
Jan Gordts, 1848, de jonge Tildonkenaar Gaspar Gielielmus Engelborgs overlijdt in den vreemde
Kristien Suenens, Een man, duizend vrouwen. De ursulinen van Tildonk
Jan Gordts, 'Ge moet niet alles geloven wat in de gazetten staat...'
Jan Gordts, Vondelingen te Tildonk op het einde van de 18de eeuw
Jan Gordts, De memoires van Tildonks brugdraaier Jozef Mommaers, alias 'Jef van de brug' (1873-1968)
Jan Gordts, Lucienne De Keuster (1923-2015) dochter van de sassenier van Tildonk. Een vergeten partizane
Jan Gordts, Lokalisatie van enkele 18de-eeuwse gronden te Tildonk. Een oefening
Peter Dejaegher, Het gevecht aan de Lips (1266)
Jan Gordts, André Van Aerschot & Jan Cleynhens, Begin september 1944: de bevrijding van Haacht en omgeving
Jan Gordts, Betwisting rond een in 1820 te Tildonk gevonden geldpot
Ward Caes, Een zilvermunt van keizerin Maria Theresia of een pot bier in 1750?
Jan Gordts, 'Life in a Belgian Convent: A Sydney Girl Abroad'. Een relaas uit 1913 door Maie Mason, Australische oud-leerlinge van de Tildonkse ursulinenkostschool
Jan Gordts, Liedeken op de groote moordery geschied tot Tildonck in den nagt op Gulde Mis (1837)
Jan Gordts, Marie Antoinette Caroline van der Gracht de Fretin en het kasteel ter Elst te Tildonk
Jan Gordts, Voorjaar 1814. Het veldleger van "de Zwarte Hertog" Frederik Willem van Brunswijk strijkt neer in onze dorpen
Roger Casteels, Uittreksels uit het frontblad 'Het Kanton Haacht onder de wapens' - (Thildonck)
Jan Gordts, Wat mispeuterden de Tildonkenaren zoal een goede honderd jaar geleden? Een verhaal van onder meer 'varkens' en 'beren'
François van der Jeught, Een nieuwe Van den Gheinklok voor de kerk van Tildonk in 1601
Jan Gordts, Het Tildonkse ursulinenklooster, litho op postkaart 1903-04
Jan Gordts en Guido Abts, De preekstoel met de verkeerde parochieheilige
Germaine Verheyt, 'Maurice Neefs, een oorlogsslachtoffer uit Tildonk
Jan Gordts, Openbare boedelverkoop in 1771 van de Tildonkse hoeve van 'de Tafel van de Grote Heilige Geest van Leuven' (Hof Ter Leeps)
Jan Gordts, Leerlingenwerving voor de internationale kostschool van de Tildonkse ursulinen in de 19de en 20ste eeuw
Jan Gordts, Bijna vier eeuwen Tildonkse pastoors (1626-1999)
Willy Van Langendonck, De waternaam Lips
Hubert Simonart, Tildonk-Banneux 1933-2008. Een uitzonderlijke band
Jan Gordts, Het testament van kanunnik Philippus Van 't Sestich (+ Tildonk 15 oktober 1764)
Jan Gordts, De Tildonkse processie van weleer
Willy Van Langendonck, Het toponiem Tildonk
Jan Gordts, Een Tildonks politiereglement uit 1837
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: Maurice Croon
Jan Gordts, De Tildonkse galg
Roger Casteels, Dagboek van de ursulinen van Caen over hun belevenissen te Wespelaar en Tildonk tijdens de Eerste wereldoorlog
Jan Gordts, Tildonk ten tijde van de Oostenrijkse Successieoorlog (1741-1748)
Louis Swiggers, Over Tildonkse dorpsfiguren: Jakke Vanden Acker, alias Sinterklaas; de smed; Jef van Woil; Lewie Van Krieken; Plien Borreman
Jan Gordts, De geschiedenisles van schoolmeester Paulus Goossens over Tildonk (1856)
Roger Casteels, Het Tildonkse ursulinenklooster en de Eerste Wereldoorlog
Jan Gordts,Tildonk beschreven rond 1830 in de 'dossiers d'expertise' van het kadaster
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: met Tildonkse connectie
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving van Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Jan Gordts, De bewogen carrière van Leon Vincart, gevolmachtigde minister van België in Venezuela (°Huy, 22 april 1848 - +Tildonk, 6 juli 1914)
Maurice Vandenheuvel, In 1945 was het klooster van Tildonk een Brits legerhospitaal
Jan Gordts, Knechten op de vuist in het 18de eeuwse Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse reuzen Jan en Babs in de kijker
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof ter Elst, van pachthof van de abdij van Affligem tot kasteelhoeve van de families Van 't Sestich en Snoy
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof te Bettenrode, win- of pachthof van vele heren
Jan Gordts, Gaf Sus Artoos zijn naam aan de Tildonkse wijk Sussenhoek?
Maurice Vandenheuvel, Het Janssenskapelletje (1852) en de familie Janssens te Tildonk
Jan Gordts, Het Tildonks Sticht in de periode 1818-1832, voorloper van het latere ursulinenklooster
Jan Gordts, De Tildonkse handbooggilde van St.-Sebastiaan in het begin van de 18de eeuw
Jan Gordts, Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Henri Vannoppen, Schilderijen en kunstwerken rond de notarisfamilie Verzyl te Tildonk
Jan Gordts, De grote kloosterbrand te Tildonk in 1928
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving in Tildonk
Jan Gordts, Indische bedevaarders op bezoek te Tildonk in 1935
Maurice Vandenheuvel, Met Tildonkenaars op de vlucht in mei 1940
Jan Gordts, Het ploeg-handmerk van Louis Van Bolle, schepen van Tildonk (1664)
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk. De Art Nouveauzaal
Roger Casteels, Op 26 mei 1940 verloor Tildonk 2/3 van zijn onderwijzerskorps
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk:een bouwhistorisch en iconografisch overzicht
Jan Gordts, 12/8/1942: een Engels gevechtsvliegtuig stort te pletter in Tildonk
Jo Vandesande, Een 18de-eeuwse kaart van Tildonk en Wespelaar
Jos Cools, Tildonk
Jan Gordts, Een drievoudige moord te Tildonk in 1837
Henri Vannoppen, Een beeld van de gemeenten Haacht, Tildonk en Wespelaar rond 1830
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel II: De heerlijkheid Lauwendries
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel I: De heerlijkheden Tildonk, Ter Borcht (Nieuwenborg) en Oudenborg, vanaf hun ontstaan tot omstreeks 1650
Bart Minnen, Getuigenissen uit 1390 over de verdeling van de tienden te Tildonk