Bereken de dag van de week waarop 'n bepaalde gebeurtenis uit het verleden plaatsgreep (bvb. je geboortedag) >>> Kalender
T I L D O N K
Gemeente Haacht Prov. Vl.-Brabant
4 km > Haacht
5 km > Werchter 8 km > Tremelo 11 km > Leuven
18 km > Mechelen 20 km > Aarschot 30 km > Brussel
E-MAIL
Druk op onderstaande knop om te e-mailen (vragen, suggesties, opmerkingen, toevoegingen,...).
Je kan ook de 'reageer'-knop gebruiken onder elk bericht.
GASTENBOEK
Dit is onder meer de plaats om je mening te geven over de blog 'Tilloenk vruger'. Of om te lezen wat anderen ervan vinden.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
TILLOENK VRUGER
DEZE BLOG BEGON OP 29 NOVEMBER 2005 EN STOPTE EI ZO NA OP 16 APRIL 2011 NA HET BEREIKEN VAN 1000 ITEMS OVER HET VERLEDEN VAN TILDONK.
MAAR HET BLOED KRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN,
DUS AF EN TOE MAG JE JE NOG AAN WAT MOOIS VERWACHTEN...
Jan Gordts
Leden van de veloclub 'De Moedige Stoempers' poserend aan de vaartdijk. L > R, boven: Jules Nackaerts, Marcel Janssens (de Smalle), ?, Marcel Van Roy, Fons Neefs (Fons Tellon), ?, ?; midden: ?, Lammeke Verhulst; onder: Jef Decoster, Fons Van Krieken, Zander Bohets, Warre Verdrengh; liggend: Jan Vanmeerbeek (Jan van Muskes). Er ontbreken dus nog een paar namen; aan de lezer om deze aan te vullen.
Met de veloclub 'De Moedige Stoempers', die een periode haar lokaal had 'Bij de Smalle', werden regelmatig uitstapjes verricht. Meestal gebeurde dat in eigen dorp en er werd op tijd gestopt om de dorst te lessen! Deze wat onscherpe foto werd getrokken voor het café van De Haes op Hambos-statie. Zo te zien hadden ze hun eigen 'bloemekee' mee. We herkennen: Jules Nackaerts, Marcel Jansssens (de Smalle), Jan Vanmeerbeek (Jan van Muskes), Jules Van Krieken (Boske Verkrieken), Jef Decoster, ... Wie vult het lijstje aan??
Marcel Janssens, alias 'de Smalle', (°Kortrijk-Dutsel 9/1/1903, +Tildonk, 16/2/1957) trouwde op 11/8/1923 met Leontine Messemaekers (°Rotselaar 12/7/1904, +Tildonk 9/5/1963). Aanvankelijk hielden ze café in Rotselaar (aan de spoorwegovergang op de Provinciebaan), alwaar ook hun kinderen geboren werden: Yvonne, Jeanne, Julien, Fernand en Irène. Doch in 1939 verhuisden ze naar Tildonk en baatten er 'Café Sportwereld' uit rechtover de kerk. Enkele jaren later vestigden ze zich definitief op het hoekhuis van de Dorpstraat met de Ambachtstraat, waar voordien Rikske Massant en Del café hielden. Dit huis was in de 19de eeuw nog eigendom geweest van de kostersfamilie De Coninck.* Marcel en Leontine openden er opnieuw een café en kozen de voor de hand liggende naam 'Bij de Smalle'. Het werd de pleisterplaats van de mannen van veloclub 'De Moedige Stoempers', een plezante bende die wel eens verkleed op de fiets door het dorp placht te rijden, daarbij niet vergetend om onderweg tijdig bij te tanken in één van de toen in Tildonk veelvuldig voorkomende etablissementen. Zoals elke zich respecterende staminee werd bij de Smalle een 'spaarkaske' opgericht, 'De Lustige Nieuwjaarvierders'. De gespaarde gelden plus interesten werden op oudejaarsavond uitgekeerd, zodat de leden lustig het nieuwe jaar konden inzetten. In 1953 wou men bij de Smalle een 'inkorvingslokaal voor duivenleerdrachten' oprichten. Deze nieuwe maatschappij kreeg als naam 'De Verstotelingen'. Die naam was niet slecht gekozen, want onmiddellijk kwam er zwaar protest van de bestaande duivenmaatschappij 'De Tortelduif' tegen voornoemde oprichting. Dit moeten we natuurlijk bezien als een cafékwestie; iedere uitbater wou vanzelfsprekend de kalandizie zoveel mogelijk in eigen café behouden...
Bij Irène Janssens troffen we volgend reglement aan van de spaarmaatschappij 'De Lustige Nieuwjaarvierders' (1947). Lees je even mee?
Spaarmaatschappij "De Lustige Nieuwjaarvierders' Regelment
Art. 1. De maatschappij heeft voor doel het sparen aan te moedigen. Art. 2. Het bestuur bestaat uit een voorzitter, boetmeester, schatbewaarder en schrijver. Art. 3. Alle jaren herziening van het bestuur. Art. 4. Het aangenomen lid betaald 10 fr. inkom geld. Art. 5. Het sparen mag niet minder dan 1 fr. zijn. Art. 6. De lichting zal alle dindagen voor acht uur plaats hebben. Art. 7. De leden der maatschappij zulle vergader. den eersten zondag der derde maand. Art. 8. Toegepaste boete: niet sparen 2 fr., de vergadering niet bijwonen 5 fr., niet lichten 5 fr. Art. 9. Ontslagen van boete door ziekte, sterfgeval of gegronde reden mits verwittiging aan 't bestuur. Art. 10. De uitbetaling heeft plaats 's avonds voor nieuwjaarsdag. Art. 11. De intrest zal verdeeld worden volgens gespaarde gelden. Art. 12. De leden door ziekte, ongeluk of verandering van woonst kunnen hun gespaard geld bekomen. Art. 13. De maatschappij zal niet kunnen ontbonden worden zoolang er vijf leden ze in voege willen houden.
De voorzitter (Van Krieken); De schatbewaarde (Janssens Marcel); De schrijver (Claes Frans). Gezien, Tildonk den 17 Januari 1947. Op bevel, De Secretaris (handtekening onleesbaar); De Burgemeester (Jules Persoons).
* Zie bijdrage nr. 49: De familie De Coninck, een familie van meiers, kosters en religieuzen.
Foto: Restanten van de 'IJzeren Muur' in de Kapelleweg (Hambos). De witgeverfde verankeringspalen op de voorgrond, waaraan elementen van de 'IJzeren Muur' destijds werden vastgehecht, steken liefst 1m 80 diep in de grond!
