We zetten onze tocht verder vanuit Santiago de Compostela. Gisteren vlogen we er in 118 minuten naartoe, exact evenveel minuten als we dagen nodig hadden om de stad in juni 2019 voor het eerst te bereiken!
Na wat zigzaggen door het Alamedapark geraken we op de Camino de Fisterra. En ja, betrapt: we hebben onze vrienden verteld dat we een kleine 100 km te stappen hadden, hier blijkt dat het er vanuit hartje Compostela maar 90 zullen zijn...
Op deze zomerse dag zien we het heuvelende Galicie op z'n mooist: al vlug lopen we in eucalyptusbos, tussen eindeloos veel varens, langs hoge cruzeiros met hun beeldhouwwerk aan twee kanten, langs tientallen horreos, waarin maïs werd gedroogd. Anders dan in het oosten van Galicie, vóór Compostela, zijn de huizen hier bijna allemaal bewoond en zeer verzorgd.
Er zijn heel wat stappers onderweg, ook in de tegenovergestelde richting. Wel vijf keer zien we vandaag de jongste Compostelaganger (eigenlijk: Fisterraganger) die we ooit zagen. Het is een Duits jongetje van 11 maanden, dat vandaag dezelfde afstand aflegt als wij. Maar wel meestal op de rug van zijn papa.
Er is wel wat te veel asfalt en naar de Alto do Mar de Ovellas is het een klim van een paar honderd meter, maar de schitterende Ponte Maceira, 150 m over de rivier de Tambre, doet alle moeite vergeten.
We stoppen in het stadje Negreira. We zetten vandaag 32 835 stappen, goed voor 22 km.
|