Bereken de dag van de week waarop 'n bepaalde gebeurtenis uit het verleden plaatsgreep (bvb. je geboortedag) >>> Kalender
T I L D O N K
Gemeente Haacht Prov. Vl.-Brabant
4 km > Haacht
5 km > Werchter 8 km > Tremelo 11 km > Leuven
18 km > Mechelen 20 km > Aarschot 30 km > Brussel
E-MAIL
Druk op onderstaande knop om te e-mailen (vragen, suggesties, opmerkingen, toevoegingen,...).
Je kan ook de 'reageer'-knop gebruiken onder elk bericht.
GASTENBOEK
Dit is onder meer de plaats om je mening te geven over de blog 'Tilloenk vruger'. Of om te lezen wat anderen ervan vinden.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
TILLOENK VRUGER
DEZE BLOG BEGON OP 29 NOVEMBER 2005 EN STOPTE EI ZO NA OP 16 APRIL 2011 NA HET BEREIKEN VAN 1000 ITEMS OVER HET VERLEDEN VAN TILDONK.
MAAR HET BLOED KRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN,
DUS AF EN TOE MAG JE JE NOG AAN WAT MOOIS VERWACHTEN...
Jan Gordts
1897, stoomtram van Haacht botst op 'koopwarentram'...
"Verscheidene reizigerwagens waren geheel uiteengerukt en verscheidene koopwarenwagens ineengedrukt..." "Melk, aardappelen, boter, hespen en andere koopwaren lagen dooreen op den grond..."
Een brokje nieuws van de heimat zoals het afgedrukt stond in De Volksstem van 17 november 1897, een nederlandstalige gazet die verscheen in Wisconsin (USA) en die zich richtte tot de Nederlandse en Vlaamse emigranten aldaar.
Tram en trein waren hét vervoermiddel van de arbeider en de dienstmeid naar hun werkplaats in die dagen. Brussel boomde rond 1900. Zo vonden ook niet weinig Tildonkenaren er werk, bleven er hangen, en... verfransten er.
Stempel op een blanco prentkaart met de namen van 4 missieposten van de Ursulinen van Tildonk in Bengalen: Ranchi en Khunti (1903), Tongo (1907) en Rengarih (1908). De afstempeling dateert dus ten vroegste uit 1908...
is het verhaal van wie we zijn, waar we vandaan komen, en kan mogelijk onthullen waar we naartoe gaan...
"So als Cicero scrivet, so is
hystorie een ghetuge der
tijden, een licht der waer-
heyt, meestersse des levens
bootscapersche der outheit.
Daer om ist seere oorbaer
lic veel duechdelike historien kennen
ende daer op letten. Op dat wi bi exem
pelen van andere menschen leeren
mogen, orbaerlike dingen na volgen
ende schadelike dingen schuwen."
(Die alder excellenste cronycke
van Brabant, ed. Jan van Doesborch, 1530)
Knechten op de vuist in het 18de eeuwse Tildonk...
Foto: Op de voorgrond, achter de muur van de pastorietuin, ontwaren we de herberg 'het Pannenhuijs' van meier Jan De Coninck alwaar de 'aertsgaten' in de gracht werden geduwd. Het imposante klooster op de achtergrond moeten we hierbij eventjes wegdenken want dit werd pas opgericht in de 19de eeuw (detail postkaart 1906).
Knechten op de vuist in het 18de eeuwse Tildonk*
Gekrakeel, vechtpartijen, vandalisme... De krant staat er soms vol van maar toch is dit niks nieuws onder de zon want ook in vroegere tijden werd er aardig wat gebakkeleid en geknokt. Onderstaande twee teksten troffen we aan in het archief van de Schepengriffies van het arrondissement Leuven (1). De histories spelen zich af in het rurale Tildonk op het einde van het Ancien Régime en de hoofdacteurs zijn telkens knechten. Nog meer dan de omliggende dorpen bezat Tildonk in die periode een aantal grote pachthoven waarop meerdere knechten hun kost verdienden: Dormaalhof (Hambos), Terbankhof (Hambos), Nieuwenborg (Hambos), hoeve van het Iers Collegie (Hambos?), hof Ter Elst (Hambos), Bettenrodehof (Bertrodestraat), hof Ter Cammen (Mortelstraat), H. Geesthof (grens Winksele-Delle-Herent), Vijfeikenhoeve (Vijfeikenstraat), Voetemhof (Terbankstraat), ... Een knecht werkte tegen kost en inwoon, een echt loon zat er niet in. Hij stond dan ook helemaal onderaan op de sociale ladder en was heel dikwijls ongeletterd. Er waren verder zeer weinig ontspanningsmogelijkheden, de vrije dag werd meestal in de herbergen in de omliggende dorpen doorgebracht. Een en ander verklaart de toch wel banale ruzies en vernielzucht die aan het handgemeen, waarover we het hieronder hebben, voorafgingen. Het feit dat de meier en schepenen (= de wethouderen) getuigenverklaringen optekenden duidt erop dat de daders nadien voor de gepleegde feiten gerechtelijk vervolgd werden. Snuistert u even mee in de 18de eeuwse getuigenverklaringen? Van Algemeen Nederlands was toen nog geen sprake, zoveel is duidelijk...
Eenighe vechterije geschiet binnen de prochie van Thildonck op den 24e junij 1770 (2)
Samenvatting: Een drietal knechten uit Wilsele halen een vandalenstreek uit in de omgeving van de pastorie van Tildonk en gooien er enkele "aertsgaten" (3) in de gracht. Een vierde knecht die van het voorval getuige is, maakt een opmerking maar wordt daarop door hen afgetroefd. Een vijfde knecht kan de vorige ontzetten van zijn belagers. De veldwachter komt eraan, wil een der daders arresteren, doch wordt op zijn beurt in mekaar geslagen. Een meester-chirurgijn uit Leuven stelt in een attest de verwondingen vast.