Tildonk lag in het begin van de Tweede Wereldoorlog langs de KW-stelling (de verdedigingsstelling die liep van Koningshooikt tot Waver en die bedoeld was om de opmars van de Duitsers in het centrum van België tegen te houden). De fameuze IJzeren Muur bestond op Tildonks grondgebied uit een aaneenschakeling van robuuste stalen hekkens (de zogenaamde 'Cointet-elementen') die aangebracht waren van aan Tildonk-sas, langs de Hambos, tot in Wakkerzeel. Tussen Wakkerzeel en Haacht liep de betonnen antitankgracht. De KW-stelling heeft echter geen dienst gedaan. Uit tactische overwegingen werd de stelling al verlaten voordat er enige slag werd geleverd... Nog in 1940 werd de IJzeren Muur ontmanteld door de bezetter, waarbij de onderdelen nadien o.m. dienst deden in de 'Atlantikwall' in Normandië. Maar ook de dorpelingen konden bepaalde onderdelen goed gebruiken. Hier en daar tref je bij Tildonkse boeren nog wel eens 'welletjes' of piketten aan die afkomstig zijn van de Muur...
TILDONK TIJDENS DE MEIDAGEN VAN 1940
Bij het uitbreken van de oorlog zat de schrik er goed in bij de mensen. Met de gevechten en de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog nog op het netvlies gebrand, hadden de inwoners van Tildonk weinig aanmaningen nodig om op de vlucht te slaan. Doch buiten wat schermutselingen her en der bleef onze streek verstoken van het krijgsgeweld. De meeste schade aan de gebouwen was afkomstig van afgelegen artillerievuur. Uiteraard hadden ook de aanleg van de fameuze IJzeren Muur, de vele bunkers en de occasionele loopgraven gezorgd voor de nodige schade in de velden. Ronduit dramatisch was de dood van de twee Tildonkse onderwijzers Lauwers en Mommaers bij de gevechten in de omgeving van de Leie te Nevele.
In het archief van de pastorie bevindt zich een getuigenverhaal over de beginperiode van de Tweede Wereldoorlog dat op de tweede kerstdag van 1945 door onderpastoor Simons werd opgesteld:
'Ingevolge de algemene mobilisatie van 1939 lagen er in Tildonk overal soldaten in de zalen en scholen. Ook de parochiezaal werd in beslag genomen. In het grensgebied van de gemeente, richting Wijgmaal en Herent, werden overal loopgraven en bunkers gebouwd. Langs de vaart werd ook veel prikkeldraad gespannen. Op de westelijke kanaaloever sloot, nabij de stroomopwaartse deuren van Tildonk-Sas, de IJzeren Muur aan bij de Leuvense vaart. Toen de oorlog uitbrak kregen de inwoners van Tildonk op hun eenzelvigheidskaart een stempel gedrukt met de vermelding 'verplicht weggevoerde'. Dat betekende dat ze bij het eerste bevel het dorp zouden moeten verlaten, want hun gemeente was gelegen langs de KW-stelling.*
Na enkele dagen begon de uittocht van de dorpsbewoners. Ook de kloosterzusters met hun bestuurder kanunnik J. Naulaers en moeder-overste Caroline namen de wijk naar het ursulinenklooster van Ternat. Er bleven evenwel nog zeven zusters te Tildonk om het klooster zolang mogelijk te bewaken. Op Pinksterzondag 12 mei 1940 waren bijna alle dorpsbewoners op de vlucht geslagen. Op 13 mei werden de laatste zusters, pastoor De Roeck, onderpastoor Simons en de laatste nog thuisgebleven bewoners door de militaire overheid aangemaand om dadelijk te vertrekken. De vijandelijke troepen naderden het dorp en de gevechten konden elk ogenblik losbarsten. De pastoor en de onderpastoor vertrokken naar Asse waar ze onderdak vonden bij pastoor-deken De Coster. Daar verbleven ze tot zaterdag 18 mei 1940. Vandaar vertrokken beide priesters, samen met andere parochianen van Tildonk, naar Liedekerke waar ze nog dezelfde dag werden ingehaald door de vijandelijke legers. Tijdens het daarmee gepaard gaande bombardement, dat de ganse nacht duurde en waaraan pas een einde kwam de volgende dag om 11 uur in de voormiddag, verbleven de vluchtelingen in de kelders van de pastorie. Nadien bezetten de Duitse troepen de ganse streek. De volgende dag keerden de vluchtelingen uit Liedekerke terug naar Tildonk.
In het dorp was nog bijna niemand terug thuis van de vlucht. Verscheidene woningen waren beschadigd alsook de kerk. Twee projectielen waren in de kerk nabij het hoogaltaar terecht gekomen. Het beeld van Onze-Lieve-Vrouw, dat er voor de meioefeningen uitgestald stond, omgeven door bloemen en kaarsen, werd niet getroffen. In de kerk lagen hopen stro. De Duitsers hadden er hun paarden gestald. In de muur hadden ze haken geslagen om hun paarden aan vast te maken. Ook in de tuin van de pastorij hadden paarden gestaan. De volgende dag werd de kerk door de thuisgekomen parochianen gekuist, zodat de volgende zondag de H. Mis er reeds terug kon opgedragen worden. Vervolgens werden de gaten in het dak zo spoedig mogelijk gedicht en nadien werd het dak volledig hersteld.
Geleidelijk aan kwamen de dorpelingen terug thuis. Na enkele dagen kwam het droevige nieuws op het gemeentehuis toe dat twee jonge onderwijzers, Felix Lauwers en Gerard Mommaers, gesneuveld waren aan de Leie op 26 mei 1940. Hun stoffelijk overschot werd gerepatrieerd en bijgezet op het kerkhof van Tildonk. Rouwdiensten hadden plaats op 22 en 23 juni 1940'.
* De beginperiode van de 2de WO in onze streek wordt uitmuntend beschreven in het boek: Casteels R. en Vandegoor G., 1940 in de regio Haacht. De Belgische eenheden op de KW-stelling, HAGOK, 2002.
Foto: Café Congo in lang vervlogen tijden. Toen droegen de diensters (de dochters van Jef Lens?) nog mooi opgesteven witte schorten en waren de klanten en buren maar wat graag bereid om mee op het plaatje te staan!
Jef Lens (°Tildonk 17/12/1853), getrouwd met A. M. Theresia Vandenheuvel, hield het estaminet 'De Congo' open in de Dorpstraat. Daarnaast boerde hij een beetje, zoals bijna iedereen indertijd. 'De Congo' was naast 'De Concordia' (bij Gustaaf Pardon) het hoofdkwartier van de 'varkens' (Verenigde Vrienden). Doch de dochters van Jef zorgden ook voor een ware begankenis van de Leuvense studentjes. Vooral de Walen kwamen graag naar 'De Congo'. En als de Vlamingen afzakten dan zat het er meestal tegen. Die studenten bleven trouw komen nog tot in de jaren vijftig, toen het estaminet uitgebaat werd door Germaine Lens en Julien Vandenabeele.
Momenteel wordt het huis bewoond door André Lens, een achterkleinzoon van Jef.
82) Het historische HOF TE BETTENRODE en kanselier PECQUIUS
Foto: Portret van Petrus Pecquius (1562-1625), kanselier van Brabant en eigenaar van het hof Te Bettenrode, geschilderd door zijn beroemde tijdgenoot Pieter Pauwel Rubens.
