geen goud, geen zilver, geen brons, maar gewoon ijzer de belevenissen van een Waaslandse triatleet, op weg naar z'n volgende Ironman
19-09-2008
komt het wel goed
Donderdagavond hadden Christel en ik de kans om in Brussel de voorstelling van een nieuwe collectie van JBC bij te wonen. Mode op zich interesseert ons sowieso. Het had deze keer bovendien iets bijzonder omdat het collecties waren die door zes bekende gezichten ontworpen werden. Eén van die zes bekenden was Piet Goddaer. En laat dan nu net één van onze favoriete hedendaagse artiesten uit eigen land zijn. Zijn collectie strookte volledig met z'n muzikale oeuvre: eenvoudig met onopvallende, dan weer verrassende details. We kregen ook de mogelijkheid om effe een praatje te slaan met hem. Het bevestigde alleen maar wat ik al eerder van hem gehoord had: een heel rustige, sympathieke, aimabele vent. Nadat hij onze CDs had gehandtekend, ging het even niet over muziek of over mode, maar over ... wat dacht je? Hij was een tijdje geleden ook gekwetst geweest. Het verschil met mij was dat hij meer dan zeker wist hoe dat kwam. Tijdens zijn verblijf op Lanzarote had hij zich wat laten gaan. Lopen, fietsen, zwemmen. Yep, niet alleen een loper dus. Duizelingwekkende kilometeraantallen. Paul Van Den Bosch had hem nog gezegd dat hij véél te geweldig aan het trainen was. Maar zoals zovelen herinnerde hij zich dat advies maar, toen het te laat was. Ondertussen is hij al terug een tijdje aan het lopen, gelukkig zonder problemen. Nu alleen nog onthouden wat er de vorige keer fout is gegaan. En dan komt het wel goed. Dat ga ik dan ook maar doen. Onthouden wat er twee maanden geleden is fout gegaan. En dan komt het wel goed.
Het zal wat worden de maand oktober. Niet alleen voor degenen die me graag wat uitlachen als ik mijn zwemperikelen op m'n blog bloot geef. Gelijk hebben ze trouwens. Ik zou hetzelfde met hen doen, als ik kon. Maar zij zijn slimmer dan mij. Op Rudi zijn blog kan ik niet reageren en Roeland heeft (nog) geen blog. Oktober dus. Een bergbeklimmertje erbij. Of zal het toch een triathleetje worden? En nee, dan bedoel ik niet het dochtertje van Rutger Beke dat vandaag geboren werd. Goed voor hem trouwens dat het niet geboren wordt als hij in Hawaii aan het afzien is. En ook niet onbelangrijk: een boreling met een perfecte BMI naar het schijnt, volgens 3athlon.be althans ;-) Een eindje weg van Hawaii, maar waarschijnlijk even tropisch. In het verre Senegal zullen de negerkes niet weten wat er gebeurt als ze in de vernieling gereden worden door één onzer plaatselijke vedettes. Ocharme toch. In het kader van de hulp aan de derde wereld, moet je ze misschien toch maar wat sparen, Roeland. En dan niet te vergeten iets dichterbij, in Eindhoven: Wim, die zijn pr op de marathon binnen enkele weken (weeral) aan flarden gaat lopen. En ja. Da's waar ook. Ik zou mezelf nog vergeten. Vorige kreeg ik van m'n sportdokter groen licht om in het eerste weekend van oktober terug te beginnen lopen. Tegen dan zal het iets meer dan negen weken geleden zijn dat ik, na die botscan, nog gelopen heb. Ik moet niet vertellen dat ik nu al aan het aftellen ben. Maximum een half uurtje lopen zal tegen dan hopelijk aantonen dat die negen looploze weken en die talrijke biopunctuursessies niet voor niets geweest zijn. Zodat het licht simpelweg op groen blijft staan en niet terug op rood springt.
Gisteren was geen dag als een ander. Exact een jaar geleden overleed Benny Vansteelant als gevolg van zijn verwondingen nadat hij werd aangereden op training. Ook al heeft zijn jongere broer Joerie ondertussen meermaals getoond dat hij een waardige opvolger is. De wereld draait gewoon verder. Alsof er niets gebeurd is. Sad but true. Dat gaat ook niet anders. Life is hard and then you die ....
De progressie op amper tien zwemtrainingen was al mooi. Tot vandaag. Ik was er al in geslaagd om reeksen van 200 m crawl te kunnen zwemmen zonder enige moeite. Dat betekende na 200 m toekomen zonder naar adem te moeten snakken en eigenlijk ook gewoon verder kunnen doen zonder te moeten rusten. Dat was vandaag dan net even anders. Geen enkele reeks van 200 m, maar allemaal reeksen van 100 m. En telkens als ik toekwam naar adem happen. Soms zelf tijdens het zwemmen. Er zit duidelijk iets mis met m'n ademhaling. Niet opeens natuurlijk, maar omdat ik iets veranderd heb tegenover m'n vorige trainingen. Al die vorige trainingen ademde ik immers steeds na twee slagen. Dus steeds aan dezelfde kant. Vandaag heb ik dat proberen veranderen, zoals het moet. Na drie slagen pas ademen, waardoor je ook steeds afwisselt, dan rechts, dan links. Dat betekent dus ook dat je, als je dezelfde slagfrequentie behoudt, langer moet uitdademen. En daar wrong nu precies het schoentje. Het is nog zoeken naar het juiste ritme, en nog geen klein beetje. Het gevoel om zonder enige moeite, zonder nadenken, m'n baantjes te kunnen trekken, dat is nu even zoek. Dat komt wel terug, hoop ik ;-) Maar voorlopig is het opnieuw tellen, nadenken en vooral ademen. Ik wou met de training vandaag een stap vooruit zetten. En dat ik wel gelukt, want ik het het tenslotte toch gedaan om maar na drie slagen te ademen. Maar het was niet alleen één stap vooruit, maar ik denk dat ik er ook twee achteruit heb gezet.
