Natuurlijk wandelen we vooreerst langs de Sint-Jakobskerk. Marina, die van zichzelf weet dat ze op reis nogal eens kennissen meent te herkennen die bij nader toezien helemaal geen kennissen zijn, durft haar zin niet opstarten, maar toch: ze is het echt: oud-collega Leen Verbist. Ze is met haar man Jan en haar broer en schoonzus op stap in Reims. Het is een korte maar plezierige ontmoeting.
De Basilique Saint-Remi is een schitterend romaans gebouw. De zijbeuken met hun kruisgewelven en de glasramen zijn pakkend mooi. Het is wat rest van de abdij, die door de Franse revolutionairen werd gesloopt. (Een dame aan wie we zeiden dat de gelijkenis met Islamitische Staat treffend is, vond dat niet echt iets om op in te gaan.) Buiten toont een hedendaags beeld het doopsel van Clovis, de doorbraak in de kerstening van Frankrijk.
Vlakbij bezoeken we de champagnekelders van Taittinger. We leren een en ander over champagne, kijken op van de resten van middeleeuwse kerkruimtes en -poorten in de diepte en vroegchristelijke schuiloorden in nog diepere kelders. Gastheer Dominique in Herpy gaf ons goede raad door ons als Compostelagangers precies deze kelders aan te bevelen. Een glaasje Taittingerchampagne sluit natuurlijk het bezoek af. (Waarom Paul op de selfie nogal uitbundig lacht, terwijl Marina wat zuiniger haar mondhoeken spreidt, weten we zelf eigenlijk ook niet goed.)
Na de middag melden we ons braafjes aan bij de 'accueil des pèlerins' in de kathedraal en krijgen we vaneen wat gecrispeerd doende maar brave dame een stempel in ons pelgrimsboekje. In deze kerk werden de Franse koningen gekroond. We branden liever een kaarsje voor Jean-Baptiste de la Salle, patroon van de (oud-)opvoeders. (Afwegingen over opvoeden volgens congregationele dan wel algemeen-christelijke principes, daar gaan we ons nu niet aan begeven.) De kerkgevel wordt gerestaureerd, een geldig excuus om maar een beperkt percentage van de 2300 beelden aan de buitenkant haarfijn te bekijken.
Het is voor het eerst dat we een dag volledig stoppen om te recupereren en rond te kijken. We gaan dat nog doen.
|