het einde nadert... Alle tekenen zijn er, en tegelijkertijd gaat het goed. Het gaat goed, om de eenvoudige reden dat ik nergens meer op reageer. Ik aanvaard de zaken zoals ze komen, slik alles in. Kortom: ben alles behalve mezelf.
En dus kàn het niet goed blijven gaan. De ergernissen stapelen zich op. Ik doe zo hard mijn best om alles binnen te houden, geen druppeltje irritatie te laten doorsijpelen in onze contacten. Maar het wordt steeds moeilijker.
Wat zou ik graag in staat zijn om Jules zijn voorbeeld te volgen (ja, je weet het sjoe, en je mag het nog eens lezen). Geen geheimen meer. En mogen/durven/kunnen zeggen: we nemen een maand afstand, drukken de pauzeknop in. Wat zou ik dat graag willen doen. Nog enkele weken, en ik zie Neil sowieso 5 weken niet. Zoals altijd overlappen onze vakanties perfect: 2 dagen voor mijn thuiskomst vertrekt hij met zijn eega. Ik droom ervan om te zeggen "laten we een maand geen contact met elkaar opnemen, zien wat we voelen".
Anderzijds: het is Jules ook niet gelukt. Een dubbelleven, of het nu geheim is of openbaar, het is en blijft een dubbelleven. En als puntje bij paaltje komt, wil ik hetzelfde als hem: mijn gezin én die plusrelatie. Neil moet voor mij zijn eega niet verlaten... ik wil hier immers niet weg.
Maar... ik zou willen dat hij er wel ergens van droomde. Van "ons", wij samen. Niet enkel een uurtje, een nacht, of een weekend samen, maar "wij". Niet alle dromen moeten gerealiseerd worden, soms is het zelfs mooier om te mogen blijven dromen. Voor hem blijf ik echter zijn "zoete zonde", zijn "me-time".
Ik heb een vreselijk weekend achter de rug. Twee avonden op rij met Neil en zijn eega. Zien hoe hij steeds weer zijn arm rond haar legt, zijn hand op haar schouder of in haar hals, even een streling. Horen hoe hij haar ophemelt tegenover de anderen. Ik heb volgehouden, zonder ongelukken, zonder excessief alcoholgebruik, zonder één opmerking. Maar het lukt me niet meer. Volgend jaar gebruik ik mijn verstand, en ga ik niet meer naar deze avonden.
Gisteren ben ik het trouwens gewoon afgetrapt. Ben, midden in een gesprek, vertrokken voor een wandeling. Toen ik een half uur later terug kwam, waren ze verdwenen van het feest.
Het einde nadert...
|