Eddy Merckx. Hij is nooit mijn favoriet geweest. Verre van zelfs. Van alle grote namen in de sportwereld, heeft hij bij mij altijd in de onderste schuif gelegen. Of eigenlijk zelfs niet in de onderste schuif, maar daar nog onder zelfs. En in een interview over de comeback van Lance Armstrong heeft hij voor mij nog eens bewezen dat hij daar thuis hoort en geen schuif hoger. "Ik zou het niet gekund hebben, maar ik reed ook véél meer wedstrijden. Armstrong concentreerde zich enkel op de Tour." Wat heeft dat er nu mee te maken? Waarom kan hij gewoon niet zonder meer zeggen dat het buitenaards is van Armstrong om zeven keer achter elkaar de Tour gewonnen te hebben? En dan nog op de manier waarop hij die zeven touroverwinningen behaald heeft. En dat het helemaal straffe kost zou zijn mocht hij dat volgend jaar een achtste keer doen. Merckxs jaloezie druipt eraf. Hij voelt zich duidelijk niet meer de grootste. En gelijk heeft hij, al langer dan vandaag. Een echte grote sportman zou heel wat meer respect opbrengen voor de zevenvoudige Tourwinnaar. Zonder meer het wielrennen van veertig, dertig jaar geleden vergelijken met het huidige wielrennen, getuigt echt wel van weinig inzicht. Alsof Merckx nu nog hetzelfde zou kunnen, dan wat hij toen kon. Laat me niet lachen. In een sportwereld, een wielerwereld waar iedereen zich specialiseert tot in de perfectie, heb je gewoon geen kans meer om "alles" te rijden en dat allemaal te winnen. Je wordt gedwongen om keuzes te maken. De Merckx van toen zou vandaag geen kanibaal meer zijn. Altijd dat geleuter dat hij zoveel gereden heeft en dat Armstrong zich alleen op de Tour focust. Als dat het enige verschil is. I don't think so. Ik ken nog een ander, belangrijker verschil tussen Merckx en Armstrong. Armstrong is al heel dikwijls door het slijk gehaald. Is de meest gecontroleerde wielrenner ooit. Maar hij is nog nooit op doping betrapt. Merckx daarentegen ... zelfs meer dan één keer. Dat hij het nog nooit over dat verschil met Armstrong heeft gehad heeft ... Tjiens, tjiens.
Ik weet niet wat er van waar is. Dat zullen we de volgende dagen of weken wel te weten komen, veronderstel ik. Maar het zou fantastisch nieuws zijn. Voor de ganse sportwereld, voor elke rechtgeaarde wielerliefhebber en vooral voor mezelf. Terug animo in het wielerpeleton. Dat wordt tijd na een Tour de France waarin een paar totaal kleurloze figuren het schone weer moesten gaan maken en daar natuurlijk niet in geslaagd zijn. Terug een Tour de France om duimers en vingers van af te likken. Het lijkt mij te mooi om waar te zijn. En dan nog. Als het allemaal klopt, is het nog maar de vraag wat hij er van gaat bakken. Hem kennende gaat hij niet terugkeren om gewoon wat mee te rijden in het peleton of om waterdrager voor Contador te spelen. No way, dan zal het vast en zeker zijn om te laten zien tot wat hij nog in staat is, tot wat hij weeral opnieuw in staat is. En daar ben ik dan wel reuzebenieuwd naar. Het zal toch zijn dat het lopen hem niet zo goed bekomen is ;-) Laat maar komen Lance!