Informatiens preparatoires, genomen door die wethouderen des graefschappe van Thildonck (4) ten versoecke vanJacobus Vanden Schrieck, drossaert over der selven heerelijckheijt, over eenighe vechterije geschiet binnen deselve prochie op den 24e junij 1770. Is gecompareert Jan Cool, cnecht bij Peeter Trappeniers, pachter onder Herent, oudt ontrent de 19 jaeren, hier toe gedaeght per den officier Jan De Vleeschouwer ende gestelt in eede door den meijer deser prochie, tuijght ende verclaert dat hij deponent op den 24 junij 1770 is geweest ten huijse van Peeter Vanden Bosch, dat hij van daer sijn affscheijt heeft genomen van tusschen den seven ende acht uren des savonts vanden selven dagh ende gecomen sijnde ontrent de pastorije alhier heeft gehoort eenigh gerucht ende geschreeuw ende voorts heeft hij deponent gesien dat seeckeren Christiaen 2e peerdencnecht woonende bij Jan Verhulst woonende onder Wilsel heeft aengevat seeckeren Jan Luijten eersten peerdencnechtwoonende bij Jan Michiels (5) onder dese jurisdictie. Gelijck oock heeft hij deponent gesien dat seeckeren Jan Sterckx eersten peerdencnecht woonende bij den pachter Jan Van Haeght onder het selve Wilsel den gemelden Jan Luijten oock is toegecomen. Hebbende den deponent gesien dat de twee lest genoemde cnechten den gemelden Luyten differente slaegen hebben toegebracht. Verclaerende hij deponent voorens gesien te hebben dat corts daer naer aldaer is aengecomen seeckeren Jan Bols, innegesetenen van Rotselaer, den welcken dese vechterije heeft gestilt, dat een weijnige daer naer aldaer ter plaetse voorschreven is aengecomen Jan De Vleeschouwer, officier deser prochie, den welcken den voorschreven Christiaen ende Jan Sterckx over de vechterije heeft gecalengeert (6) ende gearresteert. Als wanneer dese twee lest genoemde persoonen beneffens seeckeren Jan Cremers, oock cnecht bij pachter Verhulst, den gemelden officier sijn toegevaeren ende aen denselven toegebracht differente slaegen, soodaenigh dat hij ter aerde was gevallen.
- Eodem is gecompareert Jan Luijten, woonende bij Jan Michiels, pachter alhier.
- Jan Luijten verklaart dat hij op 24 juni, toen hij uit het huis van de meier (7) kwam, zag dat de twee knechten van pachter Verhulst van Wilsele evenals een knecht van pachter Van Haecht uit hetzelfde Wilsele bezig waren enkele aarsgaten in de gracht te stoten.
... dat den deponent hun daer over heeft vermaent seggende dat sulckx niet wel gedaen en was, dat naer eenighe woorden de selven cnechten hem hebben aengepackt ende aenden selven toeghebracht differente slaeghen soo op sijn hooft als op sijne lede, soodanigh dat het bloedt uijt des selffs hooft in abondantie was vloijende alswanneer den deponent overvallen sijnde heeft geroepen tot hulp. Dat daarop is aengecomen seeckeren Jan Bols, woonende tot Rotselaer, in sijne handt hebbende eenen stock, alswanneer dese voorschreven cnechten den deponent hebben los gelaeten, hebbende den deponent alsdan de vlucht genomen ten huijse van Francis Vildieu, alwaer hij deponent heeft gesien dat sijnen casack ten deele doorsneden was. Voorders verclaert den deponent corts daer naer gesien te hebben dat Jan De Vleeschouwer, officier van alhier gansch bebloeijt stont.
- Jan De Vleeschouwer verklaart op zijn beurt dat hij die bewuste avond drie personen omtrent de pastorie zag staan. Hij wou een van hen arresteren doch kreeg een vuistslag op zijn hoofd en heel wat slagen en stampen over zijn ganse lichaam. Hij was tengevolge hiervan acht dagen bedlegerig en werd onderzocht door een Leuvense chirurgijn.
- Een laatste getuige is de hierboven reeds vernoemde Jan Bols, 36 jaar oud en afkomstig uit Rotselaar. Hij kwam bij de pastorie van Tildonk aan en zag dat drie mannen Jan Van Luijten aanrandden. Deze riep om hulp:
... dat den selven Jan Van Luijten tot den deponent was schreeuwede dat hij hem mochte helpen ofte dat sij hem soude doodt gesmeten hebben, dat den deponent daerop tot de voorschreven drije manspersoonen heeft geseght houdt op oft ick slaeghe u doodt. Dat eenen van de voorschreven drije manspersoonen den selven Jan Van Luijten met den cop was houdende om hem alsoo tegens den muer te smijten. Dat eijndelinge deselve persoonen den gemelde Luijten hebben los gelaeten alswanneer voorschreven Luijten den vlucht heeft genomen ten huijze van Frans Vildieu. Hebbende hij deponent gesien dat den selven Luijten gansch bebloeijt was ende desselffs casack doorsneden was. Hebbende den deponent voorder gesien dat Jan De Vleeschouwer officier aldaer is aengecomen den welcken de voorschreven drije manspersoonen heeft gecalengeert als wanneer de selven manspersoonen den gemelden officier hebben ter aerde gesmeten ende eenen van hun met den pollevie op desselfs aensight toegebracht eenen stamp. Eeijndelijck verclaert hij deponent dat den gemelden officier in sijn aensight heden was gequetst soodanigh dat het bloet daer uijt in groote abondantie was vloeijede...
- J. Bt. Mommaers, meester-chirurgijn uit Leuven, schreef volgend attest:
Den ondergeschreven verclaert van op den 24 juni 1770 gecureert te hebben sekeren persoon met name Jan De Vleeshouwer, dienaer van het graefschap van Tildonck, bevonden gequetst te sijn aen sijn hooft, veroorsackende een opende wonde van op sijn recht voorhooft over de wenbrauwe over sijn oogh tot neffens ende door sijnen neus (?). Item alnoch een wonde achter sijn oor het gene moet geschiet sijn met een mes oft ander instrament. In teecken der waerheijt hebbe dit onderteekent den 24 juni 1770, Joannes Baptista Mommaers(?) meester serusijn der stat Loven.
Discours en chicaeneover de welgemaecktheijd van elkanders beenen ,Thildonk den 11 Julij 1785 (8)
Samenvatting: Het hiernavolgende gebeuren speelde zich af op de Nieuwenborg. Guilliam Weltens, dienstbode bij pachter Jan De Wit (9) komt in aanvaring met diens zoon Antoon De Wit. Wat begint met enkele onnozele opmerkingen over de welgemaaktheid van mekaars benen (!) eindigt op vuistslagen. Antoon De Wit ontvangt een pandoering en ook zijn zuster Marie Anne deelt in de klappen
Informatiens preparatoir genomen door die ondergeteekende schepenen van Thildonck ten versoecke van Sr. Joannes De Coninck drossaert van aldaer, over eenige slaegen toegebracht aen Anthonius Dewit sone Jan binnen t voirschreven Thildonck desen 11 Julij 1785.