Het historische hof Te Bettenrode,
in 1623 eigendom van Petrus Pecquius, kanselier van Brabant * Deoude benaming van de huidige Bertrodehoeve in de gelijknamige Bertrodestraat luidde hof Te Bettenrode. Dit pachthof heeft een geschiedenis om U tegen te zeggen! De oudste sporen van Bettenrode gaan immers terug tot de 13de eeuw. In 1247 was de Tildonkse schepen Wellin van Bettenrode getuige in een schepenoorkonde te Leuven, waarin ridder Dierik van Tildonk en diens bloedverwant Jan van Oppendorp een groot stuk grond, gelegen te Tildonk, afstonden aan de Leprozerie van Terbank te Heverlee. Een ander lid van de Tildonkse schepenbank heette Godert (Goort) van Bettenrode (vermeld in 1389 en 1411). Bettenrode** was in oorsprong een plaatsnaam en werd nadien de familienaam van de vroegere bewoners en van hun afstammelingen.
Het hof Te Bettenrode was een winhof of pachthof dat door de eeuwen heen in handen kwam van heel wat nobele heren. In de 15de en begin 16de eeuw was het eigendom van de Leuvense patriciërsfamilie vanden Tympel en midden 16de eeuw kwam de hofstede in bezit van ridder Goort van Brecht (afkomstig van Diegem en later deel uitmakend van de entourage van graaf Hendrik III van Nassau).
Speciale aandacht verdient de figuur van Petrus Pecquius (een verlatijnsing van 'Van Peck'), kanselier van Brabant***, en eigenaar van het hof Te Bettenrode in 1623. Pecquius was doctor in de rechten en werd in 1601 raadsheer in de Grote Raad te Mechelen. Onder Albrecht en Isabellabouwde hij een politieke carrière uit. Zo werd hij ambassadeur te Parijs onder de Franse koning Hendrik IV, die hem respectvol le sage flamand noemde. Petrus Pecquius was de zoon van Petrus sr., afkomstig van Zierikzee, hoogleraar te Leuven en gehuwd metCatharina Gillis, dochter van Jan Gillis, secretaris van de landvoogdes Margaretha van Parma. Petrus Pecquius jr. was getrouwd met Barbara Maria Boonen, zuster van de toenmalige aartsbisschop Jacobus Boonen. Zij was de dochter van Cornelius Boonen, eveneens kanselier van Brabant, en van Geertruijd vanden Heetvelde. Deze familie vanden Heetvelde heeft een grote rol gespeeld in het Tildonk van de 16de eeuw en vroeger. Petrus Pecquius werd door zijn familielid, tijdgenoot en collega-diplomaat Pieter Pauwel Rubens diverse malen op doek vereeuwigd, hetgeen wel iets zegt over de belangrijkheid van die man! In een latere periode kwam het hof Te Bettenrode nog in bezit van de baron van Erpe, van Charles vanden Campe, toenmalig heer van Tildonk, van jonker Nicolaus vanHeylwegen (17de e), en van de families dAmenzaga, Schotte, la Motte (18de e), enz Geen van deze heren heeft ooit op de Bertrodehoeve verbleven, misschien hebben sommigen ze zelfs nooit bezocht. Voor hen was alleen de opbrengst van de hoeve van tel, vandaar dat men sprak van een winhof. Deze landheren bezaten dikwijls nog talloze andere eigendommen zodat het contact met hun pachters wel eens uitsluitend via hun rentmeester zal verlopen zijn. Uit de periode 1571-1577 stamt onderstaande omschrijving van het hof en de eigenaars (Rijksarchief Leuven, Archief van de Commissie van Openbare Onderstand van Leuven, nr. 3809): Inden ierst d winhoff Te Bettenrode mette landen, bempden, eusselen, bosschen en andere syne toebehoorten, te Thieldonck ende daerontrent gelegen, soo die bij specificatie overgegeven ende den kinderen Jans wylen vanden Tymple in deylinge gevallen syn geweest ende soo die bij vrouwe Philippote de Clercq, weduwe heeren Lodewycx weylen vanden Tymple, des voorscheven joncker Charles moeder, in geschrifte overgegeven syn geweest, behalffen ende merckelycken vuytgenomen de partye bij wylen jouffrouwe Catlyne van Dongelberge totter selver hoeve vercregen, als te wetende drije dachmaelen eeussels gelegen voor de poorte vande voorschreven hoeve aenden drayeboom, geheeten tPoorteeussel, regenoten die beke geheeten die Leeps ter eenre, comende aen sheeren straete. Item noch een halff boender landts als wesende die hellicht vande bempden gelegen op dJansvelt aende Bettenrode straete .
* Voor meer info, zie: Gordts J., Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof Te Bettenrode, win- of pachthof van vele heren, HOGT 19 (2004) 28-46.
** In de naam Bettenrode onderscheiden we twee delen: 'betten' dat mogelijk afkomstig is van de voornaam Elisabeth, terwijl 'rode' afgeleid is van het werkwoord 'rooien'. Bettenrode verwijst dus naar een ontginningsfase in de vroege geschiedenis van Tildonk. Het 19de eeuwse Bertroedenbosch was dan weer een laatste restant van het primitieve bosgebied in deze uithoek van Tildonk.
*** De functie van kanselier van Brabant toen zouden we kunnen vergelijken met deze van de eerste minister van België nu.
(L>R) Boven: Theofiel Van Beethoven, Hubert Christiaens, Jozef Buelens, Eduard Vankriekingen, Maurice Vandenheuvel, Frits Vandenberghe (toenmalig voorzitter), Philemon Bidée, Louis Sunt, Emiel Vermeulen. Midden (boven): ?, Jos Boogaerts, Lucien De Cat, Emiel Van den Houdt, Raymond Vandenhoudt, Roger Van Gijsel. Midden (onder): Jean Moelants, Jozef Decoster, François Gilis, Henri Van Meerbeeck, André Brabants. Onder: Luc Sunt, André Vanden Eynde, Alex Servaes, Roger Engelborghs, ?, Johan Stroobants, Jean Goovaerts.
PAKT, bijna een halve eeuw Tildonkse atletiekgeschiedenis
In 1953 richtte Julien Magits de Tildonkse Atletiekclub (stamnummer 232) op. Clublokaal werd café Het Brughuis en in het bestuur zaten: Leonard Hermans (voorzitter); Miel Vermeulen (kassier); Jozef Buelens en Julien Magits (secretaris); Frans Neefs, Alfons Neefs en Frans Vandenhoudt (leden).