Een mens zit raar in elkaar. Zot zijn van lopen en toch blij zijn dat je al vijf weken niet gelopen hebt. Ge moet het maar doen. Neen, dat is natuurlijk niet helemaal correct. Het heeft natuurlijk meer te maken met het aantal weken dat nog rest om te mogen herbeginnen. Dat aantal weken wordt minder en minder. Yes. En - niet te vergeten - het feit dat ik nu toch al een tijdje geen enkele, maar dan ook absoluut geen enkele hinder meer ondervind. Ondertussen lopen de bio-punctuur sessies bij m'n sportdokter gewoon verder. Niet voor de stressfractuur, maar voor de periostitis. Het probleem van de stressfractuur zou zich zelf moeten kunnen oplossen, na die acht weken rust. Maar ze vreest meer voor het niet volledig weg krijgen van de periostitis. Vandaar dat ze die blijft behandelen met bio-punctuur. Gelukkig dat het zaterdag nog wat deftig weer was om buiten te gaan fietsen. Het was prachtig fietsweer. Een aangename temperatuur en lekker veel wind. Voor vlakke ritten is dat m'n favoriete weer. Een lekker strakke wind op kop in het begin van de rit en, met de wind in de rug, vliegend terug naar huis. De verschillen in snelheid tussen tegenwind en meewind - tegen dezelfde hartslag - zijn soms echt waanzinnig. Genieten. Alhoewel dat vorige zaterdag op een bepaald moment wel even anders was. Het is nauwelijks na te vertellen. Echt niet te doen. Ik ben er even niet goed van geweest. Toen we met de groep terug aan het laatste stuk meewind naar huis begonnen, besloot ik, tegen een iets sneller tempo, alleen verder te rijden. Daarom reed ik niet meer op de baan, maar op het fietspad (op de parallelbaan naast de Expressweg). Zoals het hoort, mooi rechts op het fietspad. Plots hoorde ik een raar geluid achter me. Een geluid waarvan ik compleet niet kon inschatten wat het was, maar dat precies heel snel heel dichterbij kwam. Toen plots een moto, met een waanzinnige snelheid en een oorverdovend geluid, op het fietspad rakelings voorbijscheurde. Rakelings. Het kon niet dichter. Ik dacht eerst dat hij me geraakt had, maar dat kon natuurlijk niet. Was het dan van het verschieten of van de luchtverplaatsing? Ik weet het niet, maar ik voelde een enorme ruk en had alle moeite van de wereld om recht te blijven. Enkele seconden later, zag ik die moto terug van het fietspad op de baan springen om zo een reeks auto's voor hem in te halen. Ik was zo verschoten, dat ik de longen uit m'n lijf schreeuwde van woede. Daar zou ik nu geld voor willen geven om zo'n pipo een eindje verder opnieuw tegen te komen ... rond een boom gedraaid of zo. Jongens toch, wat bezielt nu mens om zo iets te doen? Onwaarschijnlijk. Ik was blij dat ik een tijdje later thuis veilig en wel arriveerde. En zondag ... regende het gelukkig. En vermits ik geen zin had om in de regen te gaan fietsen, besloten we om met het ganse gezin een bezoek aan het zwembad te brengen. Eerst zelf wat baantjes trekken en dan samen met de kindjes het babybad in. Daar staat maar 16 cm water in. Daar kan nu eens echt niet gebeuren. Althans als je niet meerekent dat Vegas van het trapje van de schuifaf donderde. Maar kom, n ieder geval een pak veiliger dan zaterdag. Man, man, man. Ik heb het nooit gehad met snelle moto's en bijhorende Johnny's. En dat is er nu zeker niet op verbeterd.
Naast het genot van het lopen zelf, vind ik één van de vele andere charmes ervan, dat ik die trainigen zodanig heb leren inplannen dat ze weinig of geen hinder veroorzaken voor mijn werk en de privé tijd met m'n gezin. Daarom wist ik op voorhand dat het overschakelen naar zwemmen wel wat puzzelwerk zou vragen. Maar gelukkig leken vanmorgen alvast een paar puzzelstukjes goed in elkaar te passen. Voor de eerste keer ben ik naar het Sinbad in Sint-Niklaas geweest om vóór het werk te gaan zwemmen. Om de eenvoudige reden dat dat het enige zwembad in de buurt is, dat twee dagen per week om zeven uur 's morgens open is. Zoals verwacht, had ik geen problemen om baantjes te trekken op m'n nuchtere maag, integendeel. En eigenlijk zou ik graag nog wat vroeger willen gaan zwemmen, om dan ook iets vroeger op het werk te geraken. Maar dat zit er dus niet in. Een groot voordeel is alvast dat er minder volk is dan 's avonds. Alhoewel het bad toch ook om zeven uur al goed gevuld is. Maar het grootste verschil met 's avonds is dat er om zeven uur 's morgens enkel maar echt wordt gezwommen en niet wordt gespeeld en van alle andere storende bezigheden gedaan worden, wat het zwemmen (zeker voor een beginner als mezelf) toch heel wat aangenamer maakt. Na overleg met Rudi, heb ik nu ook voor het eerst 200m crawl achtereen mogen, maar vooral kunnen zwemmen. M'n zwemprestaties blijven dus in stijgende lijn gaan. Jihaa! Wat natuurlijk niet veel zegt, I know. Maar het is wel goed voor de motivatie. Begonnen met meer dan 3 min nodig te hebben voor 100m. Voor wie wat van zwemmen kent, neen, dat is geen typfout, het ging echt zo traag. Wel, vanmorgen was het al minder dan 5 min voor 200m. Neen, weer geen typfout ;-). Maar wel al meer dan een minuut eraf op amper 200m. En wetende dat mijn techniek dan nog steeds nergens op lijkt, ben ik daar, na amper drie weken, al best tevreden mee. De eerste zwemtrainingen waren een echte opgave. Gewoon omdat het in het begin van geen kanten gaat. Dat wist ik op voorhand. Doorbijten is dan de boodschap. Maar dat ik na amper zes trainigen er al zo veel plezier aan zou beleven, dat had ik nooit gedacht. Het zal, na het lopen en het fietsen, toch mijn derde verslaving niet worden zeker?