Is gecompareert Joannes Haë, gebortig tot St Truijen, actuelen dienstbode woonachtig bij pachter Jan de Wit binnen Thildonck, gedaeght ende in eede gestelt, den welcken verclaert op den 3 julij gepasseert, gesien te hebben dat Guilliam Weltens, oock dienstbode bij d(aegher)e Jan De Wit, zijnde aende voordeure van het huijs, in geselschap van Anthoen De Wit ende met denselven in discours en chicaene over de welgemaecktheijd van elkanders beenen, eijndelijck den voorschreven Anthoen De Wit heeft toegebracht eenige slaegen met sijn vuijst op deselfs hooft, sonder dat d(aegher)e Anthoen De Wit hem eenighsints verweert heeft. Verclaerende voorts oock gesien te hebben dat de huijsvrouwe van d(aegher)e Jan De Wit met hare schoondochter Marie Anne te helpe comende om sulckx te beletten, dese laeste oock eenige slaegen heeft gegeven, voorts drijgende de eerstgenoemde haer oock van t selve te geven ingevalle sij vandaer niet en ginck. Verclaerende tgene voorschreven te bestaen in de oprechte waerheijt ende naer voorlesinge heeft hij daer bij gepersisteert ende dese onderteeckent. (Xt hantmerck van Joannes Haë verclaerende niet te connen schrijven).
Is oock gecompareert Jan Baptist Vandevelde, oudt 17 jaeren, gebortig van Winxele, gedaeght ende in eede gestelt als den voorgaenden, den welcken verclaert op den 3 julij gepasseert gesien te hebben dat Guilliam Weltens, oock dienstbode beneffens hem comparant bij pachter Jan De Wit, staende alsdan aen de voordeure van het huijs in geselschap met Anthoen De Wit, sone Jan, ende met denselven in discours sijnde ende laeter in chicaene tredende aengaende de welgemaecktheijd van elckanders beenen, eijndelijck aenden voorschreven Anthoen De Wit eenige slaegen heeft toegebracht, te weten twee met sijn vuijst op deselfs hooft ende twee ofte drij met de platte handt op het hooft ende rugge van den voorschreven Anthoen, sonder dat desen laesten hem eenighsints verweirt heeft, verclaerende voorts oock gesien te hebben dat sijne suster Marie Anne De Wit te helpe comende om sulckx te beletten, oock eene slag heeft gecregen op haer hooft van denselven Guilliam Weltens. Verclaerende hij deponent sulckx te bestaen inde oprechte waerheijt ende naer voorlesinge deser heeft hij daerbij gepersisteert ende onderteeckent. (X d' handmerck van Jan Baptist Vandevelde, verclaerende niet te connen schrijven; Peeter Coremans, Quod attestor, H. De Lellio, secretaris).
* Overgenomen uit:Gordts J., 'Knechten op de vuist in het 18° eeuwse Tildonk', HOGT 16 (2001), 220-225.
(1) Algemeen Rijksarchief Brussel (ARAB), Schepengriffies arrondissement Leuven, nrs. 1999 - 2002: schepenregisters van Tildonk, periode 1770-1790. (2) ARAB, Schepengriffies arrondissement Leuven, 1999, akte nr. 3-3. (3) Aarsgat: het ondereind van een gevelde boom (Van Dale). In ons dialect spreekt men van een 'èësgat'. (4) Het document werd ondertekend door meier Jan DE CONINCK en schepenen Hendrick GORTS, Giliam FIJARDTS en Peeter COREMANS. (5) Jan MICHIELS (x Petronella GORDTS) was pachter op het hof Ter Elst (de hoeve Van 't Sestich). (6) Calengeren: aanklagen, berispen (Verdam). (7) De meier was Jan DE CONINCK (x Elisabeth SMEDTS) die de herberg 'het Pannenhuijs' openhield, gelegen op de oude dorpsdries naast de pastorie. (8) ARAB, Schepengriffies arrondissement Leuven, 2002, akte nr. 16. (9) Jan DE WIT (=Bertem 4/1/1731, +Tildonk 12/7/1808) huwde in 1756 Catharina MOMMAERS (°Duisburg +Tildonk 4/11/1778), waarvan hij 8 kinderen had w.o. de voornoemde Antonius (°Tildonk 20/4/1762) enMaria Anna (°Tildonk 5/10/1768). Na de dood van zijn vrouw hertrouwde hij met Maria Elisabeth SCHAVEYNE , die hem nog eens 7 nazaten schonk!Van 1778 tot 1785 was hij pachter op de Nieuwenborg en voordien pachtte hij de vlakbijgelegen hofstee van het klooster van Terbank (ARAB, Familiearchief de Lalaing, 1639, 1648). In 1785 bewerkte hij zijn akkers met de hulp van niet minder dan 9 paarden (ARAB, Schepengrifffies arr. Leuven, 5569). Hij wastevens schepen van Tildonk in de periode 1761-1773.Jan DE WIT was een van mijn voorouders (Kw70) en verwant met de gekende pachtersfamilies GORDTS, JANSSENS, VANDENHEUVEL en VANDENSCHRIECK.
Op het einde van de 19de eeuw barstte het Tildonkse kloostercomplex zowat uit zijn voegen. Een ambitieus project lag op tafel: men wou namelijk stoom gebruiken als aandrijfkracht voor machinerie en als verwarming, maar ook elektriciteit als verlichting. Bovendien wilden de ursulinen er nieuwe gebouwen oprichten zoals een boerderij, bakkerij, wasserij, strijkerij,... Het terrein diende daartoe uitgebreid te worden en daarom werden onder meer gronden van het klooster geruild met gronden van graaf de Lalaing, nakomeling van de laatste graaf van Tildonk. Een obstakel vormden enkele grondpercelen van ene Juffr. Gabrielle Blommaerts uit Brussel die lang het been stijf hield en niet geneigd was om te verkopen. Het heeft heel wat gepalaver gekost met er bovenop zelfs een bedevaart naar het heiligdom van Affligem om de dame tot andere gedachten te brengen. In 1899 werd uiteindelijk een akkoord bereikt. Daarop werd met toelating van de gemeente het tracé van de Kouterstraat (chemin n° 9) een eindje verlegd in zuidwestelijke richting en werd de straat meteen ook rechtgetrokken (zie de vette lijn) .
Op 12 september 1922 trouwt
Mariette de Behault du Carmois (°Tildonk 2 januari 1903) in haar geboortedorp
met burggraaf Louis de Partz de Courtray. Deze overlijdt echter reeds anderhalf
jaar later (+Elsene 27 maart 1924). Ze hertrouwt op 4 juni 1930 met Henri
Capelle, doch dit huwelijk houdt geen stand en wordt in 1944 ontbonden.
Op de
foto, genomen tijdens de tweede huwelijksplechtigheid in 1930, aanschouwen we rechts
haar broer Raymond de Behault du Carmois, de latere dorpsdokter en burgemeester, bij het verlaten van de ceremoniële automobiel (een Minerva?).
De
achtergrond wordt bijna in de volledige breedte van de foto ingenomen door het imposante Tildonkse klooster. Bemerk ook de aanwezigheid van de kinderen uit de buurt die wellicht enige centjes toegeworpen werden door de voorname gasten. Dat was gebruikelijk in die tijd...
