Vanuit A Labacolla stap je nog 5 km over een heuvelrug en dan heb je plots een uitzicht over Santiago. Dit is de Monte do Gozo, de berg van de vreugde. Aan de beelden van twee pelgrims is te zien hoe zij de kathedraal al in de verte ontwaren.
Beneden gekomen stappen wij nog kilometers door een nietszeggend modern stadsdeel vooraleer we in de oude stad komen. Daar bezoeken we nog de Santa Maria do Camiñokerk, bekijken we een zeer mooie cruzeiro, volgen we almaar de gele pijlen...
En dan sta je, door een lang portaal gekomen, op het brede plein voor de kathedraal, de Praza do Obradoro. Je ziet blijdschap, je ziet tranen, je groet mensen die je onderweg ontmoet hebt, je gaat, zoals bijna iedereen, moe op de grond zitten. We zijn er! We zijn zeer gelukkig over deze tocht. Hij was voor ons de markering van de overgang van drukke en voldoening gevende beroepsjaren naar rustiger tijd. Het was een geregeld thuiskomen in wandelritme, dicht bij de natuur ook. Hij heeft ons nog dankbaarder gemaakt voor alle goede mensen en dingen die we ontmoet hebben.
We halen direct onze Compostelabrief af, het document dat bewijst dat je de bedevaart hebt gedaan. We moeten een flink uur aanschuiven. Maar onze stempelboekjes, juist tot het laatste van de 152 vakjes gevuld, komen geloofwaardig genoeg over.
Vandaag was het een flinke 12 km gaan (16687 stappen), maar vooral: aankomen in een pelgrimsstad die al voor zoveel duizenden belangrijk is geweest. Wijzelf zijn er 118 dagen naartoe gefietst en gestapt.
Hier gewoon maar aankomen is eigenlijk weinig, maar voor ons ook zeer veel.
Aan het echte aanvoelen van deze stad beginnen we morgen.
|