Ik heb al heel wat reacties kregen op m'n "sportieve carriere switch". Allemaal positieve reacties, maar heel dikwijls ook wel met de nodige verwondering. Daarom is het misschien niet slecht om een paar dingen te verduidelijken. - Triathlon is toch veel zwaarder dan lopen. Dat klopt. Maar bij mij is het de bedoeling om het aantal looptrainingen en de intensiteit ervan terug te schroeven en te vervangen door zwemtrainingen. Aan het fietsen zal ik niet veel veranderen. Door op die manier te sporten zal ik vast en zeker m'n lichaam wat "sparen" en hopelijk minder aanlopen tegen tal van kwetsuren. Zeker in vergelijking met het meer en meer focussen op lopen, wat ik de laatste maanden aan het doen was. Mijn stressfractuur is immers het gevolg van de belasting van m'n lichaam bij het lopen. Een veiliger alternatief dan zwemmen kan ik me echt niet bedenken. - Triathlon is qua uithouding inderdaad zwaarder dan lopen afzonderlijk (zonder rekening te houden met ultralopen natuurlijk). Maar met die uithouding, daar heb ik in het verleden nog geen problemen mee gehad. Integendeel. Als er één ding is waar ik goed in ben (stel je voor zeg ... ;-) dan is het wel om inspanningen lang vol te houden. Daar kick ik ook echt op. - Looptrainingen terugschroeven zal uiteraard z'n gevolgen hebben op m'n loopprestaties. Maar dat neem ik er dan maar bij. M'n doel zal niet meer zijn om sneller en sneller te lopen. Maar wel om het op een aanvaardbaar niveau te houden en het dan met zwemmen en fietsen te combineren. - En tenslotte die ultieme droom: een volledige Ironman. Nee, niet in Hawaï. Dat is natuurlijk de ultieme Ironman. Maar niet weggelegd voor ezels zoals mij. Maar er zijn gelukkig nog wel tal van andere oorden waar ik wel terecht zal kunnen binnen het Ironman circuit: 23 stuks, als ik mij niet vergis. En als het ooit zo ver is, dan zal het zeker en vast "in de buurt" gebeuren: Frankrijk (Nice), Duitsland (Frankfurt), Zwitserland (Zürich), ... - Maar first things first. Eerst en vooral deftig leren zwemmen om de limiettijden, die binnen triathlon voor het zwemmen bestaan, te halen. Dat wordt, samen met het terug blessurevrij geraken en kunnen lopen, het hoofddoel voor deze winter. Hopelijk in het voorjaar wel al eens een kwarttriathlon. Maar het hoofddoel is om volgend jaar, op een goede manier, een Ironman 70.3 (een halve Ironman) te kunnen uitdoen. Dan heb ik iets meer keuze: zo'n 32 stuks. En eentje daarvan vindt plaats in Antwerpen: de Marc Herremans Classic. Dus die keuze ligt voor de hand. En als alles naar wens blijft verlopen het jaar nadien dus een volledige Ironman. En daarna nog één, en nog één en nog één ... ;-) Ah ja, da's juist ook. Dat zou dan precies in 2010 zijn. Een mens moet toch iets verzinnen om vóór z'n veertigste te bewijzen dat hij nog niet versleten is. Life begins at 40. Ge moogt gerust zijn ;-)
Ik heb zonet m'n tweede zwemtraining van de week achter de rug. M'n vierde training sinds ik vorige week begonnen ben. De bedoeling is nu om steeds twee keer per week te gaan zwemmen. Meer is praktisch niet haalbaar. Meer hoeft ook niet om m'n doel in het zwemmen te bereiken. Geen supersnelle tijden. Wel de limieten halen die in triathlon gesteld worden om na het zwemmen nog te mogen starten met de fietsproef. Daar wrong trouwens vijf jaar geleden het schoentje. Op een kwarttriathlon heb je (meestal) geen limiettijd voor het zwemmen. Vanaf een halve en een volledige is dat wel het geval. En met de snelheid (lees: traagheid) waarmee ik zwem, was/is dat niet haalbaar. Foetsjie m'n traithlon droom. Tot enkele weken geleden, toen ik besloten heb om aan die snelheid iets te doen. Voorlopig doe ik m'n zwemtrainingen op m'n eentje. 'Watergewenning' noemen ze dat bij baby's en peuters ;-) En zo voel ik me eerlijk gezegd soms ook. Alhoewel ik op zo'n klein aantal trainingen al heel wat progressie merk. Logisch natuurlijk, dat in het begin de progressie spectaculair is. Het zal echter maar van korte duur zijn, weet ik. En dan is het noodzakelijk om met techniektrainingen van Rudi en Mieke gericht te gaan trainen en tegen het einde van de winter een deftige snelheid te halen. Daartegen zouden alle loopperikelen toch ook al achter de rug moeten zijn. Ik geef me zelf dus heel wat tijd. Niet omdat ik dat graag doe, maar omdat het gewoon niet anders kan. Het heeft geen enkele zin om de komende weken of maanden me al terug doelen in het lopen te beginnen stellen. Die knop moet ik gewoon omdraaien om binnen een klein jaar wel en gezond op m'n eerste afspraak te staan: de Antwerp Ironman 70.3. Goed voor vijf à zes uur plezier, schat ik. Van watergewenning naar een halve Ironman ... it's a long way ...