De Belgische revolutie of de gewapende opstand tegen koning Willem I der Nederlanden die tot de onafhankelijkheid van België leidde, greep plaats tussen 25 augustus en 4 oktober 1830. In Leuven werd een Hulpcomité opgericht dat onder meer gespijsd werd met een aantal giften vanuit Tildonk (door een paar particulieren en de gemeente), bestaande uit patatten, rogge, tarwe en daarnaast een geldsom.
(Journal de Louvain, oct-nov 1830)
Comité de Secours de Louvain
Dons patriotiques reçus :
-A. Janssens, à Tildonck, 6 sacs de
pommes-de-terre
-Janssens, percepteur, à Tildonck, 4
sacs de pommes-de-terre
-La veuve Vandenschrieck à Tildonck,
10 mesures de seigle et 4 sacs de pommes-de-terre
-Dekoninck, bourgmestre pour la
commune de Tildonck, 84 fr 23 cent, 5 ¼ mesures de froment, 14 mesures de seigle
et 50 sacs de pommes-de-terre
Volgens Wikipedia is een slotzuster of koorzuster een non die in een
streng van de buitenwereld afgesloten deel van een klooster leeft, maar
volgens de Oosthoek Encyclopedie zijn slotzuster en koorzuster evenwel geen
synoniemen van mekaar. Een koorzuster wordt er gedefinieerd als een kloosterzuster verplicht tot de koordienst, tegenover een werkzuster. Een 'mère', tegenover een 'soeur' met andere woorden...
Feit is dat er in een bepaalde periode in het klooster van Tildonk
wel degelijk slotzusters verbleven.
Dit spitten we nog wel eens verder uit...
Afbeelding uit: Wendlandt H.C., De (reguliere) ursulinen; zusters (of
religieuzen) ursulinen, Het Klooster - [Nieuwe Venlosche Courant]
10 (1927).
Tildonkse 'beleijden' op het einde van de 18de eeuw
Hetgeen er nog rest van het oude archief van de Tildonkse Schepenbank berust op het Rijksarchief te Leuven. In onderstaand document uit 1772 is er sprake van een "beleijde".
Wat dienen we daar onder te verstaan?
Er bestond vroeger niet zoiets als 'de mannen van de gemeente', m.a.w. elke eigenaar (of huurder) was verplicht om zelf in te staan voor het onderhoud van de wegen en waterlopen die aan zijn eigendom grensden. De controle hierop was een bevoegdheid van de schepenen. Het uitvoeren van dergelijke controle noemde men een "beleijde". Door de hoge overheid van de Oostenrijkse Nederlanden (in 1772 regeerde Jozef II over ons) werd zulks trouwens opgelegd door middel van ordonanties of "placcaerten". Het aantal B's achter elke regel in onderstaande tekst staat klaarblijkelijk voor het aantal inbreuken dat de betroffen eigenaars pleegden op de genoemde plaats. Franciscus Vanden Schrieck, die de hoeve van de Grote Heilige Geest (het vroegere Hof ter Leeps) op de grens met Delle uitbaatte, was blijkbaar de grootste zondaar met vier B's achter zijn naam...
Het vergt een beetje moeite om de taal van toen te begrijpen. En ook de straatnamen zijn een tikkeltje anders dan nu. Maar we helpen u graag: Voorincxstrate = Woeringstraat, Murter straete = Mortelstraat, Betroo strate = Bertrodestraat, Craijnheijcke = Kruineikestraat. Putplein moeten we nog even opzoeken...
(R.A.L., Schepengriffies, Tildonk, 1999-12)
29/5/1772 Beleijde ende visitatie door drie schepenen des graefschappe van Thildonck ten versoecke ende requisitie van Sr Joannes De Coninck mijer van aldaer ende dat op alle straeten, rioolen beken ende andere beleijdbarer plaetsen, degene sijn alst volgt
- In den eersten Jacobus Gorts over de straete comende tegens sijn lant genaempt de Voorincxstrate niet behoorlijck vermaeckt te hebben daer voor beleijdeB - item Jan Janssens over de strate comende tegens sijn lant genoempt de Voorincxstrate niet behoorelijckvermaeckt te hebben daervoren een beleijdeB - item Joannes de Coster over de strate comende tegens sijn lant genoempt de Voorincxstrate niet behoorelijck vermaeckt te hebben daervoren een beleijdeB - Item Jan Van Hamme over de straete op twee plaetsen tegens sijn lant genoempt de Voorincxstrate niet behoorelijck vermaeckt te hebben daervooren twee beleijden, dusBB
- item de wed. Vanden Schriek over de straete comende tegens haer lant genaempt de Murter straete niet behoorlijck vermaeckt te hebben daer voor beleijdeB - item Philippus Van Velthem ende Peeter Schuremans over de straete comende tegens hunne goederen genaempt de Betroo strate niet behoorelijck vermaeckt te hebben daervooren ieder een beleijde met ordonnantie een aldaer te leggen strijck houtensBB - Item den selven pachter Schuremans over deselve straete op differenten plaetsen niet vermaeckt te hebben daarvooren drij beleijdenBBB
- Item den selven pachter Schuremans over niet geruympt te hebben die beke loopende tusschen den Lange Bempdekens daer voorens een beleijdeB
- Item Franciscus Vanden Schrieck over de straete comende tegens sijn pachthoff op differente plaetsen tegens sijn lant niet vermaeckt nochte uijtgerecht daarvooren vier beleijdenBBBB
- Item Peeter Cooremans over de beke genaempt den Roeckenloos niet geruijmpt te hebben daarvooren een beleijdeB - Item de kercke van Thildonck over niet geruijmpt te hebben aen den bosch B - Item het Clooster van Bethleheem over geenen stap bevonden te hebben in den inganck aen den bosch weesende eenen voetwegh comende tegens de straete genaempt Putplijn daer voorens een beleijdeB
- Item Jan De Wit ende Peeter Van Gorp over niet behoorelijck vermaeckt te hebben aen hun lant tegens de Groenstraete daer voorens ieder een beleijdeBB - Item Adriaen Van Tongelen over niet behoorelijck vermaeckt te hebben de straete aen sijn lant genoempt de Groenstraete daer voorens een beleijdeB
- Item de wed. Vanden Schriek over niet vermaeckt te hebben den leijgracht tegens den Lauwendries daer voorens een beleijdeB
- Item Jan Cnops over niet vermaeckt te hebben de straete aen sijn lant genaempt de Craijnheijcke daer voorens een beleijdeB
- Item Jan Bosmans ende de wed. Vanden Schriek over niet vermaeckt te hebben de straete aen hun lant genaempt de herbaene van Mechelen op Loven daer over ieder een beleijdeBB - Item Guill. Feijaerts over niet vermaeckt te hebben de straete aen sijn huijs daer voorens een beleijdeB
- Item Hend. Gorts over geene leine (?) bevonden te hebben aen sijn goet over de Lipse daer voorens een beleijdeB
- Item den heere Aerts rentmeester van den grooten H Geest van Loven over deLeijbeke niet geruijmpt te hebben aen sijnen bosch genaempt de Beeckherssel daer voorens een beleijdeB
Aldus gedaen ende beluijt desen 29° maij 1772 coram de ondergeteeckende ordonnerende aende voors(chreven) beleijde persooenen de gemelde beleijde plaetsen tusschen heden ende 14 daegen te restaureren ende stellen in behoorelijcken staet op pene dat het ten dobbelen coste sal worden gedaen alle de selve daer inne condemnerende, ende tot die in de ammende vervath bij haeren m(ajest)eijts placcaert.