Een eerste grote veldloop werd ingericht (zie hieronder). Ondermeer problemen met het lokaal (sluiting van Het Brughuis) deden de club uitwijken naar de parochiezaal Familia en in samenwerking met het ACW ontstond de nieuwe Parochiale Atletiek Klub Tildonk, afgekort tot PAKT (1957). Gedurende 35 jaar was PAKT niet weg te denken uit het Tildonkse verenigingsleven, ondermeer door de inzet van duivel doet al Jefke Buelens. De club had getalenteerde atleten onder zijn leden, we denken aan André Brabants, Astrid Vermeulen, de gebroeders Van der hoeven, de de Wyngaerts en er werden heel wat successen geboekt. Het oefenterrein bevond zich jarenlang in de Kouterstraat aan de garage van het klooster. De jaarlijkse Grote Veldloopprijzen van PAKT waren telkens een evenement van formaat. In 1992 fusioneerde PAKT met Wespelaar AC waarbij de nieuwe club de naam HERA (Haacht en regio Atletiek) kreeg. De schaalvergroting werd in 2000 nog verder doorgevoerd toen ROBA (Regio Oost-Brabant Atletiek) werd opgericht, een samenwerking tussen de regionale clubs DAK (Diest), BETA (Betekom) en HERA (Haacht).
Een advertentie in De Haechtenaar van 7 februari 1953:
Gemeente Tildonk Op Zondag 15 Februari 1953
1e GROTE VELDLOOP VAN TILDONK
Aan de vaartbrug
Ingericht met de medewerking van Athletiek Club van Union Sint Gillis. Verschillende bekers, talrijke en waardevolle prijzen in natura. Inschrijvingen en vertrekken, bij Emiel Vermeulen, Café Het Brughuis.
- 1e Vertrek om 2,30 uur: Kadetten. Uitsluitend schooljeugd van Tildonk. Beker aan den overwinnaar - 2e Vertrek om 3 uur: Scholieren. Ereprijs François De Coster - 3e Vertrek om 3,30 uur: Veteranen. Ereprijs Alfons Van Achten - 4e Vertrek om 4 uur: Juniors - Militairen - Seniors. Ereprijs: Maurits Magits
Niet aangeslotenen mogen ook meelopen in iedere categorie. Verschillende bekende en vooraanstaande lopers zullen het hier tegen de mannen der streek opnemen. Gaston Reiff, Wereldrekordhouder, zal de vertrekken van deze koersen geven. Het bestuur is niet verantwoordelijk voor ongevallen.
Deze foto behoort waarschijnlijk tot dezelfde serie als de vorige foto (De Vier Heemskinderen). De 'rodekruis-verpleegster te paard' was Marie Vandenbroeck alias Marie van Loes (°Tildonk 11/11/1897, +Tildonk 4/4/1927), later gehuwd met Gustaaf Vertommen.
De man met bolhoed, decoraties en paraplu zou volgens onze bron Pië Minnekes (Petrus Ver Elst) geweest zijn met daarnaast, de man met de klak, zijn zoon Gust van Pië Minnekes (August Ver Elst). We zijn echter niet helemaal zeker. Wie geeft uitsluitsel?? (gepost: 6/6/2006) (7/6/2006): Het antwoord is al binnen! Het is dus niet Pië Minnekes maar Borman (Amandus Borremans). Eerstdaags daarover meer... Maar voorlopig laten we onze tekst staan. Eerstdaags volgt een foto van de enige echte Pië Minnekes!!
Pië Minnekesof Petrus Ver Elst was afkomstig van Kampenhout (°10/8/1866) en huwde op 11/4/1891 met Anna Maria Weltens (°Tildonk 18/11/1858 ?, +Tildonk 2/3/1917). Hij stierf te Tildonk op 28/3/1955. Kinderen: - °2/12/1889, Franciscus Josephus 'Jef' (x Josephine Merckx) - °8/8/1892, Guilielmus Franciscus 'Frans' (x Irma Vrebosch) - °23/7/1893, Barbara Emma (+Tildonk 21/7/1898) - °26/5/1895, Frans Eduard 'Waar' (x Marie Merckx) - °4/10/1896, Gerard Augustinus 'Gust' (x Maria Verdonck) - °12/9/1898, Josephina Clementina Emma (+Tildonk 14/2/1910) - °2/4/1900, Eduard Julius 'Jules' (x Anna Magits) - °22/5/1902, Guilielmus Emilius (+Tildonk 9/2/1903)
Ditmaal krijgt u een foto voorgeschoteld waarop we de 'Vier Heemskinderen op het Ros Beiaard' aantreffen. Eerst meenden we dat hij in 1930 genomen was ter gelegenheid van de stoet bij de viering van 100 jaar België (stoet werd ineengestoken door dokter Petit en zijn overbuur Jan Jossa; zie krantenartikel onderaan). Doch op de volgende foto op deze blog (79. Verpleegster te paard) staat Marie Vandenbroeck afgebeeld (+1927). Bijgevolg zouden de foto's voordien genomen zijn. De personages op deze foto hebben we echter niet kunnen achterhalen, waardoor de foto moeilijk te dateren valt. Een oproep: herkent iemand ze soms??
In de Gazet van Haecht van 23 augustus 1930 lazen we volgend stukje over de stoet van 1930:
1830-1930
Thildonck viert de Honderdste Verjaring der Onafhankelijkheid van België, op Zondag 7 September Zaterdag 6 September : aankondiging der feestelijkheden door kanongebulder en klokkengelui. Zondag 7 September : te 10 ure plechtige hoogmis met sermoen. Na de mis Te Deum. Onmiddellijk daarna nederlegging van een bloementuil aan de gedenkplaat der gesneuvelde soldaten en gedoode burgers, met gelegenheidstoespraak door den heer Burgemeester en uitvoering van gezangen door de schoolkinderen. s Namiddags om 2 ure, aan de Brug, vorming van een Geschiedkundigen STOET met muziek, praalwagens en groepen. Om 2 ure : planting van den vrijheidsboom aan de Kerk, waarbij uitvoering van vaderlandsche liederen. s Avonds verlichting van het dorp. Van 8 tot 10 uren, muziekuitvoeringen door de beide fanfaren op de Dorpsplaats. De inwoners worden aangezet hun huizen te versieren, te bevlaggen en te verlichten.
KEN JE DORP (oplossing opgave 6) Het fotodetail komt uit de foto 'Steenlossers aan de vaart', die hoorde bij het artikel nr. 9 (23/12/2005). Het gebouw herkennen we als het brughuis van Tildonk. (slechts een paar antwoorden ontvangen deze keer; allen waren juist)
Opgave 7 -> zie rechterkolom. De oplettende passant zal dit logo meerdere keren tegenkomen op publiciteitspanelen langs de weg. Weet hij ook bij welk Tildonks bedrijf dit logo hoort?
In De Haechtenaar van 19 april 1958 werd verder gebreid aan het vorig artikeltje:
Een antwoord uit Haacht op ons artikel van verleden week: "Een stukje folklore uit Tildonk". Niets is voor de uitgever aangenamer dan een reaktie van de lezers. Ons onschuldig stukje over het Sas van Tildonk gaf aanleiding aan een Haachtse lezer om een voorvalletje aan te halen, eveneens uit de tijd van de mosselschepen op de vaart Leuven-Mechelen, waarvan sprake was is ons nummer van verleden week. De namen van de betrokken personen staan er vrij in vermeld en wij nemen ze eveneens zo over, omdat we overtuigd zijn dat we er niemand mee kwetsen. We durven het trouwenswel verklappen, het stukje gaat uit van iemand van de familie van de betrokken personen. Het gebeurde speelde zich vele jaren geleden af op de Scharent te Haacht en de "helden" die er in voorkomen zijn of waren gekende personen van die wijk. Maar laat ons de zaak niet vooruitlopen en we geven hier dan het verhaal zoals wij het ontvingen.