Met wat kan ik het eerste bericht op m'n nieuwe blog beter beginnen dan met een "verslag" over m'n eerste zwemtrainingen. Eum ... trainingen is misschien niet het juiste woord. De eerste keer heb ik 500 m gesparteld, nagenoeg alles in schoolslag. Eergisteren was het al 1.000 m en al iets meer in crawl. Veel woorden heb ik niet nodig om te zeggen dat het op niets trok. Alhoewel, alhoewel. Ik herinner me nog dat m'n zwemdebuut in 2003 nog veel erbarmelijker was. Denkende dat m'n loop- en fietsconditie me toen wel zou helpen om vlotjes een paar baantjes van enkele honderden meters te trekken, moest ik toen tevreden zijn met amper 50 m in één keer te kunnen zwemmen. Dat was nu dan toch wel veel beter. Ook al ging het tergend traag vooruit, het lukte me toch van de eerste keer om meteen 100 m te zwemmen, zonder veel problemen. Het was pas vanaf dat ik met crawl ben begonnen, dat ik een paar keer de redder net ben voor geweest of hij was me prompt uit het water komen redden, denk ik. Maar ik heb nog tijd, veel tijd. En het allerbelangrijkste: ik heb me geamuseerd en kijk al uit naar m'n volgende keer in het zwembad. Het was fun, het was fijn ...dol-fijn ;-)
Het maken van een blog en het onderhouden is eenvoudig. Hier wordt uitgelegd hoe u dit dient te doen.
Als eerste dient u een blog aan te maken- dit kan sinds 2023 niet meer.
Op die pagina dient u enkele gegevens in te geven. Dit duurt nog geen minuut om dit in te geven. Druk vervolgens op "Volgende pagina".
Nu is uw blog bijna aangemaakt. Ga nu naar uw e-mail en wacht totdat u van Bloggen.be een e-mailtje heeft ontvangen. In dat e-mailtje dient u op het unieke internetadres te klikken.
Om het verslag van wellicht mijn beste Ironman wedstrijd tot nu toe niet te eindigen met een anticlimax, zal ik het beginnen met iets waar ik niet zo trots op ben. Zeg gerust: me voor schaam. 😚 Ik heb er geen goede verklaring voor, maar de dagen vóór de wedstrijd waren niet zoals gewoonlijk. Ik ben dan steeds wat prikkelbaarder, dat wel. Maar deze keer was mijn lontje niet gewoon wat korter, ik denk dat ik met momenten geen lontje meer had. 😒 Zij die daar de gevolgen van ondervinden zijn dan net diegenen, die mij het meest dierbaar zijn en waar ik op dat moment het meeste respect voor zou moeten hebben: mijn supporters ter plaatse: Vegas, London, Marcella en last but not least Christel. Ik heb me ondertussen al enkele keren geëxcuseerd en kan dat niet genoeg doen. Daarom wil ik het via deze weg ook nog eens doen. Dikke, dikke sorry. Als er iets is wat ik in mijn volgende Ironman wedstrijd nog wil en zal veranderen, is het vast en zeker dat. Promised. Buiten het scherper stellen van mijn tijd en wat plaatsen opschuiven in het klassement natuurlijk. 😉
Naast deze publieke sorry, wil ik ze trouwens ook nog eens heel erg bedanken voor alle steun vóór en tijdens de wedstrijd. Dat geldt trouwens ook voor alle familie, vrienden en kenissen hun steun en aanmoedigingen vanuit het thuisfront. Ik denk telkens opnieuw dat iedereen het ondertussen "wel al gehad zal hebben" met opnieuw zo'n Ironman wedstrijd. Maar op één of andere manier blijft het bij velen steeds opnieuw hun interesse wekken. Tja, je zou er voor minder aan verslaafd geraken. Tell me all about it. 😚
De wedstrijd zelf dan. Of beter gezegd de dagen ervoor. Ik had regelmatig de vraag gekregen of mijn lichaam, vijf weken na Lanzarote, wel voldoende gerecupereerd zou zijn om een nieuwe Ironman wedstrijd tot een goed einde te brengen. Om eerlijk te zijn, kon ik daar niet echt op antwoorden. De omstandigheden waren natuurlijk verre van ideaal geweest. De wedstrijd in Lanzarote zelf duurde veel langer dan voorzien. De eerste twee weken na de wedstrijd had ik nodig om van de miserie van mijn ademhalingsproblemen en allergie af te geraken. En voldoende rusten was alles behalve gemakkelijk en heb ik eigenlijk in die vijf weken nooit voldoende kunnen doen, voornamelijk door een ontplofte agenda op het werk met onder andere net iets teveel buitenlandse business trips in de planning om goed te zijn. Niets aan te doen, ik zou er het beste van maken. En kijk, met een goed resultaat in Nice, blijkt dat ik het toch verstandig heb aangepakt.
