geen goud, geen zilver, geen brons, maar gewoon ijzer de belevenissen van een Waaslandse triatleet, op weg naar z'n volgende Ironman
30-10-2009
This is it
De 2010 modellen van Canyon zijn sinds deze week te koop. Ze hebben alvast één bestelling binnen, ook al zal de levering maar voor ergens in januari zijn. Alvast een fotootje voor de archieven. (Voor de internet-leken: één keer klikken op de foto en dan nog eens om te vergroten.) Dat is hem. This is it ;-)
Bijna 2.900 atleten, die denken volgend jaar op 25 juli de wereld te gaan verzetten. Negen maanden voor D-day heeft de organisatie de inschrijvingen gesloten. Finito. Sold out. Eindelijk. Dat werd tijd. En het geeft een extra tof gevoel om erbij te zijn.
Ja, het was even schrikken tijdens de techniektraining zaterdagmiddag in het Sinbad. Maar dan wel schrikken zoals is het graag heb. 50 meter in 49 seconden, dan in 45 seconden en tenslotte in 36 seconden. Wetende dat ik vorig jaar deze tijd nauwelijks onder de minuut geraakte voor dezelfde afstand. Niet dat ik er door begin te dromen om ooit een goeie zwemmer te worden. De weg is immers nog eindeloos lang. Maar het doet me wel dromen om een betere zwemmer te worden dan dat ik nu ben. Stap voor stap. Langzaam, maar zeker. Maar vooral wetende dat zoiets, samen met een paar complimenten van Rudi tijdens en na de training, me een morele opkikker gaven. Een opkikker die me extra motiveert om er een heel goeie winter van te maken. Een winter die een goeie basis zal leggen voor een knallend seizoen volgend jaar, met een apotheose op 25 juli.
Het is weinigen gegeven tijdens hun sportcarrière al een legende te zijn. Ook al was zijn carrière veel te kort. Ook al heeft hij veel te weinig gewonnen. De manier waarop maakte veel goed, maakte heel veel goed ... maakte alles goed. We waren hem in feite al heel wat jaren kwijt. Maar nu zijn we hem voorgoed kwijt. Hopelijk zal hij nog dikwijls de inspiratie vormen voor heel wat toekomstig wielertalent. May he RIP ...
Tot twee uur 's nachts heb ik me zaterdagnacht kunnen wakker houden. Maar toen ging het licht uit. Spijtig, want dan begint het natuurlijk net interessant te worden. Als ze één voor één beginnen kraken tijdens de afsluitende marathon. Sport in z'n puurste vorm. Fantastisch. En of het bijltjesdag was gisteren in Kona. Amai. Dat het bij de meeste van"onze jongens" niet al te beste verliep, heeft er waarschijnlijk ook wel mee te maken waarom ik me niet langer wakker kon houden. Het begon nachtans veelbelovend. Luc Van Lierde als tiende uit het water. En ook Marino Vanhoenacker, Bert Jammaer en Frederik Van Lierde konden aan het fietsen beginnen zonder al te veel achterstand. En zeker toen op een bepaald moment Marino Vanhoenacker de leiding nam in het fietsen. Maar halverwege ging het langzaam maar zeker bergaf. Spijtig genoeg voor hem figuurlijk. En dat hij uiteindelijk zelfs heeft moeten opgeven is zowat het ergste wat je als atleet in een wedstrijd kan meemaken. Gelukkig zorgde Bruno Clerbout - en niet te vergeten Tine Deckers - voor de grootste lichtpunten tussen al die miserie. Bruno Clerbout: nog maar één jaar prof en op zo'n manier debuteren is echt wel klasse. Voor heel wat anderen miserie troef. De commentaar in de interviews kon tellen: krampen, diarree, ... noem maar op. Dat zelfs profatleten tijdens hun marathon stukken moeten stappen omdat het gewoon niet meer gaat, zegt genoeg. En dat desondanks dat Bert Jammaer toch nog beslag kon leggen op een 16de plaats. De presentatoren ter plaatse tijdens de wedstrijd hebben het dan ook maar een keer of honderd herhaald: een triathlon op de volledige afstand is simpelweg onvoorspelbaar. En als dat voor de groten telt, dan zeker voor de kleine garnalen. Misschien maar goed dat Zürich nog meer dan negen maanden van nu verwijderd is. Daartegen ben ik die onvoorspelbaarheid vergeten en lijk het terug alsof alles vanzelf gaat ... eheum ;-) Over voorspellen gesproken. Loopwedstrijden zitten gelukkig anders in elkaar. Voor groot en klein. Na 3 kwam 2. Dus kon het niet anders dan dat na 2 .... jawel 1 kwam. Weliswaar een weekje vroeger dan gedacht. Dikke proficiat Wim. Ja, je moet er eerst wat voor presteren om in hetzelfde verslag vermeld te worden met al die toppers hierboven ;-)