We laten dus onze briefschrijver aan het woord:
"Bij het lezen van het artikel -Een stukje folklore uit Tildonk- in uw uitgave van 12 april, en waarin ook sprake is van mosselschuiten en het halen van mosselen aan de vaart, door mensen uit de buurt, kan ik U wel zeggen dat er aldaar ook van uit Haacht mosselen werden gehaald en wel meestal aan Tildonk-Sas. Dit bewijst volgende geschiedenis":
Op zekere dag ging Gust Feyaerts met kruiwagen en zeis, wat gras maaien in zijn weide in 't Broek. Hij kwam onderweg zijn gebuur Merneuf (Gust Van Langendonck) tegen.
Na een woord over het weder gewisseld te hebben reed Gust verder met de kruiwagen, terwijl hij aan Merneuf zegde, dat hij haastig was, want dat hij zinnens was straks om mosselen te gaan naar Tildonk-Sas. Doch Feyaerts wist permentelijk goed dat er die dag geen mosselschuit te verwachten was, maar hij wou eenvoudig aan zijn gebuur een poets bakken, omdat deze gaarne mosselen at en hij zocht hem een vruchteloze reis te laten maken naar Tildonk. Dan zouden ze zondag in de geburen eens hartelijk kunnen lachen met die grap.
En Merneuf beet direkt.
- Ah, zei hij, een geluk dat ge het zegt dat er mosselen zijn, dan ga ik er ook een portie kopen.
En hij vliegens naar huis.
In het naar huis gaan vertelde Merneuf aan Keuster (Jef De Keuster) en aan Dries Kulles (Jef Buls) en nog anderen, dat er mosselen te krijgen waren aan de vaart, en deze stapten, de ene met een emmer de andere met een zakje, naar het Sas.
Intussen had de maaier, die de mosselhistorie had uitgevonden, een vracht gemaaid en reed ermee huiswaarts, toen hij Jeppe Buelens (Jef Van der Elst) tegenkwam die naar de Waaistraat (steenweg op Wakkerzeel) stapte.
- Wel, Jeppe, naar waar "pakt" ge het ?
- Om mosselen naar 't Sas, zegde Jeppe, Keuster en den Dries zijn ook al weg.
- Awel, 'k ga algauw mijn gras naar huis voeren en een blauwen handdoek halen om er mosselen in te doen, zegde Gust, die eerst van al Merneuf had wijsgemaakt dat er mosselen waren.
En terwijl hij zijn kruiwagen opnam en verder duwde, dacht hij in zijn eigen "dan zal dat toch waar zijn dat er mosselen zijn, want waarom zouden anders den Dries en Keuster opstappen ?"
Maar mosselen waren er niet en gevochten hebben die mannen ook niet gedaan.
Maar jaren lang hebben ze er op de Scharent mee gelachen dat de "eerste leugenaar" zijn eigen verzinsels had geloofd.
Sas en sashuis van Tildonk (ets van Sigrid Joosen).
Deze keer laten we jullie meegenieten van een prachtig krantenartikel dat in De Haechtenaar van 12 april 1958 verscheen. Hetgeen hieronder verteld wordt was in 1958 al 'folklore'!
Een stukje Folklore uit Tildonk
Het is, omdat wij het deze winter toch reeds zo dikwijls hoorden zeggen dat de klein café's en verder ook de bals "kapot" moeten door de grote baancafé's, door de cinema's, door de televisie, door de auto's, dat wij over de zaak zijn gaan nadenken. Het feit is er dat wij, na de jongste wereldoorlog, een grote evolutie in het ontspanningsleven hebben meegemaakt. En het is evenzeer waar dat die grote café's, dat die auto's waarmee men zich zo vlug en zo gemakkelijk verplaatst, dat die televisie waar men zich maar moet bij neerzetten om de hele wereld te zien, natuurlijk schade doen aan de kleine stamineetjes en aan het vroegere ontspanningsleven. Dat is een vaststelling, maar geen beschuldiging. Immers dat is de wet van komen en gaan. En men moet met de tijd mee vooruit, daar is nu eenmaal niets aan te veranderen. Binnen 10 of 20 jaar zal het leven weer anders zijn en zullen die mensen, die er zich thans succesrijk doorslaan, weer naar andere methodes moeten grijpen. Is niet alles de laatste 20 jaar grondig veranderd? Wie ging over 20 jaar zijn verlof doorbrengen aan zee? Of beter gezegd: wie had er toen verlof? Men kon die rijke mensen, die naar zee gingen, op iedere parochie met de vingers tellen. Nu gaat er een massa mensen in verlof naar de kust of naar de Ardennen. En die vroeger naar zee gingen, gaan sindsdien naar de Azurenkust, naar Tyrol, enz. enz. En ook dat is reeds aan 't veranderen. Wie een auto bezit, en die zijn er tegenwoordig meer dan anderen, die er geen bezitten, die rijden gans Europa rond tijdens de verlofperiode. En de mensen die vóór de oorlog naar zee gingen hebben de rondvaart van Europa reeds lang achter zich, en die nemen nu het vliegtuig en laten zich bruin branden op de Azoren-eilanden, of zij gaan naar de grenzen van Azië, naar Turkeye, naar Egypte, enz. enz. Maar nu zijn wij reeds heel ver van ons onderwerp afgedwaald, en dat begon met de noodkreet "de klein café's moeten kapot". Wij hoorden deze uitlating de laatste maanden reeds zo dikwijls dat wij ons tenslotte afgevraagd hebben "maar wat deed men dan vroeger, toen er geen auto's waren, toen er geen radio, zelfs nog geen gramofoons waren". Bestond er toen geen verschil tussen de mensen, of ging dan iedereen naar de staminee om te drinken of ermet de kaart te spelen ? En wat deden de rijke mensen toen? We vroegen dat aan een paar verbruikers die doodgewoon in een klein cafeetje aan 't babbelen waren over de "goede oude tijd, toen er nog geen auto's waren". Toevallig waren dat geen Haachtenaars maar wel mensen van Wakkerzeel en van Tildonk. En die mannen vertelden ons toen iets wat wij niet wisten, maar dat waarschijnlijk velen van de oudere lezers van "De Haechtenaar" van Tildonk, Wespelaar en Wakkerzeel nog wel zullen weten. Dat kwam hier op neer: Rond de jaren 1900 was het reeds de gewoonte van het stadsvolk 's zondags naar de buiten te gaan, terwijl die van de buiten naar 't stad gingen om iets te zien. Dat bestaat trouwens nu nog. Het "goed" volk nam die gelegenheid elke zondag van de zomer waar, terwijl de buitenmensen zich tevreden stelden met een of tweemaal per jaar de stad te bezoeken, zo bijvoorbeeld met Leuven-kermis, waar over 50 jaar eenieder die benen had naar toe ging. De Leuvenaars kwamen in de zomer echter geregeld met de plezierboten langs de vaart, en ook met een speciale trein naar Tildonk-Hambos. Hun einddoel was het café van het Sas, te Tildonk, bij Jules van 't Sas, zoals men toen zegde. Die Jules had daar in die tijd een schoon "affaire". We zouden het hedendaags kunnen vergelijken met een grote baancafé. Want niet alleen de plezierboten legden er aan. Ook met de speciale trein ging men er naar toe. En dan waren er nog de talrijke Leuvense studenten die er met