Wat me op voorhand sowieso een grote uitdaging leek, was om mijn ascetische levensstijl na Lanzarote nog een paar weken verder zetten. Al bij al viel dat nog mee. Ik had het moeilijker verwacht. Ik was er opnieuw in geslaagd om heel scherp te staan. Ik hoopte net scherp genoeg en niet te scherp. De bourgondische opofferingen waren groot geweest, heel groot. Maar het resultaat mocht gezien worden. Nee, ik zeg beter: mocht er zijn. 😉 Er hingen nog twee tot drie kilo's minder aan mijn lijf dan vorig jaar. En voor een Ironman met zoveel klimwerk in het fietsparcours was dat natuurlijk mooi meegenomen en goed voor het vertrouwen. Het vertrouwen dat in Lanzarote een serieuze deuk had gekregen. Ik hoopte dat Lanzarote zowel fysiek als mentaal wel eens een hele goede training zou kunnen geweest zijn voor Nice. En kijk: ik heb gelijk gekregen. 😉
Een belangrijk wapenfeit de dagen vóór de wedstrijd was dat van mijn tijdritfiets. Serieuze schade aan mijn fietskoffer met dank aan de bagagebehandeling van Brussels Airlines. 😤 Mijn fietskoffer heeft heel goed werk geleverd om mijn fiets te beschermen. Door een ongelukkige samenloop van omstandigheden, zat ik toch nog met een aantal technische problemen, die weliswaar donderdag al opgelost zijn geraakt, maar toch heel wat stress, tijd en over en weer gerij en gebel nodig hadden.
Wat er anders was vóór de wedstrijd en ik wel zelf in de hand was, was mijn voedingsplan. Met nog geen enkele Ironman wedstrijd ben ik echt ooit tevreden geweest met het gevoel in mijn maag en darmen vóór en vooral tijdens de wedstrijd. De laatste twee wedstrijden was het zelfs zo erg, dat ik niet anders kon dan er echt iets drastisch aan te proberen veranderen. Dat heb ik ook gedaan en duidelijk met succes. Zonder in de saaie details te treden wat ik dan net anders deed, kwam het erop neer dat ik het nu 100% volgens het boekje en 0% op het gevoel gedaan heb. Zowel de dagen van koolhydratenstapeling vóór de wedstrijd als de wedstrijd zelf. Eerlijk gezegd was ik er zelf niet volledig gerust in. En ook mijn supporters ter plaatse niet. 😗 In tegenstelling tot wat je zou verwachten, stopte ik de dagen vóór de wedstrijd en zelfs de ochtend - of moet ik zeggen nacht 😉 - van de wedstrijd regelmatig met eten met een hongergevoel. Raar maar waar. Ik weet het zelf niet. Concencieus heb ik steeds berekend hoeveel koolhydraten ik mocht/moest binnen hebben en me daar aan gehouden, blijkbaar met succes.
Race day dan. La course. Een goede zwemtijd. Rekening houdend met mijn capaciteiten natuurlijk, want 1u14 is nu niet bepaald een tijd om trots op te zijn. Maar als ik het vergelijk met de tijden van mijn vorige wedstrijden, kan ik niet anders dan tevreden zijn met met die progressie. En ik hoop dat het geen toeval is en mijn eigen prestatie de belangrijkste reden is van die progressie. Ik weet immers dat de kans altijd bestaat in een open water zwemwedstrijd dat de afstand niet 100% klopt. En ook de omstandigheden kunnen zo erg verschillen, dat je je eigen tevredenheid bij een goeie zwemtijd eerlijkheidshalve maar beter soms wat nuanceert. Maar als ik de zwemtijden van de toppers bekijk, merk ik dat die toch niet echt snel zijn. Bij sommigen blijkt ook dat hun tijd beduidend trager is dan vorig jaar. Ik concludeer dan ook voorzichtig dat ik het toch niet zo slecht gedaan heb.
Het gevoel tijdens de wedstrijd is ook best ok. Met momenten ook dubbel. Ik haal wel regelmatig atleten in. Iets wat ik normaal gezien niet dikwijls doe. Althans niet zonder fiets of loopschoenen. 😉 Ik krijg wel iets te frequent een tik uitgedeeld, maar dat komt omdat ik het gevoel heb dat ik ook iets meer dan anders "midden in het pak" aan het zwemmen ben. Go with the flow, heet zoiets. 😉 Na 2,4 km bij de Australian exit over het strand, hoor ik twee triatleten tegen elkaar zeggen dat we "quarante-six minutes" bezig zijn. Hallelujah. Dat zorgt voor mijn eerste mentale boost in de wedstrijd. Ik heb 48 minuten bij de passage op het strand als ambitieuze target in mijn hoofd. Maar sneller houd ik op deze moment in de verste verte niet voor mogelijk. Jaja, ik ben mezelf en mijn zwemcoach 😛 aan het verbazen. Ik ben dan ook even in de war als ik, na de volledige 3,8 km en een eindje lopen richting wisselzone, de klok passeer en toch 1u20 zie staan. Niet slechter dan vóór de wedstrijd verwacht, maar heb ik dan wel 34 minuten nodig gehad voor 1,4km? Dat is wel een serieuze terugval. Bij het verlaten van de wisselzone even later zie ik op de Garmin op mijn fiets dat ik nog maar 1u21 bezig ben en valt mijn euro dat de klok nog de tijd van de pros toonde en ik er dus vijf minuten mag aftrekken. Yes, mijn wedstrijd kan beginnen.