(handtekeningen) Hendrick Gorts F. De Wit Gilliam Fijaerdts Peeter Coremans Peeter Schueremans et me P. De Lellio secr(etari)s 1772
Het Bertrodehof waar pachter Peeter Schuremans huisde. Hij werd op de vingers getikt omdat hij het gedeelte van de Bertrodestraat dat aan zijn pachthof grensde niet behoorlijk had onderhouden en de nabijgelegen beek verzuimde te ruimen...
We vonden in het archief van gewezen Tildonks notaris Jan Baptist Van Cleynenbreugel een attestatie terug uit 1764 (1)waarin sprake is van een kareeloven in open veld, te situeren op de plaats waar de Lips onder de vaart duikelt (kant Hambos). De kareelsteen diende trouwens voor de overwelving van de 'ondervaartse' tunneling van de Lips.
Attestatie Sr: Petrus Bisschop cum suis > Henr: Bertrand
"Op heden desen 8° 9ber 1700 vierensestigh voor mij notaris bij den Souvereijenen Raede van Brabant geadmiteert tot Thildonck residerende ende inde presentie van de getuijgen naer te noemen compareerde h(ee)r: Petrus Bisschop meijer ende innegesetene van thildonck, oudt omtrent de achtendertigh jaeren sone ...(niet ingevuld, JG) Jan de Vleeschouwer ende Judocus Scheirs bijde oock innegesetenen van Thildonck welcke comparanten sonder eenige justentie ende requisitie van hr: Hendericus Bertrand hebben verclaert waerachtigh te wesen dat als wanneer den duijcker in het beginsel ofte eerste (maetstaefve) van de vaert van Loven ten jaere 1750 ofte 1751 passerende onder de selve, binnen Thildonck omtrent het pachthof genoempt de Mothe (2) competerende alsnu d'erfgen: wijlen Sr: Michiels gelegen onder Thildonck.
Dat den carreel ende aerden is gestocken en gebacken geweest in seckere plecke bempt alsnu bosch gemeijnenlijck genaemt den Eulhof competerende het Iersch collegie binnen Loven gelegen tegens den voors: hof van d'erfgen(amen): wijlen Sr: Michiels. Datter oock eenen carreel hoven is geseth geweest door den voors: S(ieu)r: Michiels in den boomgaert oft op bauwinge van het voors: pachthof het welcke kennel(ijck): is aen eersten ende lesten in ordine deponenten.
Verclaerende allentgene voors. te bestaen inde oprechte waerheijt ende alsnoch seer wel te weesen van hunne kennisse als allen het selve alsoo gesien te hebben met gelofte van deser onder hunnen des selve deughden eede te sullen bevestigen tot resquestes des aensocht sijnde voor alle heren hoven ende rechters..."
(handtekeningen) P. Bisschop, Jan de Vleeshouwer, Judocus Scheirs (tekent met een kruisje)
Eulhof, Iers College, Petrus Bisschop, Jan de Vleeshouwer, Judocus Scheirs, Hendericus Bertrand, Michiels, de Mothe, motte,
(1) Van Cleynenbreugel J. Bt., + Tildonk, 29/03/1770; notaris te Wezemaal in de periode 1757-1758 en te Tildonk in de periode1758-1770. TRANSCRIPTIE(Algemeen Rijksarchief Brussel, Notariaat Generaal van Brabant arr. Leuven, nrs. 5159-5167) - nr. 5164 (8 nov. 1764) -
1588: een lazerij of melaatsenhuis in de Mortelstraat
Itinera Nova
Het stadsarchief van Leuven ging in 2009 van start
met het project Itinera Nova. De doelstelling van het project bestaat erin om
de meest omvangrijke bron uit het ancien régime die in het stadsarchief wordt
bewaard, integraal te digitaliseren en gaandeweg ook voor onlineraadpleging te
ontsluiten. Die archiefbron bestaat uit 1.127 registers van de Leuvense
schepenbank, die samen een onafgebroken periode van meer dan vier eeuwen
(1362-1795) bestrijken. Ze vormen een belangrijke en tot op heden onontsloten
gebleven historische bron voor de geschiedenis van Leuven en van het hertogdom
Brabant (de huidige provincies Vlaams- en Waals-Brabant, Antwerpen en
Noord-Brabant). Het project maakt gebruik van de modernste technieken en
bestaat uit een gemeenschap van meer dan 50 vrijwilligers, die zich in hun
vrije tijd inzetten om deze handgeschreven registers folio per folio in te
scannen en te transcriberen.
https://www.itineranova.be/in/home
Momenteel hebben deze vrijwilligers bijna 840.000 beelden ingescand en gedigitaliseerd en meer dan 81.000 akten minutieus gelezen en uitgeschreven! Dat dit geen simpel werkje is bemerk je in onderstaand fragment...
Bepaalde akten hebben betrekking op Tildonk en dat
interesseert ons natuurlijk danig.
Een voorbeeld: een akte
van 12 maart 1588 (SAL 7483) getranscribeerd door Etienne Franckx, leert ons
dat er zich toen in de buurt van het Tildonkse Mortelveld een lazerij bevond!
Een lazerij was een leprozen- of melaatsenhuis. De herbaene waarvan sprake is de huidige Mortelstraat.
/ ontrent drije boendere(n) eijgens
winnens landts gelege(n) in twee partije(n) oft stucke(n) opt mortervelt
onder thieldonck aende herbaene aldaer tussche(n) de lazerije ende
deijcke /
1825, attest ten gunste van Catharina Vanden Schrieck
Catharina Vanden Schrieck was één van de drie onderwijzeressen waarmee pastoor Lambertz in
1818 een schooltje opstartte in een bijgebouw van zijn pastorie. Hier werd de kiem
gelegd van het onderwijs door de latere Congregatie der ursulinen van Tildonk.
De eerste onderwijzeressen
waren echter niet echt geschoold, Catherina en haar medezusters volgden daarop in Leuven bijkomende
lessen en legden nadien met goed gevolg de vereiste examens af. Een attest ten gunste door
enkele vooraanstaande Tildonkse burgers (pachters/schepenen) zorgde mee voor de nodige credibiliteit.