hun roeibootjes heen kwamen. En ook de velo's, en die hadden toen alleen de welstellende burgers, hadden er rendez-vous aan de vaartkant. Iemand die nooit op het appèl ontbrak was Raoul Claes, een volksvertegenwoordiger uit Leuven, die onveranderlijk die gezondheidswandeling per fiets maakte. En wat kwamen die mensen daar doen, zal men vragen? Wel men viste er, men zwom er, men maakte er een wandeling en wel heel dikwijls waren dat amoureuze wandelingen, want studenten en jonge juffers waren er genoeg. Men dronk er een Dobbele Sterke van 15 centiemen, of een Sterke van 10 centiemen, ofwel een Jack-Op, dewelke toen reeds vermaard was als een gezond bier, eveneens aan 15 centiemen. En natuurlijk dronk men er koffie en at men er pistolets. Neen, meer bood de spijskaart niet aan, maar men zal met ons bekennen dat, 60 jaar geleden, een pick-nick met koffie en pistolets al wel een hele gebeurtenis zal geweest zijn. Benevens Heinke van 't Sas, een jongman die bij Jules van 't Sas woonde en die er garçon speelde, had men er 's zondags nog twee andere garçons en 2 meiden. En die hadden hun handen vol om te serveren. Men kan dus vrij van ons aannemen dat het er daar die dagen bij Jules van 't Sas heel druk en gezellig toeging. Dat personeel werd dan nog geholpen door de kinderen, jongens en meisjes, uit de buurt, die heel gelukkig en fier waren als ze iets mochten helpen aanbrengen of 's avonds behulpzaam konden zijn bij het afruimen. En hun onveranderlijke beloning bestond er in dat ze de overgebleven pistolets mochten naar binnen spelen. De jongetjes van 7, 8 jaar en ouder, maakten zich verdienstelijk met de studentenbootjes vast te houden, want anders liepen deze gevaar de stroom af te drijven. Voor dat geduldig vasthouden, een ganse namiddag, aan de oever van de vaart, kregen zij 25 centiemen. En 's avonds waren ze de koning te rijk. Zoals gezegd ging het daar, zonder muziek nochtans, heel gezellig toe en iedere zondag trof men er een menigte mensen aan van Wijgmaal, Tildonk, Wakkerzeel en zelfs van Wespelaar, die hun zondagswandeling maakten tot bij Jules van 't Sas en die van op de vaartkant belangstellend dat gedoe van rijke mensen gade sloegen. Een andere kuriositeit aan het Sas van Tildonk waren de stoomboten, die op petroleum draaiden, van de Brouwerij Artois van Leuven, die het bier langs de vaart vervoerden. Die stoomboten van Artois losten onder andere bier bij Dupont, aan 't Schuitje, ongeveer ter hoogte van de Beekhoeve. Genoemde Dupont was rentmeester van de graaf en het was een der eerste bierstekers uit de streek. Later werd de zaak overgenomen door Olivier Gordts van Wespelaar. Van die stoomboten maakte Sooike Van Krieken, toen al een oud manneke, dankbaar gebruik om van Tildonk-Sas naar Kampenhout-Sas te varen. Sooike was dijkwachter en moest dagelijks over en weer langs de vaart gaan om te zien of alles in orde was. Maar in die tijd gebeurde er nooit iets zodat de taak van dijkwachter zeker niet te zwaar was, want praktisch bestond zijn ganse werk er in de visserskaarten van de vissers, die langs de vaart aan 't vissen waren, te kontroleren. En toen Sooike oud en versleten was kende hij zijn klanten zo goed dat de man met een gerust geweten van de "bierboot" van Artois gebruik maakte om, in plaats van de ganse dag langs de vaart te lopen, er over te varen. Op Kampenhout-Sas ging hij een pint drinken en nam een volgende boot om terug te komen. Toen we dat hoorden kregen wij waarempel heimwee naar die goede oude tijd, want zo een werkske zou ons, zelfs in deze tijd, nog wel afgaan. Die boten van Artois gingen naar Antwerpen, via het Zennegat van Mechelen. Zoals men ziet is dat ook al folklore geworden, want sinds hoeveel jaar zou Artois daar reeds mee zijn opgehouden? De brouwerij Artois was echter niet de enige gebruiker van de vaart. Ook de fabrieken Remy, van Wijgmaal, vervoerden veel langs deze waterweg. Wij zegden reeds hoger dat Artois stoomboten gebruikte en dat was toen al een zeer modern vervoermiddel. De meeste boten immers werden nog gesleept door paarden en we vragen ons af of het spreekwoord "iets op sleeptouw nemen" zijn oorsprong niet vindt in deze handeling. Speciale ondernemers hielden zich bezig met dat slepen van de boten. Zo had een zekere Thomas, uit Leuven, steeds 28 koppels paarden in dienst en deze werden uitsluitend gebruikt voor het slepen van boten. Tildonk-Sas en Boortmeerbeek-Sas hadden een stalgast met een paard te hunner beschikking. Zij sleepten regelmatig de dinsdag en donderdag de mosselschepen. Indien 's morgens de schepen nogal vroeg in het Zennegat te Mechelen versast waren, bereikten paard en boot nog dezelfde dag de stad Leuven. Zij deden dat gewoonlijk binnen de 10 11 uur. Wanneer de boten in een Sas aankwamen verliepen er door het versassen een kleine 20 minuten. De mensen van uit de buurt maakten van dat kort oponthoud gebruik om een mand mosselen te halen. De prijs was toen 20 centen voor een mand. Tot het "curiosum" van de vaart te Tildonk behoorde toen ongetwijfeld Franske "de Visser" van Leuven. De ouderen van dagen zullen hem ongetwijfeld nog goed herinneren. Haast iedere dag zat hij er met een lijn in het water. Hij was zo een verwoed visser dat hij de bijnaam van "de Visser" kreeg. Dat Franske was een gewezen schrijnwerkersgast van Leuven. In zijn jonge jaren, zo rond zijn 30e waarschijnlijk, won hij 100.000 fr in een loterij. En dat moet voor die tijd al een hele som geld geweest zijn. Franske had over die zaak goed nagedacht, en wel zo goed dunkt ons, dat we er allen een lesje zouden kunnen aan nemen. Want Franske wist zijn geld derwijze te plaatsen, dat hij 3 fr intrest per dag mocht oprapen. Een goed betaalde werkman verdiende in die tijd 2 2,50 fr per dag, maar dan een werkdag van 12 uur , wel te verstaan. Zodus, Franske was beter dan de beste werkman en hij moest geen slag meer werken. Vissen was zijn geliefkoosd tijdverdrijf en hij kwam jarenlang, omzeggens alle dagen vissen op de vaart te Tildonk, waar hij zo goed bekend was, als was hij geboren en getogen in die buurt. En hij was de mensen des te sympathieker, omdat hij er niet kwam om "de rijke mens" uit te hangen, maar integendeel joviaal, vriendelijk en gedienstig tegen eenieder was. Ja, over de oude tijd is er veel te vertellen, en het zal de oude mensen ongetwijfeld genoegen gedaan hebben deze oude herinneringen eens op te halen.