Zo stressy dat de dagen vóór de wedstrijd zijn geweest, zo ontspannen voel ik me tijdens de wedstrijd. En dat is ongetwijfeld nodig deze keer, want er loopt toch wel het één en het ander fout. Het begint al in de wisselzone. Ik ben waarschijnlijk zo van mijn melk door mijn zwemtijd, dat ik met mijn bike bag tot aan mijn fiets loop zonder te passeren langs de changing tent. Daar sta ik dan met mijn bike bag aan mijn fiets op weg om de wisselzone te verlaten en de drop off-zone al lang gepasseerd. Ik heb niet veel zin om terug te keren en gebruik dan maar een vrijwilliger op weg naar de transition exit als personal drop-off zone. De vriendelijke man doet dat goed want na de wedstrijd zal ik netjes mijn bike bag kunnen gaan afhalen. Pas de soucis.
Een ander probleem door die klungelige wissel is dat ik me ook niet heb laten insmeren met zonnecrème. Niet dat dat gevolgen zal hebben voor de wedstrijd zelf natuurlijk. Maar die kreeftkleurige stukken op mijn lichaam na een dagje bakken in de zon, vermijd ik toch liever. Wonder boven wonder, zal dat achteraf toch niet het geval blijken te zijn en is het bij caramelkleurige vormen gebleven. 😛
Volgende ding dat niet verloopt zoals het hoort: file bij de exit uit de wisselzone. Nog nooit meegemaakt. Wat is me dat hier? Stilstaan, niet doorkunnen, veel te veel volk. Ik heb net hetzelfde een half uur eerder ervaren bij de tussentijdse exit uit het water: veel te veel volk. Ik troost mezelf dan maar met de gedachte dat dat komt omdat ik sneller uit het water ben gekomen en daardoor midden in de grote massa terecht ben gekomen in plaats van - zoals gewoonlijk - erna met beduidend wat minder volk. Ik weet dus wat me de volgende keer te doen staat. Nog wat sneller zwemmen zodat ik vóór de grote massa uit het water kom. Mijn zwemcoach leest mee, denk ik. Yeah right. 😁
Op naar het volgende wat misgaat: de bevoorrading. Eén van de dingen die ik anders doe qua voeding, heeft tot gevolg dat ik alleen maar water moet aannemen tijdens de bevoorrading. Veel water, soms twee flessen bij één bevoorrading. Bij de eerste bevoorrading smijt ik in de ECO zone mijn drinkbus met water weg, om onmiddellijk daarna vast te stellen dat ze geen drinkbussen, maar gewone flesjes water geven. Ja lap, die passen natuurlijk niet in mijn drinkbushouder dus ik heb een serieus probleem. Daarom stop ik even verder aan het tweede punt in de bevoorrading waar ze opnieuw water uitdelen en vraag aan een vrijwilliger of hij mij een weggesmeten drinkbus kan geven zodat ik die - na eerst goed af te spoelen 😗 - kan vullen met water. Het duurt eventjes want de brave man lijkt niet te begrijpen waar ik in godsnaam mee bezig ben. En ik ga ervan uit dat het niet aan mijn Frans ligt. 😖 Effectief stoppen, voeten op de grond en mijn drinkbus vullen wordt het scenario voor elke volgende bevoorrading, telkens als ik extra water nodig heb. En door de warmte, heb ik veel extra water nodig, dus betekent dat dikwijls stoppen.
En we zijn er nog niet. Halverwege het fietsen geraakt een stukje in mijn aerodrinkbus vooraan los, waardoor het water er niet meer inblijft tijdens het fietsen. Belangrijk genoeg om opnieuw voet aan grond te zetten. Na wat gesukkel krijg ik het terug in elkaar zoals het hoort en kan ik opnieuw verder.
Voor de rest, verloopt alles uitstekend. 😉 Niets extra te vermelden waard tijdens het fietsen behalve dat het goed gaat, beter dan verwacht. Ik denk dat ik vooral mijn les geleerd heb in Lanzarote. Dat er in Lanzarote het één en het ander fout is gegaan, dat ik zelf niet in de hand had, is juist. Maar achteraf gezien, denk ik meer en meer dat ik daarop fout gereageerd heb. En dat had ik natuurlijk wel zelf in de hand. Gezien de zware weersomstandigheden en mijn astma- en allergieproblemen, was mijn fietstijd immers nog veel te goed. En dat kan maar één ding betekenen. Ik heb te snel de situatie willen recht trekken en ben ik waarschijnlijk daardoor met momenten te diep gegaan tijdens het fietsen. De gevolgen voor mijn marathon zijn ondertussen gekend en waren onverbiddelijk.