(Meer over Catharina en haar familie verneemt u in deze blog op 6/2/2007: https://www.bloggen.be/tilloenk/archief.php?ID=428)
Transcriptie van het document:
De ondergeteekende Gielielmus
Godts, Joannes
Godts, Antonius Jansens, alle
landbouwers in
Thildonck, arrondissement Leuven
provincie Zuid-
Braband, verklaren dat
Catharina van den Schrieck
schoomeestersse in het sticht
deezer gemeente, van een goed
gedrag is, dat zij haar beroep
met iever en ten volle
contentement van alle inwooners
uitoeffent, bovendien
dat zij door hare handelwijs altijd
meer en meer de
gemoederen van t publiek tot
zich trekt.
Thildonck den 2 Januarius 1825
(handtekeningen: G. Gordts,
J.A. Janssens, J. Gordts)
La Gazette de Louvain, een franstalige Leuvense zondagskrant berichtte in haar editie van 22 januari 1910 over een bijeenkomst van de Tildonkse Boerengilde de volgende dag. Ik stel me hierbij de vraag of er in die tijd veel Tildonkse boeren waren die de taal van Moli�re spraken (of zelfs begrepen) ... Het moet zijn dat de toenmalige Tildonkse elite wel haar centen placeerde in de Raiffeisenkas.
Op 2 september 1918 hielp 'goeivraa' Ursula Jacobs een nieuwe Tildonkenaar ter wereld, de genaamde August (Guske) Vandenheuvel. Hij was het zoontje van Jan-Baptist (Tist) Vandenheuvel en van Dorothea Celina (Té) Van den Acker.
Op de foto zien we (boven, van L naar R): Florence Boogaerts, de meter en tevens grootmoeder; Tist Vandenheuvel, de vader; Stinus Van den Acker, de peter en tevens grootvader;(onder): Ursula Jacobs met de boreling.
1858, toen men nog met de kruiwagen van Tildonk naar de markt in Leuven reed!
Het in de Gazette van Brugge (ed. 30 oktober 1858) beschreven spoorwegongeval heeft zich blijkbaar voorgedaan in de Tildonkse Hambos. In de parochieregisters van Tildonk vond ik echter het overlijden van de ongelukkige man niet terug...
* Sas en sashuis van Tildonk, niet van gisteren...
Toen de Leuvense vaart ingehuldigd werd op 23 juli 1753 (de eerste spadesteek werd gegeven op 9 februari 1750) waren er 3 sassen voorzien, met name te Kampenhout, Mechelen en Zennegat. Dit was echter onvoldoende om het niveauverschil van meer dan 14 meter tussen de Leuvense vaartkom en het Zennegat voorbij Battel op te vangen. Sluizen braken (Kampenhout) en dijken begaven het (Zennegat, Muizen). Daarop werd beslist om de sluis van Mechelen te vervangen door twee andere (Battel, Boortmeerbeek) en om een nieuwe sluis te bouwen in Tildonk. De constructie van de Tildonkse sluis greep plaats in de periode 1762-1763. Enkele percelen grond, gelegen op de Zuiddijk rechtover het nieuwe sas, deels eigendom van de pastorie van Wakkerzeel, deels behorend tot het buitengoed van de familie Snoy-van 't Sestich, werden toen onteigend. Op deze gronden werd in 1771-1772 het sashuis opgericht. (Uit: Gordts Jan, Stenen getuigen uit het verleden van Tildonk, 2007, p.31).
Onzekerheid over de juiste datum ivm het sashuis We weten alleen dat de aannemer als uiterste opleveringsdatum november 1771 vooropstelde en als ultieme einddatum maart 1772. Die tweede datum lijkt ons trouwens aannemelijker, wetende dat de overeenkomst tussen het Leuvense stadsbestuur en de aannemer pas in juli 1771 werd afgesloten.
De openbare aanbesteding van de bouw van het sasseniershuis te Tildonk
Driemaal, op 27 juni, 4 juli en 10 juli 1771, werden de lastenvoorwaarden voor de bouw van het sasseniershuis te Tildonk op het Leuvense stadhuis voorgelezen. Slechts één aannemer, de 'landt ende edificien meter' Natalis Josephus Corthout, diende een prijsopgave in voor de volledige opdracht met inbegrip van het metsel-, timmer-, dak-, lood- en ijzerwerk. In plaats van eind december 1771, stelde hij als voltooiingsdatum voor het onder dak brengen van het gebouw, november 1771 en als ultieme einddatum van het werk maart 1772 voorop.
De overeenkomst tussen het stadsbestuur en de aannemer Josephus Corthout werd op 12 juli 1771 officieel afgesloten in tegenwoordigheid van de luitenant D'aidans, de Leuvense meier, de schepenen, de commissaris van het gouvernement en de rentmeester van de Vaart.
(SAL, 3915: Akten met betrekking tot de Vaart. Overeenkomst met de landmeter Josephus Corthout met betrekking tot de aanneming van de bouw van de sluiswachterswoning te Tildonk, (12 juli 1771) - Uit: Van Langendonck Linda, Het sasseniershuis te Tildonk. Bouwhistorisch onderzoek, 2000).
Bij Edouard Van Even, Louvain dans le passé et dans le présent, 1895, lezen we het volgende in verband met de vaartperikelen in de beginjaren:
Dans la nuit du 14 au 15 juin 1759, une nouvelle catastrophe arriva : le grand aqueduc syphon de Muysen s'abîma, emporté avec une telle rapidité qu'on crut un instant, à Louvain, qu'on l'avait fait sauter. Par suite de cet accident, la navigation fut interrompue. Les bateaux qui se trouvaient dans le bassin du canal partirent par la Dyle en passant à travers. une tranchée qu'on pratiqua près de la Maison-Blanche. Le canal fut alors bien près d'être abandonné. Charles de Lorraine tira la ville de cette situation fâcheuse. Il chargea le colonel de Laing, chef du corps ingénieurs de l'impératrice aux Pays-Bas autrichiens, d'inspecter le canal et de dresser « les devis et conditions » pour le travail nécessaire au rétablissement de la navigation. Le projet de cet officier comprenait la construction de deux nouvelles écluses à Thildonck et à Boortmeerbeek. Dans le désir de « seconder l'empressement du peuple de Louvain à voir la navigation rétablie », le prince approuva le travail du colonel et chargea cet officier de se rendre en notre ville afin d'expliquer au magistrat « les devis et conditions élaborés par lui »; de Laing arriva à Louvain, le 23 octobre 1759. Les difficultés financières une fois résolues, le canal fut restauré en 1762, sous la direction de de Laing. Alors la voie navigable comptait cinq écluses : Thildonck, Campenhout, Boortmeerbeek, Battel et Sennegat. Le 20 août de la même année Charles de Lorraine remonta le canal dans un yacht hollandais, sur lequel il s'était embarqué au Sennegat, et arriva à Louvain vers trois heures et demie de l'après-midi. Il était accompagne de sa soeur, la princesse Charlotte, abbesse du chapitre noble de Sainte-Waudru, à Mons, et du comte de Coblenzl. Le bassin avait été décoré avec splendeur. Sur une longueur de six cent vingt pieds, on avait établi une galerie dans laquelle on remarquait des portiques, des pyramides et des arbustes; sur le pont du milieu s'élevait un superbe arc de triomphe. Après avoir, inspecté le canal, le prince se rendit à l'abbaye de Sainte-Gertrude, où il soupa, avec son entourage; en présence du public autorisé à entrer dans l'enceinte du cloître. La navigation ne fut reprise qu'en 1763 : le 23 juin de cette année, arriva en notre ville, avec un chargement de sel, le bateau de Corneille de Winter, négociant à Anvers.