Deze foto dateert uit het schooljaar 1956-1957 en is nog genomen in de oude jongensschool aan het gemeentehuis. Het volgende jaar werd verhuisd naar de nieuwe school in de Postweg (later 7de Liniestraat). De leerkracht was meester René, pas afgestudeerd aan de Mechelse Normaalschool (1955).
René Engelborghs, te Tildonk geboren op 13 november 1935 en veel te vroeg gestorven op 12 februari 1965, was heel geliefd bij de Tildonkse jeugd. Hij was jarenlang leider van de chirojongens en actief in de K.A.J.
(L > R)
Bovenste rij: Jules Cypers, Jozef Peeters, Roger Vosters, Jean-Blanca De Wilde, Camiel Moelants, Luc Roeckx
Middenrij boven: Roger Goovaerts, Jan Gordts, Mon Fillet, Danny Wollebrants, Etienne De Bie, Eduard Thijs
Middenrij beneden: Luc Verdrengh, Gust Gille, Luc Sunt, Paul Gordts, Jos Vandenhoudt, Willy Devue, Jean-Pierre Engelborghs
Onderste rij: Fred Gordts, Hubert Evers, Jean Goovaerts, Raymond Claes, Willy Truyens, Paul Janssens, Lucien Cleynhens, Remi Hermans, Albert Van Aerschot.
Foto: Van de Tildonkse notaris Jean F.M. Gautier bleef het archief bewaard (1815-1821), waaruit we geput hebben voor onderstaand artikeltje. Van zijn opvolger (zoon?), Willem Gautier, kwam enkel een zegel uit 1829 tot ons. Zuid-Brabant lezen we erop; we behoorden toen immers tot het Koninkrijk der Nederlanden (Willem I).
Petrus Michiels (°Tildonk 10/6/1755, +Tildonk 27/9/1828) en zijn echtgenote Catharina Gordts (°Tildonk 10/4/1755, +Tildonk 11/2/1832) kwamen op zekere ouderdom en besloten om hun boerderijtje met veestapel en inboedel over te laten aan hun enige dochter, Elisabeth, ongehuwd en nog bij hen inwonend. We kunnen slechts gissen naar de ware reden van deze officiële overdracht, feit is dat ze naar de notaris trokken om de zaken op papier te zetten. En er waren voorwaarden: zo moest de dochter de ouders blijvend onderhouden en mocht ze de boerderij ook niet afbreken. De volledige inboedel werd toen geschat op 1.460 fr ( of 689 gulden 85 cent).
In het bewust document van 8 januari 1817 komen we ook te weten dat de boerderij voorwerp was van een akte van erfpacht oft jaer schaer, die begon in 1766 en eindigde in 1865.*
Uit wat bestond de inboedel en veestapel van een klein Tildonks boerderijtje in 1817 zoal? We laten het document spreken:
- een oud peerd, vier melckkoyen, eene veersse, een karre, ploeg, egge, en sledde met coppelen, peerdegetuyg en stringen; - een partije ongedorst graen, een graenmolen, want, vleugels en ander schuergerief, vier cuypen, vier eemers, een botervat, een eysere koyeketel, twee kleine eysere ketels, aerdewerck en keukengerief; - een copere melckcruyck en zeyle; - twee taefels verscheyde stoelen, eetschaprijen ende twee kisten; - een staende horlogie met kasse, twee ledikanten met matrassen pluym en ander bedde goed, seven paer slaeplaekens, een cleed; - een partye stroy en mest; - een partye pataten, meel, graen, vleesch en ander eetwaer; - een haen en twelf kiekens; Ook de huysinge en alle voordere battimenten, op een bloeck lands genoemt de hoeve, toebehoorende aenden heere en vrouwe Den Bors, gehuysschen tot Mechelen, gelegen te Thildonck, regenoten de straete in twee zyden, zynde alsnu de wooninge der partyen respectief.
* Het recht van erfpacht (of jaarschaar) was het recht om het volle genot te hebben van een onroerend goed dat aan iemand anders toebehoort, hier gedurende een periode van 99 jaar. Daarvoor diende een jaarlijkse vergoeding aan de eigenaar betaald te worden. In dit geval was de grond dus eigendom van het echtpaar Den Bors uit Mechelen en het huis van het echtpaar Michiels-Gordts. Algemeen Rijksarchief Brussel, Notariaat Generaal van Brabant, n° 32524 - 2 (not. Jean Gautier).
Ben je benieuwd of je familienaam voorkomt in de blog? Of zoek je info over bvb. het klooster, 'varkens en beren', de vaart, ... Breng je zoekterm hierboven in en je krijgt onmiddellijk ALLE artikels waarin deze term voorkomt!
ZEKER EENS PROBEREN! DIT WERKT DUS NIET MEER
DE FOTO'S IN DE BLOG
Gebeurlijke miniatuurfoto's in het middengedeelte kan je doorgaans vergroten door erop te klikken.
De foto's in de linker- en rechterkolom echter niet, ze zijn dan ook veeleer bedoeld als opsmuk. Het gros kwam je wel al eerder tegen in een artikel in het middengedeelte.
.
WARM AANBEVOLEN
Voor slechts 34 € word je lid van HAGOK, de Haachtse Geschied- en Oudheidkundige Kring. Als lid kan je de meeste activiteiten van HAGOK gratis meemaken. Ontvang je HOGT, een glossy magazine met tientallen kleuren- en andere foto's; elk jaar goed voor meer dan 300 blz. streekgeschiedenis, heemkunde, genealogie, archeologie en wetenschappelijke bijdragen over de dorpen van de driehoek Aarschot-Leuven-Mechelen.
Als lid kan je de artikels over Tildonk, naast alle andere reeds verschenen artikels, en dat zijn er ondertussen meer dan 1400 (!), ten allen tijde gratis online raadplegen. Over Tildonk zelf verschenen doorheen de tijd heel wat uitgebreide bijdragen:
Arnold Bonne & Jan Gordts, Cimorné gezien in Tildonk
Jan Gordts, Raar maar waar?! De Tildonkse Sint-Jan-de-Doperkerk is gezegend met een merkwaardige preekstoel
Jan Gordts, Een geval van overbemesting te Tildonk in 1795
Arnold Bonne, West-Vlaamse WO I-vluchtelingen, poserend voor Hôtel du Cygne (1918)
Jan Gordts, Zieltjes redden in 1827. Tildonkse pastoor Lambertz neemt mes van chirurgijn Beckers ter hand
Jan Gordts, Jacobus Evers (°Tildonk 1828), een 'filius septimus' of zevende zoon
Arnold Bonne, Jan Gordts & Freddy Vens, De grauwzusters van Roeselare en andere vluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog in Tildonk
Jan Gordts, 1848, de jonge Tildonkenaar Gaspar Gielielmus Engelborgs overlijdt in den vreemde
Kristien Suenens, Een man, duizend vrouwen. De ursulinen van Tildonk
Jan Gordts, 'Ge moet niet alles geloven wat in de gazetten staat...'