Naïef als ik ben, zoek ik - elk jaar opnieuw in het begin van de maand oktober - of het Ford Ironman World Championship in Hawaii op één of andere zender wordt uitgezonden. Maar ook dit jaar is het noppes. De sportzenders hebben dit jaar natuurlijk wel een heel goed excuus. Want zaterdag staat er een veel belangrijker evenement op stapel ... ergens in Brussel tegen onze Turkse vrienden. Ik zal dus opnieuw m'n toevlucht moeten zoeken tot de livestream uitzending op http://ironman.com/. Maar het supporteren voor Luc Van Lierde & co zal er niet minder om zijn. Afspraak 19u00 onze tijd. Ik houd het spijtig genoeg nooit tot het einde vol en val elk jaar opnieuw in slaap terwijl ze aan de andere kant van de wereldbol het beste van zichzelf aan het geven zijn. En dat laatste zal deze keer voor Luc Van Lierde zeker het geval zijn, want het wordt zaterdag z'n allerlaatste. Hopelijk bezorgt hij zichzelf een mooi afscheid.
Grandioos ... ;-) <<Het was de 64ste keer dat er in Petegem een koers werd georganiseerd, maar de editie van dit jaar gaat zeker de geschiedenisboeken in. Niet alleen dankzij de winnaar, Iljo Keisse, maar vooral: er was geen eindmeet. 'Door de regen was de meet, die getrokken was met krijt, op enkele ronde van het einde weggespoeld', vertelt speaker John De Vlieger. 'We beslisten om dan maar de gebruikelijke tape te kleven, maar de eerste auto die over de finish reed, nam het lint mee. In overleg met de mensen van de BWB werd beslist om het dan maar zo te laten. De renners hadden al 18 van de 20 ronden afgelegd, ze wisten ondertussen wel waar de finishlijn lag.' Twee renners spurtten om de zege: Iljo Keisse en Kim Borry. 'Ik riep hen toe: ik ben de meet, zodat ze goed wisten waar de (virtuele, red.) finishlijn lag', aldus De Vlieger. 'Maar er was geen discussie mogelijk: Keisse was de beste.' Daarna spurtte een peloton van twintig renners voor de derde plaats. 'Ik geef toe, daar waren we niet gerust op', zegt de speaker. 'Ik heb nogmaals geroepen: ik ben de meet om de renners te waarschuwen. Ook in het Frans, want er reed een renner uit Namen mee. Gelukkig was het een langgerekte sprint en kwamen ze een voor een binnen. Er was geen voer tot discussie. De toeschouwers hebben wel staan lachen, maar van de renners kregen we na de wedstrijd veel felicitaties. Ze waren erg te spreken over onze prijzenpot. De koers in Petegem is gekend voor zijn mooie prijzen.' En vanaf nu dus ook voor zijn levende finishlijn.>>
Als triatleet ben je verplicht om ver vooruit te plannen. De (volledige) Ironman wedstrijden zijn op een paar dagen - soms zelf op enkele uren - uitverkocht. Je hebt bovendien al niet bijzonder veel keuze als je niet de plas over wilt. Volgend jaar wordt het voor mij Zürich. En als ik het jaar nadien opnieuw een Ironman wil doen, zal ik me waarschijnlijk al moeten inschrijven vóór dat ik weet hoe ik het er in Zürich vanaf gebracht heb. Niet echt ideaal, maar het is wat het is. Rekening houdend met zowel de locatie als het nodige budget om er te geraken en te verblijven, staan er naast Zürich nog een aantal op m'n verlanglijstje. Frankfurt was voor volgend jaar eigenlijk m'n eerst keuze. Puur om budgettaire en praktische redenen. Maar hij was nagenoeg direct uitverkocht. Nice heb ik ook een tijdje overwogen. Maar gezien de lastigheid, heb ik wijselijk beslist om die niet als eerste volledige Ironman wedstrijd te doen. Lanzarote is dan weer voor elke triatleet een droom. Na volgend jaar wordt the sky the limit, dus who knows ... Nu wil het toeval dat ik dit weekend in de krant een klein interessant artikeltje tegenkwam. Het artikeltje ging niet alleen over de Ironman, maar vooral over Armstrong. Dat hij zich na zijn tweede wielercarrière wilt wagen aan een volledige Ironman. Dat is natuurlijk geen groot nieuws meer, want dat heeft hij begin dit jaar zelf al eens bevestigd, toen iemand hem via Twitter die vraag stelde. Maar nu zou - naar het schijnt - de kans groot zijn dat hij kiest voor Nice als zijn eerste Ironman ... in 2011. Tja, wat doet een mens daarmee? Samen aan de start? Gedubbeld worden in het fietsen? Graag. Gedubbeld worden in het lopen? Graag. Maar dat zal nooit lukken. Daartegen zit hij al lang op een terrasje met een hapje en een drankje te genieten van zijn zoveelste buitenaardse prestatie.