Advertentie (verkoop van 't Kasteeltje in 1760)... Seggeth voorts!
Een mooi leesbare advertentie uit 1760...
(Familiearchief de Lalaing, n° 1676, Algemeen Rijksarchief Brussel)
"Men sal publieckelijck vercoopen... een
schoon ende wel geleghen hoff van plaisantie, bestaende in eene schoone
huijsinghe met opper ende neder camers, keukene, solders, ende kelders
rontsom in sijne hoff grachten ende schoone waeteringhen. Item daer toe
eene groote schuere, stallinghen wagen huijs ende voordere edifitien
insgelijck in sijne hoff grachten, met den hof, boomgaert, landen,
weijden, dreven van schoone eijcke boomen, houtwasschen &a in
verscheijde parcheelen gelegen tot Thildonck teghens de vaert de
voorschreve landen ende weijden in huere gebruijckt wordende bij
Henderick Gordts ten preijse van 350 guldens s'jaers vrije geldt..."
2011: kloosterjubileum van zuster Bernadette Uytterhoeven
Heel recent werden duizenden parochiebladen online toegankelijk gemaakt door KADOC.
Aldus stootten we op een artikel in 'Kerk en Leven', editie Federatie Wilsele, over de viering van het kloosterjubileum van zr. Bernadette Uytterhoeven (1937-2019), de laatste ursuline die in Tildonk verbleef. We lezen er dat haar kloosternaam Mère Marie-Louise van de Onbevlekte Ontvangenis is. Dat is echter niet correct, haar echte kloosternaam was zuster Bernadette. Lees ook haar verhuis in 2007 naar de Pastoor Lambertzdreef in plaats van de 'Pastoor Lambertusstraat'...
In het gemeentearchief van Tildonk troffen we een lijstje aan met vermelding van het
aantal inwoners van de gemeente, opgedeeld volgens ouderdom, op 1 januari 1830.
Totaal: 1092, zijnde 496 mannen en 596 vrouwen. Onder meer de nonnen in het klooster
zorgden voor dat grote overwicht aan vrouwen, een overwicht dat nog tot 1960 doorliep.
Opmerkelijk is het hoge percentage kinderen jonger dan 20: 244 jongens en 311 meisjes (de kostschoolleerlingen werden blijkbaar meegerekend). Samen zorgden die jongeren voor meer dan de helft van de toenmalige Tildonkse populatie! Slechts 7 mannen en 5 vrouwen waren dan weer ouder dan 80, met als absolute uitschieter een man van 93. Enig opzoekwerk leerde ons dat het Jan Baptist Bulens betrof, °Tildonk 11 maart 1736, zoon van Jacobus Bulens en van Catharina Van Laer, +Tildonk 31 maart 1830.
Een groepsfoto met naar we menen de leden van het meisjespatronaat van Tildonk.
We herkennen (L>R) Onderste rij: 1. Clotilde Op de Beeck; 2. de directeur van het klooster, Vital Decoster; 3. pastoor De Roeck; 4. onderpastoor Simons; 5. Irène Vanstappen Bovenste rij: 1. Paula Jossa; 2. Anna Ons; 3. Irma Bisschop; 5. Maria Janssens; 8. Alice De Coster
Ben je benieuwd of je familienaam voorkomt in de blog? Of zoek je info over bvb. het klooster, 'varkens en beren', de vaart, ... Breng je zoekterm hierboven in en je krijgt onmiddellijk ALLE artikels waarin deze term voorkomt!
ZEKER EENS PROBEREN! DIT WERKT DUS NIET MEER
DE FOTO'S IN DE BLOG
Gebeurlijke miniatuurfoto's in het middengedeelte kan je doorgaans vergroten door erop te klikken.
De foto's in de linker- en rechterkolom echter niet, ze zijn dan ook veeleer bedoeld als opsmuk. Het gros kwam je wel al eerder tegen in een artikel in het middengedeelte.
.
WARM AANBEVOLEN
Voor slechts 34 € word je lid van HAGOK, de Haachtse Geschied- en Oudheidkundige Kring. Als lid kan je de meeste activiteiten van HAGOK gratis meemaken. Ontvang je HOGT, een glossy magazine met tientallen kleuren- en andere foto's; elk jaar goed voor meer dan 300 blz. streekgeschiedenis, heemkunde, genealogie, archeologie en wetenschappelijke bijdragen over de dorpen van de driehoek Aarschot-Leuven-Mechelen.
Als lid kan je de artikels over Tildonk, naast alle andere reeds verschenen artikels, en dat zijn er ondertussen meer dan 1400 (!), ten allen tijde gratis online raadplegen. Over Tildonk zelf verschenen doorheen de tijd heel wat uitgebreide bijdragen:
Arnold Bonne & Jan Gordts, Cimorné gezien in Tildonk
Jan Gordts, Raar maar waar?! De Tildonkse Sint-Jan-de-Doperkerk is gezegend met een merkwaardige preekstoel
Jan Gordts, Een geval van overbemesting te Tildonk in 1795
Arnold Bonne, West-Vlaamse WO I-vluchtelingen, poserend voor Hôtel du Cygne (1918)
Jan Gordts, Zieltjes redden in 1827. Tildonkse pastoor Lambertz neemt mes van chirurgijn Beckers ter hand
Jan Gordts, Jacobus Evers (°Tildonk 1828), een 'filius septimus' of zevende zoon
Arnold Bonne, Jan Gordts & Freddy Vens, De grauwzusters van Roeselare en andere vluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog in Tildonk
Jan Gordts, 1848, de jonge Tildonkenaar Gaspar Gielielmus Engelborgs overlijdt in den vreemde
Kristien Suenens, Een man, duizend vrouwen. De ursulinen van Tildonk
Jan Gordts, 'Ge moet niet alles geloven wat in de gazetten staat...'