Jan Gordts, Vondelingen te Tildonk op het einde van de 18de eeuw
Jan Gordts, De memoires van Tildonks brugdraaier Jozef Mommaers, alias 'Jef van de brug' (1873-1968)
Jan Gordts, Lucienne De Keuster (1923-2015) dochter van de sassenier van Tildonk. Een vergeten partizane
Jan Gordts, Lokalisatie van enkele 18de-eeuwse gronden te Tildonk. Een oefening
Peter Dejaegher, Het gevecht aan de Lips (1266)
Jan Gordts, André Van Aerschot & Jan Cleynhens, Begin september 1944: de bevrijding van Haacht en omgeving
Jan Gordts, Betwisting rond een in 1820 te Tildonk gevonden geldpot
Ward Caes, Een zilvermunt van keizerin Maria Theresia of een pot bier in 1750?
Jan Gordts, 'Life in a Belgian Convent: A Sydney Girl Abroad'. Een relaas uit 1913 door Maie Mason, Australische oud-leerlinge van de Tildonkse ursulinenkostschool
Jan Gordts, Liedeken op de groote moordery geschied tot Tildonck in den nagt op Gulde Mis (1837)
Jan Gordts, Marie Antoinette Caroline van der Gracht de Fretin en het kasteel ter Elst te Tildonk
Jan Gordts, Voorjaar 1814. Het veldleger van "de Zwarte Hertog" Frederik Willem van Brunswijk strijkt neer in onze dorpen
Roger Casteels, Uittreksels uit het frontblad 'Het Kanton Haacht onder de wapens' - (Thildonck)
Jan Gordts, Wat mispeuterden de Tildonkenaren zoal een goede honderd jaar geleden? Een verhaal van onder meer 'varkens' en 'beren'
François van der Jeught, Een nieuwe Van den Gheinklok voor de kerk van Tildonk in 1601
Jan Gordts, Het Tildonkse ursulinenklooster, litho op postkaart 1903-04
Jan Gordts en Guido Abts, De preekstoel met de verkeerde parochieheilige
Germaine Verheyt, 'Maurice Neefs, een oorlogsslachtoffer uit Tildonk
Jan Gordts, Openbare boedelverkoop in 1771 van de Tildonkse hoeve van 'de Tafel van de Grote Heilige Geest van Leuven' (Hof Ter Leeps)
Jan Gordts, Leerlingenwerving voor de internationale kostschool van de Tildonkse ursulinen in de 19de en 20ste eeuw
Jan Gordts, Bijna vier eeuwen Tildonkse pastoors (1626-1999)
Willy Van Langendonck, De waternaam Lips
Hubert Simonart, Tildonk-Banneux 1933-2008. Een uitzonderlijke band
Jan Gordts, Het testament van kanunnik Philippus Van 't Sestich (+ Tildonk 15 oktober 1764)
Jan Gordts, De Tildonkse processie van weleer
Willy Van Langendonck, Het toponiem Tildonk
Jan Gordts, Een Tildonks politiereglement uit 1837
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: Maurice Croon
Jan Gordts, De Tildonkse galg
Roger Casteels, Dagboek van de ursulinen van Caen over hun belevenissen te Wespelaar en Tildonk tijdens de Eerste wereldoorlog
Jan Gordts, Tildonk ten tijde van de Oostenrijkse Successieoorlog (1741-1748)
Louis Swiggers, Over Tildonkse dorpsfiguren: Jakke Vanden Acker, alias Sinterklaas; de smed; Jef van Woil; Lewie Van Krieken; Plien Borreman
Jan Gordts, De geschiedenisles van schoolmeester Paulus Goossens over Tildonk (1856)
Roger Casteels, Het Tildonkse ursulinenklooster en de Eerste Wereldoorlog
Jan Gordts,Tildonk beschreven rond 1830 in de 'dossiers d'expertise' van het kadaster
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: met Tildonkse connectie
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving van Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Jan Gordts, De bewogen carrière van Leon Vincart, gevolmachtigde minister van België in Venezuela (°Huy, 22 april 1848 - +Tildonk, 6 juli 1914)
Maurice Vandenheuvel, In 1945 was het klooster van Tildonk een Brits legerhospitaal
Jan Gordts, Knechten op de vuist in het 18de eeuwse Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse reuzen Jan en Babs in de kijker
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof ter Elst, van pachthof van de abdij van Affligem tot kasteelhoeve van de families Van 't Sestich en Snoy
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof te Bettenrode, win- of pachthof van vele heren
Jan Gordts, Gaf Sus Artoos zijn naam aan de Tildonkse wijk Sussenhoek?
Maurice Vandenheuvel, Het Janssenskapelletje (1852) en de familie Janssens te Tildonk
Jan Gordts, Het Tildonks Sticht in de periode 1818-1832, voorloper van het latere ursulinenklooster
Jan Gordts, De Tildonkse handbooggilde van St.-Sebastiaan in het begin van de 18de eeuw
Jan Gordts, Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Henri Vannoppen, Schilderijen en kunstwerken rond de notarisfamilie Verzyl te Tildonk
Jan Gordts, De grote kloosterbrand te Tildonk in 1928
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving in Tildonk
Jan Gordts, Indische bedevaarders op bezoek te Tildonk in 1935
Maurice Vandenheuvel, Met Tildonkenaars op de vlucht in mei 1940
Jan Gordts, Het ploeg-handmerk van Louis Van Bolle, schepen van Tildonk (1664)
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk. De Art Nouveauzaal
Roger Casteels, Op 26 mei 1940 verloor Tildonk 2/3 van zijn onderwijzerskorps
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk:een bouwhistorisch en iconografisch overzicht
Jan Gordts, 12/8/1942: een Engels gevechtsvliegtuig stort te pletter in Tildonk
Jo Vandesande, Een 18de-eeuwse kaart van Tildonk en Wespelaar
Jos Cools, Tildonk
Jan Gordts, Een drievoudige moord te Tildonk in 1837
Henri Vannoppen, Een beeld van de gemeenten Haacht, Tildonk en Wespelaar rond 1830
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel II: De heerlijkheid Lauwendries
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel I: De heerlijkheden Tildonk, Ter Borcht (Nieuwenborg) en Oudenborg, vanaf hun ontstaan tot omstreeks 1650
Bart Minnen, Getuigenissen uit 1390 over de verdeling van de tienden te Tildonk