Mijn testrit vorige week in Heerlen was niet zozeer bedoeld om te testen of de fiets die ik wil kopen wel goed genoeg is. Op het internet kun je immers de volledig gedetailleerde specificaties zien. Zowel Roeland en Frankie hadden me al laten weten dat het allemaal meer dan degelijk materiaal is. Dat die testrit heel goed aanvoelde, was dan ook niet verwonderlijk. De test was vooral bedoeld om ter plaatste nog wat extra advies in te winnen en vooral ook om een antwoord te vinden op een aantal vragen. Eén van die vragen was met welke kanwielen ik vooraan en achteraan moet rijden. De testfiets was uitgerust met een compact en dat was ideaal om aan den lijve te ondervinden of zo'n compact voldoet op lastige, steile hellingen. Dat was althans wat ik dacht te moeten testen. Tijdens de rit bleek echter dat niet zozeer het voldoende klein kunnen schakelen het probleem was, maar wel het voldoende groot kunnen schakelen. Ik weet van mezelf dat ik een 52/14 nodig heb om op een comfortabale manier vooraan in de 40 km/h te kunnen rijden. Met een compact, die me vooraan maar een 50 biedt, kwam ik al snel in de problemen van zodra het echt snel begon te gaan. Om een totaal andere reden dan ik had verwacht, blijkt een compact dus niets voor mij. Daardoor schiet er - een beetje tegen mijn zin - maar één optie over: de tripple. Geen gewone 39/25 of 39/27. Die bieden me immers niet voldoende om echte steile hellingen op een voor mij voldoende soepele manier op te rijden. De kanwielen-kwestie was daarmee meteen van de baan. Ook de vraag welke framemaat het meest geschikt is voor mij, bleek door de testrit snel beantwoord. De testrit had een kleinere kader dan diegene waarmee ik nu rijd en gaf me een beter gevoel. In vergelijking met m'n eigen fiets, voelde de tesrit na een half uurtje al wendbaarder aan. Dat zegt genoeg. Maar het strafste van alles, bleek de afstelling van mijn zadel.hoogte. Uit de meting van m'n binnenbeenlengte bleek dat de afstand tussen m'n zadel en het middelste van het cranckstel 71,8 cm moet zijn. Ik viel bijna achterover nadat ik thuis hetzelfde had nagemeten op m'n eigen fiets. Dat bleek immers maar liefst drie cm meer te zijn. Ik ga me nog wel wat verder informeren wat de juiste zadelhoogte is, afhankelijk van de gemeten binnenbeenlengte.Want er bestaan blijkbaar verschillende formules. Maar dat ik al negen jaar en ettelijke tienduizenden kilometers fiets met een serieus fout ingestelde zadelhoogte, is wel nu duidelijk. Wat het juiste verband is met m'n rugperikelen van de laatste weken, zal ik waarschijnlijk nooit echt weten. Maar ik weet wel wat me te doen staat de volgende maanden: langzaam maar zeker de juiste positie vinden die zowel in efficiëntie als qua comfort het beste uit m'n benen kan toveren.