Jan Gordts, Vondelingen te Tildonk op het einde van de 18de eeuw
Jan Gordts, De memoires van Tildonks brugdraaier Jozef Mommaers, alias 'Jef van de brug' (1873-1968)
Jan Gordts, Lucienne De Keuster (1923-2015) dochter van de sassenier van Tildonk. Een vergeten partizane
Jan Gordts, Lokalisatie van enkele 18de-eeuwse gronden te Tildonk. Een oefening
Peter Dejaegher, Het gevecht aan de Lips (1266)
Jan Gordts, André Van Aerschot & Jan Cleynhens, Begin september 1944: de bevrijding van Haacht en omgeving
Jan Gordts, Betwisting rond een in 1820 te Tildonk gevonden geldpot
Ward Caes, Een zilvermunt van keizerin Maria Theresia of een pot bier in 1750?
Jan Gordts, 'Life in a Belgian Convent: A Sydney Girl Abroad'. Een relaas uit 1913 door Maie Mason, Australische oud-leerlinge van de Tildonkse ursulinenkostschool
Jan Gordts, Liedeken op de groote moordery geschied tot Tildonck in den nagt op Gulde Mis (1837)
Jan Gordts, Marie Antoinette Caroline van der Gracht de Fretin en het kasteel ter Elst te Tildonk
Jan Gordts, Voorjaar 1814. Het veldleger van "de Zwarte Hertog" Frederik Willem van Brunswijk strijkt neer in onze dorpen
Roger Casteels, Uittreksels uit het frontblad 'Het Kanton Haacht onder de wapens' - (Thildonck)
Jan Gordts, Wat mispeuterden de Tildonkenaren zoal een goede honderd jaar geleden? Een verhaal van onder meer 'varkens' en 'beren'
François van der Jeught, Een nieuwe Van den Gheinklok voor de kerk van Tildonk in 1601
Jan Gordts, Het Tildonkse ursulinenklooster, litho op postkaart 1903-04
Jan Gordts en Guido Abts, De preekstoel met de verkeerde parochieheilige
Germaine Verheyt, 'Maurice Neefs, een oorlogsslachtoffer uit Tildonk
Jan Gordts, Openbare boedelverkoop in 1771 van de Tildonkse hoeve van 'de Tafel van de Grote Heilige Geest van Leuven' (Hof Ter Leeps)
Jan Gordts, Leerlingenwerving voor de internationale kostschool van de Tildonkse ursulinen in de 19de en 20ste eeuw
Jan Gordts, Bijna vier eeuwen Tildonkse pastoors (1626-1999)
Willy Van Langendonck, De waternaam Lips
Hubert Simonart, Tildonk-Banneux 1933-2008. Een uitzonderlijke band
Jan Gordts, Het testament van kanunnik Philippus Van 't Sestich (+ Tildonk 15 oktober 1764)
Jan Gordts, De Tildonkse processie van weleer
Willy Van Langendonck, Het toponiem Tildonk
Jan Gordts, Een Tildonks politiereglement uit 1837
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: Maurice Croon
Jan Gordts, De Tildonkse galg
Roger Casteels, Dagboek van de ursulinen van Caen over hun belevenissen te Wespelaar en Tildonk tijdens de Eerste wereldoorlog
Jan Gordts, Tildonk ten tijde van de Oostenrijkse Successieoorlog (1741-1748)
Louis Swiggers, Over Tildonkse dorpsfiguren: Jakke Vanden Acker, alias Sinterklaas; de smed; Jef van Woil; Lewie Van Krieken; Plien Borreman
Jan Gordts, De geschiedenisles van schoolmeester Paulus Goossens over Tildonk (1856)
Roger Casteels, Het Tildonkse ursulinenklooster en de Eerste Wereldoorlog
Jan Gordts,Tildonk beschreven rond 1830 in de 'dossiers d'expertise' van het kadaster
Jozef Hamels, Renners uit onze regio: met Tildonkse connectie
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving van Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse notarissen in de periode 1758-1920
Jan Gordts, De bewogen carrière van Leon Vincart, gevolmachtigde minister van België in Venezuela (°Huy, 22 april 1848 - +Tildonk, 6 juli 1914)
Maurice Vandenheuvel, In 1945 was het klooster van Tildonk een Brits legerhospitaal
Jan Gordts, Knechten op de vuist in het 18de eeuwse Tildonk
Jan Gordts, De Tildonkse reuzen Jan en Babs in de kijker
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof ter Elst, van pachthof van de abdij van Affligem tot kasteelhoeve van de families Van 't Sestich en Snoy
Jan Gordts, Over oude Tildonkse pachthoven. Het hof te Bettenrode, win- of pachthof van vele heren
Jan Gordts, Gaf Sus Artoos zijn naam aan de Tildonkse wijk Sussenhoek?
Maurice Vandenheuvel, Het Janssenskapelletje (1852) en de familie Janssens te Tildonk
Jan Gordts, Het Tildonks Sticht in de periode 1818-1832, voorloper van het latere ursulinenklooster
Jan Gordts, De Tildonkse handbooggilde van St.-Sebastiaan in het begin van de 18de eeuw
Henri Vannoppen, Schilderijen en kunstwerken rond de notarisfamilie Verzyl te Tildonk
Jan Gordts, De grote kloosterbrand te Tildonk in 1928
Henri Vannoppen, De familie de Behault du Carmois tegen de achtergrond van de samenleving in Tildonk
Jan Gordts, Indische bedevaarders op bezoek te Tildonk in 1935
Maurice Vandenheuvel, Met Tildonkenaars op de vlucht in mei 1940
Jan Gordts, Het ploeg-handmerk van Louis Van Bolle, schepen van Tildonk (1664)
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk. De Art Nouveauzaal
Roger Casteels, Op 26 mei 1940 verloor Tildonk 2/3 van zijn onderwijzerskorps
Marleen Rosier, Het Ursulinenklooster te Tildonk:een bouwhistorisch en iconografisch overzicht
Jan Gordts, 12/8/1942: een Engels gevechtsvliegtuig stort te pletter in Tildonk
Jo Vandesande, Een 18de-eeuwse kaart van Tildonk en Wespelaar
Jos Cools, Tildonk
Jan Gordts, Een drievoudige moord te Tildonk in 1837
Henri Vannoppen, Een beeld van de gemeenten Haacht, Tildonk en Wespelaar rond 1830
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel II: De heerlijkheid Lauwendries
Jo Vandesande, Motten en heerlijkheden te Tildonk. Deel I: De heerlijkheden Tildonk, Ter Borcht (Nieuwenborg) en Oudenborg, vanaf hun ontstaan tot omstreeks 1650
Bart Minnen, Getuigenissen uit 1390 over de verdeling van de tienden te Tildonk