Qua fietsen is Nice alles wat Lanzarote niet was. Relatief rustig gereden. Regelmatig bergop kleiner geschakeld om voldoende op souplesse te kunnen trappen. Het gevoel constant atleten in te halen na het zwemmen, ben ik ondertussen gewoon. En ook nu is dat niet anders. Achteraf in de uitslag zal blijken dat ik er ongeveer 900 heb moeten voorbijsteken. 900? Ja, dat is wel veel. ☺️ De laatste 5-10 km ook de tijd genomen om het wat rustiger aan te doen en de benen de tijd te geven om zich klaar te maken voor 42 km loopplezier. Het koppeke was er dan al een tijdje klaar voor. 😉 Mijn benen moeten toch wel in orde geweest zijn, want met relatief rustig te rijden toch nog 32,5 km/h gemiddeld halen op zo'n parcours, daar heb ik mezelf toch wel wat mee verbaasd.
Het lopen dan. In tegenstelling tot bij het fietsen, waarin ik wel een paar akkefietjes voor had, blijft het tijdens het lopen beperkt tot één enkel akkefietje. 😉 Nadat ik de eerste keer een gelletje uit mijn gordel neem, merk ik dat ik de helft van mijn voorraad aan gelletjes ben kwijt gespeeld. Ook dan is rustig blijven en logisch nadenken - niet altijd even gemakkelijk na zeven uur wedstrijd en in zo'n hitte 😀 - de enige oplossing. Waar ik mijn gelletjes verloren ben, weet ik niet. Logisch, anders had ik ze niet verloren natuurlijk. 😉 Ik ben met alle gelletjes vertokken uit de wisselzone, dus ze kunnen niet anders dan ergens op het loopparcours liggen. En jawel, in de tweede ronde kom ik er twee terug tegen. 😉 Enige nadeel is dat ze, door al een tijdje op de grond te liggen, net niet aan het koken zijn. Ik heb op het einde van de marathon geen andere keuze dan ze toch naar binnen te spelen in de hoop dat dat geen rare dingen met mijn maag of darmen zal doen, maar dat blijkt gelukkig niet het geval te zijn.
Net zoals bij de koolhydratenstapeling vóór de wedstrijd heb ik tijdens het lopen regelmatig het gevoel - of moet ik zeggen de (onterechte) gedachte - dat ik op de grens van te-weinig-suikers-naar-binnen-nemen aan het lopen ben. Maar het onmiskenbare voordeel is dat mijn darmen in orde blijven. Uiteindelijk kan Christel me in de voorlaatste ronde gelukkig nog een aantal extra gelletjes toesteken. Dat blijkt ook nodig om op minder dan vijf kilometer van de finish nog het laatste gelletje te kunnen innemen. Niets aan het toeval overlaten. Zo hoort het ook. De prijze, worden pas aan de finish uitgedeeld. Goed bezig. 😀
Een strakke marathon was het plan. En dat is ook redelijk goed gelukt. Ik had er echt behoefte aan om nog eens een goede marathon te lopen. Dat was, onder andere door redelijk wat blessureleed al geleden van 2012 in Lanzarote. Strak, dat betekent ook niet te snel starten. De eerste kilometers gaan vlot onder de 4:40/km en dat is eigenlijk iets te snel. Iets rustiger aan en hopen dat ik het zolang mogelijk uitzing. Uiteindelijk loop ik pas de 29ste kilometer voor het eerst net niet onder de 5:00/km grens. En ook al zakt mijn tempo stilletjes aan, ik ervaar terug dat gevoel dat ik nog ken van vroeger: atleten voorbij steken in de marathon. En het waren er veel. Heel veel, te veel. Ik ben telkens weer verbaasd tijdens een Ironman hoeveel atleten het tijdens de marathon opgeven om te lopen en hun marathon uitwandelen. Vooral aan de bevoorrading is het dan altijd een hele opdracht om op een deftige manier bevoorrading te kunnen aannemen, mezelf te verfrissen en dat allemaal al lopende. Ze zouden beter een vak voor wandelaars en en vak voor lopers voorzien aan die bevoorradingen.
Wat mijn snelheid betreft, blijft het verval, op enkele kilometers na, redelijk goed beperkt. De traagste kilometer blijft nog steeds onder 5:30/km en dat net op de moment dat het koppeke het volledig overneemt van de benen en ervoor zorgt dat, hoewel "het volledig op is" ik toch kan doorgaan tot aan de finish. De laatste kilometers voel ik terug die ongeloofelijke intense combinatie van afzien en genieten. Met geen woorden te beschrijven, dus ik ga het ook niet proberen. 😉 Ik besef dat mijn negende Ironman wedstrijd de beste wordt van allemaal. Jawel, ik kan het nog. Later zal ik te weten komen dat ik 140ste eindig (op ca. 2.500 deelnemers), 17de in mijn categorie (op ca. 450 deelnemers) en slechts 5 plaatsen of 10 minuten verwijderd van deelname aan Hawaï. Of hoe een onbereikbare droom heel even om de hoek komt piepen en het woord "onbereikbaar" plots toch een beetje een andere betekenis geeft. Ooit, don't know when, don't know how. Maar geraken wil ik er ... en zal ik. Ik heb het beloof aan mezelf. Maar eerst nog wat trainen. Of beter gezegd eerst wat rusten en nadien de (ijzer)draadterug oppikken.